Vanmorgen werden wij gebeld door Liliane. Zij had een SMS ontvangen waarin stond dat Manuel Van Loon vrijdag avond om kwart na acht was overleden. Manuel was al jaren lang de partner van Rita, een collega van mijn dochter Babette. Ik leerde hem kennen doordat hij ook op afdeling oncologie van het Jan Palfijn ziekenhuis kwam. Hij keek dan altijd bij mij binnen als ik op een bedje lag met de chemo die in mijn aders stroomde. Hij zei altijd: Niet opgeven, je moet blijven vechten, niet blijven zitten. De laatste keer dat ik hem zag, gingen Margriet en ik hem opzoeken in het ziekenhuis. Hij was toen nog vol strijdlust en wij spraken af dat wij nog eens samen een lekkere Leffe zouden pakken. Helaas mocht dit niet zijn.
In de vrij korte tijd dat wij hem kenden, zijn wij hem gaan beschouwen als een hele goede vriend. Iemand waarop je kon rekenen en vertrouwen. Ik putte altijd heel veel sterkte en moed uit zijn woorden en hij was voor mij een voorbeeld hoe je als kankerpatiënt moet proberen te vechten en om te gaan met je ziekte.
In het begin van deze week had ik wat last van constipatie. Nadat dat ik een zakje Movicol had opgelost in wat water en de oplossing had ingenomen, leek het beter te gaan. Maar ik bleef druk voelen en had constant drang om naar het toilet te gaan. Op den duur begon ik me ongerust te voelen. Vanmiddag toen Margriet en ik naar Babette en de jongens gingen om te lunchen, had ik eindelijk besloten. Ik zou meteen na het eten mijn oncologe bellen. Om 12h30 belde ik. Ik kreeg haar meteen aan de lijn, legde de situatie uit en vroeg voor een afspraak. Zij vroeg eerst of aanstaande Woensdag ok was. Toen zij de twijfel in mijn stem hoorde, stelde zij voor dat ik meteen om 13u30 kon komen. Eenmaal in haar spreekkamer mocht ik eerst uitleggen hoe de skivakantie was geweest. Ik antwoordde dat het de belangrijkste vakantie uit mijn leven was. Toen ik zei dat ik in Oostenrijk besefte dat het net een half jaar geleden was geweest dat ik meer dood dan levend in het ziekenhuis had gelegen en dat ik toen niet meer had verwacht om ooit nog op skivakantie te gaan, antwoordde zij: dat had toen niemand verwacht.
Zij onderzocht mij en uitte meteen het vermoeden dat mijn darmen vol zaten. Voor alle veiligheid schreef zij een röntgenfoto van mijn buik voor. Dat was heel snel geregeld en om 14h30 waren wij terug bij haar met de foto. Samen keken wij ernaar en zij kon ons meteen geruststellen. Met een zakje Movicol per dag en wat gedroogde pruimen zou het gauw in orde moeten zijn. Zij vroeg mij om Dinsdag of Woensdag volgende week te laten weten per telefoon hoe het met mij gaat. Dat zal ik natuurlijk doen.
Ondertussen ben ik maar al te blij dat ik hier woon in een land waar je snel geholpen kan worden wanneer dat nodig is.
Het was weer tijd om terug te keren naar huis. Na een lekkere uitgebreide ontbijt en het volladen van de autos en het betalen van onze drankrekening begonnen rond negen uur wij de terugreis naar Merksem.
Omdat Sjaak en Babette gisteren bij het terugbrengen van de skis naar het verhuurbedrijf, vergeten waren om de skibotten van de jongens af te geven, moesten wij alsnog er even langs rijden.
Ik ben er nu nog van aan het nagenieten en zal dat waarschijnlijk en hopelijk nog heel lang doen.
Het hotel waar wij verbleven was uitstekend. Nog nooit aten wij zo lekker in Oostenrijk en de sfeer was ook fantastisch. Wat wij enorm waardeerden ondanks dat wij dat (nog) niet nodig hadden, was dat het hotel helemaal is aangepast voor rolstoelgebruikers. De bar, de sauna, de meeste kamers, het zwembad. Supertof. Er waren dan ook veel rolstoelgebruikers aanwezig en vele van hen gingen ook skiën op de gletsjer. Hun website is http://www.weisseespitze.com/
De laatste skidag. S morgens in het hotel zagen wij dikke wolken die heel laag in het dal hingen. Onderweg naar boven naar de gletsjer reden wij verschillende keren in de wolken. Het zag er niet te best uit. Maar een paar bochten voor het einde van de rit veranderde het ineens. De zon brak door en wij zagen grote stukken blauwe hemel tussen de wolken. Babette en Margriet gingen zitten op het terras terwijl Sjaak en Jules en Olivier en ik gingen skiën.
Na 2 afdalingen stelde Sjaak voor dat wij ook naar het terras zouden gaan. Gelukkig maar wantminuten later waren de pistes helemaal onzichtbaar door een dikke mistwolk. Nog geen 20 meter zicht.Wat later trok het weer open en wij konden terug gaan skiën.
Na wat wisselende weersomstandigheden begon het tegen twee uur weer te bewolken. Omdat Sjaak last had van rugpijn (niet van het skiënmaar van een keihard bed) en Jules en Olivier genoeg hadden geskied, besloten wij om terug naar het hotel te gaan.
Voor zaterdag hadden zij hetzelfde weer als de dag voordien voorspeld maar er waren wat dunne wolken Dat kon de pret en het genot echter niet bederven. Jules ging weer snowboarden en daar hebben wij mooie videobeelden van.
Vrijdag was het weer op zijn allerbest. Heel de dag stralende zon van een strakke blauwe hemel en bijna geen wind.Het resultaat was dat ik die dag veel meer dan afgesproken heb geskied. N de namiddag deed Jules zijn snowboardboots aan en ging hij dus snowboarden. Hij heeft 3 keer een half uurtje les gehad op de indoorpiste van Casablanca en met het krokusverlof stond hij ook een half uur op zijn snowboard. Samen met Sjaak ging hij in de sleeplift. In het begin ging het snowboarden wat moeizaam. Jules viel of ging zitten om de 10 à 15 meter. Bij de tweede afdaling ging het al veel beter. Hij deed zowat de hele piste in een ruk. En Olivier ging er achteraan op zijn skis. Fantastisch. Bompa was nogal trots.
S morgens om 7 uur kwamen de jongens nog in pyjama op onze kamerdeur kloppen.
Eventjes knuffelen en dan wassen. Tegen 8 uur gingen wij met zijn allen naar beneden om te genieten van het uitgebreide ontbijtbuffet. Daarna terug naar de kamers om restant skikleding aan te trekken. Dan reden wij neer het dorpje Feichten om skis en stokken en botten voor de jongens te huren. Dat ging allemaal best vlot. Aan de overkant was een bank met een bankautomaat. Wij probeerden het eerst en sloegen er uiteindelijk om een briefje van 50 Euro te bemachtigen. Babette probeerde het daarna en zij werd beloond met het laatste briefje van 10 Euro. Dan was het toestel blijkbaar helemaal leeg.
Dan reden wij door richting Kaunertaler gletsjer. Vrij snel kwamen wij bij een tolkantoor. Daar moesten wij betalen voor zowel het gebruik van de weg naar de gletsjer en voor de skikaarten. Dat werd allemaal geregeld door Sjaak en Babette, Bompa mocht geen centje bijleggen.
Het was tegen 10 uur voordat wij op de parkeerplaats bij de gletsjer aankwamen. Bomma zocht een plekje op het terras van het restaurant en wij gingen meteen de skipistes uitproberen.
Voor mij was het dubbel op een enorme ervaring:
·de eerste keer dat ik ging skiën samen met mijn 2 oudste kleinzoontjes
·de eerste keer dat in ging skiën nadat ik in het ziekenhuis had gelegen
Al sinds Jules 3 jaar was, droomde ik ervan om misschien ooit te kunnen gaan skiën met mijn kleinzoon. Toen ik 6 maanden geleden in het ziekenhuis lag, durfde niemand te denken of dromen dat ik ooit nog zou gaan skiën.
Het was dus ongelooflijk fantastisch om samen in de sleeplift naar boven te gaan voor de eerste afdaling. Ik had onlangs al videobeelden gezien van de beide jongens op skis in Italië maar nu was ik erbij.
Het weer was eerst prachtig met een heldere blauwe hemel. Na drie afdalingen vond ik dat het tijd was voor mij om te gaan zitten. Sjaak en de jongens namen nog een keertje de sleeplift omdat je dan met wat geluk en veel vaart tot aan het restaurantkon geraken. Ik moest een klein stukje bergopwaarts lopen en dat viel tegen. Ik raakte vrij snel helemaal buiten adem en kon mijn skis zowat niet meer optillen. Margriet kwam mij meteen helpen.
Na de lunch bleef ik nog een tijdje zitten op het terras terwijl Sjaak en Babette en de jongens nog wat gingen skiën. Wat later ging Babette rusten en ik ging weer met de jongens mee.
Het is niet te beschrijven wat er door me heen ging als ik achter Jules en Olivier aan ging op de skis. Een gevoel van supergeluk en enorme trots benaderd het enigszins.
In de loop van de namiddag begon het wat te bewolken en tegen 4 uur viel er verse sneeuw. Dan was het ook tijd voor ons om terug te keren naar het hotel
Op aanraden van mijn oncologe vertrokken wij op skivakantie. Zij had op 20 maart dat voorgeschreven als de volgende stap in mijn behandeling. Daar hadden wij meteen oren naar. De volgende ochtend zaten Babette en ik al in het reisbureau om te proberen een hotel vast te leggen in de buurt van een of ander gletsjer in Oostenrijk voor de periode van 12 tem. 17 april. Het lukte wonderwel ondanks het late tijdstip. In hotel Weisseespitze, in het dorpje Platz in het Kaunertal hadden zij nog een paar kamers vrij.
Om 7 uur s morgens vertrokken wij met twee autos, 4 volwassenen en 2 kinderen uit Merksem. Wij stopten regelmatig onderweg om wat uit te rusten en wat te drinken en te eten. Op aanvraag van Jules en Olivier hadden Bomma en Bompa hardgekookte eieren mee. Dat vinden zij altijd leuk als wij op reis gaan, vooral de eitjes kapotkloppen tegen Bomma's voorhoofd is een geslaagd moment. S avonds tegen kwart na zes kwamen wij aan. Ik was heel tevreden dat ik dat hele eind zelf had kunnen rijden want het was de eerste serieuze rit sinds ik vorig jaar ziek was geworden.
Wij checkten in en konden meteen genieten van een kopje koffie en een lekker stuk taart. Dat bleek een dagelijkse gewoonte te zijn in het hotel, kopje koffie of thee en taart tussen 3 en 6 uur s middags.
Nadat wij hadden uitgepakt konden wij ons avondeten eten in het restaurant. Omdat onze ervaringen met hoteleten in Oostenrijk niet al te positief waren, waren onze verwachtingen niet al te hoog. Wij werden zeer aangenaam verrast. In het verleden kregen wij bijna uitsluitend varkenvlees op allerlei verschillende manieren met meestal een wienersnitzel als afsluiter. Niets van dat soort dingen hier. Na een lekker voorgerecht en een heerlijk soepje, volgde het hoofdgerecht. Heerlijk klaargemaakte zeezalm. Het nagerecht was ook niet te versmaden. Voor de volgende avond hadden wij keus uit 3 verschillende hoofdgerechten.
Na het eten dronken wij nog wat in de bar voordat wij naar onze kamers gingen. Het reisbureau had geregeld dat onze kamers naast elkaar lagen. Heel fijn, vooral voor Bomma en Bompa en Jules en Olivier. De jongens kwamen lekker even knuffelen met ons voordat zij gingen slapen.
Nu is het al een dikke maand sinds de laatste chemo. Die was op 23 februari. Ik heb het gevoel dat het chemo niveau in mijn lijf begint af te nemen. Dat heeft ook bepaalde gevolgen. Onder andere heeft mijn vrouw gemerkt dat ik weer even veel en even hard snurk als voor dat de chemo begon. Ook merk ik dat mijn slijmvliezen zich beginnen te herstellen. Het nadeel hiervan is dat mijn neusgaten makkelijker verstoppen s nachts. Als ik op mijn linkerkant lig, mijn linker neusgat en vice versa. Dit zijn allebei minder aangename veranderingen maar je kunt moeilijk chemo vragen om het te verhelpen. Voor de rest is alles beter. Merk dat mijn conditie aan het beteren is hoewel ik nog maar weinig heb gedaan om dat te bereiken.
Vijf dagen zijn nu gepasseerd sinds ik het ongelooflijk goede nieuws vernam. Ik sta er nog versteld van. Als ik terug denk aan de eerste ontmoeting met de oncologe en wat zij toen zei, en dat vergelijk met het tot nu toe behaalde resultaat, dan blijft het me verbazen en vind ik steeds meer dat het heel veel weg heeft van een mirakel. Toen zei de oncologe dat het heel snel zou aflopen als zij niets zouden ondernemen en dat ze dus met alle middelen zouden proberen mij te stabiliseren.
Ik ben ongelooflijk dankbaar en tevreden en gelukkig, de topwinst van euromillions is er niets bij.
Omdat het alweer lang geleden was, had ik een mailtje naar mijn oudcollegas gestuurd om af te spreken voor een drankje in de Midi. Toen ik eraan kwam stond Bob Smits al voor de deur te draaien en Roger Vyvey, Roger Devrieze en Herman Vervoort zaten aan tafel. Dan kwamen Hilde Pellens en Alex, Leo Benneke, Danny Sioncke en Erwin Wuyts binnen. Heel gezellig. Sommige moesten op tijd terug aan het werk en met een klein groepje bleven wij tot half drie.
Good news week, dat was de titel van het liedje dat in mijn kop draaide terwijl wij in de gang bij de oncologe zaten te wachten. En terecht. Nadat de oncologe zoals gewoonlijk eerst had gevraagd hoe het was geweest sinds onze laatste ontmoeting kwam zij terzake. Op de CT-scan was er kliervorming te zien zowel in de thorax als in mijn buik. Maar nog veel belangrijker was de uitslag van de PET-scan. De expert die de PET-scan had geanalyseerd had Dr. Vermeij speciaal gebeld omdat de uitslag zo uitzonderlijk was. Geen enkele metabolische activiteit meer waar te nemen. Dat houd in dat er op dit moment geen enkele reden is om eender welke behandeling te beginnen.
Het spreekt dus vanzelf dat ik mijn oncologe en alle verplegend personeel van de afdeling oncologie en alle lieve mensen, bekenden en onbekenden, die mij op allerlei manieren hebben gesteund,
ongelooflijk dankbaar ben. Dit betekent niet dat ik genezen ben maar het resultaat van de chemo is boven elke verwachting. Echt uniek.
De afgelopen week was, behalve de pijn van de getrokken kiezen, een hele goeie. Heb me uitstekend gevoeld en mag echt niet klagen. Ik moet wel toegeven dat de spanning voor de bespreking morgen met de oncologe aan het stijgen is. Dan gaan wij zien op de PET-scan en de CT-scan hoe de toestand is.
Tijd voor de 3de CT-scan van mijn thorax en abdomen in het Jan Palfijn ziekenhuis in Merksem. Toen wij na het inschrijven ons meldden bij de balie van de wachtklamer bleek dat ik geen voorschrift van de behandelende dokter had. Ik ging meteen naar oncologie en had geluk, Dr Vermeij dok vrijwel meteen op en maakte de voorschrift klaar. Toen ik thuiskwam bleek dat de voorschrift gewoon tussen al de papieren die verband houden met mijn behandeling zat. In de wachtkamer zat ook meester Jurgen van St Lutgardis Merksem. Hij had al zijn literflesje met anijssmakende vloeistof gekregen. Toen de mijne werd gebracht zei hij Skol. Na een uur was mijn fles leeg.
Samen werden wij binnengeroepen en naar onze kleedhokjes gewezen. Hij mocht eerst onder de scanner en daarna. Toen hij klaar was hebben wij even gebabbeld en heb ik uitgelegd wie ik ben. Hij herkende mij maar wist eerst niet vanwaar.
Savonds handen wij een gezellig etentje samen met alle kinderen en kleinkinderen om Jules verjaardag te vieren. Het was voor ons de eerste keer dat wij in de Melkerij aten sinds het daar volledig rookvrij is geworden. Een goed initiatief van de eigenaar. Ik heb er vroeger ook menig pijpje een sigaartje gerookt maar eten in een rookvrije ruimte smaakt toch veel beter.
Alweer een vroege morgen. Het was tijd voor de PET-scan in het Sint Augustinuskliniek in Wilrijk en de afspraak was voor kwart na acht s morgens.
Wij waren er op tijd na inschrijven als het restaurant om acht uur openging, ging Margriet daar wachten en ik trok naar de Da Vinci PET-Scanner.Bij de vorige PET-scan op 10 November kreeg ik een half valium pilletje maar dat had volgens mij weinig effect. Deze keer werd iets ingespoten bij de infuus en zoals de dame die het toediende zei, werkte het meteen. Heb daar lekker liggen slapen terwijl het vloeistof van de infuus in mijn ader binnen liep. Na een uur was het tijd op het bedje van de PET-scanner plaats te nemen. Deze keer had ik gelukkig geen rugpijn zoals de vorige keer dus het was geen lijdensweg. Heb zelfs in de scanner gedut. Toen het klaar was tegen half elf ging ik Margriet zoeken in het restaurant. Tot mijn verbazing was zij niet alleen maar had zij gezelschap gekregen van Babette en Sjaak en Pascale. Leuk. Ik bestelde een koffie verkeerd en een broodje Martino want ik moest nuchter zijn voor de PET-scan en had dus ondertussen aardig wat honger.
S morgens om half acht vertrokken Margriet en ik richting het Onze Lieve Vrouw Middelares ziekenhuis in Deurne. Wij hadden geluk en konden parkeren op de middenberm tegenover de Spoedingang. Eens wij de hoofdingang binnen waren, waanden wij ons in een hotellobby van de jaren --tig. Ouderwets. Omdat men meestal moet inschrijven sloot ik aan achter in de rij van wachtende mensen. Er waren een stuk of twintig voor mij maar wij waren goed op tijd, tien minuten voor acht terwijl mijn afspraak met de tandchirurg pas om half negen was. Twee minuten voor tijd was ik eindelijk aan de beurt. Ik overhandigde mijn papieren aan de dame achter de balie en vertelde dat ik een afspraak had met Dr. Van Hove. Zij vroeg of het ging om een consultatie en ik antwoordde drie tandextracties. Zij herhaalde haar vraag en dan zei ik gewoon ja waarop zij zei dat men voor een consultatie niet moest inschrijven. Ik vroeg haar de weg en vertrok in de aangeduide richting. Vond meteen de spreekkamer en werd onmiddellijk geholpen. Mocht plaats nemen en de eerste verdovingsspuit werd toegediend, rechts van onder. Dan vroeg de assistente mij om haar aub te volgen. Door een gang, om de hoek, in een goederenlift naar een ander verdieping en dan waren wij bij de behandelkamer. De reden voor deze wandeling was dat zij aan het verbouwen waren.
In de behandelkamer begon de dokter meteen eraan. De kies was wat weerbarstig en hij moest hem in twee kappen om hem eruit te krijgen. Dan was het tijd voor de verdoving van links boven vanachter voor de twee andere kiezen. De eerste van de twee liet zich heel gemakkelijk trekken, de ander was niet even gewillig. Maar het lukte.
Terug naar beneden waar de dokter een penicillinekuur voorschreef.
Hij vroeg of ik een geschikt pijnstiller in huis had. Ibuprofen was ok. Hij gaf een koelzakje mee om de zwelling tegen te gaan en zei dat ik meteen na thuiskomst een pijnstiller moest nemen en een tweede vier uur later. Dat was zeker niet overbodig. Ik heb dagelijks drie pilletjes nodig gehad tegen de pijn gedurende een week.
Om eerlijk te zijn heb ik meer last gehad van de uitgetrokken tanden dan van alle chemo bij elkaar.
Om 14uur30 kwamen zij eindelijk thuis. Nadat zij in ellenlange files is Oostenrijk hadden gestaan kwamen zij terecht in files rond Mϋnchen. Sjaak besloot om richting Nϋrnberg te rijden en bij het vliegveld daar zochten zij een hotel om te overnachten. Ondertussen was het al half een s nachts. Na het ontbijt vertrokken zij even voor negen uur.
Wij hebben met veel plezier te video opnames bekeken en ik moet bekennen dat ik nu nog meer zin heb om mee te gaan skiën met Pasen. Het was ongelooflijk leuk om Jules en Olivier bezig te zien. Zij kunnen al heel goed skiën en ik was ook helemaal onder de indruk van Jules op zijn snowboard.
Wj zij wel heel erg blij dat zij nu allemaal weer thuis zijn.
De afgelopen week passeerde zonder noemenswaardige moeilijkheden. Ik ben mijn lichaam erg dankbaar voor zijn weerbaarheid en herstelvermogen. Vind dat ie het ongelooflijk knap doet aangezien ik in november erg verzwakt was toen de chemo begon. Ondertussen hebben wij vernomen dat het met een van mijn medepatiënten, Manuel, die me telkens moed heeft ingesproken, allesbehalve goed gaat. Daar hebben wij het best moeilijk mee want Manuel heeft me altijd aangespoord om te vechten en om niet bij de pakken te blijven zitten.
Ondertussen proberen wij te volgen hoe de terugreis uit Campitello in de Dolomieten van onze dochter en schoonzoon en hun twee jongens gaat. De eerste 145 km duurde 4 uur en rond München werden files verwacht. In ieder geval lijkt het alsof zij zeer tevreden zijn met de skivakantie want zij wilden meteen boeken voor volgend jaar. Ik weet uit eigen ervaring hoe fijn het is om daar je wintersportvakantie door te brengen, fantastische skipistes, hele goede sneeuwcondities en niet te vergeten heerlijk lekker Italiaans eten.
Omdat ik in het weekend na de 2de sessie van de 4de chemokuur me erg slapjes had gevoeld, had ik verwacht dat ik dit weekend me minstens even slap zou voelen. Maar blijkbaar was er toen iets anders bijkomstigs aan de hand want deze keer was van slapte en extra vermoeidheid weinig te merken. Gelukkig maar. Slaap steeds beter en de ochtendlijke hoestbuien durend steeds minder en minder lang. Voel me elke dag sterker en fitter en begin weer zin te krijgen om klusjes in huis op te knappen.
In de namiddag ging ik naar de tandarts. Had smorgens gebeld omdat ik de afgelopen dagenvaker en vaker kiespijn had gehad. Hij maakte een surroundfoto en begon dan uit te leggen wat er allemaal aan de hand was. Het komt er op neer dat ik dinsdag a.s. in het Middelares ziekenhuis in Deurne 3 tanden moet laten trekken omdat er anders een te grote risico op infecties is en dat kan ik om de tandarts te citeren missen als kiespijn met mijn geschiedenis van kanker en chemo en verlaagde weerstand.
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Over mijzelf
Ik ben Anders Gunnar BERG, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Bompa.
Ik ben een man en woon in Merksem (Belgie) en mijn beroep is vroeger SW designer bij Alcatel, sinds 1 augustus 2003 bruggepensioneerd.
Ik ben geboren op 26/09/1948 en ben nu dus 76 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: mijn kleinkinderen,lezen, gitar spelen, computeren, skien,genieten van het leven.
Officieel heet ik dus Anders maar iedereen noemt mij of Gunnar of Bompa.
Sinds longkanker met metatstases werd vastgesteld in oktober 2005 hoor tot de grote club van kankerpatienten met levenslang lidmaatschap.