Ik ben geboren in rotterdam. In 1955, in de kraamkliniek aan de Henegouwerlaan. We woonden aan Zaagmolenstraat, oud-noord, toen al een achterbuurt, maar daar was ik me echt niet van bewust. Ik was een "laat" kind, nooit ergens vlot mee, altijd onderaan in de ontwikkelingsgrafieken. Mijn allervroegste herinnering is dat ik wist waarom ik niet lopen kon: Het waren mn schoentjes. Het zooltje liep van voor naar achter en dan omhoog, een ronde achterkant dus. Daarom viel ik steeds al ik het probeerde. Ik zag dat de schoenen van de grote mensen, en ook die van mn grote broer een hoek hadden aan de achterkant, daarom konden zij wel lopen. Een andere herinnering is dat ik in het wat viezige tuintje zat waar alleen brandnetels wilden groeien, in de kinderbox. Binnen was van alles te doen, er was bezoek, en ik was nieuwsgierig, maar kon mn box niet uit. Verder zijn er nog flarden van Oma en Opa. Het was niet echt Opa, mn Oma werkte daar als huishoudster, intern, maar voor ons was die vriendelijke oude man Opa. Ze woonden op zuid, op stand dus. Daar was de tuin wel mooi. Er groeiden onder andere afrikaantjes, de geur en kleur daarvan geeft nog steeds een associatie met die tijd. Opa had ook een kelder, daarin stond een koffergrammofoon, met een zwengel om m op te winden. Natuurlijk mocht ik dat nooit doen, dat deed mn broer, die was de oudste. Dan speelden we de nbakelieten 78-toeren platen, met goud of zilver op de labels, de muziek zei ons niets, maar zo'n stuk speelgoed hadden we thuis niet, dus was alles mooi. Als Oma jarig was vierden we dat natuurlijk daar. Ook mn tante, oom, en ons nichtje waren er dan. Opa rookte sigaren, en het was altijd vreselijk gezellig, licht, en een vriendelijke sfeer. Heel anders dan het bedompte en kleine benedenhuis waar we zelf in woonden. In de Zaagmolenstraat wandelend met mijn moeder kwamen we een van de buren tegen. "Hallo vlooienmajoor" groette ik haar vriendelijk, want zo werd ze genoemd bij ons thuis. Of ze ooit nog tegen mijn moeder gesproken heeft weet ik niet ... Verder was er de kleuterschool. Mijn "Juf" was juffrouw Schrevel, op zich wel aardig, maar ze had een ding aan haar hoofd, en daar was ik bang voor. Veel later bleek dat een gehoorapparaat te zijn. Ook moesten mijn broer en ik naar de zondagschool, voor bijbelles, dan kregen we 15 cent mee. Op een warme dag zijn we niet gegaan, en hebben we ijsjes gekocht voor die 15 cent. Natuurlijk morsten we op onze zondagse kleren wat op zich al een zonde was, maar we moesten ook verklaren hoe dat kwam. Toen bleek dat we gespijbeld hadden van de zondagschool en het schoolgeld versnoept, hebben we flink op ons falie gehad!
05-07-2005, 23:56 geschreven door Caerwyn
|