Gisteren had ik eens op een normaal uur gedaan, en rond 18u30 reed ik de oprit van het huis op.
Tiens, er stonden vier wagens geparkeerd, en geen van die wagens kwamen mij bekend voor.
Toen ik voor de veranda reed, zag ik de deur open staan, en binnen zat er een pak volk aan tafel.
Ik parkeerde de wagen tussen de anderen, en liep naar de veranda.
Een tiental mensen zaten aan tafel te eten en lieten de wijn rijkelijk vloeien.
Tussen de personen herkende ik mijn vader en zijn vriendin, en dat was ver alles.
Eén persoon kwam mij bekend voor, maar ik kon hem niet thuis brengen.
-Euh .de goeie avond allemaal.
-Ha dat is ons chauffeurke zekerst?
-Euh .
Mijne pa nam het woord, omdat ik daar stond te gapen als een koe naar nen trein.
-Kijk chauffeurke, dat zijn nu onze kozijns en onze nichten zie.
-Euh allé ik ben blij van jullie te leren kennen op mijn 47 jaar.
Sommigen had ik nog nooit gezien, en anderen ben ik waarschijnlijk eens tegen het lijf gelopen bij één of ander begrafenis jaren geleden.
-Chauffeurke, we hebben uw huis bezocht en het is schoon hé.
-Euh .ha ja?
-En we hebben uw schatten op zolder gezien, azo een verzameling hé
-Euh .
-En we hebben uwe wijnkelder bezocht, azo oude flessen dat er daar liggen, uwe pa heeft er hier direct een paar geopend!
-Euh .jamaar .
-En we zijn ne keer naar uw kiekens en uw vissen en uwen hof gaan kijken.
-Allé dan .
-Uw madam moet nogal met haar gat in de boter gevallen zijn, met zo een ventje gelijk gij!
-Euh .maar ik heb nog niet echt een madam hé.
-Hoe .ge gaat ons toch niet zeggen dat ge hier alleen woont?
-Euh .ja, heeft mijne pa dat nog niet verteld?
-Ba nee gij .den diene heeft ons nog wat zaken verzwegen zekerst.
-Ja .
-Maar we zullen wij ne keer wat reclame maken voor u, want in de familie zijn er niet teveel vrijgezellen zenne.
-Euh .jamaar, azo gepresseerd is dat nu ook niet zenne!
Die mannen waren daar ondertussen de St- Emillion van 1978 aan het binnen gieten met hun worteltjes en erwtjes die met hun beven al op de grond gerold waren.
En terwijl ze daar met hun valse tanden de grijze crevetten aan het verslinden waren, kreeg ik daar een salvo van vragen afgevuurd, terwijl ik liever was bekomen van mijne werkdag.
-Chauffeurke, neem u ook een glas wijn, t is goeien!
Dat zal wel zijn dat het goeien was, t was potverdekke wijn dat ik laten liggen had om eens iets speciaal te vieren als ik friet met stoofvlees eet.
Zelf had ik nooit gedacht dat hij nog goed zou geweest zijn, want er liggen heel wat slechte flessen tussen.
Allé, toen de wijn en het eten op was, spraken ze van te vertrekken, en met de broeksriem gespannen, stapten ze naar buiten, waar ik dan nog ne familiefoto moest nemen.
We hadden elkaar 47 j niet gezien, en nu moest ik zelf de foto nemen, zodat ik er terug niet opstond ppfffffff.
Ja, raar familie dat ik heb!
Maar bon, toen ze zijn vertrokken, zei er iemand:
-Chauffeurke, ge moet zolang niet meer wachten alvorens eens af te komen hé.
We lezen u wel in den beiaard, maar we zien u al eens graag in t echt ook.
Precies of t was mijn fout, dat ik ze niet kende.
-Nee nee, we gaan zeker geen 47j wachten, binnen 30j ziet ge mij zeker eens terug.
Toen ze buiten liepen, was het effect van de wijn zichtbaar, en ééntje moest ik daar nog gidsen om van mijnen oprit te geraken, of hij had de helft van mijn voliëre mee.
Ik bleef nog wat nazwaaien, zoals het tijdens familietradities past, en dan liep ik terug naar de veranda, waar mijne pa ook aan het inpakken was.
-Awel, dat was nu een deel van uw familie zie.
-Een deel?....en uit hoeveel man bestaat onze familie dan.
-Awel ze hebben daar een blad met uwe stamboom gelegd, en er zouden er nog 120 in leven zijn.
-Wablief .120??????
-Ja, ge hebt gij een grote familie hé.
-Euh .seniorennet is ook een grote familie.
-Awel, dan moet ge die mensen ook eens inviteren hé, want die ken ik dan weer niet.
Hij nam zijne telefoon waarmee hij nooit opneemt als ik hem bel, en aan zijnen andere arm zijn vriendin.
Ze liepen naar de wagen, en hij riep nog na, dat hij morgen wel alles zou komen opruimen.
Toen ze weg waren, ben ik dan maar zelf beginnen opruimen, want ge weet maar nooit dat ik s anderdaags morgens ook nog ne restant van verloren gereden familieleden op ontbijt krijg.
Maar allé, ik ga niet klagen, het bezoek zal mijne pa waarschijnlijk plezier gedaan hebben, want in feite is hij een echte familieman.
Nu dat alles opgeruimd is, en het afwasmachien aan het draaien is, ga ik naar Geraardsbergen om te ontwaken.
Ja, ik ga er bij Olav een koffie drinken en een babbeltje slaan met Manneken-pis.
Na de uitstap naar Duitsland en de hoge venen was het tijd om het stuur eens naar de andere richting te draaien, en zo stonden we verleden zondag op de rommel en antiekmarkt van Brugge.
De zon was van de partij en door de antieke parasols en de tweedehands paraplus scheen ze door de gaten die de motten of de tijd in de stof hadden gebracht.
Hoe meer gaten hoe ouder hij leek te zijn en hoe duurder hij geprijsd werd.
Hoewel de prijzen in het algemeen nog meevielen.
Rommel zoek ik nu niet speciaal want ik heb al genoeg rommel in huis.
Maar een antiek stuk kan mij zeker bekoren, hoewel het dan wel uniek en antiek moet zijn.
Zo zagen we in Duitsland een antieke douche staan die nog gewarmd werd met kolen.
Ja, zon zaken spreken mij aan en vinden wel een plaatsje in huis, vooral die zaken die mij doen terugkeren in de tijd.
Daarom ben ik ook opzoek naar de oude schrijvers, waarvan mijn collectie wel begint volume te nemen.
Boeken van Ernest Claes, Gezelle, Streuvels,Timmermans en Consciënce staan op het verlanglijstje om als verzameling plaats te nemen in de boekenkast.
1ste drukken of getekende exemplaren staan natuurlijk hoog aangeschreven, maar sommigen zijn moeilijk te vinden.
Op een rommelmarkt is het dan zoeken en snuffelen in dozen, en al vlug zie ik of er kans is dat de verkoper een oude Vlaamse schrijver in zijn bezit heeft.
Ja, tussen boeken van jommeke tot Consalik is een oude Vlaamse schrijver totaal andere lectuur hé.
Gisteren waren we nog maar een paar standen ver toen we bij een kraam kwamen waar alleen maar boeken stonden.
Die mannen hebben af en toe wel iets liggen en dus ging ik op snuffelronde.
Twee stuks van Ernest Claes die ik nog niet had en dan nog aan een zeer voordelige prijs.
Maar mijn lief maakte er mij attent op dat er een ganse doos stond met boeken van Conscience.
5 stuk stonden ze getekend en er zaten eerste exemplaren tussen die blijkbaar aan één en dezelfde persoon hadden toebehoord en die waarschijnlijk ook zijn verzameling van de hand had gedaan.
Toen ik aan de verkoper vroeg wat hij mij voor prijs kon maken indien ik de ganse doos zou nemen moest hij nog niet te lang nadenken en liet hij ze aan de helft van de prijs.
2,5 t stuk is een zeer goede prijs en al vlug begon ik de boeken te tellen.
43 stuks zaten er in de doos en ik zou er eens over nadenken.
Potverdekke, ik heb ze toch wel laten staan zekerst en vandaag heb ik er nog spijt van!
Maar ja, de volgende keer zal ik vlugger beslissen, hoewel nog niet alles verloren is want ik heb het adres van verkopend persoon.
Maar mijn dag zou nog goedgemaakt worden toen ik een paar kraampjes verder Gezelle zag staan.
Euh..ja ja de Guido Gezelle hé.
En niet in boekvorm, maar het borstbeeld of beter gezegd de kop van Gezelle.
Meestal zijn ook dat stukken die geld gaan, maar hij stond wat verloren tussen de Art-deco.
-Euh meneer kunt ge mij de prijs zeggen van diene kletskop met zijn priesterkostuum?
-Ja dat is Guido Gezelle en het beeld is getekend.
-Ja ja, maar wat is de prijs?
-Euh awel laat ons zeggen dat het euh .allé..20.
Als het teveel is stap ik meestal door, en als het te weinig is heb ik ook mijn twijfels.
Ik vroeg of ik het even van nabij mocht zien en het was nog in zeer goede staat.
-Allé, wat is uwe laatste prijs want dienen mens schrijft toch niet meer hé.
-Awel 18.
Ik betaalde het beeld en zou het later komen ophalen toen we de markt verlieten.
Zo stapte ik een uur later met Gezelle onder de arm naar de wagen voor we onze reis gingen verder zetten naar Zeebrugge.
Daar aangekomen konden we met bussen naar de verschillende plaatsen rijden en onze eerste plaats was een schip dat wagens vervoerde naar Panama.
Bij het woord schip of boot hebben we vaak een verkeerd beeld, althans ik had dit toch.
Voor ons lag een gevaarte van 200m lang en meer dan 45m hoog voor meer dan 59000 ton.
De wagens konden gestald worden op 12 verdiepingen en dat voor een totaal van 6000 wagens!
Ja, dat was nog eens de moeite.
Jammer dat we geen fotos mochten maken, maar chauffeurke had er ondertussen toch buiten al wat gemaakt voor ik het plakaat had gezien.
Daarna ging het naar de marinebasis en ook daar gingen we slenteren tussen schepen van verschillende landen.
Van onze eigen Belgische vloot tot Ierland naar Marocco.
Toen we terug de bus namen om naar onze wagen te rijden kregen we van het Belgische leger nog een gratis sauna aangeboden.
Amai mijne frak, dat was daar zeker 40° in dienen bus en iedereen zat op elkaar geplakt!
Moe maar voldaan reden we na een uurtje terug Deftinge binnen en dan was mijn eerste werk om Guido Gezelle een plaats te geven.
In de veranda onder het zonlicht kijkt hij nu naar buiten waar hij in mijn inspiratie opzoek gaat naar nieuwe gedichten.
Misschien zien mijn ogen vroeg of laat wel wat zijn ogen zagen
Beschrijven zoals hij de zaken beschreef daar waag ik mij niet aan want zijn unieke manier van schrijven is tot nu nog niet geëvenaard en daar zal of wil ik zeker geen verandering in brengen.
Anderzijds ben ik wel blij dat De Guido vandaag bij mij is komen wonen, en wie weet welke gesprekken we samen nog hebben in de toekomst.
Vandaag is het rustdag en dus kan ik de pen terug even ter hand nemen hé.
Mijn werkgever liet mij beginnen aan mijn eerste 5 weken verlof en zo ben ik thuis tot de tweede week van augustus. Ja, wat doet een mens zoal hé tijdens al die tijd. Wel om te beginnen ben ik achter mijne kleine snotter gereden en is ook mijn lief momenteel nog een weekje thuis.
Tot nu toe stonden er een paar uitstapjes op het menu en zoals gezegd reizen is leren hé.
Vandaag dacht ik eerst wat langer in mijne nest te blijven liggen, maar om 6u55 schoot ik daar plots wakker.
Omdat het in mijn bed eenrichtingsverkeer is, kon ik mij ook niet draaien of keren en ben dan maar opgestaan.
De warmwaterstralen van de douche deden de shampoo op mijn haar schuimen en binnen de kortste keren stond ik daar met een witte schuimpruik op.
Door te niezen had ik zelfs een zeepbel weten te blazen die ik zoals in mijn jonge jaren doorprikte.
Daar stond ik dan gelijk een waterkieken en voor de spiegel keek ik mij af en toe aan tijdens het afdrogen.
Amai, de jaren hebben hun best gedaan!
Het ontbreekt nog juist dat ze nu op de één of andere mailgroep een stelling zetten over bierbuiken en dan was ik mij morgen met mijn kleren aan.
Afgedroogd sprong ik in mijn kleren, hoewel dat springen ook al veel minder is.
Eens beneden gingen de rolluiken naar omhoog en de pc aan.
Terwijl de pc aan het opstarten was liep ik naar buiten en dat is de tijd dat ik kijk welk weer het is en dat ik de beesten eten geef.
De poes kwam daar als eerste tegen mijn been wrijven en omdat ze aan het ruiven is, hing er bijna meer haar op mijn broek dan op haar lijf ppfffff.
De geiten stonden te bleiten, de haan te kraaien de kiekens te kakelen en sommige kanaries te fluiten terwijl de hond weet dat hij niet moet blaffen als er niemand anders dan ik in de tuin loop.
Soms verklaren ze mij zot omdat ik tegen mijn beesten spreek, maar ik kan daar ook niet aandoen dat ik ze versta en dat ze mij antwoorden hé.
Toen iedereen zijn ontbijt had gekregen kon ik mij voor de computer nestelen en beginnen schrijven.
Och laat het mij eens over onze uitstappen hebben.
Zaterdag nog naar de hoge venen en daarna verder naar Duitsland om er de geur van de schnitzels op te snuiven.
Gisteren naar de rommelmarkt in Brugge en daarna verder naar de havenfeesten in Zeebrugge.
De hoge venen had ik lange tijd geleden gedaan en in feite was ik al vergeten hoe mooi de streek er is en wat voor prachtige wandelingen men er kan doen.
Over plankenpaden loopt men door het veengebied waar de hagedissen voor je voeten springen.
Het veengras krijgt door de lichtinval van de zon heldergroen over grijs naar blauwe kleuren.
Op ritme van de wind wuift het je na op het ganse traject en af en toe zie je ook de restanten van de branden die er ooit waren.
Dennen kaalgebrand of tot op de grond afgebrand.
Een groeiproces dat terug voor jaren moet worden hervat.
Tussen het hoge veengras hoor je de waterloopjes stromen, afgewisseld door de zang van één of andere vink.
Kilometers aan een stuk wandel je door een glooiend landschap waar je plots voor een sparrenbos staat en iets later terug zicht hebt over de bossen tot kilometers ver.
Op sommige plaatsen kruisen de paden zich, en het is welbekend dat men niet de eerste zou zijn die hier verloren loopt.
Daarom staan er op de kruising wegwijzers om de wandelaar te gidsen.
Baraque michel, signal de Botrange en Eupen 20km stonden er op ons pad aangegeven.
Zo konden we onze wandeling indelen dat we na een grote lus van een paar kilometers te hebben gemaakt terug aan de wagen stonden.
Zelfs tijdens het rijden genoten we van het landschap en iets later reden we de Duitse grens over.
Zo kwamen we in Monschau aan en slenterend door de kleine straatjes ontdekten we welk mooi dorpje of stadje het wel was.
De typische Duitse bouw met een kabbelend riviertje die hard stromend tussen de huizen zijn weg vervolgde.
Zon en schaduw gaven ons een gratis lichtspel en door het feeërieke van het romantische stadje stonden we plots midden hartje zomer voor een huis met kerstversiering.
Het was een winkel waar men het ganse jaar door kerstversiering verkoopt en ik moet zeggen dat het prachtig was.
Drie of vier verdiepen waren omgetoverd tot een zomerse kerst.
Terug buiten begonnen de magen te knagen en dus was het tijd om een snack te bestellen en kon ik nog eens mijn beste Duits bovenhalen hé.
Blijkbaar passen ze de menukaart aan volgens de toeristen en toen wij daar aankwamen stonden er toch wel frieten op zekers!
-Euh..gutendach fraulaain ich wollen geiren aaine grösse pack frietkartoffelen mit aaine serieuse kwak mayonaise und nicht tefiel saltz bitte.
Die madam had dat daar direct verstaan en binnen de korste keren stond mijne kleine snotter daar met een pak friet in zijn handen.
Omdat mijn lief ook een beetje aan het regime is wou ze liever iets anders eten en dus stapten we iets verder een snack binnen waar ze kebab verkochten.
Jawadde, het waren dan nog echte Turken waarvan de vrouw des huizes in Turkse klederdracht achter de oven stond.
Awel dat is een ander paar mouwen als ge in het Duits aan een Turk moet vertellen wat ge wilt eten hoor!
-Euh gutendag haben zich aaine grösse pistolé mit kebab und von die sause die nar luuk smekt?
Und als zie toch bezig zaait können zich dan auch was légumen tüssen das fleis zwieren bitte?
Awel ge gaat mij niet geloven maar ook dienen mens had mij van den eerste keer begrepen!
Mijn lief kreeg daar een lekker gevuld warm broodje en zo stonden liepen lief en snotter te smullen door de straat, terwijl ikzelf nog opzoek was naar iets om te eten.
Wat verder kwamen we aan een chinees, maar daar durfde ik echt mijn Duits-Chinees niet boven te halen en besloot dan maar om mijne regime verder te zetten.
We hadden een leuke dag gehad en na 2u30 stonden we terug in Deftinge.
Het is zeker een streek waar we teruggaan, maar eerst zou het nog richting kust gaan en dat is dan weer een ander verhaal.
Toen ik een paar dagen geleden mijn rolluik optrok, was ik wreed verschoten, want ik dacht dat er daar ene in mijnen hof stond. Maar t was potverdekke een affiche van de verkiezingen dat tegen mijn raam gevlogen was. Ja, ik had het moeten weten, de verkiezingen zijn in aantocht. Ik vind dat altijd wreed plezant, want meestal komen de verkiezingen op momenten waar ik weinig inspiratie heb, en dat is altijd een welgekomen hulp hé. t Is nog geen jaar geleden dat er mij ooit een paar politiekers vroegen: -Chauffeurke, ge gaat toch eens iets schrijven over de verkiezingen hé? Maar nu de verkiezingen voor de deur staan, is er mij al ene komen vragen om wat op te passen met mijn schrijfsels. Hij noemde wel geen partij en ook geen naam, dus veronderstel ik dat het over hem zelf ging. Er had mij zelfs al iemand gezegd, dat plakken of schrijven op de borden van de verkiezingen strafbaar is. Nee nee, wees gerust, ik ga daar de foto van mijn plechtige communie niet tussen plakken zenne. Allé, op 8 oktober mogen we weer ons potlood scherpen en onze gom in onze broekzak steken, om ons daar een ogenblik te gaan bezinnen tussen drie muren en een gordijn. Het is een dag waar de mensen elkaar nog eens ontmoeten met de glimlach. En als ge dan vraagt voor wie ze gestemd hebben, dan zeggen ze meestal voor de goeie. Ja, als iedereen voor de goeie stemt, dan moet er toch maar één partij zijn, want ze stemmen blijkbaar allemaal voor dezelfde. Maar nee, in Lierde moet daar een beetje ambiance bij zijn, en daarmee maken ze meer dan één lijst hé. t Is ook best om de spanning er een beetje in te houden, want als ge den uitslag op voorhand weet is er het plezier ook af hé. Ik moet wel zeggen dat Lierde zijn best doet om het de kiezer makkelijk te maken. Om wat plaats te winnen op de stembrieven, waren sommige partijen zodanig naar elkaar opgeschoven, dat ze op den duur van twee partijen er één konden maken. De CD&V en de VLD zaten al op elkanders schoot, en ook de sp.a zat op een groene wei. Maar nu waren ze zodanig opgeschoven, dat er daar vanonder op die kieslijst nog een gans gat open was. Daarmee konden ze nog een partij bijmaken hé. Ze vonden niet direct een naam voor die partij, en daarmee hebben ze dat gewoon de derde partij genoemd. Het komt er vooral op aan, om dat allemaal aan de gewone mens uitgelegd te krijgen. Het is splitsen, kartelvormen en kleuren mengen. Om nog maar te zwijgen over het programma van de partijen. Laatst hoorde ik dat het programma van de derde partij niet links of niet rechts was, maar rechtdoor. Ja, en de centrumpartij is volgens mij ook niet links of niet rechts. Of zou het kunnen dat je op de centrumpartij maar juist mag stemmen als je in het centrum van de gemeente woont? Ja, als je zo een beetje met politiek bezig bent, dan versta je ook hun taal hé. Of beter gezegd de taal van uw partij. Maar als ge van politiek gene choco gegeten hebt, dan is dat een ander paar mouwen zenne. Opgelet, ze doen allemaal wreed hun best, om het ons rond de verkiezingen duidelijk te maken hé. Zo heeft de sp.a een enquête laten uitvoeren, om het gedacht te kennen van de Lierdenaar. 35 vragen moest ik invullen om te weten welk Lierde ik zou willen. Vraag 12 was bv: Bij het groenonderhoud in de wijken moeten laaggeschoolden de kans krijgen ervaring op te doen. Euh die vraag stond daar peis ik tussen op aanvraag van de groenen, want ik ken laaggeschoolden die veel meer kunnen dan distels planten zenne. Vraag 13 was: Bent u tevreden over de lokale politie? Wel, moest ik niet geflitst geweest zijn, dan had ik daar waarschijnlijk ja op geantwoord. Vraag 29: moeten er meer zitbanken komen in Lierde? Euh hier beneden staan er vier spiksplinternieuwe, maar wat er zou moeten komen, is volk om er op te zitten. Pas op, ik vind het wel goed dat de mening eens gevraagd wordt van de gewone burger. Het is tenslotte hij die moet gaan kiezen hé. De kiezers zijn in feite zoals de politiekers hé, ge hebt daar verschillende soorten tussen. Allé, neem nu deze die tegen hun goesting gaan stemmen, die mannen zijn meestal op twee minuten uit dat kot. Den tijd van hun broek op te trekken, en weer naar buiten te stappen. Dan hebt ge nog de kiezer die zelf op de lijst staat, en den dienen is ook maar een minuut binnen, want meestal weet hij voor wie hij zal stemmen. Ge hebt ook de kiezer die voor een partij of voor een programma gekomen is, en met den dienen hebben ze ook niet teveel werk. Maar dan hebt ge van die charels, die zes jaar tijd gehad hebben om na te denken, maar die het den dag zelf vergeten zijn voor wie ze moeten stemmen, en dat kan wat langer duren. Och het is zoals mee alles, we kunnen er eens mee lachen hé. De politiek is altijd iets die een lach of een vraag tovert, maar die ook vaak aan kritiek onderworpen is. Vroeger kwamen die mannen nog eens aan uw deur, en kreeg je een sleutelhanger of een potlood met de naam van de kandidaat of de partij op, om u te herinneren voor wie ge moest stemmen. Vandaag plakken ze hun foto of hun naam op een bord, en zelfs dat zie ik op bepaalde plaatsen nog leeg. In een weide zag ik zelfs een koe, een foto van een bord trekken. Ja, waar gaan we naartoe, als zelfs een koe geen respect meer heeft voor groen. Ja ja, t is niet simpel om den dag van vandaag in de politiek te stappen! Weet ge wat ik denk, voor men de verkiezingen wint, moet men eerst de kiezer winnen. Volgens mij kan dat door zaken naar voor te brengen die de kiezer aanbelangen, en deze te verwoorden in volkstaal. Geef ons geen gekibbel, maar een Lierde op maat. Voor de kiezer is het niet de plaats van de politieker die telt, maar wel de plaats dat de kiezer zelf krijgt in zijn Lierde. Naar het schijnt zijn er in Lierde meer dan 5000 kiesgerechtigden. Voor iedereen goed doen is maar een droom, maar dat de politiek kan samenwerken, door en voor de Lierdenaar, dat moet realiteit kunnen worden. De politieke potloden zijn geslepen, en daarom wens ik sportief, veel succes aan het adres van elke partij.
Toen ik verleden week in mijne hof stond was het weer tijd om even na te denken. Ja, versta mij niet verkeerd, ik werk niet in de tuin dat doet mijne pa. Ik neem gewoon een schop en zet ze op een bepaald punt in de tuin waarna ik er met gekruiste armen ga op leunen. Ja, we hebben ooit nog zo een schilderij aan de muur gehad waar men de boer ook zag leunen op zijn schop maar dan op het veld en ik moet zeggen dat het mij altijd wreed geïnspireerd heeft. Het is een manier om even tot rust te komen, maar vooral om alles goed in de gaten te houden wat er zoal gebeurd of juist niet meer gebeurd. De meimaand is dan nog juist een maand waar er normaal gezien veel te zien of te beleven is hé. Een koolmeesje logeert er in een nestkastje in de appelaar. Ze zeggen wel in mei leggen alle vogels een ei maar mijn kanaries hebben weer niet kunnen wachten. Met het warme weer hebben ze in april hun eieren gelegd en zitten ze nu al met jongen in het nest. Maar terwijl ik zo nat in het zweet stond van op mijn schop te leunen dacht ik plots aan vroeger. Potverdekke, t was ook in mei dat er meikevers te vinden waren. Mijnen bompa die wist ze steeds te vinden en dan stak hij ze in een stekkendooske. Toen ik curieus op zijn schoot ging zitten trok hij het doosje stilletjes open en zag ik de grote bruine meikever zitten. Een grote kever met bruine vleugels en met poten met kleine haakjes aan. Op het eerste zicht kwam het schrikwekkend over in de wereld van mijn fantasie, maar bompa stelde mij gerust. Hij bond zelfs een koordje aan die meikever zijne poot en het andere uiteinde van het koordje bond hij dan aan een stoel. De meikever vloog heen en weer terwijl ik er met de glimlach stond naar te kijken. Maar mijn moeder vond het maar niks dat de meikever onze zware stoelen moest verhuizen en dus moest bompa hem terug losmaken om hem terug op te bergen in het doosje. En ik ik mocht de meikever eten geven! Ja, ik nam een blad sla en trok er kleine stukjes van om het in het Stekkendooske te steken. s Avonds nam ik hem mee naar mijn kamer en af en toe trok ik het doosje open om te zien of de meikever sliep. In feite hoefde ik helemaal het doosje niet te openen want je hoorde hem zo met zijn pootjes krabben in het kartonnen schuifje. s Anderdaags vergezelde hij mij in mijn broekzak en aan al mijn vrienden liet ik zien dat wij thuis een echte meikever hadden. Maar die mannen waren groen van jaloezie en kwamen mij vertellen dat ik de meikever beter losliet want dat hij zeker zou sterven. Och ik liet ze maar zeggen, het was mijne meikever en hij zou in dat doosje blijven zolang als Ja in feite niet te lang want tegen de avond had hij gedaan met krabben en lag de meikever dood in mijn stekkendooske. Met tranen in de ogen liep ik dan bij bompa met al mijn verdriet en hij troostte mij dan weer door een paar keer in mijn haar te wrijven en mij te vertellen dat hij volgend jaar in mei wel weer een meikever zou vangen. Maar sinds de dood van mijn bompa heb ik zelf niet veel meikevers meer gezien. Ik zoek nog in de hagen als ik op wandel ben of onder de eik, maar tevergeefs. Vroeger vlogen ze nog af en toe eens tegen de ruit, maar die kevers van vandaag zijn waarschijnlijk uitgerust met sonar en GPS systeem om alle obstakels te ontwijken. Het zou ook kunnen dat zoals vele zaken de meikever ook aan het uitsterven is. Ja, als ik hier aan het sproeien ben tegen de aardappelkever, de bladluizen, de rode slak en de boomrups zal dat waarschijnlijk ook geen goed doen aan de meikeverbevolking. Eigenaardig hoe alles ooit op de wereld komt en het later ook verdwijnt hé. Van het doodgewoonste ding tot de perfecte mens verdwijnt vroeg of laat van deze wereldbol. Allé neem nu onze meikever! Toen de meikevers niet meer te vinden waren, hebben ze daar aan den Dender toch ook het stekskesfabriek gesloten hé. Ja, als je geen meikevers meer hebt moet ge ook geen stekkendoosjes meer hebben om ze erin te steken. Ondertussen is ook mijnen bompa, mijn grootmoeder en mijn moeder terug naar de aarde gekeerd. Ja, er wordt wel nieuw leven geboren terwijl je het oude in herinneringen moet zoeken, maar toch is het steeds een gemis. En zo is het ook een gemis dat ik dit jaar nog geen meikever gevonden heb. Nee, ik zou hem zeker niet meer opsluiten in een doosje, maar wel vastleggen met het fotoapparaat. Af en toe voel ik mij dan schuldig over het verdwijnen van de meikever omdat ook ik er heb aan meegedaan. Maar ik ben de enige niet hoor, in die tijd was het grote mode omdat men ze nog vaak kon vinden en dus paste de mens een paar varianten toe op het leven van de kever. Blijkbaar wilden ze ook in het koninklijke paleis ook een aandenken aan het uitsterven van de kever, want daar plakten ze er niet minder dan 1,4 miljoen tegen het plafond. Jawadde, dat zullen volgens mij eerder mestkevers zijn want waar zouden ze anders al die meikevers gaan halen hé. Terwijl ik daar op mijn schop sta te leunen en mijn gedachten in het verleden laat dwalen ben ik er zelf van verbaasd hoelang men bij zo een klein beestje kan stilstaan. Och we staan niet stil bij de meikever maar waarschijnlijk bij alle herinneringen dat het diertje met zich meedroeg. Alles is veranderd, en wij zullen ons moeten aanpassen. Ook de maanden lijken verandert! April nog met zomerse temperaturen en de aprilse grillen zijn dan maar verhuisd naar mei. De communiekanten kunnen terug hun winterkleren uit de kast halen en poseren in 2007 met sjaal en skimuts om de opwarming van de aarde in beeld te brengen. En ik ik sta in mei met een anorak op mijn schop te leunen terwijl ik in gedachten kan terugkeren naar een betere maand mei die ik uit mijn herinneringen pluk. t Is precies of alles begint zijn eigen gang te gaan zonder dat we er nog vat op hebben. Hopelijk kunnen onze kinderen en kleinkinderen vroeg of laat ook nog eens op een schop leunen en terugkeren in hun herinneringen. Herinneringen die al fel uitgedund zullen zijn hoewel er wel andere in de plaats komen. Ja, elk leven heeft zijn herinneringen zoals ik ook deze aan de meikever had. Vandaag hoor ik de kreet van de meikever! De kreet dat herinneringen niet zouden uitsterven.
t Was den 18e mei jongstleden, dat er hier een wagen stopt aan mijn deur om mij de weg te vragen. Het is niet de eerste maal hoor dat ze hier in onze kleine gemeente verloren rijden. Meestal stuur ik ze met een grote boog naar hun bestemming omdat ze zeker iets van onze landelijke gemeente zouden onthouden na hun bezoek. -Dag meneer, zou u ons de weg naar het klooster kunnen uitleggen? Ik ging natuurlijk niet vertellen dat ge het klooster van in mijnen hof kon zien staan, en dus ging ik het wel op mijn manier uitleggen. Wreed curieus als ik ben kom ik dan ook na enige uitleg te weten waarom de mensen in onze gemeente moeten zijn hé. -Euh ja laat mij eens peinzen hmmm,awel als ge van hier naar Hemelveerdegem rijdt en daar de wegwijzer naar St-Maria-Lierde volgt, dan moet ge euh de pijl volgen naar St-Martens-Lierde en daar hebben ze wegwijzers gezet naar Deftinge. Als ge die weg volgt dan komt ge in het centrum van Deftinge uit en euh daar moet ge het nog eens vragen hé. -Oei t is te hopen dat we het vinden, want we moeten op tijd zijn voor een verjaardag. -Euh een verjaardag, en is dat dan met taart en champagne en . -Ja, dat zal wel want t is voor een verjaardag van 175 jaar. -Wablief, 175 jaar? Ik wist nu wel dat ze in het klooster wreed oud worden, maar 175 jaar? Ik daar direct op mijne vélo gesprongen en naar het klooster gereden om mijn licht te gaan opsteken. Ja, het klooster heeft altijd een speciale indruk op mij nagelaten en dat zijn zo van die momenten waar een mens ook binnen de muren van het klooster eens kan gaan kijken hé. Aan de gevel hingen de vlaggen uit en hoe eigenaardig het soms kan verlopen, na dagen van regen scheen de zon met volle stralen op de gevel van het klooster. Aan de ingang stond er een zuster om de mensen te verwelkomen, en ik kon al direct zien dat ik niet alleen zou zijn om van die taart te eten. -De goede morgen zuster. -Goede morgen, komt u ook naar het verjaardagsfeest? -Euh ja ja, maar ik ben mijn uitnodiging thuis vergeten. -Iedereen is hier welkom hoor, als ge uw vélospelden hier aan de kapstok hangt mag je verder lopen naar de kapel. Een mens kan eens lachen en zeveren, maar toen ik het klooster binnen trad stapte ik tevens een wereld van geschiedenis en herinneringen binnen. Ik stapte niet alleen het klooster binnen maar ook de school van mijn moeder en andere familieleden die haar waren voorgegaan. Aan de ingang van de kapel stond zuster Jeannine om de mensen een plaats te geven, maar al vlug bleek de kapel te klein. Het was de eerste keer dat ik in de kapel van het klooster een eucharistieviering ging meemaken en dus bleef ik stil op een stoel zitten. Ik kijk dan meestal naar de detailles en wat mij opviel was dat de kapel zeer modern geworden was door de jaren. Een mooi kleurig glasraam in rood en geel deed er zelfs bij regenweer een warmte binnenstralen. Vooraan namen de zusters plaats die hier na vele jaren inzet in de congregatie tot rust komen. Ja, het was niet de verjaardag van één zuster, maar van alle zusters (het klooster). Het begon op een 18e mei 1832 onder leiding van Johannes Van Damme. De armenschole was van onschatbare waarde zoals het al meerder malen in andere geschriften beschreven is. Het waren de jaren waar namen klonken als:Eerwaarde moeder Engelberta, eerwaarde moeder Scholastica, eerwaarde moeder Candida en zo meer. Ik ben geen geschiedkundige schrijver en ga mij dus ook niet wagen om de evolutie met data onder ogen te brengen. Nee, ik beschrijf de mens in onze dorpen en het leven van elke dag. En ook hier in het klooster heerste het dagelijkse leven. Ik zat al ver in mijn gedachten verdoken, toen plots het orgel begon te spelen en Monseigneur Van Looy naar het altaar liep om de mis voor te dragen. Achter mijne rug hoorde ik het koor zingen, en met gesloten ogen leek het engelenkoor wel te bestaan. Door de woorden van Monseigneur Van Looy en later ook deze van onze Burgemeester probeerde ik mij in te leven in het verleden. In feite was elke stap in het verleden een soort van gebed op weg naar Het klooster, de kapel, de zusters, de leerlingen en elke mens die ermee te maken had probeerde ik een plaats te geven en voor ogen te krijgen. Mijn moeder kon ik het beste voor ogen krijgen, en met haar in gedachten ging ik op wandel door de herinneringen. Na, de eucharistieviering was er de receptie, maar er waren zoveel andere zaken te ontdekken voor ik een glas met bubbels aan mijn lippen zou zetten. Ik had al een paar keer horen praten over de tuin van het klooster en dat zijn van die plaatsen die mij aanspreken. Ik vroeg aan één van de zusters of het zou toegelaten zijn een kijkje te nemen en met haar jawoord trok ik de tuin in. Daar stond ik dan tussen het groen, waar ooit ook mijn moeder liep. Een paar houten banken staan er nu om de zusters rustig te laten zitten terwijl ze naar het verleden kijken. En juist ernaast een boom die zijn takken met grote kronkels door de jaren liet groeien. Het was een oase van rust, waar vroeger de speelplaats was. De glijbaan en de schommel in rode kleur tekende een prachtig beeld tegen de blauwe hemel. En telkens ik de schommel door een vlaag wind zag bewegen leek het wel of ik mijn eigen moeder zag schommelen in mijn herinneringen. Ook zij zal hier zoals velen in schooluniform hebben gelopen. De zon weerkaatste dan weer fel op de glijbaan, en deed ze zodanig blinken dat ze wel nieuw leek. Het leek wel of het verleden niet zover achter ons lag. Maar de grote eik wuifde met zijn bladeren om mij te vertellen dat hij hier al veel langer stond dan ik dacht. Mijn wandeling door het verleden deed mij achteraan de tuin belanden, waar ik bij een grot terechtkwam met een prachtig Mariabeeld. Toen ik haar in de ogen keek, stelde ik mij de vraag of ook zij mij niet aankeek. Het leek wel of ze de glimlach droeg van mijn moeder en van zo velen die hier ooit langsliepen. Misschien moet ik hier ooit wel eens terugkomen als ik wat tijd heb om mij te verdiepen in de verhalen van vroeger. En ik had mijne rug nog maar gedraaid of ik stond terug in het verleden! Ja, de zusters kwamen allen naar buiten om een groepsfoto te nemen, daar waar ik thuis een paar fotos zag van de leerlingen die vereeuwigd waren in zwart wit kleuren. 175 jaar congregatie van de zusters van de H.Vincentius a Paulo van Deftinge stond hier deels in levende lijve. De lens van mijn fototoestel leek wel te klein om ze allemaal in te zoemen. En tijdens het opstellen hoorde ik een paar keer mijn naam vallen. -Kijk dat is nu chauffeurke. Sommigen hadden mij herkend, terwijl ik zeer weinig van de zusters persoonlijk ken. Ik stond daar al rap met blozende kaken en wat zegt een mens dan tegen de zusters hé? -Ik hoor mijne naam vallen, allé ik zal mijn haar dan maar eens goed leggen hé zusters. Oei zegt ge dat wel tegen een zuster? Het toverde wel een lach op hun gezicht en zo trok ik ook de fotos van vandaag. Maar mijn hartje ging pas echt open toen ik te horen kreeg dat ik via de Beiaard elke week de zusters onder ogen kwam. -Ja chauffeurke, ze lezen u hier graag. En ik die dacht dat mijn schrijfsels soms niet te katholiek waren. Ja, ieder heeft zijn manier van schrijven, en de echte reporters van dienst zullen wel het verslag brengen van het verjaardagsfeest. Ik moet het meer hebben van de mens en zijn omgeving in woord te brengen. Ik noem het niet schrijven, maar met woorden door heden en verleden wandelen. Elke week moet ik dan ook op de rem gaan staan om mijn pen de 6500 schrijftekens niet te laten overschrijden. Soms lukt het ook, maar om een verjaardag van 175 jaar te beschrijven heb ik wel wreed moeten remmen. Maar ik kom zeker terug naar het klooster, de speelplaats en de tuin, al was het maar om verleden terug te zien.
Groetjes chauffeurke Ps Ik wil via deze weg alle zusters danken en proficiat wensen voor hun inzet met drie dikke kussen.
De verkiezingen zijn achter de rug en ik zou ook mijn cursiefje aan het stemkot kunnen wijden. Maar nee ik ga het niet doen. Toen ik daar achter het gordijn stond deed het potlood mij aan schrijven denken en had ik wreed veel goesting om een schoon gedicht of een verhaal op het stemformulier te schrijven. Maar de namen die er op vermeld stonden konden niet als personages dienen voor een leutig verhaal en om een thriller te schrijven had ik niet veel goesting in dat kleine kot waar je zelf het gordijn niet kon op slot doen. Thuisgekomen hoorde ik mijn lijster fluiten en ook zij deed mij aan een schrijver denken. Ja, er was zoveel te doen geweest over het Lijsternest. Het lijsternest was de woonplaats van Stijn Streuvels en als chauffeur is het maar een stap om tot ginder te rijden hé. Ingooigem zou evengoed Deftinge,Hemelveerdegem of Gemeldorp kunnen zijn. Maar ik wou mij niet baseren op de klank maar mij eerder inleven door de plaats op te zoeken en het met mijn eigen ogen te ontdekken. Het Lijsternest doet dienst als museum. Hoewel toen ik er aankwam zag ik een gewoon huis en binnen waren het juist de houten panelen met fotos uit vervlogen tijden die mij aan een museum deden denken. Voor de rest liep ik door het huis zoals waarschijnlijk ook Streuvels er had gelopen. Ik probeer mij steeds in de plaats te zetten van en af en toe lukte het ook. Ik probeerde zaken te vergelijken met de andere woonsten die ik had bezocht van de grote Vlaamse schrijvers zoals Gezelle en Claes. Geboren in 1871 ging Streuvels in 1905 in het Lijsternest wonen. Een riante villa voor die tijd! Binnen kreeg ik dan weer een portie geschiedenis en heel wat weetjes uit het verleden te lezen. Zo vernam ik dat Streuvels in feite nonkel moest zeggen tegen Gezelle. Ja, door op bezoek te gaan bij een ander komt een mens nog eens iets te weten hé. Maar ik had meer interesse voor wat de man deed en hoe hij het deed. De villawoonst was ingedeeld in verschillende plaatsen en het was pas in de plaats waar hij schreef dat ik mij echt kon inleven. Zijn schrijftafel stond voor een groot raam die uitzicht gaf op de velden van Ingooigem. Een inktstel dat nog een erfenis van Gezelle was sierde de schrijftafel met daarvoor zijn pijp die al jaren gedoofd was. Maar wat nog meer aan leven en dood deed denken was het kalenderblok waarvan de datum op 15 augustus 1969 was blijven staan en een afdruk van zijn hand die wit als de dood als contrast op de donkere houten tafel lag. Streuvels stierf op 15 augustus 1969 en het was alsof hij zelf het laatste blaadje van de kalender had omgedraaid. Steunend op zijn schrijfstoel keek ik door het grote raam naar buiten en zag wat ook Streuvels zag. De natuur en het dorpse leven dat in zijn boeken tot leven kwam. Het was iets dat we gemeen hadden, en hoewel ik de persoon nooit in levende lijve heb ontmoet, kon ik mij best inbeelden hoeveel waarde het leven had dat door zijn raam te zien was. Het glooiende landschap van Ingooigem leek op dat van Lierde in vervlogen tijden De boeren trokken met zeis en riek naar het veld en brachten kleur in het landschap. Vandaag een bruin omgeploegde akker en morgen een donkergroen veld waar de maïs zijn gele koppen laat zien. Tijdens de oogst zag hij waarschijnlijk paard en kar naar de windmolen rijden die boven het glooiende landschap lag. De boeren zaaiden niet alleen hun oogst voor Streuvels raam, maar ook een deel van zijn inspiratie. Ik had veel goesting om mij in zijn schrijfstoel te zetten en zijn pen ter hand te nemen om het verhaal na zijn dood verder te schrijven. Maar ja ik ben geen Streuvels en in de stoel stond een karton waarop te lezen stond verboden in te zitten. Ik stapte dus maar verder door de verschillende plaatsen en wat vooral in het oog viel was de indrukwekkende bibliotheek. Kasten van vloer tot plafond waren bemand met honderden boeken. Niet alleen Nederlandstalige, maar ook Frans en Duitstalige want Streuvels was meerdere talen meester. In één van de kleinere plaatsen viel het op hoe de slijtage door de jaren invloed hadden gehad op het Lijsternest. De muren vertoonden dikke scheuren en volgens de persoon die er als gids fungeerde zouden ze het huis weldra restaureren. Het zou niet de eerste keer zijn want met de oorlogsjaren was het nest al zwaar beschadigd geweest en ook in de jaren tachtig was het al eens onder handen genomen. Het huis was namelijk op een ondergrond van klei gebouwd en naar het schijnt zou Streuvels moeder het hem afgeraden hebben daar een huis te bouwen. De kleigrond zal wel een rol gespeeld hebben, maar vandaag daveren er ook grootte vrachtwagens voorbij de eens zo rustige woonst van Streuvels. Om alles nog beter voor ogen te krijgen wandelde ik de Stijn Streuvels route af en daar kon ik pas echt vergelijken met mijn Lierde. Dezelfde velden, dezelfde kapelletjes onder dezelfde hemel die eens grijs en dan weer blauw naar beneden lacht. Regendruppels die zijn inktpot aan inspiratie vulden om het trieste te beschrijven en de zon die dan weer het leuke volksleven in de schijnwerpers zette. Buiten de kilometers die het Lijsternest met chauffeurkes home verwijderen zijn er niet zoveel verschillen merkbaar. Hij zag door zijn raam wat ik door mijn ramen zie. En tijdens zijn wandelingen nam hij ontelbare fotos zoals ook ik het fototoestel in aanslag houd om het dorpse leven te fotograferen. Zijn pen bracht niet alleen het panorama voor zijn raam in beeld maar ook de mens met wie hij omging en, de plaatsen waar hij kwam. Sommige titels van zijn meesterwerken hadden zelfs op ons Lierde van toepassing kunnen zijn. De teleurgang van de waterhoek, had bij ons de teleurgang van de watermolen kunnen zijn. En titels als Lenteleven, Langs de wegen, dagen, dorpsgeheimen,stille avonden en grootmoederken hadden evengoed een beschrijving van ons verleden kunnen zijn. Zoals bij Ernest Claes speelde de natuur en de mens een grote rol. Vele schrijvers klampen zich vast aan hun streek en de verhalen die er borrelen. En als elke schrijver een beetje zijn streek op papier zet krijgen we een prachtige landkaart in woord voor ogen. Een beschrijving met veel meer detailles dan gewoon maar lijnen om wegen aan te duiden en plaatsnamen waar men langskomt zonder er het leven te kennen. Ook ik ga mijn inspiratie zoeken bij de mens in de straat en probeer met inkt en pen een woordenpalet op papier te zetten. Eigenaardig hoeveel woorden en zinnen kunnen verschillen terwijl zoveel mensen over hetzelfde schrijven. Maar ja, ook vele schilders zetten een landschap op doek en ook dit was steeds verschillend. Telkens ik op bezoek ga bij één van onze Vlaamse meesters kom ik met veel bagage terug. Niet hun lange onderbroeken of de vergeelde onderlijvekes maar eerder de kunst van hun prachtige schrijfsels waar ik lessen uit trek. Toen ik terug thuis was ging ik ook voor mijn raam zitten en keek naar mijn Lierde Hoe zou Stijn Streuvels onze dorpen in woord gebracht hebben? Vroeg of laat ga ik zeker terug naar het lijsternest om een antwoord te vinden.
Lierde,
Dorps landschap waar akkers en velden glooiend dansen door verleden en heden
duivenmelkers constateren en vinken fluiten lijntjes op stokken waar hanen kraaien
Elk jaar is verdeeld in jaargetijden en andere perioden. Sommige zijn wreed plezant maar anderen zijn het dan weer veel minder. Toen ik onlangs naar mijn zoon belde om te vragen wat hij wou doen in het weekend en om hoe laat ik hem zou komen halen wist hij mij te antwoorden dat hij niet zou komen. -Allo fiston, t is papa hier hoe is dat daar? -Ppfff ca va. -Euh oei t is precies maar een kleine ca va. -Ja het gaat wel. -Zeg wat gaan we dit weekend eens doen en wat wilt ge eten, zal ik achter trippen gaan bij den beenhouwer en zullen we eens gaan fietsen of willen we eens bellekentrek doen aan de poort van t klooster of . -Hola pa dit weekend kan ik niet komen hoor. -Hoe niet komen ? -Ha nee hé pa het zijn examens en dan moet ik studeren. -Euh Ja maar wacht eens gij zijt toch al slimmer dan uwe pa en dan weet ge toch alles. -Het is allemaal zo gemakkelijk niet en de tijden zijn veranderd pa. Het ventje had zelfs niet veel tijd om aan de telefoon te blijven en daar bleef ik dan achter met mijn vaderschap. Ja ik heb ze ook gekend de examens! Een periode van stress en spanning in elk huishouden waar studerende kinderen lopen. Ik kan het niet genoeg herhalen dat mijn schoonste schooltijd deze aan de universitaire kleuterschool van Gemeldorp was en daarvoor kan ik juffrouw Magda niet genoeg bedanken. Daarna ging het bergaf voor aleer ik echt begonnen was. Vooral lichamelijk was het zeer zwaar. De broeders tikten mij op de vingers, de leraars trokken aan mijn oren de juffrouwen riepen hun decibels naar mijn hoofd en mijne pa moest mij s avonds een paar lappen op mijne kop geven om alles terug op zijn plaats te zetten. Om nog maar te zwijgen van al de bedreigingen die men in dienen tijd als jonge gast moest ondergaan. Ik hoor het hem nog zeggen.- Als ge uw best niet doet die zult ge aan de vuilkar staan of moet ge naar de koolmijnen en als ge echt niks kunt zult ge misschien wel in het Parlement terechtkomen. Potverdekke hij had nog gelijk ook! In de familie zaten er wel een paar slimmeriken maar die hadden ook niet echt gestudeerd, al moet gezegd worden dat men vroeger niet altijd de kans kreeg om te studeren. Ik wou de eer van de familie hoog houden door daar zeker niet als afgestudeerde te staan stoefen met al mijn diplomas en heb dus wreed mijn best moeten doen om zo geen papier in handen te krijgen. Maar blijkbaar was niet iedereen van hetzelfde gedacht en was het toch van moeten in t school. Aardrijkskunde en geschiedenis, rekenen en tekenen, Frans en Nederlands enz Jawadde zeg mijne kop was zelfs nog niet volgroeid om zoveel verstand in op te slaan. -Chauffeurke het is de laatste keer dat we het u gaan zeggen en uitleggen. Maar na de laatste keer kwamen ze terug en hielden ze weer en litanie. Ik kon maar niet begrijpen dat zij niet begrepen dat ik niet begreep wat ze wilden dat ik begreep. En zij begrepen dan weer niet dat ik niet wilde begrijpen wat ze wilden dat ik begreep. Ja, als ge met twee personen zo simpele zinnen al niet verstaat dan is er nooit een echte verstandhouding hé. Een gans jaar spelden ze mij de les buiten de lesuren dat ik tijdens de lesuren zelfs geen goesting meer had om les te volgen. Daarbij ik had andere zaken aan mijne kop. Mijn kleine beentjes moesten door de velden huppelen en daar bloeide ik pas open. Maar de grote school lag in het Brusselse en veel velden waren er daar niet te bespeuren. Ne mens moest al zien dat zijn verstand daar niet omvergereden werd door tram of bus. Eerlijk gezegd heb ik nooit ons leersysteem begrepen. Een gans jaar doet ge wreed uw best om niets te kennen en dan komen ze af met examens waar ge ondervraagd wordt over uw kennis van het voorbije jaar ppfff. Ja, het is niet omdat ge niets kent dat er daarom geen examenstress is hoor. De eerste van de klas heeft daar natuurlijk geen last van, maar bij de tweede begint het al van potverdekke kost ge nu uwen eerste niet zijn en hoe verder je in het klassement staat hoe erger het wordt. Kunt ge u een beetje in mijn plaats stellen als ge daar als rode lantaarn vanachter hangt. Het komt er dan op neer om een uitvlucht te vinden waarom al die slimmeriken daar voor u staan en dat is zeer stresserend. Het examen moest plechtig worden afgelegd en dat was in stilte en zonder te mogen afkijken van uwe buurman. Naar het schijnt kunnen ze dat zien bij het verbeteren of een mens afgekeken heeft of niet. Ja t is niet moeilijk als den dienen naast u ook fouten schrijft! Zo was er ooit de vraag wie de slag om Waterloo verloor en daar had ik op geantwoord dat het Jean Van de Velde was. Potverdekke ik had toch wel de naam van de leerling naast mij afgeschreven in plaats van de naam van den dienen met zijn hand in zijne frak en zijne scheve hoed erop te zetten. En dan nog die vraag over de hoofdstad van Duitsland terwijl ik nog veel te klein was om over diene muur ginder te kijken en te zien welke hoofdsteden er ginder juist lagen. Ja, nu ze hem afgebroken hebben is het gemakkelijk, terwijl er waarschijnlijk niemand van die leraren zou geweten hebben welke de hoofdstad van Lierde was. (Moest ge ooit die vraag tegenkomen het is Deftinge) Ik moet zeggen dat ik meer bezig was met uitvluchten zoeken tegen dat ik mijne bulletin moest afgeven thuis. Eerst moest ik hem gaan halen met de prijsuitreiking en gelukkig hadden mijn ouders geen tijd omdat ze de winkel moesten openhouden. Azo een klucht zeg de eerste kreeg daar een kus van de juffrouw en drie boeken om zijn vakantie door te brengen terwijl zijn moeder stond te bleiten omdat ze fier was dat haar zoontje de eerste van de klas was. Ik moest daarvoor niet de eerste van de klas zijn want mijn moeder weende ook vaak om mijn resultaten hoor. Als dan eindelijk de vakantie voor de deur staat en ge van al die moeilijke vragen af bent, dan gaan ze thuis nog wat vragen stellen waar ge ook moeilijk kunt op antwoorden. -Awel chauffeurke hoe is het met uwe bulletin? -Euh zeer goed ik heb hem goed weggestoken zodat hij niet beschadigd geraakt en als ge hem eens kunt aftekenen tegen t volgend schooljaar is het goed. -Ja maar zo gemakkelijk gaat ge er u niet vanaf maken zenne, kom geef uw rapport eens hier. Dat was de tijd waar ik mijn broek moest opvullen met gazetten omdat ik het de witte van Zichem ooit had zien voordoen en tegen de examenperiode liet ik ook altijd mijn haar wat langer groeien om mijn oren te beschermen. -Wablief lees ik dat goed een 9 voor wiskunde? - ja goed hé pa! -Ha gij noemt dat goed? -Euh ge hebt mij toch altijd gezegd dat alles boven de 5 goed was hé pa. -Ja kieken maar niet als het op 50 is! Ja zo is het natuurlijk nooit goed hé. Maar ja mijne kleine snotter zal wel gelijk hebben de tijden zijn veranderd. Vroeger was er werk en had je geen diploma nodig en vandaag is er geen werk meer en vragen ze uwe diplome ppfff. Ja dat noem ik nu eens een omgekeerde wereld zie. Maar mijne pa had ook gelijk dat ik zonder studeren in de koolmijnen of in het parlement zou moeten gaan werken. Awel ik heb nog wreed veel geluk gehad dat de koolmijnen dicht zijn en in het parlement is het nog zo slecht niet hoor. Nee nee, moest ge eens weten hoeveel er daar zitten die bijna zo slim zijn als ik. Maar stiekem hoop ik toch dat mijne snotter zijn studies lukt want ge weet maar nooit dat ze vroeg of laat zoals de koolmijnen ook het parlement afschaffen hé.
Op het moment dat je dit cursiefje zult lezen stap je misschien richting stemkot of heb je al een bolletje gekleurd.
Ja t is weer van dat.
De laatste tijd hebben we nogal wat afgestemd hé.
Stemmen voor de schoonste kerstman, voor de schoonste boerin, voor miss voetbal, voor Dean, voor miss aardbei en mister aambei, voor miss witloof, miss België, miss Univers
Jawadde straks kunnen we elke week het stemkot induiken!
De gemeenteverkiezingen zijn ook nog maar juist achter de rug dat we nu terug voor het halfrond mogen gaan stemmen.
Ja, waarom dat ze dat ginder maar halfrond en niet volledig rond gemaakt hebben weet ik ook niet zenne.
Voor Kamer en Senaat kunnen we nu een bolletje gaan kleuren.
Wat mij opvalt, is dat er precies veel minder affiches en fotos van die mannen in het straatbeeld hangen.
Anderzijds komen ze dan weer in de media waar ze hun woord doen hé.
Och in onze kleine boerendorpjes zijn de mensen vaak gebonden aan een partij omdat het zo is doorgegeven van vader op dochter hé.
Ja, natuurlijk heb je altijd uitzonderingen die daar plots gaan stemmen voor een partij die vroeger niet bestond hé.
Ik peis dat de mensen een beetje stemmoe aan het worden zijn en dat ze op den duur niet meer weten voor wie ze moeten gaan stemmen.
t Is nog niet zolang geleden dat er daar ene mijnen hof kwam opgewandeld met een moeilijke vraag.
-Zeg chauffeurke, gij zijt toch altijd op gank met die mannen vertel mij ne keer voor wie da k ik moe stemmen.
-Euh jamaar dat moet ge zelf weten want anders kunt ge mij evengoed een volmacht geen hé.
-Ja maar gij weet toch wie de goeie zijn en wie dat er profiteert en wie dat er ginder in Brussel zijn gazet leest en wie dat er .
-Jamaar héla hola, dat is allemaal beroepsgeheim en daar mag ik niets over vertellen hoor.
-Maar ge kunt mij toch iets vertellen?
-Euh nee nee beroepsgeheim is beroepsgeheim en dat mag je alleen in de gazetten lezen.
-Maar allé zeg mij dan voor wie gij gaat stemmen!
-Ja, dat is ook geheim hé, want anders kunnen we hier in Lierde evengoed stemmen met zitten en opstaan.
Als ge in Lierde zo een nieuwsgierige tegen het lijf loopt dan weten die ook niet van ophouden hé.
Ik was daar al een half uur bezig om hem van mijne groene gazon te krijgen dat ik er op den duur blauw, rood en oranje begon van uit te slagen met al zijn vragen.
In feite was hij mij gewoon aan het uitvragen hé.
-Zeg chauffeurke als ge zo met die mannen in den auto zit klappen die dan tegen u?
-Ha vaneigens klappen die tegen mij want anders zou ik niet weten waar ik ermee naartoe moet.
-Maar klappen ze dan over de politiek?
-Euh sommige wel en andere niet.
-Hoe kunnen die mannen dan over andere dingen klappen ook?
-Ja, soms over hun kiekens of over hunne kangoeroe, over hun vrouw en kinderen en over de parti oei ik ging bijna een beroepsgeheim verklappen potverdekke, zeg manneken ge moet mij zo niet uithoren want straks vertel ik hier iets dat maar binnen een week in de gazet staat!
-Zeg chauffeurke hoe dat gij u nog niet op de lijsten hebt gezet?
-Euh ja maar wie gaat er dan met die mannen rondrijden hé.
-Awel zo ne politieker die op pensioen is hahahahahaha.
Na twee uur discussie begon het te regenen en stapte hij mijn oprit af met de woorden chauffeurke tot zondag in t stemkot hé.
Hij had daar potverdekke zodanig staan zeveren dat ik zelf mijne kluts was kwijtgeraakt.
Ja ik was verplicht om even rond te rijden in de streek om naar de affiches te kijken om er zelf terug aan uit te geraken.
Sommigen stonden er al lachen op en daar kunt ge al wreed veel uit opmaken.
Ja de ene lacht groen en de andere blauw.
Sommigen staan te blozen en de ene zijn kaken zijn al roder dan de andere.
Hoewel ge kunt daar niet altijd op voortgaan hoor, want in Charleroi zouden ze moeten donkerrood staan blozen en blozen ze in feite niet meer dan bij ons.
Ja dat is waarschijnlijk om geen voorkeur te geven, zodat de verkiezingen dan weer voor iedereen gelijk zijn hé.
De affiches en de slogans bestaan al jaren en daar zou in feite iets mogen aan veranderen.
Dit jaar zagen we in het straatbeeld wat vlaggen en wimpels opduiken en dit is dan weer een nieuwe trend.
Ook in de media komen ze hun woordje doen en dat is altijd wreed spannend.
Het is een beetje zoals in de tijd van de gladiatoren, de ene vecht het uit tegen de andere met ongelijke wapens.
De ene met een dolk en de andere met een net.
Allé, t is misschien een slechte vergelijking maar t komt erop neer dat de tongen vandaag de wapens vervangen.
Iedereen schermt dan met zijn programma en dat is ook altijd wreed plezant om te aanhoren.
Soms stel ik mij de vraag of de gewone mens daar nog wel naar luistert en of ze de affiches in het straatbeeld nog wel zien hangen.
Als ik het zo hoor gaan velen tegen hun goesting stemmen en die mannen steken daar wat uit in dat stemkot hoor.
Het is daarom dat ze in een stemkot gordijnen hangen en geen deuren want anders zouden die waarschijnlijk nog voller geschreven staan dan sommige wc deuren in bepaalde cafés.
De mens creëert soms zelf een slecht beeld van de politiek en dat is omdat ze het vaak van op een afstand bekijken.
Ja, men verwacht vaak dat men elke verwachting van elke inwoner kan invullen maar dit is waarschijnlijk een soort van egoïsme die niet aanleunt bij de politiek.
Volgens de mens in de straat moet de politieker Mister of Miss perfect zijn.
In feite zijn het ook gewone mensen die plots de verdediging van de gewone mens op zich nemen maar daarmee ook in de vuurlijn komen te staan.
Voor Vlamingen, Walen, en Brussel-Halle-Vilvoorde goed doen is geen eenvoudige opdracht hoor.
In feite kijkt iedereen naar zijn eigen portemonnee en het is een beetje zoals in een winkel, als er teveel keuze is wordt het moeilijk kiezen.
Van gewone werkmens tot doktor in de nucleaire wetenschappen of van boer tot café-uitbater.
Van schoon tot lelijk en van slim tot euh iets minder slim je komt ze allemaal tegen op de affiches, hoewel een foto niet alles verteld over de persoon.
Ja ik hoor u terug vragen wie zijn dan die schoon en slimme?
Wie kunnen we vertrouwen en wie zorgt er voor onze portemonnee?
Wie gaat het opnemen voor de mens en wie zet er zich in voor de streek.
Wie gaat ervoor zorgen dat ik een schoon pensioen krijg en wie werkt de werkloosheid weg?
-Stop stop stop, ge moet mij dat allemaal niet vragen want t is beroepsgeheim.
Iedereen die moet stemmen wordt als volwassen beschouwd en dus moet ge zelf maar eens nadenken!
Een uitslag zal er sowieso zijn en discussies nog meer.
In feite een geluk dat we kunnen kiezen want stel u voor dat er maar één partij zou zijn, dan zou het wreed stil zijn in de wandelgangen maar ook op café.
Weet ge wat, we zullen eerst gaan stemmen alvorens ons nerveus te maken.
Waarschijnlijk houden we in Lierde nog de oude traditie in ere en kleuren we ons bolletje in plaats van te computeren of te sms-en.
En voor wie ik ga stemmen awel zoals gezegd t is beroepsgeheim.
Een mens kan niet altijd over de bloemetjes en de bijtjes schrijven en af en toe moet men ook eens over zijn werk klappen hé.
Binnenkort zijn het terug verkiezingen en dus mogen we in juni terug het potlood ter hand nemen om naar de stembus te trekken.
Ja ja, een mens zou denken dat men met de stembusgang van verleden jaar gerust zou zijn voor een paar jaar maar na het gemeentebestuur moet er ook nog eens gestemd worden voor de kamer van Volksvertegenwoordigers hé.
Ja, het is een lange naam en het Parlement klinkt veel korter hé.
Het gaat hem hier wel over het federale parlement, want parlementen zijn er in alle soorten hé.
Ja, ze hebben daar op zeker moment bouwergunningen afgeleverd aan de lopende band.
Een Waals parlement, een Vlaams en een Brussels maar daar moeten we maar later voor naar de stembus.
Op 10 juni is het kiezen voor Senaat en Kamer.
Keuze genoeg hoor, want voor het parlement mogen we kiezen uit 150 personen om het halfrond te bevolken.
Het is altijd een spannende bedoening en je kunt het een beetje vergelijken met een missverkiezing.
De kieslijsten worden opgesteld en dan begint de politiek nerveus te worden.
Ja, als chauffeur zit ge natuurlijk op de eerste rij en kijkt ge die mannen recht in de ogen via de achteruitkijkspiegel hé.
De verschillende partijen brengen hun programma naar buiten en dan kan de kiezer vergelijken hé.
Meer werk en meer veiligheid staan bijna altijd op het menu.
Jamaar potverdekke ik heb werk genoeg zenne!
Onlangs gingen ze in het parlement sport en werk combineren en zo kregen we een marathonzitting.
Amai mijne frak dat had ge moeten zien!
Ik vind dat altijd wreed plezant want den ambiance bij een nachtzitting is totaal anders dan tijdens den dag hé.
Na middernacht stonden ze daar op het sprekersgestoelte te filibusteren met een half oog terwijl de voorzitter een paar uur vooruit keek en voor iedereen croissants bestelde.
Ja, ooit bestelde hij bij een andere marathonzitting scheermesjes maar omdat hij er zelf niet veel gebruik van maakt en dat er ook meer vrouwen in het halfrond zitten die het niet nodig vonden om hun zo vroeg op de morgen te scheren werden er nu geen besteld.
Ja, een parlementair is ook maar een mens en tegen de morgen liepen er daar een paar te slaapwandelen in de wandelgangen.
Anderen hoorden we dan weer dromen van wetsvoorstellen en sommigen leken al over de komende verkiezingen te dromen.
Straks hangen de kandidaten weer in het straatbeeld en moeten we onze keuze maken.
Kiezen we voor een partij of kiezen we voor een persoon?
Ja t is niet gemakkelijk als ge voor een persoon moet kiezen hé.
Ik zit altijd met wreed veel vragen in dat stemkot!
Ja ik moet met die mannen rondrijden en dan denkt ge twee keer na voor ge daar een bolletje gaat kleuren hé.
Naast de politieke ervaring of verwezenlijkingen kijk ik altijd of ik met iemand met een schoon kostuum kan rondrijden.
Maar t mag ook ne plezante zijn of ene die graag een klapke doet in de wagen.
Potverdekke waar is de tijd dat de groenen nog in de regering zaten.
Dat was nog eens een schone tijd, ik had de achterzetels versierd met buxus en met die mannen kon ik altijd klappen over mijnen hof.
Och veel veranderen doet het niet voor ons, wie we ook vervoeren het is steeds de mens in de politiek ontdekken.
Ja, we praten in de wagen nu eenmaal meer over het dagelijkse leven dan over de politiek.
Misschien zijn de chauffeurs wel de uitlaatklep voor de politieker hé.
Met elke verkiezing sta ik dan ook zenuwachtig achter het gordijn aan dat potlood te sabbelen om toch maar de juiste keuze te maken.
Gemakkelijk is dat niet want met de gemeenteraadsverkiezingen heb ik daar ook staan gommen.
Maar allé we hebben nog even tijd om na te denken hoewel de tijd ons vlug in t stemkot zal roepen.
In feite loop ik al zo nerveus als die mannen om te weten wie ik nu op mijne achterzetel ga hebben.
Och we zien wel, binnenkort hangen ze in het straatbeeld en kan de kiesstrijd beginnen.
Ik kijk er alvast naar uit want zeg nu zelf elke partij brengt toch kleur in ons straatbeeld hé.
Het is maar als een mens anders gaat nadenken dat hij vaak ook anders gaat schrijven. Onlangs ging ik naar een begrafenis en dat was de zoveelste in rij. Toen ik nog in Brussel woonde was het precies of de begrafenissen uitgestorven waren en dat kwam omdat men in de grootsteden niemand kent. We stonden er niet bij stil dat er ook mensen stierven, vooral omdat we voor onze eigen afgestorvenen terug naar ons dorp werden geroepen. Wat iedereen het magische jaar 2000 noemde, was voor mij een verschrikkelijk jaar met de dood van mijn moeder. Vaak gaan we naar een begrafenis om een laatste groet te brengen aan vriend of kennis, maar als het een eigen familielid is voelt het totaal anders aan. En toch heeft de dood van mijn moeder mij een andere kijk gegeven op de dood. Als ik in onze kleine dorpen een lijkwagen zie rijden dan zijn het ook een beetje onze dorpen die aan het sterven zijn. Ik was nog maar pas terug in Deftinge aangekomen dat ik na zoveel jaren terug contact moest leggen en als halve Kiekefretter terug moest aanvaard worden door de dorpsbewoners die ik had achtergelaten. Mijn goede vriend Rogéke was zo iemand, misschien omdat hij ook een inwijkeling was. Van de eerste dag aanvaard en dat door een vriendschap die met de dag sterker werd. Lang heeft het niet geduurd want ook hij ging veel te vroeg weg. Daar zat ik dan terug in de kerk naast een houten kist waar mijn goede vriend mee naar zijn laatste rustplaats zou verhuizen. En telkens ik nu naar een begrafenis ga zie ik zoveel beelden uit het verleden terug. Mijn tante Marie, mijnen bompa, mijn moeder, Rogéke, een paar vrienden, buren . In feite zie ik telkens een persoon uit mijn jeugd verdwijnen. Toen ik daar onlangs terug in de kerk zat, keek ik naar de mensen rondom mij zoals ik vroeger als kleine snotter ook wel eens deed hoewel dat meer uit nieuwsgierigheid was. Vandaag zie ik zoveel zaken die ik vroeger nooit zag! Het verdriet van de mensen en het verlies van een dierbare, in feite kan ik door gewoon aan mijn dierbaren te denken hun verdriet voelen. Bij de offerande loop ik naast de kist en meestal is dat met een krop in de keel, zelfs al ken ik de persoon niet zo goed. Vaak zou ik wat schrijfgerief willen bij de hand hebben om op het ogenblik zelf te schrijven wat ik juist voel. Bij de laatste begrafenis stond de kist tussen staanders met kaarsen die op dezelfde hoogte waren afgebrand omdat ze op het zelfde ogenblik werden aangestoken en waarschijnlijk zouden ze binnen enige tijd ook samen doven.Bij de mens is het anders, wij blazen vaak onze laatste adem apart uit. Op de kist wordt tegenwoordig vaak een foto geplaatst van de overledene en deze geeft niet alleen een beeld van de persoon maar is ook het begin van de herinneringen. De pastoor schetst vaak een beeld door woorden te brengen die deze herinneringen nog accentueren.Ondertussen probeer ik niet alleen naar de teksten te luisteren maar let ik ook op détails. Bij de laatste begrafenis zette onze pastoor de hobby van de overledene nog eens in de verf door te zeggen dat hij als duivenmelker van zijn duiven hield en dat het een deel van zijn leven was. Zelfs de voorgelezen tekst ging over de duiven die Noach had laten vliegen en waar een duif na enige tijd met een palmtak in het bekje terug naar de ark was gekeerd. Toeval of niet, maar door het matte glasraam van de kerk zag ik een duif heen en terug vliegen. t Was precies of ook zij was komen afscheid nemen van haar baasje. Als ik zo tijdens de offerande naast de doodskist loop, knikt mijn hoofd lichtjes in de richting van de overledene uit respect. Uit de schrijfsels van Ernest Claes kon ik leren hoe voornaam ieder mens wel is. In feite is het sterven van een mens een beetje het opdrogen van de inkt. De verhalen over de afgestorvene zullen nu uit het archief van de herinneringen moeten worden gehaald om ze tot leven te wekken. De schrijver moet tussen de regels van het dagelijkse leven voor sommigen terugkeren in de tijd om hun verhaal te brengen. In feite is het een soort eerbetoon of respect. Alle personen die mij dierbaar geweest zijn of die een rol hebben gespeeld in mijn leven komen vroeg of laat wel terug in mijn schrijfsels, het is een manier om ze even terug tot leven te wekken en een beeld over hun leven of het verleden te schetsen. Gewoon onze herinnering levendig houden. Telkens een mens met de dood uit ons straatbeeld verdwijnt, is het een beetje een deel van het dorp dat sterft. Vandaag ziet men ze nog met de schop in de hand in de logtink (groentetuin) werken en een paar dagen later gebruikt men een schop om hun laatste rustplaats te graven. Men vergelijkt de jaren en de persoon en vaak zeggen we dan dat de tijd snel gaat zonder echt stil te staan dat ook onze tijd er vlug zal zijn. Als ik na de offerande terug mijn plaats ga opzoeken kijk ik vaak in de richting van deze die hun plaats al terug gevonden hebben. Ik knik dan ook even in hun richting om ze nog als levend persoon te begroeten en te danken om onze dorpen zo levendig te houden door de jaren. Eens terug op mijn plaats sla ik het doodsprentje open en duik zo even terug in het leven van de persoon die daar nu voor het altaar ligt. Op het ritme van de vaak gevoelige muziek die de krop in mijn keel dikwijls groter maakt, lees ik in het kort het leven van de overledene. Eerst lees je zijn echte naam, want deze kan al eens verschillen van de dorpse bijnamen waarmee een persoon gans de tijd door het leven stapt. Zijn of haar geboortejaar, de datum van overlijden en soms lees je bij ziekte of ongeval de reden van de dood. Naast deze gegevens staat er dan meestal een tekst te lezen die mij al vaak een traan deden wegpinken in mijn gehardheid. Soms kiest de begrafenisondernemer er ééntje uit of anders schrijft iemand uit de familiekring wel een paar regels. Onlangs las ik de woorden van een kind naar zijn overleden moeder gericht, en ik moet zeggen dat ik niet de enige was die de tranen niet kon bedwingen. Ja, ik probeer mij wel sterk voor te doen maar woorden kunnen nu éénmaal een stroom van emotie losmaken hé. Blijkbaar hadden we de woorden en het gemis van het kind begrepen. Het doodsprentje is door de jaren geëvolueerd en het zwart wit maakte plaats voor wat kleur op deze al sombere dagen. Hoewel ik vaak de korte teksten ontleed om de persoon in gedachten te krijgen brengt een foto de persoon echt voor ogen. Bij de laatste begrafenis keek ik naar de foto en zag een persoon die zo zou kunnen onttrokken geweest zijn uit de verhalen van Timmermans of Claes. Bolle blozende wangen onder grote ogen in de schaduw van een klak. Maar nee we moesten het zover niet gaan zoeken, want het was iemand van bij ons. Iemand die ook gewerkt had op t hof en die ook de grijze kiel van de duivenmelker droeg. Vandaag voeg ik het doodsprentje toe aan het archief waar kennissen, buren en vrienden zijn opgeslagen. Niet zomaar een schuif maar één in een juwelenkastje waar er al zovele waardevolle zielen hebben plaatsgenomen. Ja, het sterven is het laatste onderdeel van ons leven en we kunnen het niet ontwijken. Het is een verplicht onderdeel waar we vaak zelf niet over te beslissen hebben. En zo sterven onze dorpen bij het luiden van de doodsklokken om ze een laatste rustplaats te geven op onze kleine kerkhoven. Vaak trek ik er naartoe om ook daar mijn herinneringen te gaan halen. Soms liggen de grafzerken in de schijnwerper van een zonnestraal en op andere dagen dan weer in het verdriet van een druilerige regen. Sommige liggen er zelfs mysterieus bij achter een mistig gordijn. Ja een begrafenis is niet alleen afscheid nemen maar ook een beetje ontmoeten. Vaak loop je sommige personen tegen het lijf op een begrafenis, terwijl je ze in het dagelijkse leven zelden ziet en af en toe wordt er wel een woordje gewisseld aan de uitgang van de kerk om dan weer afscheid te nemen tot de volgende begrafenis. Ik kijk steeds met schrik in het hart naar de volgende doodsbrief die in mijn brievenbus beland! Of ik ze nu ken of niet het doet er niet toe, want het is steeds een stukje van ons dorpse leven dat ons verlaat. De gewone mens die geschiedenis schrijft tijdens het leven met als eindpunt de dood. En ik ik hoop dat ze mij nog wat tijd gunnen om al het leven en de herinneringen van onze dorpen op papier te zetten.
Niemand kon er naast kijken dat het verleden week de Ronde van Vlaanderen was en sommige mensen zullen misschien een uitgebreid verslag verwachten van chauffeurke. Toen ik zondag aan de tent van alle festiviteiten liep, vroeg er nog iemand chauffeurke nu weet ge weer wat schrijven zekerst. Maar ik las in de blik van de persoon dat hij het niet over de koers had maar eerder over het gebeuren er rond. -Ja wees maar gerust dat ik weet wat schrijven, had ik geantwoord. Ondertussen zal het sportverslag al oud nieuws zijn en kijken de echte sportievelingen al uit naar Parijs-Roubaix. De meeste mensen weten ondertussen dat De beiaard veel meer is dan zomaar een gazet en in feite kunnen ze er op zoek naar zichzelf. Ik ga hier dus niet de Fred de Bruyne spelen door elke coureur zijn plaats te geven, maar gewoon mezelf blijven door het gebeuren rond het gebeuren te brengen, dus in dit geval de Ronde. Ja, toen ik de vrijdag mijn boodschappen gaan doen was in Geraardsbergen, stond ik daar op zeker moment in een file van mobilhomes en wagens met een nummerplaat die een ander kleur hadden dan deze die ik in Lierde zie rijden. Duitsers, Italianen, Fransen, Zwitsers en zelfs Polen, hoewel ik niet weet of die laatste ook voor de koers kwamen want ik heb geen enkel Poolse naam in het peloton horen afroepen. Op zaterdag was het de Ronde voor wielertoeristen en ook dan trok ik even naar de muur om te zien wat die mannen en vrouwen bezielde om hun op een vrije dag zo in t zweet te fietsen. In feite denken ze allemaal een beetje dat ze Van Peeteghem of Boonen zijn en willen ze hun grenzen even verleggen in een peloton van bijna 20.000 man. Op de muur stond moeder de vrouw met de ganse kroost te roepen en te tieren als echte sportdirecteurs terwijl niet alleen het verzet kraakte op de fiets. De grote massa liet het niet toe om vlot naar boven te rijden en de minder geoefende had hier dan de perfecte uitvlucht dat hij gehinderd was terwijl hij al vloeken tegen de grond ging. Sommigen werden naar boven geschreeuwd en ik moet zeggen dat het mij niet onberoerd liet al ik daar plots twee gehandicapten met een zitfiets op armkracht zag naar boven rijden. Ook twee kleine snotters van misschien een jaar of tien duwden met hun kleine witte beentjes het verzet rond. Eentje had nog een trui van Molteni uit de kast gehaald en kreeg een applaus alsof hij hier de Rondewinnaar bleek te zijn. Het weer was op zaterdag grijs en koel, maar je voelde zo dat het er op de fiets warm aan toeging. s Avonds werden op de terrasjes de drinkbussen geruild voor grote trappisten en werden de fietsavonturen van de dag besproken. Toen ik de zondagmorgen wakker werd, keek ik op een zonovergoten boomgaard en wist direct dat het een prachtige dag zou worden. t Was niet alleen de dag van de Ronde maar ook nog eens Pasen. Mijn kiekens hadden speciaal voor de gelegenheid gekleurde eieren gelegd en mijne pa had zijn schoonste zondagskostuum aangetrokken en zijn haar gekamd om naar de inhuldiging te gaan van onze Miel die in 1947 de Ronde op zijn naam mocht schrijven. Te voet trok ik naar de feesttent en ik moet zeggen dat ik wreed verschoten was toen ik ginder aankwam. Amai mijne frak, dat was daar precies het woodstock festival. Een tiental brandweerwagens stonden er naast de tent opgesteld en hadden hun sirene vervangen door luidsprekers en boxen van een meter hoog. Ik dacht eerst nog dat ze uit veiligheid zoveel pompiers hadden opgetrommeld omdat ze weten dat in Lierde het feesten vaak in vuur en vlam staat, maar nee t waren potverdekke carnavallisten uit Aalst die hier neergestreken waren. Aan de andere kant van de tent stonden een frietkot en een paar kermisattracties zoals het ook in het jaar 47 moet geweest zijn. In feite begint hier het echte verslag van de Ronde. De Ronde van de mens die Lierde groot maakt! Toen ik onlangs een paar oude fotos zag kon ik vaststellen dat de oudere generatie allemaal in kostuum naar het feestgebeuren ging, en dat was hier niet anders. Sommigen hadden elkaar blijkbaar al een ganse tijd niet meer gezien en de huldiging van het beeld van Miel Faignaert deed ze niet alleen terug samenkomen, maar ook terugkeren naar de herinneringen van toen. Het begint met een goede dag te wensen en onmiddellijk beginnen ze elkaar te vergelijken om te zien op wie de jaren nu het meeste vat hebben gehad. Ja, ook ik liep er mijn vroegere speelkameraad Alain tegen het lijf en moest ook al denken waar de jaren heen gevlogen waren. Tussen de herinneringen en op muziek van de fanfare trokken ze dan van de tent naar de onthulling van het beeld. Het gemeentebestuur liep er te blinken en daar was ook rede toe want ze hadden hier het volkse leven van toen terug kunnen doen herleven. Bij het beeld werden ze verwelkomd door Pastoor Maarten en onze Miel stond er nog verscholen onder de Vlaamse Leeuw. In 1947 was hij weliswaar groen, maar Vlaams was hij zeker. Maar er werd niet alleen ode gebracht aan Miel Faignaert, ook de broer van Paul de Bruyne kwam een woord van eer brengen over zijn broer. In zijn stem hoorde ik niet alleen de ode aan Paul, maar ook eerbied, verdriet en emotie. Paul de Bruyne was een groot artiest met vele facetten, maar heeft op 20 februari 2007 jammer genoeg de koers verloren. En plots dacht ik dan, wie weet staat hij ginder boven wel aan de zijde van Miel naar ons te kijken. De onthulling van het beeld was tevens de start van de volkskermis rond de Ronde. Ja, onze burgemeester had nog maar juist het woord receptie over zijn lippen laten vallen of de grote menigte repte zich naar de feesttent. En zoals het elke Lierdenaar past, ging het feest gepaard met vele verhalen tussen pot en pint. De stropdassen werden wat losser gemaakt en de mens rond de Ronde kreeg zijn plaats. Vaak doe ik tijdens het schrijven beroep op de fotos die ik trek om een beter beeld te krijgen en ik moet zeggen dat ik met mijn drie kilo fotos dat ik getrokken heb een zeer goed beeld heb van wie de mens in Lierde nu juist is. Och we kwamen om naar de Ronde van Vlaanderen te kijken die gedurende 12km over ons grondgebied reed en gedurende hun passage hebben we onze stembanden hees geroepen op de coureurs van vandaag. Misschien hadden we de uitslag liever anders gezien en een Belg zien winnen? Ja, waarschijnlijk wel, maar wie weet keken de coureurs misschien ook wel naar ons. Misschien waren ze wel een beetje verblind door onze landelijke schoonheid en door de zo schone innerlijke mens aan de kant. Misschien keken ze naar het beeld van Faignaert en droomden ze allen van zijn prestatie te evenaren. Misschien misschien ja misschien droomden ze er wel van om af te stappen en gewoon te komen feesten en ene te drinken in de tent. Och er is helemaal geen misschien! Met zekerheid kunnen we zeggen dat het een geslaagde Ronde van Vlaanderen was. Een Ronde van en door de mens. Een Ronde die Lierde waardig is en die de pedaalslag ook in ons landelijk straatbeeld bracht. Ja, beste mensen, de Ronde was een feest en dat is dank zij al deze die aanwezig waren en hun (kassei)steentje hebben bijgedragen. Ik ga geen namen noemen om iemand hoger of lager op het podium te zetten, maar ik wil gewoon iedereen danken voor deze prachtige dag. Bedankt aan de mens in en rond de Ronde.
Toen ik verleden week in mijn hof liep zag ik op mijne schouder een paar witte schilfers liggen.
Potverdekke t zal toch geen waar zijn dat ik weer met roos in mijn haar zit!
Plots zag ik een paar van die schilfers voor mijn ogen vallen en ze kwamen blijkbaar niet van mijne kop maar uit de lucht.
Lap nu begint het nog te sneeuwen ook met de klimaatsverandering dacht ik bij mezelf.
Maar ook dat was onmogelijk want de lucht was zo blauw dat er in de verste verte geen sneeuw te bekennen was.
Al vlug ontdekte ik met mijn klein verstand dat het gewoon een paar blaadjes van de bloesems waren die hier voor mijn voeten vielen.
Onlangs ging ik nog naar de fruitstreek in Haspengouw, omdat ze mij gezegd hadden dat het zo schoon en prachtig is om tussen de bloesems te lopen.
Maar zoals dikwijls was ik een paar weken te vroeg en wandelde ik tussen de naakte takken van het fruitlandschap.
Ja, voor de zoveelste maal was ik tevergeefs op een ander gaan zoeken wat we hier bij ons ook kunnen vinden.
De boomgaard hier aan de Watermolenstraat in Deftinge ligt er momenteel prachtig bij, in feite heeft het iets van rust en romantiek.
Er liggen er nog een paar in ons Lierde en hopelijk worden ze in ere gehouden zodat onze kinderen en kleinkinderen later nog weten wat een bloesem is.
Ja, ik kan er uren naar kijken en de inspiratie opsnuiven.
De bomen staan er als besneeuwd bij en toch is het lente.
De witte bloesems doen ons in feite een beetje ontwaken uit de winter die we dit jaar niet gehad hebben.
Ze schilderen de takken wit tegen blauwe luchten en doen onze monden praten over het mooie van onze streek.
Ook de mens gaat anders leven en ontwaakt uit zijn winterslaap.
Sommigen van mijn buren hebben hun schop al afgekuist en dan niet in de spreekwoordelijke vorm dat ze het afgestapt of gestopt zijn met iets maar wel dat het buitenleven hen roept.
Onder zonnestralen spitten ze er op los en hun zoute zweetdruppels zegenen als eerste de zware aardkluiten.
Er wordt gegraven en geëgd en zelfs de bureaucraat of ambtenaar kan hier nat in t zweet staan spitten om s anderdaags fier zijn eeltwonden op het werk te tonen.
De groentetuin wordt verdeeld in bedden waar straks het zaad slapend zal kiemen om later in ons bord te ontwaken.
In de verte hoort men de grasmachines maaien en al vlug worden deze opgenomen in de statistieken om ze de stempel te geven van zware bevuiler.
Ja, onlangs las ik dat een grasmachine op benzine zoveel bevuilt als een wagen die 1500km zou rijden.
Statistieken opstellen doet ge door te vergelijken en dan stel ik mij de vraag of den dienen met zijn grasmachine daar tot aan de Côte dazur is gereden om ook evenveel kilometers op de teller te hebben.
Volgens mij gaan ze binnen een paar jaar in die statistieken ook vermelden dat we de lucht bevuilen door scheten te laten en dat het van onze eigen gekweekte groenten komt.
Ja ja, de kleine man met zijn tondeuske de schuld geven terwijl ze ginder in Rusland en China de rook met dikke wolken door de schouwen blazen.
Elk jaar steken ze hectaren bossen in brand om later hun woonprojecten te verwezenlijken en het regenwoud zijn ze ook serieus aan het uitdunnen terwijl de kapper het minste geld ziet.
Mijn grootmoeder heeft jaren met krulspelden in het haar gelopen omdat ze de bus haarlak niet wou gebruiken voor de klimaatsverandering die er zat aan te komen.
Als kleine snotter probeerde ik mij zo weinig mogelijk te wassen met zeep om ook de bevuiling van onze kleine beken tegen te gaan.
Mijnen bompa ging buiten tegen de bomen plassen en dat was niet alleen voor zijnen eigendom af te bakenen, maar ook om water te sparen bij het doortrekken zodat we later niet met een watertekort zouden zitten.
Wij hebben door de jaren in elk geval ons best gedaan voor het milieu en ze moeten de fout hier nu niet in mijn schoenen komen schuiven.
Ik hoop maar dat ik nog lang mag ondergesneeuwd geraken door de bloesems van onze natuur.
Maar niet alleen de mens ontwaakt met de eerste bloesems ook de dieren zien het verschil.
De koeien huppelen als pasgeborenen in het frisse groene gras om daarna terug hun plaats in te nemen aan één of andere spoorweg waar ze naar de treinen gapen.
Maar ook dat gaat veel moeilijker voor de dieren, want daar waar ze vroeger een boemeltrein zagen passeren moeten ze hun nu al haasten om de TGV te volgen zonder een nekverrekking op te doen.
Ja, t is soms eigenaardig hoe een mens bloesems van herinneringen draagt terwijl hij vandaag onder de stam van gisteren staat.
Ondertussen zie ik de vogels nestellen in bomen waar ze op een achtergrond van blauwe luchten een behang van witte bloesems hebben.
Natuurlijker kan de slaapkamer voor de jonge vogels niet zijn.
Een huis in echte perelaar met twijgjes in echte eik waar de jongen zullen grootgebracht worden onder een centrale verwarming van moeders vleugels.
Beneden is de mol dan weer druk bezig met hopen te verzetten om zijn gangen te gaan terwijl de lijster met sproeten op haar lijf het probeert te halen van de vink.
Het leven van een bloesem duurt maar eventjes en straks schud de wind ze wel van hun takken om ze zo wit als sneeuw te laten vallen als bloesemtapijt.
Ze ruimen dan plaats voor de vruchten die straks terug in trossen aan de takken zullen hangen.
Twee jaar geleden braken er hier zelfs takken onder het gewicht van de peren waar de koeien ze als dessert op het menu hadden staan.
De spreeuwen vielen dan weer met honderden in de kerselaar om daar hun familiefeest te komen geven en waarvoor ik af en toe moest applaudisseren om ze te verjagen.
Zoveel schoons doet een mens eens nadenken.
Straks zitten we terug in de reiscatalogus te bladeren om het iets verder te gaan zoeken.
Ja soms denken we dat het op een ander beter is of willen we het gewoon even vergelijken zoals in de statistieken.
Op zoek naar gebakken peren in Irak of houden we het gewoon veilig en rustig in Istanboel of ist dan boel als ik het op zijn Dieftings moet uitspreken.
Och ja de mens gaat vooral het goede weer opzoeken, want dat was volgens de statistieken niet te fameus in ons klein landje.
Maar spreken ze elkaar dan niet tegen als ze zeggen dat er al een ganse tijd een verwarming van onze aarde te voelen is.
Het klimaat verandert en zo zouden we binnen een paar jaar met tropische temperaturen zitten!
Ja ja nog een paar jaren geduld en het is zover dat we Lierde in de reiscatalogus zien staan met witte stranden aan de watermolenbeek.
Wuivende palmbomen in de populierenstraat en boomgaarden zullen ananas en kokosnoten dragen.
Kamelen zullen dan staan gapen naar de duizenden reizigers die in Gemeldorp van de trein zullen stappen.
En wij wij zullen ergens anders de rust gaan zoeken om voor onze kleinkinderen voor te lezen uit geschiedenisboeken en ze zo te vertelen hoe schoon ons Lierde wel was.
Oei e oei ik spreek hier al in de verleden tijd terwijl mijn fantasie op hol begint te slaan.
Ja dat hebt ge als ze u als jong kalf de lente insturen hé.
Een mens zit zo te denken en te vergelijken en dan zit ge plots al jaren verder terwijl ge vergeet te genieten van vandaag.
Awel dat ga ik nu eens doen zie, mijn pen eventjes neerleggen en mijn jongste zoon de bloesems tonen waar de vogels hun nest aan het maken zijn.
Een wandeling doen onder de takken met bloesems en hem vertellen hoe het vroeger was, maar hem vooral zeggen dat het zo kan blijven voor later, zodat ook hij aan zijn kinderen kan vertellen hoe het vandaag is.
Toen er nog geen televisie was,da was nu ne keer een triestige periode zie. Wat dat ze dan ne mens allemaal wijsmaakten pppfffffffffff. Allé ik heb da zo niet meegemaakt, maar 't is van horen zeggen hé. Ik zal het dan maar schrijven precies of ik er alles van weet.
Toen er nog geen televisie was, hingen er bij ons meer familieportretten aan de muur om naar te kijken! Maar da kunt ge niet wegzappen, en na nen tijd begint da wreed op uw zenuwen te werken als ge uw tante Amandine daar tegen de muur ziet hangen, met een zuur gezicht van ik kleur je dag ppfffff. Zonder televisie werd er bij ons ook veel meer gelezen, vooral mijnen bompa die elke maand de nieuwe uitgave van zijn kasbons voorlas! Af en toe werd er ook ne keer een gezelschapsspel gespeeld! Amai mijne frak! Gezelschapsspel noemen ze dat terwijl het om de vijf minuten ambras was omdat mijne kozze(neef) niet kon winnen. En dan nog gezwegen van die verhalen die ze 's avonds in de kamer kwamen vertellen. Mijne pa kwam dan op mijn bedde zitten terwijl ik al bijna in slaap lag. Hij begon dan steeds hetzelfde verhaal te vertellen. Chauffeurke als ge niet goed leert in school gaat ge aan de vuilkar moeten gaan werken, of in de koolmijnen, of uw gans leven op seniorennet voor ne mailgroep schrijven. En als ge nog ne keer met een nota in uwen agenda gaat thuiskomen, gaat het uwen besten dag niet zijn. Ja mijne pa kon wreed goed vertellen, het leek zo echt dat ik geen oog meer toe deed! Toen er nog geen televisie was, zat mijn bomma altijd te breien in de zetel. En vermits ik op dienen moment als enig kind in huis was, kreeg ik al die schoon kleertjes in echte pure schapenhaar! Ik kon niet genoeg van mijne velo vallen om al die pull-overs te verslijten. Alles werd gemaakt door haar breinaalden! Kousen, pull-overs, mutsen om mee te wandelen, mutsen om mee te spelen, mutsen om mee te slapen. Ze moest haar inhouden, of ze zou mij een paar schoenen gebreid hebben ppffffffffff. Maar na enige tijd had er nen slimme den televisie uitgevonden,en ging mijnen bompa zo ne houten bak kopen waar hij beneden stond te roepen dat mijne pa de antenne meer naar links moest draaien op het dak. Ja rijsel 1 en den Brt lagen links van onze antenne hé. Awel da was nu ne keer ne schonen tijd zie als den tv daar bij ons stond. Iedereen mocht 's avonds kijken ,behalve ik omdat ik nog te klein was. Maar eindelijk was ik van het gezaag vanaf,en van die"e wilde verhalen van mijne pa,want diene kon nogal verhalen uit zijnen duim zuigen zenne. Ja ge kunt ni geloven hoe heerlijk het is om 18u in uw bedde te kruipen in volledige rust,terwijl ze daar beneden het lawaai van dienen houten bak moesten trotseren. Groetjes chauffeurke
Het Sinterklaasfeest ligt weer achter de rug, en ja hij is mij dit jaar niet vergeten. Hoewel ik met een paar vragen zit, want ik begin te twijfelen, of het nu de Sint was, of dat er hier wat brol van ene zijne aanhangwagen gevallen is op weg naar het containerpark. Een kapotte driewieler die vijf maten te klein is, een stuk van een plastieken garage, een paar lego blokjes waar een hond zijn tanden ingezet heeft, en een frigo. t Is vooral dat laatste die mij deed nadenken, want dat had ik nu echt niet op mijn lijst gezet. Maar bon, wat Sinterklaas brengt moet ge in dank aanvaarden hé. Och ik zou het wel bij de rest van den brol zetten op de zolder. Ja, het was al een ganse tijd geleden dat ik nog op de zolder geweest was, en ik moet zeggen dat er vroeger geen overzicht was. Nu trok ik de trap naar beneden, en klom ik op zolder. Mijne pa had er grote kuis gehouden, en t was potverdekke precies de schatkamer van Ali baba en de 40 rovers geworden. Ja, er lag zelfs een tapijt op de grond. Een zolder is veel meer dan brol! Je baant je eerst een weg tussen de spinnenwebben, en daarna stap je in een wereld van herinneringen. Ik nam eens diep adem, en vulde mijn longen met stof. Het stof leek wel te spelen in de najaarse zonnestralen, die door de kieren naar binnen kwamen. Sommige zonnestralen, schenen als schijnwerpers op kisten en dozen. Dat vond ik nu zo leuk, op zoek gaan naar zaken of dingen waar je het bestaan van vergeten bent. Je opent een doos, en plots beland je weer in de periode van het voorwerp dat je naar boven haalt. Wat als eerste opvalt als je onze zolder betreedt zijn de verschillende soorten ijsschaatsen. Een overschot van mijn schaatsperiode, waar ik aan een verzameling was begonnen, over alles wat met schaatsen te maken had. Ongeveer 250 paar ijsschaatsen zaten vroeger in dozen, en nu hangen er hier nog meer dan honderd aan het plafond. Niet de moderne paren, maar wel restanten van de jaren 1700 tot 1950. Het ijshockeypak bied nu bescherming aan een nest muizen, en de fotos van mijn sportperiode zijn zoals ik door de jaren gerimpeld. Maar waar ik steeds blijf bij stilstaan, zijn de fotos van ouders en grootouders. Vaak getrokken in mijn Lierde, waar kleuren ondertussen enig modernisme gebracht hebben, vergeleken met de zwart wit periode. Mijn vader staat er nog met een krullenkop op tijdens zijn legerdienst, en op een andere foto staat hij dan weer als coureur met een palm in de hand. Op één of andere kermis lopen moeder en vader hand in hand, en een paar fotos verder staat er daar ne kleine snotter op. Potverdekke, ik herken er dat onnozel kostuumpje in dat ik vroeger moest dragen op zon en feestdagen. Amai, ze konden in dienen tijd de klein mannen toch nogal wat aandoen hé. In feite kon ik met de fotos door de jaren reizen tot aan mijne trouwdag. Ja, mijne trouwfoto hing er in posterformaat tegen de muur. Buiten de vliegenstronten die als sproeten op mijn gezicht hingen, en de voile van mijn vrouw die vervangen was door een groot spinnenweb, waren we niks veranderd. Allé, op de foto dan hé, want in realiteit zijn we niet meer ingekaderd. Op een schap, stond de vogelkooi, waar mijnen bompa zijn vinken in plaatste, en ook één van zijn prijzen stond hier nog te blinken onder een laagje stof. Een zinken ton deed mij dan terug denken aan de periode waar we ons moesten wassen in een zinken bad, dat nu waarschijnlijk dienst doet als drinkbak voor één of ander koe. In een hoek van de zolder, staat een grote houten koffer, en ook deze herkende ik. Vroeger zaten er maskers en kleren in, waar ik met mijnen bompa driekoningen ging mee lopen. Ja, waar is den tijd dat we hand in hand als schaduwen onder het licht van de straatlampen liepen, om af en toe te gaan aankloppen bij familie. Deze herkenden ons meteen, maar om mij te plezieren, trokken ze verwonderde gezichten, en het leek wel of ze echt aan het twijfelen waren, of we van Jeruzalem tot hier waren gestapt!. Mijnen bompa kreeg een pintje, en ik kreeg een groene limonade en een cent, terwijl de schoenblink van t zweten van mijn voorhoofd liep. En als bij wonder vind ik hier op mijne zoektocht ook nog mijn eerste rapport. Schoolrapport van chauffeurke, 1e studiejaar, Sint-Denijsinstituut Vorst Ja, we hebben maar één rapport gehouden, want die ander waren niet echt om aan te zien. Het eerste jaar droeg ik nog veel kennis mee uit de universitaire kleuterschool van Gemeldorp, maar het gewoel van de stad deed al vlug mijn verstand verwateren, en dat was al vlug te lezen in de volgende rapporten. In feite ligt de zolder vol met herinneringen uit het verleden, en meer bepaald uit de periode toen ik in Deftinge ben opgegroeid. Het openen van dozen en kisten deed het stof opdwarrelen, en ik had wat frisse lucht nodig. Ik trok het houten deurtje open, dat in feite als kapel op het dak gemonteerd was. De frisse lucht en de zonnestralen drongen binnen, terwijl ik zicht had op mijn Lierde. De souvenirs lagen hier opgeslagen, terwijl ik zicht had op vervlogen jaren. En toch was niet alles vervlogen. Mijn buren zijn er nog steeds, en ook de weide met de perenbomen is er nog. In de verte zie ik de kerktoren staan, en over de kale kouters kan ik zelfs het klooster zien staan, waar ooit mijn moeder en andere leden van de familie op de schoolbanken zaten. De witte wolken dreven traag als dekens boven mijn dorp, opgewarmd door een herfstzon. Ja, het verleden voelt telkens warm aan als ik eraan denk. Af en toe kruip ik nog eens de zolder op, op wandel tussen het verleden. Ik sluit dan de ogen, en mijn fantasie brengt mij dan even terug naar het Lierde van vroeger. Maar wat nog veel mooier is, is vandaag de mensen herkennen uit mijn kinderjaren. Zij alleen, kunnen mij de verhalen van vroeger brengen!