
De straal van de zon tussen de linden was zowel stekend als hoog. Voor het bankje tekende je het schitterende zand, ik gaf mezelf helemaal over aan gouden dromen. Je hebt niets op mij geantwoord. Ik heb lang vermoed dat we verwant zijn met het hart, dat je
je geluk voor me hebt gegeven, ik was verscheurd, ik bleef maar zeggen dat het niet om onze schuld ging, je hebt niets tegen me beantwoord. Ik bad, herhaalde ik, dat het onmogelijk
voor ons is om lief te hebben, dat de voorbije dagen vergeten moeten worden, dat alle rechten van schoonheid in de toekomst bloeien. U hebt hier ook niets tegen mij gezegd.
Met de rest van mijn ogen kon ik het niet opgeven, ik wilde het hele uitgedoofde geheim lezen. En je gezicht, ik vergeef gewoon de functies. Niets, je hebt geen antwoord gegeven.

Ik hou van de sneeuw, in de aanwezigheid van de maan.
Omdat het licht van een slee met een vriend snel en vrij is,
wanneer ze onder een tafel, warm en fris is, schudt ze je hand,
brandend en bevend. Wenst ze jou een gelukkig nieuwjaar.

|