Herfst. Onze hele arme tuin strooit, laat gele vliegen in de wind. Alleen in de verte pronken, daar op de bodem van de valleien, kwasten felrode vervagende bergas.
Plezierig en treurig voor mijn hart, stil verwarm ik je kleine handjes en schud, ik kijk naar je ogen, giet tranen stil, ik kan niet uitdrukken hoeveel ik van je hou.
|