xt-align: center;">
Sneeuw viel op mensen en huizen.Deviel op mensen en huizen.De voorbijganger zuchtte:De winter is gekomen!..En hij keek om.En er was een schrik op zijn gezicht.Hij hield niet van de winter.En wij?En we maakten sneeuwballen!En we hebben onze schaatsen geslepen!Op sleden uit de hoge bergenZe renden op volle snelheidEn verspreidde het gelach In de witte pluizige sneeuw!
|