WINTERROMANTIE Kalme tederheid vulde de ziel, melancholie knaagt niet, er is geen lijden en tranen. Ik ontmoette je in de januarikou, we werden omhelsd door een gelukkige vorst in parijs. En het gekreun en de kwelling hielden op te kwellen, de boeien van hartzeer ontrafeld. En hoe herkende je mij onder andere in de Moskouse menigte, waar zijn de mensen en de mensen?En een glimlach van geluk.
|