Ik vroeg mijn echtgenoot,hem 'n arm te willen gaan geven,terwijl ging ik dan vlug een gaanstok thuis(om de hoek)halen.Buiten adem vond ik slechts een Alpinistenstok met vlijmscherpe punt geborgen in een dikke kurkstop Toch beter dat dan die" krakkemikkige" paraplu dacht ik en haastte mij terug de straat in Ja,ik rende!!(voor zoveel ik dat nog kon!)Zie ik daar mijn man mij flemathiek wandelend tegemoet komen. En?vroeg ik geintrigeerd.Hij is binnen in zijn stamcafé.De waardin stond hem op te wachten,ze moet van zijn komst geweten hebben.Hij kon het zonder zijn pinten thuis niet meer uithouden.Tijdens het liefhebbersvoetballen brak hij zijn voet........... Wordt vervolgd
Hij evoceerde een beeld van immense meewarigheid en mizerie,zoals hij kwam aangehinkt op één been,het andere zwaar ingegibst,geplooid in 'n hoek van 90 graden. Daarbij steunde hij op 'n freile dichtgesnoerde zwarte herenparaplu.Na iedere hinksprong rustte hij ruim 'n halve minuut het hoofd telkens laag op de borst gebogen,de kin op de witte rolkraag,de haren lang langsheen de schouders. Hij kon hooguit dertig jaar oud zijn.Zo haalt hij het niet ,zei ik tegen mijn man,terwijl wij traagjes naar huis wandelden. Hij moet zeker dringend tot aan de telefooncel op de hoek.Zij vrouw is vast hoogzwanger,dacht ik verder luidop. Ja zei mijn man,dat zou best kunnen.Terwijl sprong de sukkelaar maar steeds verder,dan weer rustend,hijgend met het wankele regenscherm als enige houvast. Plots kon ik het niet langer aanzien.Immers we schieten zo vaak tekort door onze passieve présence. Wordt vervolgd
Nu ligt ditalles reeds ver weg.Het verlof is voorbij en we zijn alles terug aan het werk.Met nieuwe moed en hopelijk veel arbeidsvreugde.De zomerse spullen liggen veilig opgeborgen in de " doos".onze bruine huid wordt weer hagelblank en de winter staat voor de deur.Maar,bij leven en welzijn,zullen er nog zomerse vacanties volgen,met schuimend water en rustige bergen! Laten we daar vooral aan denken wanneer de mistige wolkenlaag en grijs hangen en ook wanneer de sneeuwvlokken doenden zijn te vergaan in vuile modderpoelen. Deze folosofie wordt u warm aanbevolen door schrijfster van deze zomerpraat! einde
Zo was daar ook in ons vakantieoord,ver van alle drukte, één enkele grotto(herbergje)lief en netjes en zo welgekomen tijdens de lange wandeling. Het lag de weg tenhalve en in de schaduw van rustige reizige palmen.Maar ,o wee,voor hen die niet wisten wat wachten was en durfden aandringen op een biertje of wat dan ook.Uitgekafferd en verdreven werden zij uit dit paradijselijk oord en verwezen naar veel verdere oasen. De waard himself,was de vertoornde uitdrijver.Steeds liep hij grommend rond.Alles deed hij alleen,daarom beet hij iedereen toe,dat hij moe was en vroeg ging sluiten.Maar zijn " cassata" was overheerlijk. Algauw noemden wij hem " brombero"(daar verstond hij toch geen woord van)en dagelijks gingen we hem lastig vallen met onze dorst en ons geld!! Zo kwam het dat we ,door onze moed en volharding als oude kennissen zijn geworden.Van ver riepen wij hem toe,met de hand wuivend in de ruimte'Brombero bongiorno"! (Wordt vervolgd)
Zo in ons compartiment,het oude vrouwtje in lange brede wollen broek,die zij met beide handen moest ophouden,wanneer ze ging rechtstaan,en dat deed ze biezonder vaak!We vermoedden dat er iets niet pluis zat met de ritssluiting!
Ze was een zware leverlijdster,zei ze,terwijl ze ,haast continu,het ene hardgekoote ei na het andere,verwoestte.Ook massa's peren en chocolade werkte ze met grote gretiheid naar binnen. Immers de treinrit ging nog uren duren.
De hele nacht wou ze lucht en licht,vandaar,dat het ganse treinraam voor haar moest blijven openstaan
Zesmaal is ze ook 's nachts,in de gang gaan wandelen,zesmaal deur open en toe en de deur klemde geen klein beetje,dus tocht van alle duivels
en schurend lawaai.Nadien sprak ze met niemand nog een woord doch luidop voor zich zelf, zei ze,nooit meer met een nachttrein te zullen reizen
De drukte in het station,het wiegen van de slaapwagen en 's morgens de enig natte berglandschappen we namen het allemaal gretig in ons op:water overal op de wegen de paden en tegen de treinruiten.Toch deerde al die nattigheid ons niet,we waren met verlof en vol verwachtingen. Eindelijk,eens door de zeer lange tunnel,een zeldzaam ding aan de helblauwe hemel......de zon! De zon in al haar zuiderse pracht,zo deugddoend en zo lief bestendig!Nu pas kon ons echt verlof beginnen. En het begon,iedereen kent het:baden,zonnen,uitstapjes,souveniertjes kopen,lekker eten en ook veel kaarten schrijven! Toch bovenal genieten van die heerlijke warmte het koele schuimende water,de zuivere berglucht om zeker het bergtreintje niet te vergetenDaar hoog verbrak alleen het regelmatig klepelen van de koebellen de voor ons zo zeldzaam geworden stilte. Ons fotoapparaat deed trouw z'n werk,ofschoon niet alle herinneringen opgenomen konden worden Wordt vervolgd.
Het begon met een droom,een dagdroom.Buiten kletste de regen,de belgische regen.Binnen droomden we van de zon,de zuiderse zon. Toen hebben we het allemaal aan het reisagentschap overgelaten,de bestemming en het hotel en zo.
Naar het scheen waren we wat laat met de bestelling,ofschoon we tijd genoeg hadden gehad.Daarom moest de reisagent zich in verbinding stellen met een collega uit het andere land om iets te vinden, want zelf kon hij dat niet meer.
Na 14 dagen van spanning en twijfels kregen we bericht:de reis was besproken!Dus een stapje in het onbekende dat was wel 'n tikje avontuurlijk.Volgde dan;aankopen doen,inpakken taxis tijdig bestellen en driekwartier te vroeg in het station zitten!
Heerlijk gevoel alle zorgen onder de mat,naast u een bezorgde echtgenoot en 2 grote valiezen.
Mijn echtgenoot is een man van weinig woorden, jammer,zei hij,kom we gaan. En we gingen. Ik heb nu eenmaal geen krepeertalent,van mijn kreperen komt nooit iets terecht en met 'n kachel boven op m'n hoofd kan ik niet leven,gekrepeerd of niet! En dus staat mijn pruik ongebruikt en onaangeroerd op het schab,netjes verpakt op 'n voetje met een schroefje. Uiteindelijk is zij naar de Missies vertrokken zeer zeker is daar nu een negerdame heel tevreden en trendy mee,en wij delen in haar grote blijdschap en geluk!
Vol overtuiging togen wij 'anderendaags naar de pruikmadame.Zo vastberaden als haar voorkomen was heb ik sindsdien nooit meer iemand ontmoet. Nee,Meneer zei ze dus oerbeslist,daar is geen sprake van,hier wordt niet verwisseld,nooit.Mijn man schrok een beetje,dat zag ik aan zijn neuskleur.Men had hem,qua omruiling, nog nooit tegengesproken.
Ja maar,zei hij, wij willen het dubbel betalen voor iets dat blijvend is,gepermanent of zo. Nee, zei ze nogmaals met klem,uw vrouw heeft een " péruque" gekozen,die zij iedere maal nadat zij ze heeft afgezet moet herkreperen,zoniet kan ze er niets mee aanvangen,daar is geen weg naast. Basta. Wij stonden sprakeloos over zoveel kordaatheid. Dat is nu eenmaal zo'n "péruque" en daar valt niets aan te veranderen,liet zij er nog op volgen. Voilà! Wordt vervolgd
'sAnderendaags(zondagmorgen)ging ik wat oefenen,want 'n pruik opzetten is niet zo maar een gewone alledaagse doening daar moet men ernstig en zorgvuldig mee omspringen.Liefst alleen vanwege de ongewilde krachtwoorden die dus toevallig aan je lippen zouden kunnen ontsnappen! Eerst kijken of ze niet " achterstevoren" staat en dan zachtjes naar beneden trekken,niet over de oren,de facen voor de oren,de rest er achter.Ja,ze zat!, Daar stond ik dan eindelijk,uitermate beduusd en ontzettend belachelijk met een ingestorte toren op m'n hoofd.Waar was nu die krepering en die moderne snit en dat gebombeerde achterhoofd gebleven? Toen man-lief binnen kwam zag hij dadelijk van-waar de wind kwam"kind" zei hij, ze hebben je beet we zullen die pruik morgen gaan verwisselen.Het omruiltalent van mijn man kennende(voor mij doet hij dat,nooit voor zichzelf)was ik dadelijk gerust gesteld. (Wordt vervolgd)