Day-dream
Inhoud blog
  • Een zichtkaart uit Zwitserland.

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     




    Mijmeringen
    01-09-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KRUISBEELDEN

    KRUISBEELDEN.

    Luc, er is een tijd geweest dat ik ook niet wist of het wel goed was zoveel kruisbeelden te hangen. Er kwamen af en toe klassen uit het middelbaar onderwijs in ons klooster op bezinning. Bij het binnenkomen zagen ze reeds een levensgroot kruisbeeld. Toen ze de trap opgingen weer een. In elk lokaal en elke kamer een kruisbeeld op de ereplaats.. Was dat niet wat te veel voor die jongens en meisjes? Gaf dat niet een al te somber zicht op ons geloof? Ik zag bij de protestanten wel het kruis maar zonder Christus. Eens zag ik in een kerk in Duitsland hoe op het altaar een kruisbeeld stond dat men kon omdraaien naar gelang het voor een katholieke of een protestantse dienst was.

    Maar de laatste tijd ben ik dat toch anders gaan zien. Als men aan een kleine jongen vraagt “Hoe groot ga je later worden?“, dan steekt hij zijn armen in de lucht en zegt hij :“Zo groot…!” Hij gebruikt lichaamstaal. Zo begrijp ik ook een kruisbeeld. Het is de lichaamstaal waarmee Jezus zegt hoezeer Hij mij liefheeft. Voor mij is het geen beeld van de Man van Smarten, maar een beeld dat mij enorm blij maakt. “Pietje, zozeer hou Ik van jou”. En zijn gebaar is vastgenageld als om te zeggen : “Je mag er op vertrouwen !” Ik ben geneigd om voor een van die grote kruisbeelden te gaan staan en te zeggen : “Heer, zo wil ik je ook liefhebben !”

    Ingevoegd door Piet.

    01-09-2005, 15:41 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    24-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EUCHARISTIE

    EUCHARISTIE

     

    Ik vind het fantastisch hoe Jezus op het Laatste Avondmaal, wetende dat zijn uur gekomen was, alles nog eens heeft samengevat wat Hij was en wat Hij leerde en wat wij moeten worden. Hoe eenvoudig is het : Hij nam brood, brak het en gaf het. Zo simpel en tegelijk zo rijk symbool. En niet alleen symbool maar ook werkelijkheid “Dit ben Ik”. Daarmee wijst Hij mij naar de voorste punt van de evolutie : wat ik moet worden is Mens worden zoals hij ons voorgeleefd heeft. Liefhebben. Alles doet nu nog het tegenovergestelde: pakken. Al wat leeft leeft van pakken en verorberen voor zich. Van de kleinste amoebe tot het grootste dier. Het  ziet iets liggen, pakt het voor zich en kruipt ermee weg. Dat gebaar draait Jezus om. Breken en geven is toekomst. En daarin is Hij aanwezig. Daarom vind ik de hostie in het tabernakel het brandpunt van ons leven. Daar ligt het symbool, daar is Hij, daar ben ik. God is overal aanwezig waar liefde is. Maar Hij wordt gevierd in het gebroken brood van de eucharistie. Daar vieren wij onze verbondenheid, ons één zijn met Hem. In dat Brood kan ik Hem zien, ontmoeten, zoenen. Eenvoudiger kon God niet doen om ons te zeggen wat Hij is en wat wij moeten worden, om in Hem te zijn en Hij in ons.

     Piet.

    24-08-2005, 15:17 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
    21-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BANG VAN TE STERVEN.

    BANG VAN TE STERVEN.

    De zwaarzieke greep de hand van de dokter:

    “Ik ben zo bang van te sterven,

    zeg me, wat staat er mij te wachten na de dood?

    Wat zal er aan de andere kant te zien zijn?”

    “Ik weet het niet “ zei de dokter.

    “Je weet het niet…” fluisterde de stervende.

    Zonder antwoord te geven

    opende de dokter de deur naar de gang.

    Daar liep zijn hond,

    die opsprong bij het zien van zijn meester

    en hevig zijn blijdschap toonde om het weerzien.

    De dokter ging weer naar de zieke:

    “Zie ik weet ook niet wat er ons te wachten staat

    achter de deur van de dood.

    Maar ik weet dat achter die deur

    mijn Heer en Meester staat.

    Daarom zal ik blij zijn

    wanneer de deur zal opengaan !”

                             Leb. Katechese. ’88 bl. 177.
                                                                 Piet

    21-08-2005, 14:50 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    20-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gebed van Charles de Foucald

    Gebed van Charles de Foucauld.

    *

    Vader,

    Ik verlaat mij op U.

    doe met mij wat Gij goedvindt,

    Wat Gij ook met mij doen wilt,

    ik dank U.

    Tot alles ben ik bereid,

    alles aanvaard ik

    als uw wil maar geschiedt in mij

    en in al uw schepselen:

    niets anders verlang ik,

    mijn God.

    Ik leg mijn ziel in uw handen,

    ik geef ze aan U, mijn God,

    met heel de liefde van mijn hart,

    omdat ik U bemin,

    omdat het voor mij een noodzaak

    van liefde is mij te geven,

    mij zonder voorbehoud

    op U te verlaten,

    met een oneindig vertrouwen :

    want Gij zijt mijn Vader.

    Toegevoegd door Piet.

    20-08-2005, 15:34 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    16-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De 93 voorbij.

    De 93 Voorbij.

    “Ik ben de 93 voorbij,

    dus niet zo jong meer

    dan toen ik er negentig was.

    Maar ouderdom is iets relatief.

    Als men creatief blijft

    en gevoelig voor de schoonheid

    van de wereld die ons omgeeft,

    dan ontdekt men dat ouderdom

    niet noodzakelijk verouderen is.

    Tenminste niet in de gewone betekenis !

    Ik vind dat tegenwoordig veel dingen

    me meer fascineren dan vroeger.

    Het leven boeit me altijd meer !

    Pablo Casals.Piet.

    16-08-2005, 11:37 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    09-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WEDERGEBOORTE.

    WEDERGEBOORTE.

    “Ik wil bij je blijven”

    zei de rijpe vrucht tot de moeder,

    “het is hier warm en veilig”.

    “En toch wil je leven,

    mens worden?” vroeg de moeder.

    “Ja,” fluisterde de vrucht

    met een zucht van verlangen.

    “Dan moet je hier van mij vandaan.

    Als je niet weg wilt, als ik je niet uitstoot,

    Zal je nooit echt mijn kind zijn.

    Ik ken je nu, en buiten is het koud.

    Je tijd in mij is nu voorbij.”

    Het bloed gonsde heet.

    Het lichaam van de moeder rilde.

    “Ga nu.” zei ze zacht.

    Toen baande de vrucht zich een weg

    Door de nauwe donkere tunnel heen.

    Naar het leven.

    Vreemde handen knipten haar los.

    De vrucht was een huilend kind geworden,

    Bevend voor de koude wind van de wereld,

    Tot het zijn moeder vond.

    Een nieuwe mens aan de warme moederborst

    sliep voldaan een nieuwe toekomst tegemoet.

    Zo gaat ons leven langs vertrouwde wegen

    Tot het door een donkere tunnel moet.

    Wij willen aan deze zijde blijven

    Hoewel onze tijd voorbij is.

    Dan huilen we wellicht en beven van de kou

    Omdat wij worden losgeknipt.

    “Je wilt toch leven?” vroeg destijds de moeder

    “je wilt ten volle mens worden?”

    Mochten wij dan met een zucht van verlangen

    “Ja!” fluisteren.

    Uit “Kerk en Leven” noteerde Piet hierbij.

    09-08-2005, 21:41 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    08-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EEN AAP VANGEN.

    EEN AAP VANGEN.

    Er staan ons allerlei problemen te wachten:

    grote en kleine.

    Maar wellicht niet het probleem

    een aap te moeten vangen.

    En toch is het niet zo moeilijk.

    Luister eens goed

    naar dat Indisch recept.

    Neem een kokosnoot,

    hol ze uit,

    giet er wat rijst in,

    en hang ze aan een boom.

    Het gat in de noot moet juist zo groot zijn

    dat de aap er zijn poot kan door steken.

    Wanneer hij dan komt

    en zijn poot er insteekt,

    zal hij zoveel rijst nemen,

    dat zijn hand zo dik is geworden

    dat ze niet meer door de opening kan.

    Hij wil tegen elke prijs de rijst vasthouden.

    Maar hij zit gevangen aan wat hij genomen heeft.

    Als het niet waar is,

    dan is het toch goed gevonden !

    Ik vermoed dat de verteller van dit verhaal

    het méér over mensen heeft dan over apen.

    Wat de mens in de val doet lopen

    is de hebzucht.

    Wie altijd maar wil “hebben”

    en niet kan loslaten of weggeven,

    zit gevangen aan wat hij omknelt.

    Hebzucht is niet de zaak

    van hen die veel hebben.

    Denk aan de aap: een handvol rijst !

    Maar het is “mijn rijst”,

    niet van de anderen.

    Mijn plaats, mijn recht, mijn rust…

    Ik kan er niet meer van los:

    het heeft van mij bezit genomen.

    Eens gehoord op DLF.

    Piet.

    08-08-2005, 17:47 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    06-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Keukengebed.

    KEUKENGEBED.

    Heer, ik bid U vanuit mijn keuken,

    daar ik geen heilige kan zijn

    achter stille kloostermuren

    of in Afrika’s woestijn,

    of in lange meditaties

    als een vurige novies.

    Maak me heilig door het koken

    en door het wassen van ’t servies.

    Ik heb Martha’s handen nodig,

    maar Maria’s hart nog meer.

    En bij het poetsen van de schoenen

    zie ik uw sandalen weer.

    ‘k Zie ze gaan in Martha’s woning,

    als ik hier de vloeren boen.

    Neem dan deze meditaties

    méér kan ik nu niet doen.

    Warm de keuken met uw liefde

    en verlicht ze met uw vree.

    Vergeef me al mijn tobben,

    maak mij rustig en tevrêe.

    Gij die graag de mensen spijsde

    in de vlakte en aan de zee,

    neem het werk van mijn handen,

    dat ik U ter liefde dêe.

    Ik noteerde dat ooit. Piet.

    06-08-2005, 10:44 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (6 Stemmen)
    04-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Goede Vriend Theofilus.

    Enerzijds valt het me vaak moeilijk mijn voornemen vol te houden, met name al wat bij ons met Jezus van Nazaret is gebeurd van begin af aan zorgvuldig op te sporen om het voor jou op een rijtje te zetten; maar anderzijds laat me dit vermoeiende

    werk ook niet meer los. En niet in het minst omdat mijn eigen geloof in Jezus, door het veel bezig zijn met de verschi11ende bronnen en getuigenissen deels tot een bevrijdend, en deels tot een verontrustende krach_in mijn leven is geworden. Verleden week was ik nogmaals te Nazaret. Het was me nu eindelijk gelukt door bemiddeling van de synagogenoverste van Tiberias toegang te krijgen tot het archief van de synagoge van Nazaret,

    Je kan je voorstellen met hoeveel spanning, ja innerlijke opwinding, ik de kroniek van deze synagoge doorlas. Bij de 3e Nisan van het Jaar 28 stond het volgende geschreven: "Als een lopend vuurtje had het zich pier over Nazaret verspreid wat voor wonderen die Jezus deed, hier ten noorden van het meer. Het dochtertje van de synagogenoverste Jairus lag op sterven. En ze moet gestorven zijn nauwelijks voor Jezus het huis binnentrad. Maar nu, zo zegt men, nu leeft dat kind. En toen deed het nieuws de ronde dat hij naar hier, zijn streek, op weg was, samen met zijn gevolg. De bevolking van ons klein dorpje kwam in beroering. Iemand van hier, een timmerman! Hij had nog jukken gemaakt voor hen, ploegen en ander alaam. Dan was hij van hier vertrokken.

    En nu zou hij terugkomen, de man van wie de laatste tijd gans Galilea spreekt! Welke ongehoorde verwachtingen had hij overal niet ingelost! Onze kleine synagoge was nokvol toen hij op de sabbat uit de Schrift begon te lezen - een tekst uit de profeet Jesaja - en die heilige woorden begon uit te leggen. Reeds veel jaren, sabbat na sabbat, heb ik naar de uitleg van onze heilige schriften geluisterd, maar nog nooit heeft een rabbi zijn toehoorders zo weten te boeien als die onbeduidende timmerman uit Nazaret. De armen, de gevangenen, de blinden, de verdrukten waarvan hij sprak, dat waren wij. En de heilsboodschap die hij aankondigde en beloofde: verlossing, licht, vrijheid, dat alles kwam zo tegemoet aan ons opgekropt, ontgoocheld, verdrongen en steeds onderdrukt verlangen en onze hoop op een heel nieuw leven.

    Waar haalt hij dat alles? Wat voor een wijsheid bezit dan toch die man? Wat zijn dat voor wonderen die hij doet? Zo ging het er aan toe. Wat gebeurde toen? Opeens werd het stil in de synagoge. De tentenmaker Josia stond recht, staarde Jezus aan en zei langzaam en zonder intonatie: "Gij zijt maar één van ons, en of het u nu bevalt of niet, gij zijt maar een nazarenertje. Timmerman, ik geef u een goede raad: kom opnieuw bij ons runderjukken en ploegen maken en maak uzelf en ons niets wijs!". Het bleef nu in de synagoge zo lang doodstil als een menigte nodig heeft om uit een gedroomde droom, uit een samen beleefde roes te ontwaken. "Die timmerman Jezus, hij is toch de zoon van Maria !” “Hij is toch de broer van Jacobus, Joses, Judas en Simon!" "Wonen zijn zusters hier niet bij ons?"

    En zo ging het over en weer. De stemmen werden steeds maar luider en agressiever. De begeestering, ja, de bijna extatische sfeer was omgeslagen in verontwaardiging. Maar Jezus riep nog: "Overal wordt een profeet geëerd, alleen niet in zijn eigen familie". Dan ging hij midden door de menigte heen, die daar stond als een muur van verontwaardiging en woede."

    Tussen haakjes had de kroniekschrijver er nog aan toegevoegd: "Wie is hij eigenlijk_ Ziet hij niet dat hij ons uitdaagt?".

    Lieve Theofilus, juist deze vraag houdt mij bezig. Wie is hij dan toch? Zien wij niet hoezeer hij ons uitdaagt? Of kennen we hem dan reeds te goed? Is hij al te ver van ons verwijderd? Het blijft een uitdaging!

    De genade van de Heer Jezus Christus zij met u!

    Gegroet,

    Lucas.

    Piet vond het bij zijn confrater Kl. Jockwig en vertaalde het.

    04-08-2005, 00:00 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (2 Stemmen)
    29-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LUISTEREN

    MOMO.

    Momo konnte so zuhören, dass dummen Leuten plötzlich sehr gescheite Gedanken kamen. Nicht etwa, weil sie etwas sagte oder fragte, was den anderen auf solche Gedanken brachte, nein, sie sass nur da und hörte einfach zu, mit aller Aufmerksamkeit und aller Anteilnahme. Dabei schaute sie den anderen mit ihren grossen, dunklen Augen an, und der Betreffende fühlte, wie in ihm auf einmal Gedanken auftauchten, von denen er nie geahnt hatte, dass sie in ihm steckten.

    Sie konnte so zuhören, dass ratlose oder unentschlossene Leute auf einmal ganz genau wussten, was sie wollten. Oder dass Schüchterne sich plötzlich frei und mutig fühlten. Oder dass Unglückliche und Bedrückte zuversichtlich und froh wurden. Und wenn jemand meinte, sein Leben sei ganz verfehlt und bedeutungslos und er selbst nur irgendeiner unter Millionen, einer, auf den es überhaupt nicht ankommt und der ebenso schnell ersetzt werden kann wie ein kaputter Topf - und er ging hin und erzählte alles das der kleinen Momo, dann wurde ihm, noch während er redete, auf geheimnisvolle Weise klar, dass er sich gründlich irrte, dass es ihn, genau so wie er war, unter allen Menschen nur ein einziges Mal gab und dass er deshalb auf seine besondere Weise für die Welt wichtig war. So konnte Momo zuhören!"

    Uit Michael Ende: Momo.

    Wat Piet jaren geleden las en nu weervond op Internet.

    29-07-2005, 14:45 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE BRUG VAN PRAAG.

    DE BRUG VAN PRAAG.

    Een jonge man droomde eens dat hij naar Praag moest gaan

    om onder een brug vlak bij het koninklijk paleis

    naar een schat te zoeken.

    Toen hij wakker werd lachte hij om zijn droom.

    Maar toen de droom terugkwam,

    twee drie keer,

    steeds in dezelfde vorm,

    trok hij toch naar Praag.

    Maar bij de brug stonden soldaten op wacht,

    dag en nacht,

    en hij durfde daarom niet gaan graven.

    Toch kwam hij elke morgen

    en hij zwierf daar rond tot ’s avonds.

    Op een keer kwam daar de hoofdman van de soldaten

    en vroeg hem vriendelijk wat hij daar zocht.

    De jongen vertelde zijn droom.

    De hoofdman lachte hem uit en zei:

    “Zo ben jij voor die droom naar hier gekomen?

    Wie vertrouwt er nu op dromen?

    Hoe heet jij?”

    “Avram” zei de jongen.

    “En waar woon je?”

    “In Krakau, in Polen.”

    “Maar dat is nu eens een toeval,”

    riep de hoofdman uit.

    vannacht werd mij in een droom bevolen

    naar Krakau te gaan,

    naar het huis van ene Avram.

    Om daar een schat op te graven.

    Hoeveel Avrams zijn er niet in Kakau?”

    De hoofdman schaterde het uit.

    De jonge man zei niets.

    Hij keerde naar Krakau terug

    en vond in zijn eigen huis een grote schat.

    Daar waar je staat, ligt goud.

    Piet hoorde het ergens.

    28-07-2005, 19:02 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    27-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GENEZING VAN DE DOVE.

    GENEZING VAN DOVE.

    Toen Jezus de dove genas

    toen is hij met zijn vinger

    in zijn oren gegaan.

    Hij bleef niet op afstand

    Jezus is heel dicht

    bij de dove gekomen

    en heeft gezegd:

    kom laat me eens aan je oren komen

    en toen heeft Jezus eens met de vinger

    in die oren geboord

    want ze waren totaal verstopt

    Jezus heeft de gehoorgang van de dove

    vrij gemaakt

    van gebazel

    van leugens

    van gemeenplaatsen

    van vooroordelen

    heel diep

    zaten religieuze spreuken

    direct op het trommelvlies

    en dat was het ergste

    ze zaten zo diep

    dat alles had de man doof gemaakt

    hij kon door die hele troep

    niet meer goed doorheen horen

    Jezus had het gedaan

    door gans dicht bij die man te gaan staan

    en niet zo maar op wat afstand

    wat wijsheid en raad te verkopen

    als zielzorger

    als pastor

    van ambtswege….

    Zo vond Piet het ergens en voegt het toe.

    27-07-2005, 10:53 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (2 Stemmen)
    26-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BRIEF VAN ZACHEUS

    Goede Vriend.

    Neen, ik had me sinds lang geen illusies meer gemaakt over mijn leven. Ik wist tamelijk goed wat de anderen van mij dachten en waaraan ik mezelf te houden had. Lang heb ik eronder geleden, dat religieus gezinden, en zij niet alleen, me in één adem noemden bij de dieven en de rovers. Misschien hadden ze daarin meer gelijk dan ik wilde toegeven. Maar wie zou het zich niet aan trekken dat hij verdacht, veracht en gehaat wordt? Nee, mijn beroep van tollenaar breng1 het mee, anderen min of meer willekeurig onrechtvaardig te moeten behandelen.

    Aanvankelijk noemde ik bedrog dan ook bedrog, en afpersing afpersing tot ik me langzamerhand van mijn slecht geweten heb ontdaan - want zo sterk ben ik nu ook niet, dat ik met een slecht geweten gerust kan leven - en zo begon ik er me aan te wennen er in mijn beroep door te komen zonder geweten ook wanneer ik de oneerlijkheid van de veel gekende excuses me op de zenuwen werkte..."Je moet zien dat je er komt!" "Met wie zou je moeten rekening houden?", "Je moet toch zorgen voor je gezin!", "Wie niet neemt wordt zelf genomen". En ik nam, - met of zonder geweten – beroepsmatig profiteerde ik van de kansen, de anderen waren de prooi, het slachtoffer. Ik, ik had toch dat Romeinse belastingsysteem niet uitgevonden. Ik had er het meeste voor geboden, en zo was mij het heffen van tol op invoer en uitvoer en doorvoer ten deel gevallen. Hoeveel pacht ik er nu moest voor betalen staat nu een maal vast, hoe ik het dan doe blijft mijn zaak. En Jericho, verkeersknooppunt, grensstation tussen het oost- en west jordaan­-land is nu juist een sprankelende bron van inkomsten. Vaak had ik het liever wat kleinschaliger gehouden, dan had ik niet zoveel medewerkers en ondertol­lenaars nodig. Want je begrijpt dat ze voor hun inzet wel een goede fooi verwachten.

    Men komt er zo maar niet met wat sociaal economische rechtvaardigheid. Kan ik iets aan dat systeem veranderen? Ik kan het niet verhelpen dat in dit systeem - waar ik niet van hou, maar waarvan ik moet leven - sociale gerechtigheid en economische schranderheid niet samengaan. En dat ik daardoor, sociaal gezien, in slechte papieren ben geraakt, moet ik de koop toe nemen. Hoe meer ik verdien, des te hoger zullen de enen mij achten en de anderen mij vrezen en haten. Een tijd lang ging dat nog goed. De dubbelzinnigheid waarin ik permanent leefde, kon ik nog verdringen met hard te werken en met ik erbij verdiende. Maar op zeker ogenblik lukte dat verdringen niet


    oneerlijkheid en die afperserij. Ik was er in vastgelopen. Ik had het gevoel te moeten verstikken onder al die maskers die anderen me opdrukten en waar­onder ik me verstopte. Niemand bezag me nog en nam me nog voor de mens die ik tenslotte toch nog ben. Iedereen eiste wat van mij, de enen resultaten en mijn geld, anderen mijn kop! Ik wist niet hoe ik eruit moest geraken. Alleen wist ik, dat ik er stilaan aan kapot ging.

    Tot Hij omhoog keek en me zag. Ik weet niet meer hoe ik in die vijgenboom was gekomen. Iedereen in de stad had het over die Jezus. Was me dat een drukte en een toeloop toen Hij door Jericho trok. Hoe had ik Hem ooit anders kunnen zien? Want ik hou niet van dergelijke spektakels. En daar keek Hij me aan! En het was waarlijk alsof toen al die maskers van me af vielen. Ik weet niet meer wat toen allemaal door mijn hoofd is gegaan, alleen dit: iemand keek me aan zonder iets te eisen, geen resultaten, geen geld, geen geestelijke prestaties, geen geloofsbelijdenis, geen partijkaart.

    Hij ziet je, eenvoudig in jouw situatie. Hij ziet je als de mens die je bent in openheid, vrijheid en goedheid.... "Zacheûus" zei Hij, "kom snel naar beneden uit uw schuilplaats, ik ben vandaag bij u te gast. Gij en uw gezin, ge zijt gered, ge zult leven, daar ben ik toch voor gekomen, om hen die verstikt zijn, te redden".

    Ja, de Heer weet hoezeer ik aan 't verstikken was. En nu is waarachtig alles, alles anders!

    Hartelijk!

    Je Zacheüs.

    Kl. Jockwig. CSsR.

    Vertaald en toegevoegd door Piet.

    ***************

    26-07-2005, 15:06 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    19-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GEBED VOOR ONS KINDJE.

    HEER ZEGEN ONS KINDJE.

    Heer, zegen ons kindje, help ons het te helpen,

    dat het met eigen ogen leert zien:

    het gelaat van vader en moeder,

    de sneeuw op de bergen,

    en het Land van Belofte.

    *
    Zegen dit kind, help ons het te helpen,

    dat het leert luisteren

    naar de klank van zijn naam,

    naar de waarheid der wijzen,

    naar de taal van de liefde

    en het Woord van Belofte.

    *
    Heer, zegen dit kind, help ons het te helpen,

    dat het met eigen handen mag grijpen,

    naar de hand van zijn vrienden,

    naar het brood en de druiven,

    van het Land van Belofte.

    *
    Zegen dit kind, help ons het te helpen,

    dat het leert spreken met eigen woorden

    van de vreugde en de zorgen

    en de vragen der mensen,

    van het wonder van het leven

    en het Land van Belofte.

    *
    Zegen dit kind, help ons het te helpen

    dat het leert gaan met eigen voeten

    op de weg van deze aarde,

    op de lastige treden,

    en op de weg van vrede

    naar het Land van Belofte.

    *
    Heer, zegen dit kind, help ons het te helpen,

    dat het leert liefhebben

    met gans zijn hart.

    *
    Naar L. Zenetti
    .

    Van Piet.

    19-07-2005, 11:31 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    15-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.JERICHO.

    JERICHO;

    Ik moest van Jeruzalem naar Jericho,

    laat in de namiddag,

    langs de stofferige rotsige wegen.

    Toen sprongen plotseling uit het struikgewas

    twee mannen op me toe.

    Ze sloegen me neer.

    Ik vocht met vuist en voeten

    maar het mocht niet baten.

    Ze sloegen en schopten me

    tot ik roerloos bleef liggen kreunend van pijn.

    Ze namen mijn geld, mijn brieven,

    mijn mantel, mijn sandalen.

    Oh! Die dag vergeet ik nooit.

    Hoe ik daar lag en dacht:

    dit is het einde.

    Ik bloedde uit neus en mond.

    Ik huilde en bad.

    Ik hoorde iemand naderen en dacht:

    “dit is mijn redding”.

    Een priester, ik zag het aan zijn mantel.

    Hij neuriede een psalm:

    “De Heer is mijn herder…”

    Maar hij zweeg toen hij me zag..

    Hij verhaastte zijn stap, vloekte en ging voorbij.

    Nadien opeen ezel een leviet.

    Hoeveel er nog passeerden weet ik niet.

    Ik moet wel half verdoofd geweest zijn

    toen ik voelde hoe een hand mijn wangen streelde

    en mijn baard.

    Moeizaam opende ik de ogen

    en zag het gelaat van een man:

    Oh zo vriendelijk en goed!

    Kan dat wel ? Een Samaritaan?

    U moet weten, vrienden:

    wij haten dat volk.

    Een rotvolk, een duivels volk.

    Wij danken de Heer iedere morgen

    dat we geen Samaritaan zijn !

    Maar hij deed het, vrienden.

    Ik lachte door mijn tranen heen

    toen hij mijn wonden zalfde,

    en verbond met stukken van zijn hoofddoek.

    Voorzichtig heeft hij me toen op zijn muildier getild !

    Maar verder weet ik het niet meer….

    Het was nacht toen ik ontwaakte

    tussen de pakken van de karavaanherberg.

    Ik kon mijn ogen niet geloven

    toen men mij in het licht van een olielampje

    wat brood bracht en wat wijn

    en mij verzorgde als een prins.

    En toen ik ‘s anderendaags weer verder kon

    en afscheid nam van baas en gasten

    vroeg ik wie mijn redder was geweest.

    Maar niemand wist het.

    Hij had zijn naam niet geschreven in het boek.

    Maar dit zei iedereen:

    “Het was zo een goede vriend van jou !”

    Vrienden dat vergeet ik nooit !.

    Piet Moortgat.

    15-07-2005, 16:17 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    13-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Voor donkere dagen.

    VOOR DONKERE UREN

    Toen ik eens in de tuin in gesprek was met mijn buurman

    kwam zijn zoontje van een jaar of zes aangelopen met iets in beide handen gekneld.

    “Een vlinder gevangen” vroeg ik.

    “Een kevertje?”

    Hij schudde lachend het hoofd: “Nee !”

    “Wat dan?” vroeg ik.

    “Een zonnestraaltje” zei de jongen.

    Hij drukte zijn vangst nog dichter aan zijn hart en liep weg.

    Ik heb reeds vaak aan dit voorvalletje gedacht.

    Konden we maar een zonnestraal vangen voor donkere dagen.

    Want het kan soms zo donker zijn.

    ’s Morgens bij het opstaan: “Wat een rotte dag !”

    Water, wind en wolken… en geen zon te zien !

    Een dag vol vervelende dingen.

    En poedig valt alles tegen.

    Men wordt nerveus. Alles valt tegen.

    Ons humeur weegt op onze medemsnsen.

    hadde we lmaar een zonnestraal in voorraad.

    En toch kan dat.

    Een woord uit de schrift.

    Een vers uit een psalm.

    Een zin uit een lied.

    dat kan een zonnestraal zijn die alles weer goed maakt.

    Maar je moet ze gevangen hebben.

    Met beide handen tegen je aandrukken.

    Niet loslaten.

    Misschien een woord uit het evangelie van vorige zondag:

    “Vrees niet, Ik ben het !”.

    13-07-2005, 09:50 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    11-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    HET TWEEDE PINKSTERFEEST.

    Toen Hij weer op aarde was gekomen

    en het voor de tweede maal Pinksteren werd

    waren ze weer allemaal samen:

    katholieken en protestanten,

    gelovigen uit de orthodoxe kerken,

    allerlei losse groepen,

    baptisten, methodisten, quakers,

    moslims en boeddhisten,

    confucianisten en antroposofen

    van verschillende strekkingen,

    leden van allerlei sekten

    en godsdienstige verenigingen.

    Ze waren er allemaal samen

    toen er plotseling over hen een stormwind losbrak

    en boven hun hoofden een teken verscheen.

    Het teken van Hem die over de wereld heerst

    en die teruggekomen was

    om nu eens voorgoed zijn heerschappij in te zetten.

    En juist zoals de Geest het hen ingaf

    begonnen allen te spreken.

    Maar niemand sprak de andere tegen.

    Niemand pleitte voor zichzelf.

    niemand deed een aanval op een ander.

    Niemand verketterde de anderen.

    Niemand begon te boffen op zijn dogmatiek.

    Niemand dweepte met zijn heilige schriften

    maar bewonderde die van anderen.

    Niemand hield krampachtig aan zijn eigen aard.

    En ofschoon velen er het woord namen

    was er toch geen verwarring:

    ze spraken allen dezelfde taal !

    En zij die naar hen luisterden

    hadden allen hun eigen verleden en hun eigen verhaal.

    Ze droegen allen de stempel die men hen had gegeven

    in de loop der jaren, en het etiket dat men op hen had gekleefd.

    Jonge lieden, voor wie zogezegd niets meer heilig was

    en die men voor niets meer kon warm maken.

    Werklozen en playboys.

    Mensen die blind waren langs de linker kant,

    mensen die blind waren langs de rechter kant,

    Onderdrukten en uitgehongerden.

    Door geld verblinde rijken

    en door wapens verblinde militairen.

    Arabische vluchtelingen

    en Israelische kolonisten,

    bommenleggers uit Noord-Ierland

    en Libanese vrijheidsstrijders,

    Namibische guerrillero’s

    en leden van de Zuid-Afrikaanse regering,

    soldaten van weerskanten het ijzeren gordijn.

    zwarten uit de slums van New-York

    en groot grondbezitters uit Californië.

    Patiënten uit de psychiatrische inrichtingen van Rusland

    en leden van het Politbureau.

    broeders en zusters,

    mannen en vrouwen

    richting Moskou of Peking, Genève of Rome.

    Ze luisterden allemaal vol verbazing

    want iedereen hoorde nu eens in zijn eigen taal

    spreken over God.

    En iedereen begreep het

    alsof het voor hem gezegd was.

    En niemand kon zeggen:

    “Geen mens die mijn probleem begrijpt”.

    De jeugd hoorde hoe men tot haar sprak zonder die spottende ondertoon,

    met eerbied voor haar eigen taal.

    En slachtoffers van uitbuiting zeiden:

    “Die weet nu waarlijk waar het schoentje wringt”

    De linksen schenen hun eigen woorden te horen

    en de rechtsen even goed.

    De machtigen hadden geen tolk nodig

    en de armen zeiden:

    “Nu spreekt men nu eens niet als blinden over kleuren.”

    De zachtgeaarde vond het niet autoritair

    en de zelfzekere vond het niet flauw.

    De zwakken vonden troost

    en de sterken begonnen na te denken.

    Die lijden voelden zich opgetild

    en de onderdrukkers voelden zich gewaarschuwd.

    Piet denkt dat hij het in de zestiger jaren hoorde op DLF.

    11-07-2005, 00:00 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    08-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BROEDERLIEFDE.

    BROEDERLIEFDE.

    Een vader liet zijn twee zonen één korenveld als erfgoed na. Zij verdeelden het veld eerlijk. De ene zoon was rijk en ongetrouwd, de andere arm en met kinderen gezegend.

    Eens, ten tijde van de graanoogst, lag de rijke man ’s nachts op zijn rustplaats en zei tegen zichzelf: “Ik ben rijk, waarvoor heb ik die korenschoven nodig? Mijn broer is arm, en het enige wat hij voor zijn gezin heeft, zijn de korenschoven”.

    Hij stond op en ging naar zijn aandeel van het veld, nam een massa schoven en bracht ze naar het veld van zijn broer.

    In diezelfde nacht dacht zijn broer: “Mijn broer heeft geen vrouw en geen kinderen. Het enige waaraan hij vreugde beleeft is zijn rijkdom. Ik zal zijn rijkdom vergroten”. Hij stond op, ging naar zijn aandeel van het veld en bracht schoven naar het veld van zijn broer.

    Toen beiden ’s morgens naar hun veld gingen, verbaasden zij zich erover dat hun koren niet minder was geworden. Er kwam geen einde aan hun verbazing.

    Ook de volgende nachten deden ze hetzelfde. Ieder bracht schoven op het veld van de ander. Toen ze iedere morgen ontdekten dat hun koren niet minder was geworden, waren ze ervan overtuigd, dat de hemel hen voor hun goedheid had beloond.

    Maar op een nacht gebeurde het, dat de twee broers elkaar op hun weg ontmoetten, de armen vol met schoven.

    Toen ontdekten ze wat er gebeurd was en omhelsden ze elkaar. Toen hoorden ze een stem uit de hemel: “Deze plek, waar zoveel broederliefde is getoond, is het waard dat daarop mijn tempel opgericht wordt – de tempel van de broederliefde.

    Wajikra Rabba.

    Piet las dit ergens.

    08-07-2005, 15:50 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    07-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VISSERSWIJSHEID

    VISSERSWIJSHEID..

    Eens zat iemand te vissen aan het meer.

    De zon scheen. De visser was rustig en gelukkig.

    Er kwam iemand langs die vroeg:

    “Waarom gebruik je niet meer dan één hengel,

    dan zou je meer kunnen vangen.”

    De visser zei: “En, wat dan?”

    “Wel “ zei de voorbijganger, “dan verdien je meer.”

    “En wat dan?” zei de visser.

    “Dan kun je een boot kopen en op het meer gaan,

    om nog meer te vangen.

    En na een tijdje kun je misschien een

    groot schip kopen en dan uit varen en veel vis vangen.”

    “En” zei de visser “wat dan?”

    “Dan huur je een knecht” zei de voorbijganger,

    die met je vangt en zo verdien je nog meer geld met je vis.”

    “En wat dan?” zei de visser.

    “Ja, wat dan?” zei de voorbijganger, “ja, eens kijken;

    dan kun je bijvoorbeeld lekker rustig

    gaan vissen en in de zon gaan zitten.”

    “Zo, is het”, zei de visser,

    “laat mij dus maar rustig zitten…”

    *

    Gelezen bij een confrater.

    Piet.

    07-07-2005, 17:53 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    06-07-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.TWELING IN MOEDERSCHOOT.

    TWEELING IN MOEDERSCHOOT.

    Henry J.M. Nouwen heeft in een van zijn boeken het verhaal van een gesprek tussen een zusje en een broertje in de moederschoot.

    Zus zegt tot broer: “Ik geloof in een leven na de geboorte!”

    Broer reageert hevig: “Nee, nee! Dit is alles wat we hebben. Het is hier mooi, donker en warm, en we moeten ons alleen maar aan de navelstreng houden die ons alle voedsel geeft”.

    Maar het meisje geeft niet op: “Er moet toch méér zijn dan dit donker kot. Er moet ergens een plaats zijn waar er licht is, en waar we vrij kunnen bewegen”. Maar ze kan broer niet overtuigen.

    Dan na lang zwijgen, zegt ze aarzelend: “Ik moet je nog iets zeggen, maar ik vrees dat je het weer niet zult geloven. Ik denk dat we een moeder hebben!”

    Nu wordt klein broertje woedend: “Moeder, moeder?” schreeuwt hij, “hoe kan je dat bewijzen? Ik heb nog nooit een moeder gezien en jij ook niet. Wie heeft er dat nu weer in je kop gepraat? Ik heb je het al gezegd: dit is alles wat we hebben. Waarom wil je toch altijd méér? Hier heb je toch alles en je moet ermee tevreden zijn”.

    Kleine zus is van dat antwoord stil geworden. Ze durft lange tijd niets meer zeggen. Maar toch kan ze die gedachte niet uit haar hoofd zetten. Omdat ze niemand anders heeft met wie ze daarover kan praten zegt ze dan toch weer: “Voel je die spanning niet aankomen? dat is echt onaangenaam. Het doet echt pijn”.

    “Ja, maar wat moet dat betekenen?” antwoordt broer.

    Zusje: “Weet je, ik denk dat deze pijn er is om ons op een ander milieu gereed te maken waar het nog veel mooier is dan hier, en waar we onze moeder zullen zien van aangezicht tot aangezicht. Wat zou dat verrukkelijk zijn!”

    Maar broertje antwoordt niet meer. Hij heeft genoeg aan dat gezeur van kleine zus en denkt: “Ik schenk haar geen aandacht meer, misschien wordt ze wat rustiger”.

    Henry J.M. Nouwen. “Die Gabe der Volendung”.

    Toevoeging van Piet

    06-07-2005, 16:48 geschreven door Piet

    Reageer (0)
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Archief per week
  • 09/10-15/10 2006
  • 02/10-08/10 2006
  • 05/12-11/12 2005
  • 24/10-30/10 2005
  • 29/08-04/09 2005
  • 22/08-28/08 2005
  • 15/08-21/08 2005
  • 08/08-14/08 2005
  • 01/08-07/08 2005
  • 25/07-31/07 2005
  • 18/07-24/07 2005
  • 11/07-17/07 2005
  • 04/07-10/07 2005
  • 27/06-03/07 2005
  • 20/06-26/06 2005
  • 13/06-19/06 2005

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!