KEUKENGEBED.
Heer, ik bid U vanuit mijn keuken,
daar ik geen heilige kan zijn
achter stille kloostermuren
of in Afrikas woestijn,
of in lange meditaties
als een vurige novies.
Maak me heilig door het koken
en door het wassen van t servies.
Ik heb Marthas handen nodig,
maar Marias hart nog meer.
En bij het poetsen van de schoenen
zie ik uw sandalen weer.
k Zie ze gaan in Marthas woning,
als ik hier de vloeren boen.
Neem dan deze meditaties
méér kan ik nu niet doen.
Warm de keuken met uw liefde
en verlicht ze met uw vree.
Vergeef me al mijn tobben,
maak mij rustig en tevrêe.
Gij die graag de mensen spijsde
in de vlakte en aan de zee,
neem het werk van mijn handen,
dat ik U ter liefde dêe.
Ik noteerde dat ooit. Piet.
|