ADVENT.
Nu moet ons ventje slapen gaan.
Elke avond volgt hetzelfde ritueel :
staande op de grote tafel, onder de lamp,
laat de kleine dreumes zich ontkleden.
Stuk voor stuk moet hij iets van zijn privé afgeven.
Niet zo simpel !
Alleen vader of moeder mogen dat doen.
Zij weten goed waar de knopen zitten
en waar het moeilijk wordt.
Bij elke elleboog gebeurt er iets.
Iets van de muis of de piep, of de grote loebas.
Een kind uitkleden
er zit iets heiligs in :
een mensenkind ontdoen van al het overtollige,
van al het bijkomstige
tot het kwetsbaar en weerloos zijn armpjes om u heen legt.
Een kindje gereed maken
voor het altijd eender verhaaltje-in bed,
en voor de altijd nieuwe dromen.
Elk jaar volgt het zelfde ritueel.
met elke Advent wil God ons uitkleden,
ons ontdoen van al het overtollige,
van al het bijkomstige.
Hij alleen mag dat doen.
Hij weet waar de knelpunten zitten,
wat ons als mens belemmert :
gij rookt te veel
gij drinkt te veel
gij eet te veel
gij zit te veel
gij praat te veel
gij
En zo heeft ieder in zijn leven een stuk dat hem niet goed zit,
en dat zo moeilijk is om uit te trekken.
Maar God heeft een groot gedacht van onze vrijheid.
Dat is iets heiligs voor Hem.
Daarom moeten wij ons gewillig laten uitkleden door Hem.
Maar als we eenmaal zo ver zijn,
als we kwetsbaar en weerloos geworden zijn
en onze armen om Hem heenslaan
en we ons laten dragen,
dan brengt hij ons naar de kerstnacht
met dat altijd eender verhaal,
dat altijd nieuwe dromen wekt.
Ik las het eens bij Manu Verhulst, denk ik.
Piet.
|