Ken uw streektaal 3
Krommeke : kraampje. Kweddele : ( altijd meerv. ) moeilijkheden, spanningen. Kwizenie : fornuis. Lee : (1) lende, taille. " Da lei in m'n lee " = ik heb er een voorgevoel van.
(2) scharnier van een deur. Leuzig : loos, leeg. " een leuzige noote" Livvenieër : Onze Lieve Heer Loechtekes : lichtjes, maar even, zacht. Loete : nukken, kuren, luimen. Luksfottuur : luxe auto, personenauto. Luzze : loods, afdak, wagenschuur.
Uit : Puur Puus van Louis Callaert & Ward Vanachter
|