Ik ben Thea van Honk, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Doortje.
Ik ben een vrouw en woon in Oudenbosch (Nederland) en mijn beroep is Huisvrouw.
Ik ben geboren op 02/11/1947 en ben nu dus 77 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Schrijven van gedichten en verhalen, voor volwassenen en kinderen. Fotografie. Lezen. Dagtripjes maken. Computeren..
03-06-2009
Vliegen ( 2 )
In de aankomsthal is het óók druk. Een stem uit een luidspreker zegt iets in verschillende talen. Wat later komen de eerste mensen uit het vlietuig uit New York.
Mama is natuurlijk de eerste die het tweetal ontdekt. Ze roept:"Fien...Jerry....Híer...."
De twee horen het en lachen. Vijf minuutjes later staan ze bij elkaar. Fientje geeft mama een kus en ze slaan elkaar op de rug. Jerry en papa praten Engels, maar ze kunnen elkaar toch goed verstaan want ze praten of ze elkaar al jaren kennen.
Gelukkig maar dat Fientje gewoon Nederlands praat.
Ze gaan allemaal nog iets drinken in het restaurant. Christiaan is stil. Hij zit wat te dromen. Wat zou ie ook graag willen vliegen. Maar ja, dat is natuurlijk erg duur. Zou het raar zijn in je buik? Net als de draaimolenvliegtuigjes op de kermis?
Als ze weer thuis zijn zegt Christiaan tegen zijn vader:"We waren op Schiphol. Jeemig, zoveel vliegtuigen heb ik nog nooit gezien. En gróót. Wow. Ik zou ook best eens willen vliegen."
"Daar zeg je zo wat. Woensdag gaan we naar Westhuizen, naar het pretpark. Dat is hier niet zover vandaan. En ze hebben er ook rondvluchten, dus, je treft het, knul, dat papa een van de piloten kent. Als jij wilt vliegen dan komt dat voor elkaar. Daar zorg ik voor. Dan laat ik Jaap boven Ouderveen vliegen.
Christiaan is al zo zenuwachtig dat hij drie nachten bijna niet slaapt en elke dag pijn in zijn buik heeft. Als hij het Ineke verklapt zeurt die net zo lang tot tante Fien zegt:"Láát dat kind toch. Waarom gaan we niet met zijn allen naar Westhuizen? Het is al zo lang geleden dat ik kind was....."
"Voor de groten is het net zo goed leuk."zegt Papa van Zuylen zo dromerig of hij zelf nog een kind van 6 jaar is.
Die Woensdag rijden ze naar het pretpark. Het is er al druk. Oh, als er nou maar vliegtuigen zijn. Christiaan knijpt opgewonden in zijn vaders hand, terwijl ze naar een houten keetje lopen. Papa klopt op een loketje en vraagt:"Is Jaap er?" "Die komt over 5 minuten. "
"Ik ben een collega van Frans en ik heb hier een vlieglustig knaapje met zijn vriendinnetje.Misschien wil Jaap over Ouderveen vliegen?"
"Dat zal best wel. Oh, daar komt hij aan." Een rood-wit sportvliegtuigje komt aanvliegen. De motor valt stil en er stapt een jongeman uit, met een leren jackje aan en een zonnebril op. Zenuwachtig kijkt Christiaan naar hem op.
"Zo, en jullie willen Ouderveen eens van bovenaf bekijken? Hebben jullie al eens eerder gevlogen?" Dat ontkennen ze.
"Nou, we blijven een half uurtje in de lucht. Jullie krijgen allebei een stukje kauwgom, anders krijg je oorpijn. Zijn jullie wel eens wagenziek?"
Gelukkig is dat niet het geval. Nu kunnen ze eindelijk achterin het kleine vliegtuigje gaan zitten, waar vier mensen in kunnen. Papa gaat naast Jaap zitten en de kinderen zitten gewoon vanachteren, elk bij een raampje. Ze moeten ook net als in de auto veiligheidsgordels omdoen.
Eerst rijdt het vliegtuigje gewoon en Christiaan vraagt ongeduldig:"Wanneer gaan we nou vliegen?" "Straks, knul. Eerst moeten we tegen de wind in draaien. Daarna kunnen we opstijgen. Let op, daar gaan we...."
Juist heeft Jaap het gezegd of de kinderen krijgen een vreemd gevoel in hun buik. Als ze naar buiten kijken vliegen ze al over het terras, waar de vijf achterblijvers aan de koffie zitten.
Hemel, nu vliegen ze dan eindelijk. Diep beneden zich zien ze de schaduw van het vliegtuig als een zwart vliegje over de weilanden kruipen.
De spoorlijn komt in zicht....Op het station staan piepkleine mensjes op de trein te wachten en wat verder slingert een gele sprinter met blauwe strepen over de rails....
Christiaan wijst zijn vriendinnetje op de snelweg. Er is een ongeluk gebeurt. 2 politieauto's een ziekenwagen....Allemaal zwaailichten. Bah, wat eng.
Nu zegt Jaap:"Let op. Daar is de kerk van Ouderveen." En, ja hoor, daar doemt de torenspits met het gouden kruis op. De kinderen turen gespannen naar beneden. Jaap vraagt waar ze wonen.
"De Peterseliestraat. In het midden. Dat meisje woont op de hoek." '"Hm, ik ken die buurt wel. Kijk, daar is de school."Wow.
"Dan moeten we ons huis ook zien."zucht Christiaan.
Jaap zegt
"Hou je vast. Ik ga heel laag vliegen. Ik vlieg er met een bocht overheen, dan kun je het van twee kanten bekijken.
Tjonge, wat spannend. Plots ziet Ineke dat buurvrouw van Veen de was ophangt. Als het vliegtuig een bocht gemaakt heeft roept ze:"Jaaa, ik zie ons huis....Oh, wat leuk...."
Ze zien de auto van de dokter, die een eind verder in de straat staat, en de rijdende winkel, en de speelwei....Nu gaat het vliegtuig weer hoger vliegen want het half uur is om, en ze moeten terug naar het vliegveld.
Toch is het mooi geweest, en de kinderen krijgen nog een soort diploma, waarop staat dat ze hun luchtdoop hebben gehad en daar staat in mooie letters hun naam op.
Jaap wordt hartelijk bedankt en de kinderen beleven nog een heerlijke middag.
Bij Christiaan gaat het luchtdoop diploma boven zijn bed....Dan kan hij er altijd aan terugdenken.
Haha, wat heb ik een lol. Ik lig er haast van in een deuk en telkens weer,dan schiet ik vól.... Toe, zeg, hou op....'t is écht niet leuk.
Tjonge, au, mijn buik. t'is fraai. Ik blijf er in. Ik stík zowat.... Ik ben net een schorre kraai en kan niks zeggen. Mooi is dat.
Kijk nou niet zo naar me, toe, anders dan begint het wéér.... Héhé , mens, wat een gedoe. 't is beter dat ik ommekeer.
't Is al haast over, ik drink nog iets en dan is het goed en kan ik naar huis toe. Met een glimlach stap ik op mijn fiets. Lachen is gezond, maar je wordt wél móé.....
Op een morgen valt er een dikke brief in de bus bij familie van Zuylen. Hij is bestemd voor mama, maar één ding is wel gék. Er zitten vreemde postzegels op.
Verwonderd draait Ineke, het dochtertje van de familie, die de post heeft opgeraapt, de envelop om en om.... Dan komt mama in de gang, om te zien waar haar meisje toch blijft. Ze ziet de brief en begint te lachen.
"Ach, wat leuk. Een brief van Fientje Verlaat.Dat is een tijd geleden...."
"Wie is Fientje Verlaat?"
"Fientje heeft vroeger naast mij op school gezeten. We waren vriendinnetjes, net als jij en Christiaan nu. Maar, toen de grote school afgelopen was en we allebei dertien jaar waren, is Fientje verhuist, helemaal naar Amerika. Dat heet emigreren, verhuizen naar een ander land.Ik ben zo benieuwd wat ze te schrijven heeft. Vlug lezen." " Misschien is het wel leuk." "Kan best." "Is die mevrouw getrouwd?" "Ja. Nog maar met Kerstmis. Hou nou eventjes je kleine snater, hé, dan kan ik beter lezen."
Mama leest, terwijnl Ineke met opeengeklemde lipjes naast haar zit, haar best doend om niks te zeggen, maar dat is erg moeilijk, vooral als je zo nieuwsgierig bent.
Er valt een kleurenfoto op de grond. Ineke raapt hem op en bekijkt hem. Er staat een jonge mevrouw op met zwart haar en een blauwe jurk. Wat is die mevrouw bruin. Het zal in Amerika wel altijd lekker weer zijn. Naast de vrouw staat een leuke blonde man met een snor.Hij staat met zijn arm rond haar schouder. Ze houden van elkaar, dat kun je zien, want zo heeft ze papa en mama ook wel eens op de bank zien zitten.
Dromerig kijkt het meisje voor zich. Amerika....Tjonge, wat een eind wég.... Ze hoort mama zeggen:"Hee, wat enig. Fien komt morgen met het vliegtuig aan, met Jerry, die meneer op de foto. En ze blijven wel 6 weken lang logeren in Nederland. En, raad eens, ze komen hier 2 weken bij ons logeren. Morgen is het Zaterdag. Zou je het leuk vinden om mee naar Schiphol, waar al de vliegtuigen uit de hele wereld aankomen?" "Ja, dat wil ik best zien." "Ga maar aan Christiaan vragen of hij het ook leuk vindt dat hij mee mag naar Schiphol." "Joepie."juicht Ineke, en ze geeft mama een klinkende kus op haar wang. Juist op dat moment komt Papa binnen die nog van niks weet. Hij zegt lachend:"Nounou, wat een vrijpartij. Ben je iets leuks beloofd?"
Mevrouw van Zuylen legt het uit. Dus zegt papa, zijn dochter plagend in het nekje blazend:"Wie zegt dat ik Christiaan meeneem?" "Mama"roept Ineke triomferend.
Ze lachen alle drie, en ons meisje gaat het vlug aan haar vriendje vertellen. En, die avond mag Christiaan bij zijn vriendinnetje logeren. Smorgens, na de koffie, om 10 uur, gaan ze op weg. Wow. Waren ze er maar vast. Vooral het jongetje kan bijna niet wachten om al die grote vliegtuigen van dichtbij te zien.
Ze moeten al een uur van tevoren binnen zijn, maar dat is geen probleem. Er is een groot restaurant, waar je zo naar buiten kunt kijken. Er is een promenade, dat is een heel lang wandelpad, en daar staan verrekijkers en je kunt er naar de vliegtuigen kijken. Aan de andere kant zijn de startbanen.
Deze keer is de enigste keer dat Christiaan minder belangstelling heeft voor een pannenkoek met stroop dan anders het geval zou zijn. Hij wordt vreselijk aangetrokken door al wat er te zien is. Zowat iedere minuut start of landt er een vliegtuig.
Als de pannenkoek op is zegt buurman:"Kom mee, Chris, dan gaan we de promenade op. Dan kun je het nog beter zien, en ook horen. Wacht, ik heb de verrekijker meegenomen van thuis. Dan kijk je zo op het laad en los platform."
Dat is óók interessant. Om de beurt kijken Ineke en Christiaan naar de bussen en auto's vol koffers en andere bagage, die onderin het vliegtuig gaan. Tankwagens die benzine moeten geven. Er gaan natuurlijk líters benzine in. Veel meer dan in de auto. Nu gaat er een machine rijden, en, als hij bijna aan het eind van de baan is gaat ie omhoog, helemaal vanzelf, en de wielen gaan ook naar boven, daar gaan klepjes voor. Wow.
Eindelijk zegt mevrouw van Zuylen:"Let eens goed op. Het vliegtuig waar wij op wachten moet straks te zien zijn, kijk, daar, links..."
En, ja hoor, even later een stipje aan de horizon. Papa van Zuylen kijkt nu door de verrekijker en zegt, een beetje zenuwachtig : "Ja, dat is 'm. Kom, we moeten naar de aankomsthal. "