Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    29-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.drasikolken

    Een gedicht van Pim Scheltema 1921-1947

    DRAAIKOLKEN

    Draaikolken van dit leven,   
    zuig mij naar de dood.
    Zie hoe tere bloesem   
    in een vrouwenschoot    
    welken moet door woorden
    of een valse grijns.
    Sleep mij naar het einde, 
    vraag mij geen accijns   
    voor goedkoop genoegen.
    Lach niet om mijn leed,  
    als gij ’t innigst leven    
    zelf met voeten treedt 
    is voor U een wonder   
    slechts pervers gebaar...

    Chansons, Gedichten en Studentenliederen (1948)

    schrijver

    29-05-2016 om 17:01 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.vuistrecht

    Een gedicht van Guido Gezelle 1830-1899

    V U I S T R E C H T   

    Ellendig al me' leven,
          zonder oost
               of troost:
    van iedereen verlaten
         en verraân,
               voortaan,
    waar wil ik me gaan lopen,
          om de liên
               te ontvliên,
    die, zegezingend, zoeken
          mij die hals
               onvals
    te kerven, die de leugen
          hun, te leed,
               verweet?

    Ik vare en heb noch vreze
          voor de dood,
               hoe snood;
    maar ‘k vreze, zonder moed en
          zonder hert,
               de smert
    te vluchten, en te vallen,
          daar de waan
               blijft staan;
    te vallen en te sterven,
          daar hij, loos
               en boos,
    zal roepen: 'Dat de vuist kan,
          en ‘t gevecht,
               is recht!'

    De waarheid zal bedijgen:
          zij is, als
               gevals,
    de 'waarheid', schoon al ‘t beste
          dat er leeft
               begeeft:
    viel alles om haar henen,
          hof en huis
               in gruis,
    nog staande zou ze blijven;
          en, blijft een
               alleen,
    haar houw en trouw zijn, ik zal,
          God, en gij
               met mij!

    Rijmsnoer I (1887)

    schrijver

    28-05-2016 om 21:49 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    27-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.illusies

    Een gedicht van Frederik Schmidt Degener 1881-1941

    Illusies

    De zelf-beloofde wonderen van uw jeugd
    zijn weggedoezeld tot een schamelheid;  
    en weggedwerreld is in daaglijksheid,  
    de tuin vol wilde geur, die niet meer heugt.

    Uw jaren vonden banen vast omlijnd.
    Het liep als ’t lopen moest en zelden spaak.
    Iets anders deed gij dan uw diepste taak –
    en nu ontwaakt gij even voor het eind.

    Het binnenspel van uw verbeelding bant  
    de nutteloze zwaarte van ’t verstand, 
    in welks omkluistering gij doods moest leven.

    Droom weer, droom nog, droom over zee en land,
    Droom los u uit de dag en droom nog even  
    een glimp van schoonheid in de droom hergeven.

    55 VARIATIES op een bekend thema

    schrijver

    27-05-2016 om 22:18 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.boswachter

    Een gedicht van Victor A. dela Montagne 1854-1915

    De boswachter

    En 't is vroeg in de morgen: de hemel is blauw,
    in 't mollige gras schittert peerlende dauw,
    op stammen en blâren, ver en dicht,
    speelt met de schaduw het zonnelicht, -
    op aller grachten zomen
    staan bloemekens te dromen,
    knikkende, geurende, slapensmoe,
    de heldre lentemorgen toe.

    Hij gaat langs de kronklende wegel in 't bos,
    't geweer op de schouder, in luchtige dos,
    na verre ronde, na bange wacht
    op eenzame paden, in duistere nacht.
    Maar of 't om hem heen ook glinster en glans,
    of de hemel blauw is en zonnig de trans,
    of alles bloeie en fleure,
    of alles zinge en geure,
    diep mijmerend gaat hij: daarbinnen rust
    een zoete gedachte, vol heil en lust,
    die tovert in zijn oogen dat licht
    en die milde lach op zijn eerlijk gezicht.

    Want ginds, waar het oog tussen 't dichte geblaêrt,
    dat krinklend wolkje rook ontwaart,
    daar is zijn thuis, zijn blijde haard,
    van buiten omloverd met wingerdfestoen,
    van binnen met liefdes eeuwig groen; -
    daar zweeft er en trippelt en rept zich bij zang
    en kout een vrouwken, rozig en rank,
    daar kraait, in zijn kribbeken blozend, een klein,
    daar prevelt Grootje het simpel refrein
    van lang vervlogen dagen,
    met moed en lust gedragen.

    En een trillende leeuwrik stijgt boven zijn hoofd,
    een plechtige lofzang ruist door het loof,
    en bijen snorren hem gonzend voorbij,
    en alles ontwaakt en is vrolijk en blij...
    De zonne lacht,
    de morgen straalt in opperste pracht,
    en hij, de gelukkige, gaat
    met stralende blik en een lach op het gelaat.

    Wiesbaden, 1878.

    Gedichten

    schrijver

    26-05-2016 om 21:49 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    25-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.onrust

    Een gedicht van Rosalie Loveling 1834-1874

    Onrust.

    't Kind schiet uit een zachte slaap;
    Verre stormen huilen.
    - Moeder, is 't de wind die ruist?
    Moeder, is 't de zee die bruist?
    Waar zou vader schuilen?

    - Meisje, o! heel ver van ons
    Zwalpt hij op de baren;
    En wie weet waar of zijn schip,
    In gevaar van nacht en klip,
    Thans mag henenvaren!

    - Moeder, hoor, de regen plast
    Klettrend op de ruiten.
    - Och! ons hindert nacht noch wind;
    Maar hij is op zee, mijn kind,
    In den stor daarbuiten.

    - Moeder, 'k stond aan 't strand en keek,
    Toen hij henenvaarde;
    Haastig vloog het schip voorbij,
    Maar hij lachte nog op mij,
    Als hij mij ontwaarde.

    - Kind, gij mint uw vader zeer,
    O, in storm en regen
    Lacht hem, bij het scheepsbestuur,
    Ook gewis van ver het uur
    Der tehuiskomst tegen.

    - Maar, sprak 't kind, zo hij op zee
    Eenmaal moest verdrinken,
    Ach, dan zou het speelgoed al,
    Dat hij medebrengen zal,
    In het water zinken!

    Zwarte nacht, en storm op zee!
    Regen viel bij stromen.
    Ach, de moeder zuchtte diep;
    Maar het meisje zweeg en sliep
    Weer bij zoete dromen.

    Gedichten (1870)

    schrijver

    25-05-2016 om 22:07 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    24-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.krankte

    Een gedicht van J.P. Heije 1809-1876

    In krankte.

    De Lente tooit zich als een bruid!
    Het groene gras, het groene kruid,
    En duizend bloempjes spruiten uit...
    En iedre vogel kweelt en fluit.

    Maar van de vogels altemaal
    Zingt wel het teerst de Nachtegaal:
    En, als ik krank en peinzend dwaal,
    Roept hij mij toe, in zoete taal:

    'Wel-op, mijn kranke vriend, wees blij,
    Daar is het zoele Jaargetij! -
    Ook in Uw ziel is melodij:
    Och! 'k bid-je, spiegel u aan Mij!

    'Al blijf ik kort, al zing ik kort,
    o Denk niet, dat mijn hartje mort:
    'k Heb, lang vóór dat het zomer wordt,
    Mijn schat van Zangen uitgestort.

    'Wie zó, het innigst wat hij heeft
    In reine, dankbre liedren geeft,
    Als lentebloesem hem omweeft...
    Al is het kort - hij heeft gelééfd!'

    Al de volksdichten (1865)

    schrijver

    24-05-2016 om 21:57 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    22-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gedicht

    Een gedicht van Paul van Ostaijen 1896-1928

    Gedicht

    Zo ook gaat de geliefde
    Mitri Karamasoff
    dood
    Ons op de schouders
    valt nu laat en schuin de schaduw
    des Iwan

    Om het lijden dankbaar worden
    en schijnbaar blijde
    het scherpe vechten van spin en bij
    verbeiden

    Soms reeds is schoon mijn hand gesloten
    alsof er geen verlangen
    over mijn vingers
    lag

    Het is een verre weg
    naar de passieloze berg
    van het blote schouwen
    Logos
    Tao

    Nagelaten gedichten

    schrijver

    22-05-2016 om 21:46 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    21-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.anti-dotum

    Een gedicht van Richard Minne 1891-1965

    Anti-dotum

    Gewonnen roem
    bij 't zingen van een lied
    is maar een bloem
    die ge even ziet;

    is maar een pluim,
    een gouden schub
    die ge zo tussen duim
    en vinger drukt.

    Is maar een flits,
    is maar een knal.
    Daar is de sneeuw
    en dekt het al.

    In den zoeten inval en andere gedichten (1955)

    schrijver

     

    21-05-2016 om 21:44 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    19-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.verrukking

    Een gedicht van Gentil Antheunis 1840-1907

    Verrukking

    Ik wense geen rijkdom, geen pracht of geen weelde;
    Ik wense geen macht of geen klink ende faam;
    Ik dichte en ik zinge geknield voor uw voeten,
    Mijn blik in uw oog en de handen te zaâm.
    Gij hebt mij een toverend woord toegefluisterd;
    Ik heb met het hoofd op uw schouder gerust.
    't Verledene leed was vergeten, verzonken,
    En 'k heb het geluk van uw lippen gedronken,
    Toen blozend en aarz'lend gij mij hebt gekust.

    schrijver

    19-05-2016 om 21:06 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    18-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de kroeg

    Een gedicht van Francois Pauwels 1888-1966

    De kroeg

    De meinacht laat zijn koele droppels neder,
    ik schuil onder een lispend lindendak,
    mijn oude hart vindt zijn verlangen weder
    dat naar de lente geurend openbrak,

    en vóór mij is het licht der kleine kroeg,
    daar tiert men bij de hooggevulde glazen,
    al wat ik vrucht'loos aan het leven vroeg
    ligt in de simp'le jool dier blijde dwazen.

    Zij zwetsen, heffen 't glas en zijn tevreden,
    soms klinkt in broederlijke zin een lied,
    de zorgen van hun werkdag zijn geleden,
    nu is er lach en leut en anders niet.

    O, slechts een lange dag te zijn als gij,
    mijn wezen naar het Uwe afgemeten,
    als goede makker zitten aan uw zij,
    en al mijn strijd voor één dag te vergeten,

    hoe zou mijn hart een kalme slag hervinden,
    't werd rust en 't leven gaf mij wat ik vroeg,
    glimlachend zou ik bij gelijkgezinden
    de hemel proeven in uw kleine kroeg!

    Nu zie ik hunk'rend naar de gouden ruit,
    de eenzaamheid staat naast mij, houdt mij tegen,
    is het voor mij het kwijnende gefluit
    der nachtegalen in de zachte regen? ...

    Is het voor mij dat aan de bomen geuren
    de wierookvaten van het nieuw getij,
    ontsluit de lente haar onhoorb're deuren
    en haar getooid paleis, alleen voor mij? ...

    Dan wil de zwerver zwijgend binnengaan,
    hij draagt zijn ziel op d' uitgestoken handen
    en bij het altaar zal hij biddend staan
    wanneer zijn kostbaar lam tot as zal branden,

    want hij zal hand'len volgens heil'ge wetten,
    dat wie ontving ook immer off'ren zal,
    hij wil zich niet op lichte toppen zetten
    maar in de schaduw van het schemerdal,

    daar zal hij met zichzelf tezamen zijn,
    de lach der and'ren zal hij niet benijden
    en de verzwegen strijd niet als een pijn
    maar als een roeping en geloof belijden!

    Verzamelde gedichten (1928)

    schrijver

    18-05-2016 om 22:17 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    17-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.liefde

    Een gedicht van Herman de Gorter 1864-1924

    Liefde

    I

    En nog een ander licht stroomt van de aarde
    In des heelals onmetelijke gaarde
    Door de arbeid steeds groter. 't Is de liefde.

    Luister, arbeiders, naar mijn zachte monde,
    Naar wat ik diep in mijn hart heb gevonden,
    Het ware wezen van der mensen liefde.

    schrijver

    17-05-2016 om 21:35 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    16-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.geestdrift
    Een gedicht van Henriëtte Roland Holast-van der Schalk
    1869-1952

    O schone kracht Geestdrift

    O schone kracht Geestdrift die doet vergeten
    alle aardse ellende, elke lichaamsnood,
    en het sidderend lijf voedt met de beten
    van uw zonne-gerijpte goden-brood,

    die uw stroom door de lam-gewerkte leden
    en door de moe-gedachte hersens stuwt,
    en ze op-richt tot de gespannenheden
    waarvoor het laag en klein bewustzijn gruwt; –

    gij heerlijke, sedert de moeder-aarde
    mens-wezens voorbrengt uit haar rijke schoot,
    hebt gij nog nooit uit zo geweld'ge haarden
    de berg van 't leve' en d' afgrond van de dood

    verlicht met uw zonne-gedrenkte stralen,
    als in dat jaar van gouden opstands-pracht,
    toen miljoenen wezens voelden dalen
    in hen uw heil'ge essence, o schone kracht...

    schrijver

    16-05-2016 om 22:19 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    15-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Een gedicht van Edward Koster 1861-1937

    Zij maaien stadig met gelijke slagen

    Zij maaien stadig met gelijke slagen,
    Drie mannen, de armen strekkend met de zeis,
    De benen ver gespreid, naar vechterswijs,
    In felste warmte van de zomerdagen.

    Met ritmisch schomm'len gaan de bovenlijven
    Al op en neer, als grof-massieve slingers,
    En stoer omsluiten de geknookte vingers
    De dikke stelen, die in één lijn blijven.

    Zacht-snerpend gaan de zeisen door de halmen,
    Die nedervallen in gebogen rijen
    Met nauw'lijks hoorbaar sterven, en zij spreien
    Hun door de zon ontlokte zoete walmen.

    Verzamelde gedichten (1903)

    schrijver

    15-05-2016 om 16:55 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    14-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.slag

    Een gedicht van Albrecht Rodenbach 1856-1880

    NA DE SLAG

    De donkerende nacht betrok de wijd gesternde hemel,
          de rusteloze zee, de hoge duinen,
    de bergen en de vlakte van het heilig Ilios.
          Van de ene zijde stonden d'hoge muren
    der stede in 't flauwe schemeren der bevende hemellichten.
          Daarnevens legerden de kloeke Trooiers
    de peerdentemmers. Van alom daar brandden rode vuren.
          Van tijd tot tijd daar zong een felle stemme
    het krijgslied bij het ronken van het elpenbenen snaartuig,
          en stemmen bont en talrijk zongen achter
    bij 't zegevierend klinken van de zware stalen wapens.
          Maar al de andre kant, ver aan de kimme,
    daar brandde 't vuur in diepe stilte in 't donkre van de nacht.
    Daar lag het kamp der goddelijke Achaiers.
    Daar klonk geen blijde wapenklang, daar zong geen zegezang.
          Van tijd tot tijd slechts kloeg de droeve stemme
    der meiden met hun gouden haar, bewenende de krijger
          die in de luide worsteling bezweek
    door 't zweerd des grote Hektôrs met de glinsterende helm.
          Het bloedig veld doorliepen honden huilend
    te midden peerdenlijken en gebroken snelle wagens
          en 't staal der wapensscherven dat alom
    in 't nachtelijke dumster glom, daar waar de mannen vochten.
          Maar uit het kamp der strijdgezinde Achaiers
    daar kwamen stil drie mannen en zij stapten stil en zwijgend
          door 't dumster en door 't bloedig slijk der weiden.
    Doch in het nachtlijk donker glom het staal van hunne wapens,
    en tegen nek en hiel sloeg beurtelings
    der ronde schilden leedren rand, terwijl de mannen stapten.

    schrijver

    14-05-2016 om 19:37 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    13-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.dagdief

    Een gedicht van C.S Adama van Scheltema 1877-1924

    De zingende dagdief

    Over de heide zeurde ik,
    Zo zonder gedachte,
    Een oud liedje neurde ik,
    Het zonneke lachte.

    Over de hei ging ik,
    - Een luierend feestje -
    Uit de hemel ontving ik
    Een lievenheersbeestje.

    Over de hei sloofde ik,
    Om mij gonsde een bietje,
    Voor 'n wijfje, geloof ik,
    Zong een leeuw'rik zijn liedje.

    Over de hei stapte ik,
    Zocht een ouderwets wijsje -
    Zo arg'loos betrapte ik
    Het aldermooiste meisje!

    Over de hei lachte ik,
    - Hoe zou ik beginnen? -
    Wat is dat mooi, dacht ik: -
    Twee mensen, die minnen!

    Van Zon en zomer

    schrijver

    13-05-2016 om 21:16 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.viool

    Een gedicht van Frederik Schmidt-Degener 1881-1941

    Vermoeide viool

    Overbeladen door herinnering
    torst ge, viool, langs ’t late levens-pad,
    druk en geluk – heel de ervarings-schat:
    hoe zwoegt ge - kreunend om vermindering!

    Dat het vervlotene nog eens verzadigt,
    dank zij uw klank: het lot gedoogt het niet.
    Geen vol genot, of ’t weet van vol verdriet.
    Geen levens-doen niet door berouw beschadigd.

    Wees, snaren-klacht, ’t nijpend verleden kwijt.
    Vrij zal het klinken  zonder binnen-strijd –
    en o herboortenis van lente-tijd!

    Dan kwaamt ge nader als verlegen kind;
    of wel als dichter die toevallig vindt...
    of als geruis, gedragen door de wind.

    Scheppens-drang

    schrijver

    11-05-2016 om 21:43 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    10-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.meidag

    Een gedicht van Guido Gezelle 1830-1899

    Meidag

    De kerzelaar zijn trouwgewaad
            heeft aangedaan:
    vandage moet hij, meidag is ‘t,
            ter bruiloft gaan.

    Elk taksken is een priem nu, die,
            bewonden, wit,
    tot tenden, in een witte schee
            van blommen zit.

    Beruwrijmd, was hij schoon, wanneer
            de winter woei:
    veel duizendmaal is schoonder nu
            zijn blomgebloei.

    Te winter was zijn schoonheid als
            een beeltenis
    des levens; koud en ijdel, zo
            de schaduwe is.

    Geen schaduwbeeld en is hij nu,
            geen schijn, maar al
    dat schoon is, al dat levende, en
            dat liefgetal.

    ‘t Is bruiloft, en ‘t is zonneweer:
            de zomermeid
    de bruidegom verwacht, die haar
            was toegezeid.


    1/5/1895

    Rijmsnoer

    schrijver

    10-05-2016 om 21:59 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    09-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Een gedicht van Cornelis Loots 1765-1813

    Verlangen naar eeuwigheid

    Zink neer, o grens, die nog ons scheidt
    Van ’t Eeuwige, met smart verbeid!
    o Tijd, versnel uw gangen,
    Rol weg uw dicht, uw breed gordijn,
    En laat ons oog de zonneschijn
    Der Eeuwigheid ontvangen!
    Wij stappen met versnelde voet
    Op 't licht af van een hoger gloed.
    ’t Gebrekkige, dat ons omgeeft,
    Zo lang wij zijn aan 't stof verkleefd,
    Werpt onze vlucht ter neder;
    Vernietigde onze adelstam,
    En fnuikt en maakt de werkkracht stram
    Van de uitgespannen veder;
    zweven op, maar zinken weer,
    Als drukte een loden last ons neer.
    Het spoor des tijds met sprong en val
    Draait meest door laag en slijkrig dal,
    Op ruwe oneven gronden;
    Daar volgen, in de droeve loop,
    De smart de vreugd, ’t verdriet de hoop,
    En ’t naberouw de zonden;
    Daar tasten driften, woest van doel,
    In neevlen rond, met blind gewoel.
    Als niets ons verder uitzicht gaf,
    Dan ’t vroeg of laat ontsloten graf,
    Waartoe dan ons ontwaken
    Uit stof, dat stil, bewustloos sliep?
    Wat wrede stem dan, die ons riep,
    Om luttel vreugd te smaken,
    Gekocht voor moeite en bange strijd,
    Beklemd in eng begrip van tijd?
    o Eeuwigheid! gij zijt de ree,
    Zo lang gezocht op ’s levens zee,
    In zo veel wilde baren!
    Ontsteek uw baken op de kust!
    Gods lichtend Woord doe ons gerust
    En juichend binnen varen!
    Weg klip, weg branding die ons scheidt:
    Ons land van rust is de Eeuwigheid.

    09-05-2016 om 21:24 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.landschap

    Een gedicht van P.N. van Eyck 1887-1954

    Landschap: bomen van licht

    Landschap: bomen van licht, bij 't óp-stralende blaken
    van zonne-vlakken, in schettren, scherp, op de daken;
    en óm: de zware tocht van stromen, - wijde stromen
    gekomen tot een meer als van glooiënd goud-laken.

    Neer, door het goud-doorzegen blauw, geselen striemen
    van schelle klaart die 't heil van open lichten lacht,
    en de aureate horizon van brede pracht
    schijnt in een purpren wrong de aarde óm te willen riemen.

    Zie: vogels draaien gek door 't golpend zonne-zijn
    dat giet zijn stralen-brand van woeste licht-orkanen.
    En enkel déze vreê: de vreê der staat'ge zwanen
    op 't peerlen-telend vlak van 't welig meer-gedein...

    - o Lente, die daar tiert in 't vreugde-hijgend streven;
    Lente, blij-flakkrend zijn van wijdse heerlijkheid;
    Lente, die 't broeiend vuur van 't bremstig gloren zijt
    dat ik, tot zang en daad, door hoofd en hand voel beven;

    Lente, o Lente in de macht van gloed-zaaiende goden;
    gierend uw wellust bij het zwoegen van uw willen:
    ik, zat van nieuwe zon en vreugd-schaatrende gillen,
    zinge u Hymnen van goud, gulzig-wassend als Oden!

    schrijver

    08-05-2016 om 21:40 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    06-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.schepnet

    Een gedicht van Jacob van Lennep 1802-1868

    Het schepnet.

    'k Zal met ijver
    Uit deez' vijver,
    - Lieve Jet!
    Naar verlangen
    Visjes vangen
    In dit net.

    'k Zal naar snoeken
    Wel niet zoeken,
    Mij te sterk.
    Spichtige alen
    Op te halen
    Is mijn werk.

    'k Vang ook blijën,
    En, bij tijën,
    Zelfs een baars.
    Vorens mede
    Hier ter stede,
    Zijn niet schaars.

    Zie hen woelen
    En krioelen
    In de plas.
    Maar hun dartlen
    En hun spartlen
    Stoor ik ras.

    Blijf maar kijken!
    't Zal u blijken,
    Wat ik doe.
    Klaar is 't netje;
    Kom nu, Jetje!
    En zie toe.

    Nachtegaaltje (1851)

    schrijver

    06-05-2016 om 21:23 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!