Een gedicht van Edward Koster 1861-1937
FRANCISCUS VAN ASSISI.
Met milde geestdrift in het peinzend oog, En de armen zeeg'nend uitgestrekt, de mond Omspeeld van teed're weemoed, door het blond Van baard en knevel zacht omvloeid, rijst hoog
Een man, omvonkeld door de stralenboog Van maanlicht-mystisch gloeien, zie, de wond Van Christus bloedt in zijne zij, de grond Doet bloemen spruiten, waar hij zich bewoog.
Hij liet de armen al zijn schatten over, Zijn lijf en leven gaf hij aan zijn Heer, En trok de liefde predikend door 't land.
Want alles had hij lief,de mensen, 't lover, De vogels, bloemen, alles klein en teer, 't Heelal omsnoerend in een liefdeband.
Tonen en tinten (1900)
|