Een gedicht van Marie Metz-Koning
Ik weet niet, lief, hoe 't leven ons zal leiën
Ik weet niet, lief, hoe 't leven ons zal leiën Nog vaster samen, of wat meer vaneen.... Al reikt verlangen ook naar 't hoogste heen, We kunnen alles van de toekomst beiën;
Want onzer voeten wankelbare schreên, En onzer zielen zonderbaar gedijen Waar dat ons brengen zal in later tijën, Weet, sedert God ons stierf, mijn lief, niet één!....
Maar laat ons trouw zijn, en onz' woorden wijën In waarheid, lief, die bracht niet vaak vaneen; En als we ons leed doen, trotsjes, laat ons glijën Naar zacht vergeven, dat steeds 't hoogst me scheen; En als we ons voelen soms, schoon saam, alléén.... Laat ons dan in elkanders armen schreien.
|