Een gedicht van C.S. Adma van Scheltema 1877-1924
Kindje
Kindje! Dat zacht met je vlasblonde popje Speelt, je rein stemmetje kan nog niet schreien, 't Lacht nu en zingt in moederlijk verblijen Tederlijk voor popje een liedje, - je kopje
Wiegt als een bloemetje, dat bij het glijen 's Avonds van de avondwind, 't zijige knopje Deint, en vleiende van de zon nog 'n dropje Krijgt van haar wijn, om welig te gedijen.
Kindje! Nu wiegt het leven je in zijn Brede armen, als een popje zo zacht, je Ogen zijn bloemen, het daglicht dat lacht je Moederlijk toe - het sterke leven wacht je,
Mocht eenmaal - o! Kindje moge altijd mijn Liefde als 'n krans muziek om je hoofdje zijn!
Verzamelde gedichten (1934)
|