Een gedicht van Constantijn Huygens 1596-1687
Domkoppen
Geef oesters aan mijn paard, zei Tom die het koud had (op alle stoelen bij de haard werd al gezeten). Eén stond op van 't vuur en ook een tweede die er zat, Om het hongerige dier oesters te zien eten. Die plaatsen pikte Tom in en verdreef de kou. De waard kwam en zei dat het paard geen oesters wou. Breng ze dan maar hier, zei Tom, als ze hem niet smaken, Dan zal ik wel proberen ze open te maken.
|