Een gedicht van René de Clerq 1877-1932
HOORT GIJ DE EIK?
Hoort gij de eik, o blode bomen? Hij ruist daar, zwaar en zwart! Hij droomt zijn donkere dromen, de boom van mijn hart!
Zijn stam is rond, zijn kruin nog ronder, zijn schors is ruw en hard. Hij plooit noch boven noch onder, de boom van mijn hart!
Waai stout, mijn eik, alover 't blode, uw hoge vreugd en smart, gij levende onder de dode, gij, boom van mijn hart!
Het ruist te nacht door mijne ziele, wanneer gij zingt en sart. Val op mijn hoofd als ik kniele, o boom van mijn hart!

|