Een gedicht van René de Clercq 1877-1932
Kom niet onder hoge bomen...
Kom niet onder hoge bomen, die klein zijt en niet groeien kunt, wie alleen een haastig dromen een ontrouw denken is gegund.
Zo wie loopt op losse voeten heeft lichte last van hart en hoofd. Taaigewrongen wortlen moeten hem binden die in kracht gelooft.
Zie, de bomen ruisen, leven, slaan streng hun zware schoonheid uit. Blijf daar weg zo gij maar even wat lispelspeelt met half geluid.
Heilig zijn de sterke stromen, een hart dat scheurt, een pijn die gilt... Kom niet onder hoge bomen, kleintrotse, die niet lijden wilt.
Noordhorn (1916)
|