Een gedicht van Isaac da Costa 1798-1860
B I D D E N
Des harten binnenst overleg, gezegd, gezucht, gedacht! Het trillen van een stille vlam die naar de wolken tracht.
Het slaken van een ademtocht, het vallen van een traan, de blik naar boven van een oog door God-alleen verstaan.
De eenvoudigheid, het kunstloos waar der kinderlijke taal, maar aan wie plaats gegeven wordt bij 't Englenlof koraal.
Des Christens kracht, des Christens lust des Christens levenslucht zijn levenskracht in 't uur des doods, bij dood en hel geducht.
Des zondaars eerste stemgeluid, die Jesus valt te voet Bij aller heemlen vreugdgejuich door 't: z i e h ij b i d t! begroet.
Tot 's Vaders eer, tot lof des Zoons, in zin en wil en woord het door de Heilge Geest gewrocht volzalig zielakkoord! Want bidden doet geen hart alleen, één Geest dringt ze allen door; en op zijn Priesterlijke troon gaat Jesus-zelf ze voor.
Gij-zelf, de Waarheid en de Weg! ziet biddend op ons neer, hebt biddend onze strijd volstreên, leer Gij ons bidden, Heer!
|