Een gedicht van J.K. Rensburg 1899-1943
De val van Rome.
Ik ben geen dichter, die zich voelt versmeten Uit vreemde wereld, die hij rijzen ziet, Haar herfstig-droeve aanblik wil vergeten En in gedroom naar d' oude tijden vliedt, Wie 't lijkt, als of geen schakel uit de keten Der Evolutie hem verbinding biedt Van Hede' en Toekomst en die toch, verbeten, Vloekt al wat d'Eeuw van 't Eertijds leven liet. Ik treur niet meer, wanneer ik aan de luchten De draf van adels-dronken ridderstoet Of 't plechtig aangegleden praal-vertoon Van Rome's Kerk gestoord zie en vervluchten Door walm van 't uit fabrieken hevelend roet, Als spuwde d'Aarde golpen sombre hoon.
|