Een gedicht van Remco Campert 1902-1943
Zo straks de dood door deze deur mocht treden
Zo straks de dood door deze deur mocht treden, neerdalen langs de trap of kloppen aan het raam, mij wenken zou en daarna noemen zou mijn naam en zei: Volg mij, uw leven is verleden -
hij zou geen lang en moeizaam overreden van node hebben voordat ik het drukkend haam van een vrijwel mislukt bestaan, besmeurd met blaam, afleggen wou en heen zou gaan in vrede.
Maar op de drempel van de deur gekomen, terwijl de kille wind een slip van zijn gewaad opwaaien doet en strijkt langs mijn gelaat zou nog een laatste aarz'len mij doorstromen, niet om 't verlies van veel vergeefse dromen, maar om het lachen van een kind op straat.
Verzamelde gedichten (1947)
|