Een gedicht vasn Hilation Thans 1884-1963
Geduld.
Gelijk Gij niet gezegd hebt, toen Ge zocht mijn ziel, verloren schaap, in bitter lijden - een lijden met U groeiend door de tijden, en dat zich, slinger-rank van doornen, vlocht
rondom uw huivre leden, tot het mocht als dolken-kroon u door de slapen snijden: ‘genoeg! ik deed genoeg u te bevrijden!’ - maar lijdend gaaft uw laatsten ademtocht;
zo schrei ik ook niet, 'schoon mijn klein geloven wou dat uw hand de taaie rank besnoeit die enger, hoger, om mijn lenden gloeit:
‘genoeg! ik deed genoeg uw Naam te loven!’ - maar zwijgend dulden tot volgroeide pijn zal kroon van doornen, kroon van glorie zijn.
Verloren stroom (1920)
|