Een gedicht van Helene Swarth 1859-1941 Onderaan het gedicht een dichterlijke visie van mijzelf
Boek van jeugd
Ik zocht alom, ik zocht en kón niet vinden Mijn Boek van Jeugd, verloren en versmeten. 't Was al zó oud: 'k had d'inhoud half vergeten, Zo liefdezoel als heimweegeur van linden.
Maar gele bladen uit dat boek gereten, Gedragen op erinnrings sidderwinden, Wezen waar 't lag, omrankt van blanke winden, Of me uit elk blad een bloem wou welkom heten.
In dof verleden-stofgoud knielde ik neder En al de kelken uit dat boek ontsproten, Streelde ik, in weemoed eerbiedvol en teder.
Maar 'k brak geen rank die 't Jeugdboek hield, omsloten. Jonkheid is wreed, Erinnering nog wreder. 'k Bewaar het Boek omkelkt van lenteloten.
1898
Herinnering
De herinnering van de jeugd
Het is bepaald niet altijd een vreugd
De omstandigheden van het leven
Kan het een slechte of een goede herinnering geven
Het ligt er maar aan hoe sta je als kind en tiener in het leven!
Toen en wat later
In het leven is er altijd wel een kater
|