Maria zingt in gouden avondstond met blanke kele en rode mond. De rozen staan op hoge stelen, een vogel luistert in het riet. Dan sluimert 't kind in hare schoot, haar ogen zijn van weelde groot en in haar mond verzoemt het wiegelied. De maanschil perelmoert in 't water, maar in de schaduw sluipt de dood. Gelukkiglijk, dat ziet ze niet, dat is voor later.
Adagio
Reacties op bericht (0)
E-mail mij
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek