Een gedicht van Constantijn Huygens 1596-1687
NOODIGHE SWACKHEIT
Gedenkens taaie kunst en wens ik niet te weten: Ik hadd' er liever een te leren van Vergeten. Zou mij te voren staan al wat ik heb bezweet In lijden of in vrees; het waar een pak van leed Dat and're schouderen als mijne mosten dragen: Zou ik ook al de vreugd van all' mijn blanke dagen In ene spiegel zien: een sterker oog als 't mijn Most dat verzamelde gebliksem machtig zijn. Wat is 't ons dienstig dat vergeten en onthouwen Haar krachten wederzijds onthouwen en verdouwen; Wat is des Heeren doen voordachtig en doorwijs, Die ons 't herdenken wel vergunt; maar stuksgewijs!
De gedichten VI, ed. J. A. Worp, J. B. Wolters, Groningen.(1896)
|