Een gedicht van Johan Danser 1893-1920
WEELDES HERDENKING
Ter stad gekeerd herdenk ik blij de weelden Der donkre heide, breed en eindeloos, Van 't hoge bos waar reeds de blaren geelden En van de dreven die mijn dolen koos.
Iedere dag, of zon en geur mij streelden Of dat de regen viel, stil-troosteloos, Was vol van vrede en dromen die me omspeelden Als vlinders soms een teer-ontbloeide roos.
En in de nacht, wanneer het vreemde duister Mij met zijn broze sluiers had omhangen, Onvatbaar-vaag en fijn als ijle dauw,
Dan was mijn ziel vervuld met zoet gefluister Van liefde en teerheid en een zacht verlangen Ontbrandde in mij naar 't lichaam ener vrouw.
|