Een gedicht van Frans Bastiaanse 1868-1947
Zo morgen...
Zo morgen tussen u en mij De zee lag met haar vloed onmeetlijk, Gij waart mij even onvergeetlijk Als nu, nabij...
Geen tijd, geen afstand scheiden wat De Liefde zó te zaam gebracht heeft; Zij is het, die de ziel een kracht geeft Als zij nóoit had...
Geen macht, die déze macht verwint, Die, wat de Liefde wil, kan keren; Zelfs als het hart vergeefs begeren Moet wat het mint,
Zelfs dán nog is het, daar het heeft Vergeefs verlangen, te benijden Boven het hart, dat zonder lijden En liefde leeft.
De Gids (1916)
|