Een gedicht van P.L. van Kasteele 1748-1810
Het baden in zee
Avondzang aan de rede van Texel
Op! Texelbewoner! Geen avond ooit schoner; 't Loopt alles ons mee. Op! jeugdige knapen! De zon wil gaan slapen; Kom! baadt u in zee!
Het westelijk luchtje Doorgolft met een zuchtje Mijn flodderend haar. Twee zeeën begroeten Mijn kletsende voeten; Ze omarmen elkaar.
Zie 't Noorderzout blinken! De zon gaat er zinken, Zie ginds in het Oost De Zuiderzee dartlen, De Maan haar ontspartlen; Zij beeft, en zij bloost.
Rondom zich die glansen Op zee te zien dansen, Hoe lacht dit ons aan! Wat vreugd! onbeladen In zee zich te baden Met zon en met Maan!

|