Gezien de hoeveelheden noeste arbeid die hier de voorbije dagen zijn geleverd door zowel Herman als mezelf, kan het niet anders of de griep is overwonnen.
Toegegeven : dat laatste stukje haag snoeien was er wat over, maar ik wou het hele boeltje zo graag af hebben, dat ik na afloop mezelf bijna bovenop het afval kon draperen.
Versierd met groensnippers tot in de verste plooitjes van mijn zeer letterlijk- aantrekkelijk lijf en overdadig geurend naar kerstboom, compleet met rode bollen vanwege de dazenbeten, mijn armen stijf als kandelaars door het hanteren van de haagschaar, kon ik helaas deze thematische uitrusting niet bewaren tot over enkele maanden en was maar al te blij om die s avonds met een verfrissende douche van mijn afgebeulde lijf te kunnen spoelen.
De avondboterhammen smaakten als nooit tevoren, nu ook de eetlust er terug is en we sloten af met een koffie
met twee pralinekes. De pralinekes die voor Gillian bestemd waren. De pralinekes waarvan wij er nu elke dag twee gaan eten, tot de doos leeg is.
Waarom, o waarom, heb ik niets concreets ingezet op onze weddenschap vorige week ? Nu blijkt dat ik gelijk had, zegt Herman dat 2 pralinekes per dag mijn winst is
evengoed eet hij ze mee op natuurlijk. Ik had er op zijn minst een sacoche moeten uithalen, doeme toch!
Voor wie nieuwsgierig is naar de weddenschap : toen Adam en Tineke hier vorige week logeerden, leidden de kronkels van het gesprek ons tot de tonsuur : dat geschoren rondje dat de priesters voor het 2de Vaticaans concilie nog op hun kruin hadden. Ik beweerde dat het askruisje daarin gestempeld werd, ipv op het voorhoofd, zoals bij leken het geval was. Herman, nochtans een misdienaartje van het moment dat hij af de borst was, verklaarde mij zowat gek.
En tóch gewonnen! Hèhe! Had ik nu maar
.
|