commentaren van de dagtekst 6 JUNI tot en met 10 JUNI
ZATERDAG 6 JUNI
Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën. Matth. 28:19.
Als we onze tijd, energie en talenten gebruiken voor de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen, en niet om er zelf beter van te worden, kan dat vergeleken worden met het doen van een investering. Degenen die dat hebben gedaan, hebben daar in geestelijk opzicht veel voor teruggekregen. Een christelijke man in Oost-Azië bijvoorbeeld had een goed betaalde baan als computertechnicus. Maar zijn werk nam praktisch al zijn tijd in beslag en daardoor voelde hij zich in geestelijk opzicht arm. Uiteindelijk nam hij ontslag in plaats van te proberen vooruit te komen in zijn werk. Hij ging ijs maken en dat op straat verkopen, zodat hij meer tijd zou hebben voor zijn geestelijke behoeften en verantwoordelijkheden. Zijn vroegere collega's lachten hem uit, maar wat bleek? "Eigenlijk I kreeg I ik het financieel beter", zei hij. "Het maakte me gelukkiger omdat ik niet de stress en de zorgen had die ik in mijn vorige baan had. En wat het allerbelangrijkste is: ik voel me nu dichter bij Jehovah." De Wachttoren van 2007 1 augustus 2e studieartikel blz. 26 §15, 16.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:je moet dat maar eens gaan beredeneren met al diegenen die in de loop van de geschiedenis de suggesties en de waarschuwingen van de organisatie en het besturende lichaam in vol vertrouwen hebben opgevolgd.
Wat valt er te zeggen over allen die in 1874 vol verwachting uitzagen naar de grote verdrukking die in 1914 zou beginnen en zou leiden tot Armageddon. Terwijl zij reeds hoopvol uitzagen naar hun opname in de hemel om als Koningen over de aarde te regeren. Misschien, maar dat kan niet meer, zou je willen spreken met diegenen die gehoor hebben gegeven om nog enkele jaren geduld te hebben tot 1918-1919. Die periode waarin de valse religies vernietigd zouden worden met het onvermijdelijke gevolg dat ook hun vernietigers, de natiën, niet alleen hun dag hadden gehad, maar hun tijd en verdwijning plaats zouden moeten maken voor Gods duizendjarige Regering.
Waarom van 1914 opschuiven naar 1918-1919? De organisatie en het besturende lichaam moesten het wel opschuiven omdat er niets veranderde. En juist omdat er niks veranderde moest er een mouw aan gepast worden. En dat deden de organisatie en het besturende lichaam prompt. Ik ben er zelfs van overtuigd dat zij een heel atelier hebben om zulke mouwen te fabriceren.
Om het concreet weer te geven: In de plaats dat Jehovah's geest hen "te rechter tijd" het voedsel verstrekte, verkoos Jehovah's geest het hun daarna te geven, en nog eens daarna en daarna nog eens 5 keren. Als het niet om te wenen was, zou ik er nog mee kunnen lachen.
Ofwel was Jehovah een beetje de clown aan 't uithangen, en dat geloof ik niet, ofwel was Jehovah niet de God van de organisatie en het besturende lichaam, en daar is veel meer kans voor. Dat blijft klaarblijkelijk van kracht voor alle later gepubliceerde verwachtingen.
Moet ik het nog hebben over het boek "Kinderen"? De kinderen die speciaal uitgenodigd werden op het congres in St. Louis in Missouri om vooraan te komen zitten, voor het podium. En die allemaal het boek cadeau kregen. Hoeveel van hen hebben gedaan wat hierin gesuggereerd werd om niet te trouwen en geen kinderen te hebben.
De ervaring die vervolgens in hun commentaar wordt verteld is publicitair verantwoord, maar geen uniek of inherent voorrecht voor de organisatie en het besturende lichaam.
Diezelfde en andere ervaringen zijn legio met alle religies en denominaties.
Zoals met veel ervaringen, en ik beweer niet dat dit met het vermelde het geval is, worden ervaringen gemakkelijk kleurrijker en meer overtrokken gebracht, soms zelfs onvolledig vermeld of gedeeltelijk gefantaseerd.
Neemt het voorbeeld in het zevende deel van de Finished Mystery blz. 84-86. daar wordt Job 40: 15-24; 41:34 uitgelegd, dat de Bohémoth de stoommachine afbeeldt en de Leviathan de locomotief. En dat allemaal onder leiding van Gods geest?
Hetzelfde geldt eveneens voor bepaalde lezingen en demonstraties.
ZONDAG 7 JUNI
Doe het werk van een evangelieprediker, volbreng uw bediening ten volle. 2 Tim. 4:5.
§2 Jehovah vindt het leven kostbaar. Hij spoort Zijn aanbidders aan zich in te spannen om zo veel mogelijk levens te helpen redden. Iedere dienaar van God moet de levensreddende boodschap bekendmaken die in Gods Woord staat. Onze taak komt overeen met die van een wachter die een waarschuwing laat klinken als hij een dreigend gevaar ziet. We willen niet dat het bloed van degenen die gevaar lopen het leven te verliezen, op ons hoofd komt (Ezech. 33:1-7). Wat is het daarom belangrijk dat we volharden in onze inspanningen om 'het woord te prediken'! (2 Tim. 4:2)
§4 De wereldgebeurtenissen duiden erop dat we in "het besluit van het samenstel van dingen" leven en dat het einde heel nabij is. De mensheid maakt de gebeurtenissen en toestanden mee waarvan Jezus en zijn discipelen hebben gezegd dat ze kenmerkend zouden zijn voor "de laatste dagen". Zelfs voor mensen die naar Bijbelse normen en waarden proberen te leven, zijn dit "kritieke tijden, die moeilijk zijn door te komen". - Matth. 24:3, 6-8,12; 2 Tim. 3:1-5. w08 15/1 1:2, 4
De Wachttoren van 2008 15 januari 1e studieartikel blz. 4 §2, 4.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:laat ik maar beginnen met een uitspraak van Jezus Christus: Lukas10:25-26 "En zie! een zekere man die goed onderlegd was in de Wet, stond op om hem op de proef te stellen en zei: Leraar, door wat te doen, zal ik eeuwig leven beërven?26 Hij zei tot hem: Wat staat er in de Wet geschreven? Hoe leest gij?
Je ziet dat ik "hoe leest gij" heb benadrukt. Hou dit even in gedachten.
De gehele studie is gericht op de prediking van huis tot huis en is zoals reeds gezegd 'verheven tot een leerstelling en een vereiste' om als een geordineerde bedienaar een rapportje in te mogen dienen.
In de vierde § wordt de raad gegeven om 2 Tim. 4: 1, 2, 5 te lezen, maar ik druk alleen de verzen 1, 2 af: 2Timotheüs4:1-2. "Ik gelast u plechtig voor het aangezicht van God en Christus Jezus, die de levenden en de doden zal oordelen, en krachtens zijn manifestatie en zijn koninkrijk:2 predik het woord, houd u er als met een dringende zaak mee bezig, in gunstige tijd, in moeilijke tijd, wijs terecht, berisp, vermaan, met alle lankmoedigheid en [kunst van] onderwijzen".
Alhoewel dit een onderdeel is van het volgende studieartikel ga ik de toepassing maken die in de gemeente als eerste van toepassing is, niet op de mensen buiten de gemeente.
Daarom die vraag van Jezus Christus 'hoe leest gij'.
In de eerste plaats heeft niemand in de organisatie of het besturende lichaam het recht om de mensen die niet met de organisatie en het besturende lichaam verbonden zijn te oordelen. Een 'terecht te wijzing', 'berisping' of 'vermaning' naar buiten toe is geen algemene norm, maar dient oordeelkundig gegeven te worden.
In de gemeente daarentegen is het onze liefdevolle plicht om elkaar, indien nodig is, terecht te wijzen', hen te 'berispen' of te 'vermanen'. En dan nog!!!
Zoals de organisatie en het besturende lichaam zelf beweren en er op staan, is het woord christelijke 'gemeente' op het overblijfsel van toepassing. Het feit dat het 'vermeende' besturende lichaam dat beweert, laat mij zeggen die tien mannen, staan zij zeker niet boven het vermelde fundamentele beginsel. Integendeel zeg ik. Zoals een ander beginsel dat duidelijk kan maken 1Petrus4:17"Want het is de bestemde tijd dat het oordeel begint bij het huis van God. Als het nu eerst bij ons begint, wat zal dan het einde zijn van hen die het goede nieuws van God niet gehoorzaam zijn"?
Als de organisatie en het besturende lichaam geen inspraak, of tegenspraak duldt, noch terechtwijzing, evenmin een berisping of vermaning aanvaardt, waarop is dan hun autoriteit gebaseerd? Zijn diegenen die terechte op- en aanmerkingen maken dan allemaal afvalligen?
Zijn diegenen die vragen stellen er dan alleen maar op uit om verdeeldheid te brengen? En diegenen die getuige zijn van verkeerde handelingen of uitspraken en die openbaren na de schriftuurlijke stappen te hebben gedaan, dan verraders?
Zou dit de beste manier zijn om de organisatie onrein te houden?
Het gaat er in het geheel niet om wie gelijk heeft of ongelijk. Het gaat alleen om het feit of het juist is, of het de waarheid is en Schriftuurlijk. En menselijk.
Nu nog de teksten uit Ezechiel 33: 1-7. Maar je moogt gerust lezen tot en met vs 16. alleen wijs ik erop dat wanneer de organisatie en het besturende lichaam deze situatie als parallel gebruiken dan is daar een redelijk boekje over open te doen.
Om een lang verhaal kort te maken neem ik het vers 2a. Ezechiël vertegenwoordigt God, zoals het besturend lichaam dit op zich neemt. Vervolgens moet Ezechiël zich tot Gods volk richten, de parallel is dus dat het besturend lichaam zich tot zijn mensen moeten richten.In de praktijk doen zij dit uiterlijk tot en met het vers 9. Van daaraf komt er een vanwege Gods aangestelde woordvoerder Ezechiël en tot en met de verzen 16 is het een geheel ander verhaal.
Daar zal ik mettertijd een antwoord op geven, maar jij kunt het voor jezelf misschien reeds uitmaken.
MAANDAG 8 JUNI
Wat Saulus betreft, hij hechtte zijn goedkeuring aan de moord op [Stefanus]. -Hand. 8:1.
§11 Kunnen we gewoon 'doen wat ons geweten ons ingeeft'? Het is goed om naar ons geweten te luisteren, maar het zou ons ook behoorlijk kunnen misleiden. De stem van "de mens die wij innerlijk zijn" kan ons in de steek laten (2 Kor. 4:16). Laten we eens kijken naar het geval van Stefanus, een toegewijde volgeling van Christus, "vol van gunst en kracht". Enkele Joden gooiden hem Jeruzalem uit en stenigden hem. Saulus (de latere apostel Paulus) stond erbij en "hechtte zijn goedkeuring aan de moord op" Stefanus. Die Joden waren er kennelijk zo van overtuigd dat het goed was wat ze deden, dat hun geweten hen niet kwelde. Dat moet ook met Saulus zo geweest zijn, want daarna 'ademde hij nog steeds dreiging en moord tegen de discipelen van de Heer'.
§12Het is duidelijk dat zijn geweten destijds niet met een zuivere stem sprak (Hand. 6:8; 7:57-60; 9:1). Waarom niet? Saulus kan beïnvloed zijn geweest door nauwe omgang met Joden die Jezus haatten.
De Wachttoren van 2007 15 oktober 1e studieartikel blz. 20 §11, 12.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:de vraag in §12 wordt terecht gesteld en alhoewel het goed is om naar ons geweten te luisteren, maar is het zeker waar dat het ons serieus kan misleiden. Hoe komt dat? Onvolmaaktheid is niet direct een geldige reden, maar men moet er wel rekening mee houden. Daar bedoel ik mee zowel voor jezelf in de eerste plaats, maar ook voor je evennaaste. Alhoewel iedereen met een geweten wordt geboren is dit praktisch juist zoals de hersenen een onbeschreven blad. Niet echt onbeschreven want zelfs in de baarmoeder worden impulsen geregistreerd. Niet alle mensen zijn zich bewust van dit proces. Zij die zich daar wel terdege van bewust zijn houden er 'misschien' rekening mee. Diegene die er wel rekening mee houden leggen een betere basis voor het nieuwe leven.
Op zichzelf is het een oefening voor het eigen geweten en dan bedoel ik dat iedere ouder dagelijks bij kan leren van dit "nieuwe leven" en oefening baart kunst.
Uiteindelijk is het juist die kunst die onze innerlijke persoon zal vervolmaken. 2Korinthiërs4:16 "Daarom geven wij de moed niet op, maar ook al vervalt de mens die wij uiterlijk zijn, de mens die wij innerlijk zijn, wordt stellig van dag tot dag vernieuwd"
Bijbelstudie kan daar beslist een hulp bij zijn, dat hangt er vanaf hoe en waarom die genomen of/en gegeven wordt.
Wij gaan nu het voorbeeld nemen dat in het commentaar gegeven wordt van Paulus die zijn goedkeuring aan de moord op Stefanus had gegeven. Paulus toentertijd nog Saulus genoemd, wordt in de Wachttoren min of meer voorbij gegaan aan zijn verantwoordelijkheid,want Saulus was de man die de opdrachten uitvoerde. Zie o. a. Handelingen 9: 1,2.
Het subtiele van de organisatie en het besturende lichaam zit hem ook in het feit dat zij in die paragraaf of liever paragrafen de indruk geven dat Saulus beïnvloed was door de nauwe omgang met Joden die Jezus Christus haten en het oneens waren met zijn leer. Degenen met wie Saulus omging, kunnen dus zijn innerlijke stem, zijn geweten, beïnvloed hebben.
En §13 vervolgt door heel suggestief te zeggen dat "Het geweten kan ook gevormd worden door de overheersende cultuur waarin iemand leeft of de omgeving waarin hij woont, net zoals iemand een accent of dialect van zijn omgeving overneemt. (...). Zo staat het er letterlijk.
Gelogen is het niet, maar de waarheid is het nog veel minder. Saulus was onderwezen in de Wet volgens de strengste normen.
HET ONDERWIJS HAD ZIJN GEWETEN MISVORMD OF HET ZWIJGEN OPGELEGD.
IN FEITE HADDEN ZIJN LERAREN HUN GEWETEN AAN HEM OPGEDRONGEN!
Handelingen23:6) "Mannen, broeders, ik ben een Farizeeër, een zoon van Farizeeën".
Handelingen26:4-5 "Welnu, wat mijn levenswijze vanaf mijn jeugd betreft, zoals ik die van [het] begin af te midden van mijn natie en in Jeruzalem heb gevolgd, alle joden5 die mij vroeger, van de aanvang af, hebben gekend, weten indien zij slechts getuigenis wensten af te leggen dat ik volgens de strengste sekte van onze vorm van aanbidding als een Farizeeër heb geleefd".
Handelingen22:3 "Ik ben een jood, geboren te Tarsus in Cilicië, maar opgevoed in deze stad, aan de voeten van Gamaliël, onderricht volgens de striktheid van de voorvaderlijke Wet, ijverig zijnde voor God, evenals GIJ allen heden zijt".
Uiteraard had Paulus omgang met mensen die ervan overtuigd waren God een heilige dienst te bewijzen. Uiteraard kon de Joodse cultuur funest zijn voor zijn geweten en dat van diegenen die er mee te maken hadden.
Maar is dat niet zo met ieder mens individueel? En heb ik daar niet meermaals de nadruk op gelegd?
Was dat echt zo moeilijk voor de organisatie en het besturende lichaam om Paulus achtergrond duidelijker en waarheidsgetrouwer uit de doeken te doen?
Waarom die misleiding?
Omdat ook hun onderwijs erop gericht is UW GEWETEN te vervangen door HUN GEWETEN! In werkelijkheid is er geen groter knechtschap of slavernij dan iemand zijn geweten af te nemen. Neem a.u.b. nota van volgende tekst: Romeinen 8:15 "Want GIJ hebt geen geest van slavernij ontvangen, die wederom vrees veroorzaakt, maar GIJ hebt een geest van aanneming als zonen ontvangen, door welke geest wij uitroepen: Abba, Vader!
Alle Getuigen van Jehovah noemen hun God ook Vader, daar mag je niet aan twijfelen. De nuancering is door de organisatie gepubliceerd samen met de vermelding dat de brieven uit de bijbel in de eerste plaats als een brieven voor de belijdende gezalfde zou zijn. Is dit wel zo?
En zoals een broeder het ooit opmerkte: vele getuigen van Jehovah zijn bang om een slechte getuige van het genootschap te zijn, in de plaats van een goede Christen.
DINSDAG 9 JUNI
Jehovah zal stellig de tenten van Juda het eerst redden. - Zach. 12:7.
§13 In het oude Israël waren tenten een opvallend verschijnsel in het land. Ze werden soms gebruikt door herders en landbouwers. Die mensen zouden bij een inval van een vijandelijke natie om tegen de stad Jeruzalem op te trekken als eersten getroffen worden en bescherming nodig hebben. De uitdrukking "de tenten van Juda" duidt erop dat het gezalfde overblijfsel in onze tijd zich als het ware in het open veld bevindt, niet in versterkte steden. Daar verdedigt het onbevreesd de belangen van het Messiaanse koninkrijk. Jehovah der legerscharen zal "de tenten van Juda het eerst redden" omdat die het primaire doelwit van Satans aanval zijn.
§14 Het historische verslag bewijst zonneklaar dat Jehovah die gezalfde gezanten van het Koninkrijk in hun "tenten" buiten in het veld verdedigt. Hij behoedt hen voor 'struikelen' doordat hij hen zo sterk en moedig maakt als David, de krijgsmankoning. - Zach. 12:8
De Wachttoren van 2007 september 3e studieartikel blz. 21 §13, 14.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:als ik ook hier het parallelle verslag ga doortrekken kom ik tot de vaststelling dat, ongeacht het aan belijdende gezalfde toegeschreven wordt, iedere gelovige te maken heeft met tegenkantingen.
Zelfs onder mekaar hebben mensen van hetzelfde geloof niet alleen strubbelingen, maar strijden grotendeels een onverbeten strijd om leerstellingen, regels, geboden en verbodsbepalingen.
Praktisch alle religies, ook de organisatie en het besturende lichaam, hanteren een interpretatie van vernoemde leerstellingen, regels, geboden en verboden, die door enkele mensen of een keur van verantwoordelijken ten berde worden gebracht.
Zoals in het commentaar beweerd wordt is de uitdrukking "de tenten van Juda" op het gezalfde overblijfsel van toepassing gebracht. Bedoelt het besturende lichaam die 9986 belijdende gezalfden wereldwijd die zij vertegenwoordigen of alleen maar zichzelf, diegene die, het besturende lichaam vormen?
Zijn die tenten dan de plus minus 103.000 individuele gemeenten met hun gemeenteleden of alleen de gezalfden die er eventueel deel van uit maken? Is het primaire doelwit van Satan de organisatie? Of zou het besturende lichaam dit primaire doelwit zijn?
Volgens §14 zou "het historisch verslag een zonneklaar" bewijs vormen en er wordt verwezen naar het boek Jehovah's Getuigen- Verkondigers van Gods koninkrijk' blz.675,676.
Daar wordt een algemeen verslag gegeven van de problemen die er geweest en nog zijn.En op blz. 676 § 2 is er een veel zeggend commentaar ik citeer "Dit wil niet zeggen dat alle regeringsfunctionarissen het werk van Jehovah's Getuigen persoonlijk tegenstaan.
Veel functionarissen zijn voorstanders van religieuze vrijheid en erkennen dat de Getuigen een waardevolle aanwinst voor de gemeenschap vormen".
Klaarblijkelijk is dat de reden waarom verantwoordelijken onder het mom van NGO's regeringen trachten te vlooien door politieke forums bij te wonen.
Ik dacht dat Jakobus daar feitelijk paal en perk had aangesteld toen hij schreef dat vriendschap met de wereld vijandschap met God was. Hij zegt het wel een pak straffer, lees maar: Jakobus4:4 "Overspeelsters, weet GIJ niet dat de vriendschap met de wereld vijandschap met God is? Al wie daarom een vriend van de wereld wil zijn, maakt zich tot een vijand van God".
Ik ben er van overtuigd dat die "historischezonneklaarte" voor het moment alleen maar boven de wolken waar te nemen is.
Er zijn heel wat mensen geweest, ook in de organisatie, die hun leven hebben gegeven door ieder compromis af te wijzen. Is er nu een nog niet geopenbaarde, bijbelse versie, dat het wel mag en kan, of is dat alleen maar voor de lol?
Is het feit dat Oostenrijk, Jehovah's Getuigen als een erkende religie aanvaard heeft, ook een grond om gesubsidieerd te worden? ga naar /www.google.be/ en zoek 'Jehovah's getuigen Oostenrijk'
Moeten de Getuigen van Jehovah dan, evenals de andere erkende religies, compromissen met de regering aangaan? Het onderwijs dat dan kan gegeven worden op de scholen wordt dat door bepaalde en gediplomeerde ouderlingen gedaan of is het een gewetenskwestie aan het worden?
Over die religieuze vrijheid gesproken, hoe vrij zijn de Getuigen van Jehovah in hun religie, buiten dat zij de vrijheid hebben om te zwijgen en te gehoorzamen aan de organisatie en het besturende lichaam?
En dat behoeden om te "struikelen" waar er sprake van is, is dat letterlijk of zou dat te maken kunnen hebben met "geen fouten" maken of "verkeerde interpretaties" trekken, ondoordachte parallellen en niet vervulde verwachtingen enz..
Of zou het juist wel doordacht zijn met de goedgelovige gemeenten in gedachten?
Met alle respect voor de goedgelovigen, maar een beetje nadenken is toch niet te veel gevraagd.
WOENSDAG 10 JUNI
Sta op, trek deze Jordaan over, gij en heel dit volk, naar het land dat ik hun, de zonen van Israël, geef. -Joz. 1:2.
§8 Na de doortocht door de Rode Zee trokken de Israëlieten door een land dat beschreven wordt als een 'grote en verschrikkelijke woestijn vol giftige slangen en schorpioenen, een dorstig land zonder water' (Deut. 8:15, Willibrordvertaling). Daar beschermde Jehovah zijn volk, net zoals hij hen tegen de Egyptische strijdkrachten beschermd had. En wat valt er over de intocht van de Israëlieten in het beloofde land te zeggen? Machtige Kanaänitische legers boden tegenstand. Maar Jehovah zei tegen Jozua: "Niemand zal zich voor u krachtig staande kunnen houden, al de dagen van uw leven. Juist zoals ik bewezen heb met Mozes te zijn, zo zal ik bewijzen met u te zijn. Ik zal u niet in de steek laten, noch u geheel en al verlaten" (Joz. 1:5). Die woorden van Jehovah bleven niet onvervuld. In zo'n zes jaar versloeg Jozua 31 koningen en onderwierp hij grote delen van het beloofde land (Joz. 12:7-24). Die verovering zou zonder Jehovah's beschermende zorg onmogelijk zijn geweest.
De Wachttoren van 2007 1 november 1e studieartikel blz. 22 §8.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:een heel mooie vertelling, maar de werkelijkheid was niet zoals in de Wachttoren gesuggereerd wordt. De illustraties spreken eveneens tot de verbeelding. Volgens het verslag werden de Israëlieten bevrijd uit Egypte, maar ze waren nog niet aan de overkant van de Rode Zee of ze waren reeds aan het murmureren. Terwijl zij daarna een dikke maand later een gouden kalf gingen aanbidden.
En het was ook waar dat zij niet moesten werken, want zij hadden hun eten maar van de grond te rapen, het manna. Maar zij waren dat manna zo kots beu dat zij terug wilden naar de vleespotten van Egypte. Toen zorgde hun God er voor dat zij zoveel gevogelte te eten kregen dat zij er kotsmisselijk van werden. Als toetje richtte hun God een zeer grote slachting onder het volk aan zodat de begraafplaats de naam Kibroth-Hattaäva of "Grafsteden van de sterke begeerten" kreeg. Zie Numeri 11: 34.
Dat is allemaal niet op één maand noch in één jaar gebeurd, maar wel gedurende veertig jaarals straf omdat zij niet voldoende vertrouwen hadden in hun God. Numeri 14: 34.
Het nomadenleven is beslist niet het gemakkelijkste leven, maar de vrijheid die ze toen genoten was toch ook enige opoffering waard, voor zover je het als vrijheid kunt ervaren. Uiteindelijk kwamen de Israëlieten voor het beloofde land. En Jozua, zoals het commentaar vermeldt versloeg 31 koningen dankzij Jehovah's beschermende zorg konden zij het beloofde land in bezit nemen. Maar "zij leefden lang en gelukkig" was er nog niet bij.
De geschiedenis bewijst het en het bijbelse verslag is ook niet echt om er mee te lachen.
Hoe zit het met betrekking tot onze tijd, want heel die inleiding is weer een parallel.
§11 van vermelde Wachttorenstudie is reeds besproken geweest in de dagtekst en het commentaar van 20 mei. Herlees het a.u.b.?
Waarom die misleidende voorstelling van de feiten. Hiermee identificeren de organisatie en het besturende lichaam zich als onbetrouwbaar en het is zeker geen bewijs dat wat zij voorstaan van Goddelijke oorsprong blijkt te zijn.
Ik herhaal een gedeelte van deze commentaren:
Het spijtige van deze weergaven en de opgewektheid van Charles Taze Russell is dat er een verkeerde voorstelling van de feiten wordt gegeven. De aankondiging die Charles Taze Russell op die morgen vreugdevol aankondigde was gebaseerd op het feit dat hijzelf gepubliceerd had dat in 1914 de grote verdrukking zou beginnen en dat dit het begin van het einde zou zijn van de heersende "koningen".
Nu schrijven de organisatie en het besturende lichaam:opnieuw was voor Jehovah, de Soeverein van het universum, de tijd aangebroken om op te treden ten behoeve van zijn volk. En dat deed hij. Volgens §12 vijf jaar later.
Maar daar ging het in die aankondiging van Charles Taze Russellniet over, maar wel dat hun verwachtingen warenom nog diezelfde week naar de hemel te gaan. Zie het "Verkondigersboek" blz. 61, 62.
12Vijf jaar later bevrijdde Jehovah zijn volk uit Babylon de Grote, het machtige wereldrijk van valse religie (Openbaring 18:2). De meesten van ons zijn niet oud genoeg om die opwindende bevrijding persoonlijk te hebben meegemaakt. Maar we zien duidelijk de resultaten. Jehovah heeft de zuivere aanbidding hersteld en degenen die ernaar verlangden hem te aanbidden, samengebracht. Dat was via de profeet Jesaja voorzegd: Het moet geschieden in het laatst der dagen dat de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd zal worden boven de top der bergen, en hij zal stellig verheven worden boven de heuvels; en daarheen moeten alle natiën stromen. Jesaja 2:2.
Dat zij vijf jaar later uit "Babylon de Grote" bevrijd werden is een interpretatie die als een vervolg kan gezien worden van die verkeerde verwachtingen. Zoals de uitdrukking "dat de soep nooit zo heet gegeten wordt als ze opgediend is".
En de paragraaf doet dan een beroep op de emoties door te stellen dat de meesten van ons niet oud genoeg zijn om die opwindende bevrijding persoonlijk mee gemaakt te hebben. Hiermee wordt de aandacht afgeleid van diegene die de organisatie de rug hebben toegekeerd omdat zij zich bedrogen voelden.
Wanneer mensen gewaar worden dat zij misleid worden is het normaal dat hun emoties erbij betrokken zijn en dat zij reageren. Maar het merendeel van de Getuigen van Jehovah stellen blindelings vertrouwen in de organisatie en het besturende lichaam en dat wordt door de organisatie en het besturend lichaam op alle mogelijke manieren in de hand gewerkt.
Als je daar één van de bewijzen van durft onderzoeken moet je de lezing van David SPLANE, een lid van het besturende lichaam maar eens onder het vergrootglas en met een open geest herbeluisteren.
Ik hoop binnen niet al te lange tijd die lezing in het Nederlands ter beschikking te kunnen stellen.
normaal zou de vertaler en tolk van die lezing, David Vandendriessche, zijn ontslag moeten ingediend hebben.
ik bedoel dat een verstandig en rechtvaardig man dat toch zou doen!
commentaren van de dagtekst 1 JUNI tot en met 5 JUNI
MAANDAG 1 JUNI
Spreekt bemoedigend tot de terneergeslagen zielen, ondersteunt de zwakken.
1 Thess. 5:14.
In de eerste-eeuwse gemeenten werd er niet alleen plaatselijk hulp en aanmoediging gegeven, maar af en toe werden er ook hulpacties georganiseerd voor gelovigen in andere gebieden. Toen bijvoorbeeld de profeet Agabus voorzei dat "er weldra een grote hongersnood over de gehele bewoonde aarde zou komen", besloten de discipelen in Syrisch Antiochië "naar de draagkracht van een ieder van hen, een ondersteuning te zenden ten dienste van de broeders die in Judea woonden". Die werd "door de hand van Barnabas en Saulus" aan de ouderlingen daar gezonden (Hand. 11:28-30). Hoe gaat dat in deze tijd? "De getrouwe en beleidvolle slaaf" heeft hulpverleningscomités georganiseerd om zorg te dragen voor broeders en zusters die getroffen zijn door natuurrampen zoals een orkaan, een aardbeving of een tsunami (Matth. 24:45). Een goede manier om barmhartigheid te tonen, is in samenwerking met deze regeling bereidwillig onze tijd, energie en middelen te geven.
De Wachttoren van 2007 september 2e studieartikel blz. 26 §6, 7.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:in vermelde wachttorenstudie begint §6 als volgt: "Nog belangrijker dan in materieel opzicht geven is in geestelijk opzicht geven om leden van de groeiende gemeente bij te staan".
Een numeriek groeiende gemeente is niet altijd een maatstaf voor geestelijke groei. Evenmin voor een gemeente die qua aantal uren velddienst betreft, boven het gemiddelde uitkomt.
De bovenvermelde leitekst "Spreekt bemoedigend tot de terneergeslagen zielen, ondersteunt de zwakken", is een loos cliché wanneer het niet consequent gedaan wordt.
Hoe groter de gemeente wordt, des te moeilijker wordt het voor de verantwoordelijken om datgene te doen wat normaliter als eerste zou moeten gedaan worden. Mijn persoonlijke ervaring is dat 'ouderlingen' meer werk maken om hun administratieve taken klaar te hebben dan de zorg voor de 'terneergeslagenzielen'. Daarmee bedoel ik dat hun voorbereidingen op de verschillende gemeentevergaderingen en de lezingen in eigen en andere gemeenten zoveel tijd in beslag nemen dat er weinig of geen tijd overblijft voor het 'herderlijk werk' dat vereist is voor de zorg hierboven bedoeld. In de loop der jaren zijn er verschillende manieren en methoden uitgeprobeerd, zelfs een taakverdeling met beurtrol, maar nooit met het beoogde succes.
Onlangs kreeg ik een voorbeeld van een gezin dat het echt moeilijk had met elkaar. Zo moeilijk dat de partners er zelfs een gezinstherapeut hebben bijgehaald. Beiden zijn Getuigen van Jehovah. De man is een vrijwilliger die in de bouwprojecten zit en wekelijks naar een atelier rijdt en zo ettelijke kilometers verslindt, zoals hij zegt, voor Jehovah. De vrouw heeft het daar niet gemakkelijk mee omdat zij het met een minimum loon moeten uitzingen en zich ook eenzaam en verlaten voelt.
Ik weet uit persoonlijke ervaring met anderen, dat wanneer een broeder problemen heeft met zijn vrouw in die richting, het beter is dat hij bij zijn vrouw blijft: dat zijn de theoretische richtlijnen van het bouwcomité.
Wanneer hij deze raad naast zich legt, zou hij niet voldoen aan de vereisten om voor zijn gezin te zorgen en, eveneens in theorie, uiteraard niet aan dit vrijwilligerswerk mogen meewerken.
Daarbij komt de prediking die, zelfs onder moeilijke omstandigheden, altijd de eerste plaats opeist en dat geldt voor allen in de gemeente, maar vooral voor verantwoordelijken.
Men kan daar moeilijk de organisatie en het besturende lichaam verantwoordelijk voor stellen, maar de morele druk is zo subtiel dat zij, de organisatie en het besturende lichaam, er wel verantwoordelijk voor zijn.
Het voorbeeld dat in de dagtekst aangehaald wordt is prijzenswaardig en de uitvoering werd door verantwoordelijke broeders volbracht. Wij gaan die drie teksten eens citeren, maar ook het vers 27: Handelingen11:27-30 "In die dagen nu kwamen er profeten van Jeruzalem naar Antiochië. 28 Een van hen, Agabus genaamd, stond op en ging door middel van de geest te kennen geven dat er weldra een grote hongersnood over de gehele bewoonde aarde zou komen, hetgeen ook inderdaad in de tijd van Claudius is gebeurd. 29 Onder de discipelen dan werd besloten om, naar de draagkracht van een ieder van hen, een ondersteuning te zenden ten dienste van de broeders die in Judea woonden; 30 en zij deden dit ook en zonden ze door de hand van Barnabas en Saulus aan de oudere mannen.
Een van die profeten die van de gemeente Jeruzalem kwam voorzei een grote hongersnood en de discipelen van de gemeente Antiochië die zonden een ondersteuning ten dienste van de broeders die in Judea woonden. En Paulus en Barnabas zorgden dat die ondersteuning ter plaatse kwam.
Mijn vragen zijn nu: was het "vermeende" besturende lichaam in Antiochië of in Jeruzalem? Of waren het de afzonderlijke gemeenten die onafhankelijke beslissingen namen?
Vervolgens wordt de vraag gesteld: "Hoe gaat dat in deze tijd? Het antwoord is onmiskenbaar want "De getrouwe en beleidvolle slaaf" heeft hulpverleningscomités georganiseerd om zorg te dragen voor broeders en zusters die getroffen zijn door natuurrampen.
Dat er vanuit het centraal gezag, de organisatie, regelingen worden getroffen is aan te tonen, en de richtlijnen worden duidelijk doorgegeven aan de omringende gebieden. Zelfs geldelijke hulpmiddelen worden beschikbaar gesteld.
En door de georganiseerde manier van de organisatie en het besturende lichaam in verband met het verbreiden van lectuur en prediking is hun optreden zeer rationeel en operationeel.
Mede het feit dat zij in een groot deel van de wereld vrijwilligers beschikbaar hebben.Het is duidelijk dat dit hun een prachtige gelegenheid geeft om hulp te bieden.
Het is echter eveneens een feit en velen zijn daar dan ook mee bekend dat de organisatie en het besturende lichaam niet alleen staan op dit terrein. Zij mogen dan de snelste ter plaatse zijn, zij zijn beslist niet de enigen.
En volgens mijn inzicht komen wij nu aan het punt waar het echt om te doen is. Het bovenstaande commentaar besluit met de woorden: Een goede manier om barmhartigheid te tonen, is in samenwerking met deze regeling bereidwillig onze tijd, energie en middelen te geven. Ik heb benadrukt waar het om gaat. Dit is een duidelijke manier om vooral geldelijke middelen te werven. Wanneer je een koninkrijkszaal binnenkomt staan er verschillende 'vrijwillige bijdragen bussen' om je barmhartigheid te bewijzen.
Daar is niks verkeerds aan, alleen is het niet in overeenstemming met het charter van Charles Taze Russell, die beweerde dat men nooit geldelijke bijdragen zou vragen. (zie de dagtekst en het commentaar van 20 april 2009 en het jv-O boek blz. 304-3).
Neem nota dat er geen enkele verplichting is om geldelijke of anderszins bijdragen te geven. Maar de subtiele manieren die de organisatie en het besturende lichaam gebruiken zijn gelijk aan de offerblokken van de 'christenheid'.
DINSDAG 2 JUNI
Het moet geschieden in het laatst der dagen dat de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd zal worden boven de top der bergen, en daarheen moeten alle natiën stromen. - Jes. 2:2.
Op vrijdagmorgen 2 oktober 1914 stapte Charles Taze RusselI, die destijds de leiding had over de Bijbelonderzoekers, de eetzaal van Bethel in Brooklyn (New York) binnen. Voordat hij naar zijn plaats ging, kondigde hij vreugdevol aan: "De tijden der heidenen zijn geëindigd; hun koningen hebben hun dag gehad." Opnieuw was voor Jehovah, de Soeverein van het universum, de tijd gekomen om op te treden ten behoeve van zijn volk. En dat deed hij! Vijf jaar later bevrijdde Jehovah zijn volk uit "Babylon de Grote", het machtige wereldrijk van valse religie (Openb. 18:2). De meesten van ons zijn niet oud genoeg om die opwindende bevrijding persoonlijk te hebben meegemaakt. Maar we zien duidelijk de resultaten. Jehovah heeft de zuivere aanbidding hersteld en degenen die ernaar verlangden hem te aanbidden, samengebracht. Dat was via de profeet Jesaja voorzegd.
De Wachttoren van 2007 1 november 1e studieartikel blz. 22 §11, 12.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:ik verwijs en gebruik de dagtekst van20 mei 2009.
"Het spijtige van deze weergaven en de opgewektheid van Charles Taze Russell is dat er een verkeerde voorstelling van de feiten wordt gegeven. De aankondiging die Charles Taze Russell op die morgen vreugdevol aankondigde was gebaseerd op het feit dat hijzelf gepubliceerd had dat in 1914 de grote verdrukking zou beginnen en dat dit het begin van het einde zou zijn van de heersende "koningen".
Nu schrijft de organisatie of het besturende lichaam: opnieuw was voor Jehovah, de Soeverein van het universum, de tijd aangebroken om op te treden ten behoeve van zijn volk. En dat deed hij! Volgens §12 vijf jaar later.
Maar daar ging het in die aankondiging van Charles Taze Russellniet over, maar wel dat hun verwachtingen om diezelfde week nog naar de hemel zouden gaan vervuld zouden worden. Zie het "verkondigersboek" blz. 61, 62.
Ik citeer enkele korte fragmenten van het verkondigersboekjvhfdst.6blz.61, 62"Eentijdvanbeproeving19141918"
De tijden der heidenen zijn geëindigd; hun koningen hebben hun dag gehad! Dit waren de woorden van broeder Russell toen hij op de ochtend van vrijdag 2 oktober 1914 de eetzaal van het hoofdbureau van het Wachttorengenootschap in Brooklyn binnenstapte. Er heerste opwinding. De meeste aanwezigen hadden jarenlang naar 1914 uitgezien.
Enkelen van ons dachten serieus dat wij tijdens de eerste week van die oktobermaand naar de hemel zouden gaan. Ja, terugdenkend aan de ochtend waarop Russell het einde van de tijden der heidenen aankondigde, gaf Macmillan toe: Wij waren zeer opgewonden en het had mij niet verbaasd als wij op dat moment waren opgestegen en onze hemelvaart was begonnen maar natuurlijk gebeurde er niets van dat alles.
Nochtans waren de verwachtingen gerechtvaardigd aangezien men jarenlang en met alle bijbelse zekerheid de tijd van het einde had voorzegd, ik citeer enkele aanhalingen uit het boek "The Time is at Hand":
Op blz. 99 lezen wij "Met het oog op dit sterke bijbelse bewijs met betrekking tot de Tijden der Heidenen beschouwen we het een vaststaande waarheid dat het definitieve einde van de koninkrijken dezer wereld, en de volledige vestiging van het Koninkrijk van God verwezenlijkt zal zijn tegen het einde van 1914 A.D.";
Blz.170 "Het volgende hoofdstuk zal bijbels bewijs geven dat 1874 A.D. de exacte datum van het begin van de "Tijden van Herstel", en dus van de terugkeer van onze Heere". Sinds dat tijdstip is hij bezig geweest zijn belofte na te komen aan diegenen met de juiste houding van waakzaamheid" ...".
Blz. 242 "De Jubileum cycli bewijzen dat onze Heer Jezus aanwezig moest zijn en het herstel werk beginnen in de herfst van 1874 A.D. (Ik benadruk en verwijs naar www1.tip.nl/~t661020/divcit.htm).
Op blz. 62 van het O-jv boek staat in het kader dat "Sommigen van ons waren wat te voorbarig geweest".
In de eerste plaats waren het niet sommigen, maar allen waren vol verwachting ingevolge de bijbelse en gepubliceerde verwachtingen.
De subtiele manier, bewust of onbewust, om niet uitgekomen bijbelse verwachtingen te omzeilen is ondertussen tot een kunst uitgegroeid in de organisatie en het besturende lichaam.
Ik kom nu terug op de Wachttoren van 1 november en vervolg mijn betoog door die §12 af te drukken:12 "Vijf jaar later bevrijdde Jehovah zijn volk uit Babylon de Grote, het machtige wereldrijk van valse religie (Openbaring 18:2). De meesten van ons zijn niet oud genoeg om die opwindende bevrijding persoonlijk te hebben meegemaakt. Maar we zien duidelijk de resultaten. Jehovah heeft de zuivere aanbidding hersteld en degenen die ernaar verlangden hem te aanbidden, samengebracht. Dat was via de profeet Jesaja voorzegd: Het moet geschieden in het laatst der dagen dat de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd zal worden boven de top der bergen, en hij zal stellig verheven worden boven de heuvels; en daarheen moeten alle natiën stromen. Jesaja 2:2.
Dat zij vijf jaar later uit "Babylon de Grote" bevrijd werden is een interpretatie die als een vervolg kan gezien worden van die verkeerde verwachtingen. Zoals de uitdrukking "dat de soep nooit zo heet gegeten wordt als ze opgediend is".
En de paragraaf doet dan een beroep op de emoties door te stellen dat de meesten van ons niet oud genoeg zijn om die opwindende bevrijding persoonlijk mee gemaakt te hebben.
Hiermee wordt de aandacht afgeleid van diegene die de organisatie toentertijd de rug hebben toegekeerd omdat zij zich bedrogen voelden.
De manieren waarop de verkeerde verwachtingen in een positieve richting gedraaid werden is zo onbijbels dat het mij verwondert dat, toen ik het jaren geleden gelezen heb, het allemaal als zoete koek heb geslikt.
Nu besef ik, en velen met mij, dat het genootschap echt "de beste" zijn om met bijbelse manipulatie alles recht te trekken wat zij zelf krom hebben gemaakt.
In §18 staat dat wij nu leven in de tijd van het einde, en de ware kennis is inderdaad overvloedig. Wereldwijd heeft de heilige geest waarheidlievende mensen naar nauwkeurige kennis van de ware God en zijn voornemens geleid. (...)
En dan wordt er weer eens afgegeven op de onwetendheid en de afvallige christenheid.
§19 doet dan een beroep op wat we met eigen ogen hebben gezien, kunnen we beslist zeggen: "Niet één woord van alle goede woorden die Jehovah, uw God, tot u gesproken heeft, is onvervuld gebleven".
Wat ik met eigen ogen heb waargenomen en gelezen, is dat, wat de organisatie en het besturende lichaam geschreven en voorzegd hebben, herschreven en op terug is moeten komen, mensenwerk is geweest.
Van alle boeken en publicaties is er geen enkele die echt overeind is gebleven. Daarmee bedoel ik dat wat bij de eerdere publicaties bijbels ondersteund en bewezen was, niet veranderd kan worden.
Wat wel kan en zou moeten, is een rechtzetting met de redenen waarom men een verkeerde toepassing heeft gegeven. Tenzij men het moedwillig heeft gedaan met de bedoeling een bepaalde weg of wegen te volgen en te misleiden.
Daarbij komt dat het afgeven op andere religies eerder een vorm van zelfverheffing blijkt te zijn.
Het aan de kaak stellen van verkeerde leerstellingen of praktijken staat daar uiteraard boven en is eerder een terechtwijzing en soms zelfs een verplichting.
Het kerkelijk recht is juist daarom geen Goddelijk of Schriftuurlijk recht.
Volgens mij zouden de "Universele rechten van de mens" voorrang moeten krijgen op ieder "kerkelijk recht" het misbruik door religie zou daardoor terug gedraaid kunnen worden naar meer menselijkheid, gelijkheid en vrijheid op alle gebied.
HERKEN JE NÚ DE MANIER VAN MANIPULEREN EN INDOCTRINEREN.
Daarom ERKEN je het nog niet, maar het kan een stap in de richting zijn van een 'mens' te worden zijn i.p.v. een werktuig in de handen van een organisatie.
WOENSDAG 3 JUNI
Gij weet [niet] wat uw leven morgen zal zijn. Want gij zijt een nevel, die voor een korte tijd verschijnt en dan verdwijnt. - Jak. 4:14.
Belangstelling voor de heiliging van Jehovah's naam hielp Jezus voorbereid te zijn op de beproevingen waarmee hij te kampen kreeg. Hij leerde zijn volgelingen zelfs dat in hun gebeden tot God het verzoek gedaan moest worden: "Uw naam worde geheiligd" (Matth. 6:9). Als het onze innige wens is dat Jehovah's naam geheiligd wordt of als heilig wordt beschouwd, zullen we ernaar streven alles te vermijden wat er smaad op zou brengen. Het resultaat zal zijn dat we beter voorbereid zijn op Jehovah's grote dag. Als Jehovah's dag morgen zou komen, zou je er dan echt gereed voor zijn? Elk van ons doet er goed aan zijn of haar leven onder de loep te nemen om te zien of er misschien activiteiten of opvattingen zijn die bijgesteld moeten worden. Met het oog op de kortheid en onzekerheid van het huidige leven moeten we allemaal elke dag geestelijk waakzaam zijn. - Pred. 9:11, 12.
De Wachttoren van 2007 15 december 1e studieartikel blz. 11 §6, 10.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:belangstelling voor de heiliging van Jehovah's naam is in werkelijkheid de reden van ons bestaan.
De uitdrukking "Laten wij de mens maken naar ons beeld, overeenkomstig onze gelijkenis" inGenesis1:26" is inherent verbonden met zijn naam. In werkelijkheid is dit de gehele verplichting van de mens.
Dit wil zeggen dat wij door onze handelwijze, volmaakt of onvolmaakt, bewust of onbewust, ofwel God verheerlijken of wij negeren Hem.
Wanneer Jezus Christus in het modelgebed ons, die zich christenen noemen, het verzoek doet om Gods naam te heiligen, dan dienen wij, die beweren christenen te zijn, het voorbeeld te geven. Doen wij dit? Hebben wij dit gedaan?
De geschiedenis in het algemeen bewijst het tegendeel.
Christelijke organisaties hebben door de eeuwen heen eerder smaad op Zijn naam geworpen dan die naam verhoogt. Zelfs onder elkaar hebben zij in een concurrentiestrijd elkaar bevochten en doen het nog altijd. Zij chicaneren over alles en nog wat en zelfs de bijbel is en blijft een bron van verdeeldheid.
Nu wordt in het commentaar en §10 gezegd dat "? Elk van ons doet er goed aan zijn of haar leven onder de loep te nemen om te zien of er misschien activiteiten of opvattingen zijn die bijgesteld moeten worden".
Om het duidelijk te stellen dat het ook, of liever in de eerste plaats over de opstellers van dit studieartikel gaat, halen wij het beginsel aan van Romeinen2:21 "gij echter die een ander onderwijst, onderwijst gij uzelf niet"?
Wanneer activiteiten of opvattingen bijgesteld dienen te worden op persoonlijk vlak is er alleen jij of eventueel je gezin bij betrokken.
Wanneer activiteiten of opvattingen bijgesteld dienen te worden die door de organisatie en het besturende lichaam gepubliceerd zijn geworden, zijn er meer dan zeven miljoen anderen bij betrokken, de bijbelstudies niet eens bijgerekend.
Dat zou niks uitmaken wanneer daar de nodige en schriftuurlijke redenen werden voor gegeven, geen algemeenheden of omwegen en zelfs misleidend kunst- en vliegwerk.
Ik herhaal om de eenvoudige reden dat "herhaling" de moeder van het geheugen blijkt te zijn. w061/12blz.19 het artikel "Hetloontomeerlijktezijn".
Bij het onderkopje 'Eerlijkheidwerptvruchtenaf' staat het volgende: "Of u eerlijk bent, of juist niet, is van invloed op de kijk die anderen op u hebben. Als mensen erachter komen dat u hen bedrogen hebt, al was dat maar één keer, zult u hun vertrouwen verliezen, en dat is niet makkelijk terug te winnen.
De miljoenen die weggegaan zijn, bewijzen het!
En de laatste alinea van de dagtekst is nog een subtiel 'onderhuidse inspuiting' met het onverwoestbare vaccin "angst, gemengd met schuldgevoelens".
DONDERDAG 4 JUNI
Hij (heeft] zich vernederd en is gehoorzaam geworden tot de dood, ja, de dood aan een martelpaal. Juist daarom heeft God hem ook tot een superieure positie verhoogd en hem goedgunstig de naam gegeven die boven elke andere naam is. - Fil. 2:8, 9.
Wegens zijn getrouwheid en loyaliteit kreeg Jezus een opstanding, niet als mens, maar als "een levengevende geest" (1 Kor. 15:45; 1 Petr. 3:18). Jehovah's belofte aan zijn verheerlijkte Zoon luidde: "Zit aan mijn rechterhand, totdat ik uw vijanden tot een voetbank voor uw voeten stel" (Ps. 110:1). Tot de "vijanden" behoren de voornaamste boosdoener, Satan, en al degenen die zijn "zaad" vormen. Als Koning van Jehovah's Messiaanse koninkrijk zal Jezus Christus het voortouw nemen bij het verdelgen van alle opstandelingen, in het geestenrijk en op aarde (Openb. 12:7-9; 19:11-16; 20:1-3, 10). Dat zal de volledige vervulling brengen van de profetie in Genesis 3:15 en van het gebed dat Jezus zijn volgelingen heeft geleerd: "Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde." - Matth. 6:10.
De Wachttoren van 2007 1 december 2e studieartikel blz. 26 §11.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:volgens de bijhorende tekst heeft Jezus Christus wegens zijn getrouwheid en loyaliteit niet alleen een opstanding gekregen maar tezelfdertijd het vermogen om als een levengevende geest mettertijd op te treden voor de mensheid als de waarborg voor eeuwig leven. Uiteraard zijn daar voor de mensheid vereisten aan verbonden.
Dat staat dan ook in het vervolg van de Wachttorenstudie met het onderkopje "Een model ter navolging". Ik citeer §12 "Zoals Jezus heeft geprofeteerd, wordt het goede nieuws van het Koninkrijk nu in veel landen gepredikt (Mattheüs 24:14). Het resultaat is dat miljoenen mensen hun leven aan God hebben opgedragen. Ze zijn enthousiast over de zegeningen die het Koninkrijk zal brengen. Ze zien ernaar uit eeuwig in vrede en zekerheid op een paradijselijke aarde te leven en blij vertellen ze anderen over hun hoop (Psalm 37:11; 2 Petrus 3:13).
Zoals ik eens te meer moet opmerken is dat "het model ter navolging" in de eerste plaats betrekking heeft op de prediking "van huis tot huis" of juister uitgedrukt "van deur tot deur".
Dat door de prediking, miljoenen mensen hun leven aan God hebben opgedragen is eerder een vraag dan een bevestiging, alhoewel ik niet twijfel aan de goede bedoelingen van iedere opgedragen nieuweling. Ik gebruik het woord nieuweling omdat het nog moet blijken of hij of zij een Christen met een Christelijke persoonlijkheid zal worden.
Ik heb het in voorgaande dagtekst(en) reeds gezegd dat er miljoenen weggegaan zijn na hun opdracht. De organisatie en het besturende lichaam zouden eens terdege moeten nadenken over hun beleid en hun persoonlijke interpretaties van de bijbel.
Met hun persoonlijke interpretaties bedoel ik dat, wat die enkele belijdende gezalfden, die het vermeende besturende lichaam uitmaken en publiceren, wel door Gods geest geleid kunnen worden.
Het mogelijke antwoord kan in paragraaf 15 staan, ik citeer en benadruk: "Waarom reageerde Jezus zo krachtig bij die en andere gelegenheden? Omdat hij goed besefte dat er meer bij betrokken was dan zijn persoonlijke veiligheid of voordeel. Hij wilde tot elke prijs de wil van zijn Vader doen en Jehovahs soevereiniteit hooghouden (Mattheüs 26:50-54). Als we niet, net als Jezus, steeds duidelijk voor ogen houden waar het echt om gaat, bestaat altijd het gevaar dat we schipperen of tekortschieten. Waarom? Omdat we makkelijk ten prooi kunnen vallen aan de boze listen van Satan, die er een meester in is dat wat verkeerd is aantrekkelijk te laten lijken, zoals toen hij Eva verleidde.
Daarbij wil ik nog 2Korinthiërs11:14-15 aanhalen "En geen wonder, want Satan zelf blijft zich veranderen in een engel des lichts. 15 Het is daarom niets groots indien ook zijn dienaren zich blijven veranderen in dienaren van rechtvaardigheid".
Om het even in kinderlijke termen weer te geven die mekaar verwijten naar het hoofd slingeren en dan met het oog op wat de organisatie en het besturende lichaam dikwijls anderen, of liever praktisch alle andere organisaties, verwijten: wat je zegt, "dat ben je zelf".
Herken en erken je deze? Jong blijven in dit opzicht heeft weinig met ouderdom te maken.
VRIJDAG 5 JUNI
Brandde ons hart niet? - Luk. 24:32.
Kort na Jezus' opstanding waren twee van zijn discipelen op weg van Jeruzalem naar Emmaüs. "Terwijl zij nu zo aan het praten waren en van gedachten wisselden," zegt het evangelieverslag, "kwam Jezus zelf op hen toe en ging met hen meelopen; maar hun ogen werden ervan weerhouden hem te herkennen. Hij zei tot hen: 'Wat zijn dit voor zaken die gij onder het voortlopen zo druk met elkaar bespreekt?' ... Toen gaf de één, Kleopas genaamd, hem ten antwoord: 'Woont gij als vreemdeling op uzelf in Jeruzalem en weet daarom niet welke dingen daar in deze dagen zijn gebeurd?' En hij zei tot hen: 'Welke dingen?'" De Grote Onderwijzer luisterde toen ze uiteenzetten dat Jezus de Nazarener mensen had onderwezen, wonderen had verricht en terechtgesteld was. Nu zeiden sommigen dat hij uit de doden was opgewekt. Jezus liet Kleopas en zijn metgezel rustig aan het woord. Vervolgens legde hij uit wat ze moesten weten door 'de Schriften volledig voor hen te openen'. - Luk. 24:13-27, 32.
De Wachttoren van 2007 15 november 2e studieartikel blz. 26 §9.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:misschien is een gezonde tip hier op zijn plaats. Probeer als prediker eens van deur tot deur te gaan zonder de tijdschriften of publicaties van de organisatie en het besturende lichaam. Zelfs niet met de bijbel, gewoon met datgene wat je over Jezus Christus hebt geleerd en voor jezelf hebt toegepast, juist zoals je het aanvoelt.
In §10 staan enkele praktische gedachten en daarom druk ik die § hier af, maar ik benadruk wel: 10Misschien is de religieuze overtuiging van een huisbewoner je totaal onbekend. Om daar achter te komen, zou je kunnen zeggen dat je het interessant vindt om te horen hoe mensen over bidden denken. Dan zou je kunnen vragen: Denkt u dat er echt iemand is die naar gebeden luistert? Het antwoord kan heel wat over het standpunt en de religieuze achtergrond van de huisbewoner onthullen. Is hij godsdienstig, dan kun je misschien meer over zijn zienswijze te weten komen door te vragen: Denkt u dat God naar alle gebeden luistert, of zouden er ook gebeden zijn die hij niet goedkeurt? Zulke vragen kunnen tot een ontspannen gesprek leiden. Wanneer het op zijn plaats is een Bijbelse gedachte te delen, moet je dat tactvol doen en dat wat de huisbewoner gelooft niet afkammen. Als hij graag naar je luistert, zal hij het misschien fijn vinden je terug te zien. Maar stel dat hij een vraag stelt die je niet kunt beantwoorden? Dan kun je wat nazoekwerk doen en voorbereid teruggaan om een reden te geven voor je hoop, en dat met zachtaardigheid en diepe achting. 1 Petrus 3:15.
Deze situatie is je helemaal niet vreemd en al doende heb je een gelegenheid om jezelf te bekwamen, --want je wist niet direct het antwoord,-- maar vooral om een gericht nabezoek te brengen.
Maar stel dat die persoon helemaal niet geïnteresseerd is, noch in het gebed noch in de bijbel, en al helemaal niet in wat jij zegt over religie? Stel dat hij zelfs redelijk negatief en agressief reageert? Hij verbiedt je zelfs om nog bij hem aan te bellen. Daar zijn regels voor zoals je waarschijnlijk wel weet en kent.
Maar heel die hierboven geschetste, alhoewel realistische situatie, is slechts een inleiding tot het volgende onderkopje: Jezusonderweesmensendiehetwaardwaren11 De volmaakte man Jezus bezat onderscheidingsvermogen waardoor hij kon vaststellen wie het waard waren onderwezen te worden. Voor ons is het heel wat lastiger de mensen te vinden die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven hebben (Handelingen 13:48). Dat gold ook voor de apostelen, tegen wie Jezus zei: Welke stad of welk dorp gij ook binnengaat, onderzoekt wie daarin het waard is (Mattheüs 10:11). Net als Jezus apostelen moet je zoeken naar mensen die bereid zijn te luisteren en die de Bijbelse waarheid willen leren kennen. Je kunt de mensen die het waard zijn vinden door aandachtig naar alle mensen met wie je spreekt te luisteren en nota te nemen van de instelling van ieder persoonlijk.
Hoe positief alle andere paragrafen ook zijn, de uitdrukking dat Jezus Christus 'mensen onderwees die het waard waren' zal blijven doorspelen in het benaderen van mensen.
Alhoewel de bijbel geografisch een boek uit het Oosten is, is hij uitsluitend interessant voor een klein gedeelte van de wereldbevolking.
Globaal gezien zal de overgrote meerderheid, tot nu toe, de bijbel nooit inkijken omdat hun religie of hun overtuiging het niet toestaat. Neem de moslimwereld, met een religie die in groei toeneemt en absoluut niet toestaat dat buiten de koran, en soms zelfs buiten de Arabisch geschreven koran, geen ander religieus boek als leidraad mag gelezen worden. Zelfs de prediking in de moslimwereld, China en India om er enkele te noemen zijn een onbegonnen zaak. Toch blijf ik mij bewust dat er voor God geen zaken onmogelijke zijn.
Tenslotte bepaalt Hij wie gered zal worden en wie niet.
In paragraaf 16 staat "Tegenwoordig is de opkomst van veel nieuwe godsdiensten een gespreksthema in bijvoorbeeld Afrika, Latijns-Amerika en Oost-Europa. Ik voeg hier ook België en feitelijk geheel West-Europa aan toe gezien de immigratie van heel wat volkeren en culturen, religies inbegrepen.
Ik herhaal daarom wat in de wachttoren van 15 februari 2008 op blz. 29 de eerste § staat over het wonder van de broden dat: Als ze (de discipelen van Jezus)hadden begrepen hoe groot de kracht was die Jezus had gekregen, zouden zij niet zo verbaasd zijn geweest toen hij door een wonder over het water liep.
Denkt nu eens goed na:Als wij zouden begrijpen hoe groot Gods kracht en vermogens welzijn, zouden wij toch niet verbaasd mogen zijn dat Godwel degelijk een onderscheid zal maken tussen rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Waar ter wereld zij ook maar met een organisatie verbonden zijn of juist niet.
Nu zegt de laatste alinea dat Jezus Christus vervolgens uitlegde wat ze moesten weten door 'de Schriften volledig voor hen te openen'.
Moeten wij dan nu twijfelen aan wat de bijbel zegt?
Of mogen wij twijfelen aan wat de organisatie en het besturende lichaam zegt?
En zozijn wijaan het ZEVENDE en laatste puntje uit het redeneren boekje gekomen.
Ondanks menselijke onvolmaaktheden kweken haar leden de vruchten van Gods geest aan liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtaardigheid, zelfbeheersing en spreiden ze in die mate tentoon dat zij zich daardoor onderscheiden van de wereld in het algemeen.
Gal. 5:22, 23; Joh. 13:35.
De in hetkader vermelde hoedanigheden worden wel meermalen of bij herhaling ingeprent. Maar zoals wij voordien op blad 10 vermelden is geen van deze een levengevende vereiste.
De basis vereiste is RECHTVAARDIGHEID of de geijkte synoniemen. Daarmee gaan wij niet voorbij aan het offer van Jezus, integendeel, zijn offer was en is het voorbeeld van rechtvaardigheid waarmee God als eerste zijn rechtvaardigheid bekrachtigde. Adam verbeurde het leven, wat hij voor zichzelf mocht doen, maar niet voor zijn nageslacht. Daarom voorzag God in een gerechtvaardigde oplossing, namelijk Jezus als de laatste Adam, waardoor Hij de mogelijkheid gaf om voor ieder mens afzonderlijkgebruik te maken van Jezus volmaakte offer. Allen die moeite doen omals een rechtvaardig mens te leven, en ieder mens kan dit vanuit zijn innerlijk. Wel, alle omstandigheden in acht genomen, die mensen zouden in aanmerking komen om eeuwig leven te verkrijgen. Begeleiding via gelijk welke organisatie zou slechts een hulp zijn om een levenswijze als Christus te leiden.
Het is waar dat er over Jehovahs getuigen dikwijls een gunstig verslag wordt gegeven. Dat maakt duidelijk dat zij als groep bepaalde normen naleven die hen worden geleerd of aangewezen als beginselen. Wij hebben ondervonden dat ook niet-getuigen dit belangloos doen uit eigen beweging of via hun organisatie, en niet alleen bij rampen, maar omdat zij het normaal vinden en juist.
Het is eveneens waar, dat de nadruk, zoals in de titel of het zevende punt naar voor wordt gebracht, gelegd wordt op het aankweken van de "vruchten" van Gods Geest. Maar is het volgens ons weeral één van de subtiele vormen van misleiding.
Allee! Kun je zeggen, nu slaan jullie de bal totaal mis hoor! Nu wordt het duidelijk dat jullie het genootschap echt verkeerde motieven toeschrijven!
Sta ons dan toe het uit te leggen. Wij willen in de eerste plaats er opwijzen dat de tekst zeker niet zo in de bijbel staat, wij halen hem aan: Galaten 5:22-23 "De vrucht van de geest daarentegen is liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, 23 zachtaardigheid, zelfbeheersing. Tegen zulke dingen is geen wet". Nu kun je zelf zien dat er staat de VRUCHT van de geest, het staat duidelijk in het enkelvoud en waarom?Omdat het woord duidt op het resultaat van GODS Geest, geen zeggende woorden of geen aankweken maar een positief bewijs dat Gods geest een deel van die persoon is, dat het een deel van zijn persoonlijkheid is geworden. Uiteraard kan en zal dit met meerderen in een groep het geval zijn.
Het feit dat een groep mensen bepaalde werken tot stand brengt, is echter geen bewijs op zich dat die werken uit God zijn, of zelfs door zijn Geest geleid worden. Mensen kunnen dit beweren, en dat doen bijna alle dénominaties, zelfs de eenvoudigste.
Het tweede gedeelte, in de titel van het zevende punt, noemt in werkelijkheid een resultaatwaardoor de organisatie zich, volgens hen, onderscheidt van de rest van de wereld, wij herhalen het even: en spreiden ze (dat zijn dan die genoemde vruchten) in die mate tentoon dat zij zich daardoor onderscheiden van de wereld in het algemeen.
Voor het compleet te maken halen wij ook de schriftplaats van Joh. 13:35aan die zegt: "Hieraan zullen allen weten dat GIJ mijn discipelen zijt, indien GIJ liefde onder elkaar hebt". Dat is je reinste religieuze indoctrinatie die in de loop der eeuwen haar vruchten heeft afgeworpen, een cliché dat bijna onverslijtbaar door de heerser van deze wereld herhaaldelijk met succes is gebruikt.
Hoeveel bloedschuld hebben de georganiseerde religies in hun totaliteit? En wij hebben het alleen over religieuze leiders en genootschappen of hoe je het ookwilt noemen, die altijd met de beste voornemens behept waren en zijn. Wij zijn niet van zin de geschiedenis te herschrijven, die geschiedenis spreekt geen boekdelen, maar bibliotheken!
Hoe moeten wij nu nog meer aantonen dat ook het zevende punt geen bewijs is dat het besturend lichaam of de organisatie Gods aardse organisatie is? De bijbel stelt duidelijk dat er twee of drie getuigen nodig zijn om een zaak te bevestigen. Er zijn in de loop van de moderne geschiedenis geen drie getuigen, maar miljoenen, die de organisatie hebben verlaten omwille van de onrechtvaardigheden die aan het licht kwamen, t zij persoonlijk of omdat de waarheid veranderde, voorbijgestreefd, achterhaald of verdraaid is geworden en bestempeld werd als, toegenomen licht of lichtflitsen. Erger is echter dat toen bepaalde vooropgestelde gebeurtenissen die niet plaats vonden op de gestelde en zelfs opgeschoven termijnen, kregen anderen de schuld, niet diegenen die het wereldwijd hadden gepubliceerd, maar diegenen die het gelezen en geloofd hadden. Zie o. a. dewachttoren van 15 december 2006 blz. 26 § 5. En terwijl je toch die wachttoren opzoekt, neemt dan ook die van 1december 2006 maar dan op de blz. 19 § 1. lees nu eerst die twee paragrafen. Hebt u ze gelezen, de context ook. Perfect? Ook over nagedacht?Welke conclusie u ook neemt, dat is volledig jouw zaak, alleen willen wij de tweede paragraafeen beetje veranderen, niet echt veranderen, maar toepasselijker maken.
In de plaats van de directeur lezen wij: de werknemers van een bedrijf kwamen erachter dat veel van de directeurs van het bedrijf oplichters waren en daarom vroegen sommige van de werknemers of dat niet rechtgezet of veranderd kon worden. Het resultaat was verbijsterend, in de plaats dat de directeurs het onrecht herstelden of terechtgewezen werden, zwierden zij die werknemers buiten.
Om spijkers met koppen te slagen en dan nog eens gedreveld. Zij werden uitgeslotenen het it-2 blz. 1059 zegt over: "Uitsluiting uit de gemeenschap is noodzakelijk om het voortbestaan van de organisatie te waarborgen, en dat geldt in het bijzonder voor de christelijke gemeente".
Zo precies of het voortbestaan van de organisatie of de christelijke gemeente(n) mensenwerk zou zijn. Vergeet het maar, tenzij het genootschap twijfelt of God het wel alleen aan kan.
Die uitsluitingen gebeurden o.a. in het geval met de scandaleuze kwestie van pedofilie tijdens de jaren 1999-2002 (zie het vierde en vijfde punt en de desbetreffende veranderingen vermeld in de vernoemde brieven gericht aan alle gemeenten).
Terwijl wij deze pagina klaarmaakte viel het ons op dat de eigenste wachttoren van 1 december en het eigenste artikel maar dan op blz. 18 de illustratie van die twee rechtopstaande broeders en het bijschrift duidelijk maken dat warechristenen geen documenten kopen of gebruiken waarmee geknoeid is. Natuurlijkmoesten wij denken aan Mexico waar heel wat dienstplichtige broeders, ingeval van oproeping, zich een document konden aanschaffen door de ambtenaren smeergeld te geven zodat zij een document hadden waardoor kon aangetoond worden dat zij aan de militaire opleiding hadden voldaan. Terzelfder tijd mochten de broeders in Malawi geen politieke kaart kopen die heel wat minder koste dan het document dat in Mexico nodig was. En wie is niet op de hoogte van de gruwelijke vervolging en doden in Malawi, tussen (1967-1993). Wie gaat daar verantwoording voor afleggen, de bloedschuld delgen?
De vervolging in Malawi begon op 20 oktober 1967 en werd pas opgeheven op 12 augustus 1993. 26 jaar lang hebben Jehovahs Getuigen al die moeilijkheden moeten verduren, en waarom? er was maar één politieke partij, die de regering uitmaakte. Waar was de toepassing van Romeinen 13?Waarom dat verschil met Mexico?
Bijna vergeten, in Mexico waren Jehovahs Getuigen een culturele organisatie en in Malawi een religieuze organisatie. Zou het dat geweest kunnen zijn?
En als het doel de middelen wettigt, dan zitten zij wel erg dicht bij Machiavelli.
Wil jij eens uitleg vragen aan de ouderlingen hoe dat het zit?
Wat data betreft is 1975 klaarblijkelijk de klapper geweest maar ondertussen hebben de meeste getuigen daar schijnbaar geen problemen meer mee. Evenmin met de uitspraak dat wij waarschijnlijk het millennium niet zouden halen. Zie w81 15/1 blz. 32 Vragen van lezers.En indien het goddeloze samenstel van deze wereld tot de eeuwwisseling zou blijven bestaan, wat met het oog op de tendensen in de wereld en de vervulling van bijbelse profetieën hoogst onwaarschijnlijk is, zouden er nog steeds overlevenden van het geslacht van de Eerste Wereldoorlog zijn.
Voordien hadden wij de hoop, volgens de publicaties, de absolute zekerheid dat Armageddon in de jaren 1914, 1918, 1925, 1940 en 1975 kwam. Niet minder dan vijfmaal zou Armageddon echt het einde zijn. Uit voorzichtigheid, werd het voortbestaan van dit goddeloze samenstel daarom in de wachttoren van 15/1 1981 dan ook onwaarschijnlijk geacht. Zeg nu niet dat wij het uit de context trekken, omdat het over gezalfden en het geslacht gaat.
En zeg ook niet dat het maar gelukkig is dat Armageddon nog niet gekomen is, kijk maar naar al die miljoenen die ondertussen in de waarheid zijn gekomen. Gelijk heb je, maar dan moet Armageddon in het geheel niet komen, want toename zal er altijd zijn.
Kijk maar naar al die andere religies, naar hun numerieke groei. Is dat juist geen bewijs dat God hen zegent? Absoluut niet, want daar is het in de meeste gevallen nog veel duidelijker dat zij niet in overeenstemming zijn met de Bijbel. Wat hebben wij gezegd over subtiliteit en plantrekkerij?
En wat doen wij met alle veranderingen in de organisatie, die in werkelijkheid aanpassingen zijn, sommige zelfs zeer recentelijk, omdat devorige stellingen niet meer houdbaar waren? En waar jij met een beetje moeite, op zijn minst toch wel vragen zou moeten stellen. Sorry, wij waren (niet) vergeten dat je, over wat de organisatie schrijft, niets in vraag mag stellen (lezing van David Vandendriessche), En dat je ook niet kritisch mag zijn (lezing van Louis Dewit). Wij hebben zelfs gehoord dat wanneer de ouderlingen verkeerd zijn je toch moet gehoorzamen (symposium door Willy Gournon en Jean-Pierre Coninckx).
Met iets meer moeite kun je de lijst zelf wel aanvullen. Alleen willen wij u aanmoedigen in de eerste plaats, jezelf te onderzoeken. Daarmee bedoelen wij als je gelukkig bent in de staat en de situatie waarin u zich bevindt, blijf dan waar je bent. Zijn daar twijfels omtrent heb dan de moed om een Bereeër te zijn. Zie hiervoor a.u.b. de dagtekst van 17 januari 2008 en de overeenkomstige Wachttoren van 2006 1/102: 13, 14. Zoals je zult lezen, moedigt de organisatie ons aan om moedig te zijn, alleen mag je, op straffe van uitsluiting, niet de moed hebben om hen of hun gevolmachtigden, vragen te stellen die kritisch opgenomen kunnen worden of hen op de vingers te tikken als zij in de fout gaan. Volgens ons is daar een reukje aan, maar geen parfum damour.
Het is ons duidelijk dat Jehovah in het verleden onvolmaakte mensen heeft gebruikt in zijn voornemen, ja zelfs een gehele natie van onvolmaakte mensen. Deze hebben er niets van gebakken. Wij hebben, en ieder persoonlijk, de verantwoordelijkheid om erop toe te zien dat wat anderen ons opleggen wel degelijk in overeenstemming is met de schrift. Daarom zeggen en benadrukken wij dat alleen Jezus onze leider is en allen die zijnlevenswijze, bewust of onbewust, weerspiegelen zullen alsrechtvaardigen meegenomen worden.
Wij wensen te herhalen wat Jezus als vraag stelde in de illustratie van Mattheüs 24:45 "Wie is werkelijk de getrouwe en beleidvolle slaaf, die door zijn meester over diens huisknechten is aangesteld om hun te rechter tijd hun voedsel te geven?
Hoever zou die illustratie doorgetrokken mogen worden Welke toepassingen moeten er aan andere illustraties van Jezus Christus gegeven worden? Zou dit voedsel, ook als er een reukje aan zit, zo maar ingeslikt moeten worden? Hoe ver zou men volgens jou mogen gaan?
Wij zullen ook nooit twijfelen of er wel een beleidvolle slaaf is, alleen kan dit voor ons dezeen voor een ander die organisatiezijn.
Misschien bedoelde Jezus Christus wel dat elk van ons die slaaf is. 1Petrus 1:10 "Gebruik de gave naarmate een ieder die heeft ontvangen, om elkaar ermee te dienen als voortreffelijke beheerders van Gods onverdiende goedheid, die op velerlei wijzen tot uitdrukking wordt gebracht".
Dat is nog een nadenkertje van formaat!
Wie zal het waar maken?
Wij herhalen dan ook datgene wat op blz. 10 is gezegd dat:
In de wachttoren van 15 februari 2008 op blz. 29 de eerste § staat over het wonder van de broden dat: Als ze (de discipelen van Jezus)hadden begrepen hoe groot de kracht was die Jezus had gekregen, zouden zij niet zo verbaasd zijn geweest toen hij door een wonder over het water liep.
Denkt nu eens goed na:AlswijzoudenbegrijpenhoegrootGodskrachtenvermogenswelzijn,zoudenwijtochniet verbaasdmogen zijndatGodwel degelijkeenonderscheidzalmakentussenrechtvaardigenenonrechtvaardigen.Waar ter wereld zij met een organisatie verbonden zijn of juist niet.
Psalm 37: 29 De rechtvaardigen, die zullen de aarde bezitten, En zij zullen er eeuwig op verblijven. Eveneens een schriftplaats om in gedachten te houden is Hand 10: 35 maar in elke natie is de mens die hem vreest en rechtvaardigheid beoefent, aanvaardbaar voor HEM.
Einde van het artikel en bedankt voor alles.
Je kunt steeds antwoorden op mijn emailadres. Eleutheros.genaioshupar@laposte.net
FEITEN EN VERWIJZINGEN vierde, vijfde en zesde deel
En zo zijn wij aan het vierde en vijfde punt gekomen! (Deze 2 punten gaan volgens ons gelijk op). en ZESDE punt.
Ze houdt zich afgescheiden van de wereld.
Jak. 1:27; 4:4.
Ze handhaaft een hoog peil van morele reinheid onder haar leden, omdat Jehovah zelf heilig is.
1 Petr. 1:15, 16; 1 Kor. 5:9-13.
Er is een opmerkelijk gebeuren wat nog meer kan waarmerken of de organisatie zich werkelijk aan deze vereiste houdt. Weinigen weten, en toch is daar een brief over te krijgen in Kraainem, wij hebben die zelf horen voorlezen in een gemeente, dat het genootschap tien lange jaren als lid was ingeschreven bij de Verenigde Naties. AlsNiet Gouvernementele Organisatie afgekort als NGO. Die briefmoet je wel opvragen en dan via de gemeente indien jij of anderen daar vragen over zouden hebben. Deze brief legt de verantwoordelijkheid bij de broeder die zich daar heeft laten inschrijven, maar dan wel op naam van de Theocratische organisatie. Nu hebben wij het reeds gezegd dat een organisatie uit mensen bestaat en die zijn verantwoordelijk voor wat er in een organisatie gebeurt. De organisatie wordt echter veelvuldig gebruikt als imago of om verstoppertje te spelen voor datgenewat mensen doen. Meestalis datgeen probleem als het positief is, maar als het verkeerd is krijgt de organisatie de schuld en dat kan niet. Wij horen dikwijls de relativerende uitdrukkingen, het zijn mensen of zij zijn ook onvolmaakt. Dat is juist, maar dat verandert niks aan de feiten en nog minder aan de verantwoordelijkheden die met een verkeerde handelwijze te maken hebben. Dit is vooral zo wanneer er wereldwijd miljoenen mensen bij betrokken zijn. Tenslotte zijn de Verenigde Naties zoals ons is geleerd, het beeld van het beest waarop de hoer is gezeten. Dit is geen aanval noch afval, maar een weergeven van feiten. Het feit dat de organisatie er 10 lange jaren heeft opgezeten en er uiteindelijk is af gestapt (?) verandert niks aan het feit dat zij er tien lange jaren heeft opgezeten en er gebruik van gemaakt heeft. Daarbij komt nog het feit dat men elk jaar het lidmaatschap moest vernieuwen. Men moest ook aan bepaalde voorwaarden voldoen. Er was geen enkele reden om een broeder, zoals wij zeggen, in het gat te steken. Als je het aan ons vraagt, er is ook aan onvolmaaktheid een grens, vooral als je van je leden verwacht en eist dat zij gehoorzamen. Weet je nog "met de maat waarmee je meet", of telt dat alleen voor de verkondigers, en niet voor het besturende lichaam, de tien mannen die als vertegenwoordigers optreden voor de beleidvolle slaaf, (9986 belijdende gezalfden in 2008, jaarboek 2009) en zelfs voor alle ouderlingen in de plaatselijke gemeenten, die je moet gehoorzamen, zelfs wanneer zij verkeerd doen.
PERSOONLIJK zeggen wij, in de eerste plaats voor HEN, zij dienen HET voorbeeld te geven in HUN voorbeeldfunctie.
Nu ja, gedane zaken nemen geen keer, wat gebeurd is, is gebeurd. Je moet ook geen oude koeien uit de gracht blijven halen en waar blijft je als christen met de mantel der liefde? Maar wat als men zich opnieuw aan soortgelijke evenementen schuldig maakt? Laten wij ook hier de feiten duidelijk stellen! De laatste weken, daterend begin december 07, zijn er in verband met de verkiezingen in Rusland via de nieuwsmedia enkele roerselen geopenbaard. Ieder van ons wordt aangemoedigd om het nieuws min of meer te volgen en wel om redenen dat wij steeds beter zouden begrijpen hoe daardoor bijbelse profetieën in vervulling gaan.
Wij verwijzen u naar http:/www.diplomatie.be/nl/press/speechdeteails.asp?TEXTID=55369 datum:12/07/2006. Dit is een toespraak van Minister De Gucht op de conferentie Building Democracy through OSCE Electoral Assistance and Observation.
De Nederlandse benaming voor de OSCE is OVSE en staat voor "Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking inEuropa".Minister De Gucht maakt in zijn toespraak duidelijk dat deze organisatie een politiek forum is.
Wie waren daar aanwezig?Marcel Gillet, Paul Gillies en Luca Toffoli als vertegenwoordigers van de Europese associatie van Jehovahs Getuigen te Brussel. Voor Frankrijkwas dit broeder Jean-Claude Pons, voor de V.S. Gregory Allenuit Patterson en voor Polen Michal Hoszowski.Wanneer je daar met zeven mensen bent, mag er wel een beetje toelichting zijn of mogen wij het openheid noemen?
Wat moeten wij daar van denken? Bemoeien wij ons toch met politiek? Ondertussen hebben wij vernomen dat broeders en zusters een formulier mogen aanvragen om te gaan kiezen in La douce France.
Met kiezen bedoelen wij stemmen, niet naar de stemhokjes gaan en een paar diagonaaltjes trekken.
Wie neemt, neen,wie is daar verantwoordelijk voor?Wij hadden het toch over zich afgescheiden van de wereld houden?
Het besturend lichaam beweert uitdrukkelijk dat alles wat zij doet, onvolmaaktheid daargelaten, theocratisch verantwoord is. Met andere woorden het moet bijbels zijn. Een van de manieren waarop beslissingen worden genomen en die van invloed zijn op ons leven en dat zijn zowat zeven miljoen zielen, is niet door de autoriteit van de bijbel, maar door een tweederde meerderheid, dezelfde procedure die zowel in de politiek als in de katholieke religieuze autonomie gebruikelijk is. Zij hebben door onder andere "de veranderde doopvragen hun beslissingsrecht tot een zelfde status verheven als het pausdom. Door de rechterlijke comités de benaming religieuze comités te geven hebben zij in werkelijkheid het kerkelijk recht duidelijker gemaakt. Hiermee zijn zij het eens met de wereldlijke macht die hen tot een kerk met privilege tegemoet kan treden. Hoe staat dit in Noorwegen? Ontvangt de organisatie daar nu subsidies of niet? Indien wel, wat zullen wij dan nog meemaken? Betaald om vervolgd te worden?
Wij gooien het nu eensover een andere boeg, kwestie van evenwicht. En dat staat rechtstreeks in verband met het vijfde punt
In verband met de pedofilie zaken is de organisatie onder druk van media tot een verbeterde samenwerking met de autoriteiten gekomen, wat niet wegneemt dat de smaad die ondertussen op Jehovahs Heilige Naam is geworpen niet te wijten is aan diegenen die de feiten naar buiten hebben gebracht, maar bij diegenen die deze feiten trachten te verbergen.
NOTA: in verband met de pedofiliekwestie is die "verbeterde samenwerking met de autoriteiten" op minder dan een jaar, onder druk van de BBC en voor België het programma in Panorama, doorgevoerd.
De eerste brief hierover die naar alle gemeenten werd gestuurd, dateert van 15/02/2002 en zegt dat het inlichten van de autoriteiten een persoonlijke beslissing is en er zeker geen sancties tegen de persoon opgelegd mogen worden. Kun je navragen bij de secretaris van jouw gemeente.
De tweede brief dateert van SCF 24 oktober 2002 en zegt duidelijkdat wanneer er een potentieel gevaar bestaat voor kinderen dienen de ouderlingen de autoriteiten in te lichten. Kun je eveneens navragen bij de secretaris.
Nog nooit is het roer zo snel omgeworpen als hier is te zien. Voor veranderingen in vervangende dienst bijvoorbeeld, en de kwestie van neutraliteit, was na een stemming van de tweederde meerderheid een verandering doorgevoerd, maar doordat één broeder na de pauze zijn stem herriep en er geen tweederde meerderheid meer was, bleef de bestaande situatie nog zestien jaren van kracht voordat het een gewetenskwestie werd! Hoe dat mogelijk was? De druk kwam toen alleen maar van binnen uit, voor de wereld waren wij en zij slachtoffers van ons geloof, dat was alles.
De organisatie publiceerde meermaals het kindermisbruik van andere religies. Deze laatsten verplaatsten de dader(s) meestalnaar een andere parochie of instelling. Toch is hun eigen handelwijze laakbaarder dan die van het ontrouwe Jeruzalem omdat zij niet alleen dehandelwijze van hetzelfde misbruik verhulden maar de dader(s) in sommige gevallen handhaafden in de verantwoordelijke posities die zij bekleden.
Erger nog zijn de sancties, daar diegenen die de feiten bloot legden mettertijd of juist voordien werden uitgesloten en daardoor niet geloofwaardig meer overkwamen. Eén van de grootste schandalen in de geschiedenis van de wachttoren organisatie is dan ook het publiekelijke programma dat door de BBC vertoond werd op 28 mei 2002.
Uiteraard kan de organisatie niet verantwoordelijk gesteld worden voor kindermisbruik in plaatselijke gemeenten, maar wel voor de manieren waarop daders en beschuldigers van die daders behandeld werden en worden. Wij zeggen worden. Omdatzolang iemand 'die aanklachten indient, als een verklikker behandeld wordt en niet als een beschermer van de kudde, zullen er allerlei mistoestanden verdoken blijven.
Heb je opgemerkt dat de eerste brief over pedofilie gedateerd is 15 februari 2002. Het genootschap was toen reeds ingelicht dat het programma zou worden uitgezonden en daarom moesten verklikkers uitgesloten worden. Toch staat er in deze brief dat het een persoonlijke keuze zou zijn om de autoriteiten in te lichten en dat diegenen die de autoriteiten wel op de hoogte brachten geen sancties mochten opgelegd worden.
De tweede brief dateert 24 oktober 2002, dus ongeveer acht maanden later en nu moesten de autoriteiten wel ingelicht worden. Kun je nog volgen? Wij wel, omdat de druk voordien alleen maar van binnenuit kwam en die mensen kun je het zwijgen opleggen. Wij zeggen, maar niet iedereen.
Daar er in het verleden broeders uitgesloten zijn met terugwerkende kracht, zou het toch maar rechtvaardig zijn om iemand te herstellen met terugwerkende kracht. Tenzij?Wat vindt je daar zelf van?
En nog iets dat je dient te weten. De basistekst die in de brief van 24 oktober gebruikt wordt is Rom. 13:1 (vermits kindermisbruik een misdaad is en gemeld dient te worden zijn logischerwijs alle misdrijven een oorzaak om de autoriteiten op de hoogte te brengen, uitgezonderd de specifieke zonden in verband met het geloof).
Romeinen 13 beslaat beslist een terrein of liever terreinen, waarop de organisatie onverantwoordelijk en onbeleidvol is opgetreden door in het burgerlijk leven van hun leden beslissingen door te voeren. Daar kun je beslist zelf een lijst van opstellen.
Alles wat wij in het voorgaande hebben geschreven kunnen wij alleen maar herhalen en vermenigvuldigen. Het is zonder meer duidelijk dat de toepassing van bijbelse beginselen meer moet zijn dan alleen maar zeggen of schrijven wat je moet doen, veel en veel meer.
Wij houden het tot hier met punt 4 en 5, alleen kun je zelf ook hier nog bepaalde ervaringen toevoegen.
Nog niet te moe? Goed dan doen wij verder met het ZESDE PUNT
Ze wijdt haar krachtsinspanningen voornamelijk aan het werk
dat de bijbel voor onze tijd heeft voorzegd, namelijk de
prediking van het goede nieuws van Gods koninkrijk in de
gehele wereld tot een getuigenis.
Matth. 24:14.
Dat is een van de opmerkelijkste werken die het genootschap heeft gerealiseerd. Nog nooit heeft een organisatie kunnen bereiken dat haar leden, al haar leden, daadwerkelijk en zowel als groep als afzonderlijk op geregelde basis van deur tot deur gaan.
Mattheus 24: 14 is niet alleen de lijftekst van ieder van hen, maar zeker ook de eerste tekst die een nieuweling van buiten kent en gebruikt. Mattheüs 24:14"En dit goede nieuws van het koninkrijk zal op de gehele bewoonde aarde worden gepredikt tot een getuigenis voor alle natiën, en dan zal het einde komen".
De link die hiermee gepaard gaat wordt de volgende of tweede tekst en wordt zelfs door "het afvallige ontrouwe Jeruzalem" met zijn ongeveer 1 miljard leden gebeden, "het Onze Vader",Mattheüs 6:9-13 "Onze Vader in de hemelen, uw naam worde geheiligd. 10 Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde. 11 Geef ons heden ons brood voor vandaag; 12 en vergeef ons onze schulden, zoals ook wij onze schuldenaars hebben vergeven. 13 En breng ons niet in verzoeking, maar bevrijd ons van de goddeloze". Door de prediking zou dan ook meteen de profetie vervuld die met deze teksten in overeenstemming zijn.
Het is voor de getuigen dan ook een levenswijze geworden en zij die kunnen pionieren op één van de diverse manieren worden de gelukkigste mensen onder de mensen.Het is zelf zo subliem dat de predikingzowat de toetssteen is geworden van geloof en niet alleen dat, maar het is ookHET CRITERIUM" voor mannen om bijna alle voorrechten die er zijn, te mogen behartigen. Ookwij zijn er van overtuigd dat het einde eens zal komen, maar die gebeurtenis is reeds zo dikwijls voorop gesteld dat het een manie geworden is. Daarmee bedoelen wij dat de organisatie, hoe belangrijk het prediken ook moge zijn, de belangrijkere zaken uit het oog heeft verloren, namelijkhet Christen zijn of de Christelijke persoonlijkheid. Wij gaan daar niet overuitweiden. Maar zou het kunnen, dat de problemen en regels, het monddood maken van het eigen geweten, de druk op het privé leven en hun inmenging in persoonlijke zaken, zelf het denken, allemaal onderworpen wordt aan de organisatie?
Zouden zij zich hiermee dan niet eerder vereenzelvigen met Oholiba, de zuster en medestandster van Ohola, de oudste zuster of een deel van de Christenheid? (Zie het boek de natiën zullen weten dat ik Jehovah ben, Ezechiël 23).
Opmerkelijker is nog dat het schijnbaarop vrijwillige basis is. Wij zeggen ogenschijnlijkomdat wie niet predikt op de manier zoals de organisatie het voorschrijft en geen rapportje inlevert, waardoor men voor hen eerst "ongeregeld" en vervolgens "inactief" wordt, en men mettertijd je verkondigerkaart of ID uit het archief verwijdert zodat je geen deel meer bent van de organisatie. Wanneer je geen deel meer bent van de organisatie zit je vanzelfsprekend ook niet meer in de symbolische ark en kun je evenmin gered worden. In plaats van redding wacht je onherroepelijk de eeuwige vernietiging, wat ongeveer overeenkomt met de vurige hel van de christenheid. Vermits je een opgedragen christen was en nauwkeurige kennis van de (hun) waarheid hebt gekregen is er zelfs weinig kans dat je ooit een opstanding mag verwachten. Met andere woorden gezegd, het komt hierop neer dat de meeste getuigen eerder bang zijn om een verkeerde indruk te geven dat zij niet gehoorzamenaan de organisatie dan dat zij prediken omdat zij hun evennaaste lief hebben.
Neen en nogmaals neen, niet het prediken is verkeerd, zeker niet, maar de manier waarop het moet gedaan worden en de verplichte morele druk. Eveneens de schriftuurlijke bewijsvoering aangaande de rapportjes. Nergens in de bijbel worden uren of verspreiding genoteerd, zelfs het aantal dopelingen werd meestal slechts bij benadering genoemd. Goed, organisatorisch kan dit verantwoord worden, vooral met de verspreiding van de lectuur en het in kaart brengen van de voorraden. Maar hebben wij ook hier niet te maken met een bepaalde norm voor aanstellingen en voorrechten.? Zeker is lectuur een goede begeleider van de waarheid en kan steeds opnieuw ter hand genomen worden. Alleen blijkt dat men door de veranderende leerstellingen de eens geopenbaarde waarheden moest herzien waardoor datgene watje ooit als waarheid hebt gepredikt moet gaan recht zetten, wat niet of praktisch nooit gebeurt. Moeten wij dan verschieten dat de mensen ons als leugenaars, misleiders of bedriegers gaan identificeren? En dat sommigen van ons zich ook zo voelen.Laten wij besluiten met te zeggen dat als je gelukkig bent met datgene waarmee je bezig bent, doe dan zo voort. (wordt vervolgd)
Wij willen niemand de mond snoeren of anderszins het zwijgen opleggen, integendeel, wij wensen dat meer mensen gaan nadenken over de feiten en wat er geschreven werd en geschreven wordt, wat er vereist werd en wat schriftuurlijkis. Hoe christenen gemend werden in het verleden en ook nu nog en soms tezelfdertijdin tegengestelde richtingen.Wij hebben het woordje gemend gebruikt om de nadruk te leggen op de manier waarop mensen omgaan met mensen waarover zij willen heersen. Veel van wat de aardse organisatie doet is niet nieuw, maar wel subtieler. Veel van wat in religieuze organisaties verkeerd is wordt aan de kaak gesteld. Wat verkeerd is mag gerust en terecht aan de kaak gesteld worden, dat is wat je terug vindt in de Bijbel en dat is wat Jezus deed en dat doen wij ook. Let maar even op wat Jezus zei in Mattheüs 7:3. 'Waarom kijkt gij dan naar het strootje in het oog van uw broeder, maar beschouwt niet de balk in uw eigen oog"? Moeten wij het weer eens herhalen dat het organisatorisch beleid van de organisatie van dien aard is, dat wanneer iemand die de vuile was uithangt uitgesloten wordt. Die procedure is niet bijbels. Integendeel, dat soort christenen toont moed. Ze zijn niet bang voor mensen, en zij volgen hun meester Christus na in Zijn vrijmoedigheid van spreken. Door dit soort van uitsluitingen toont de organisatie dat zij absoluut niet bereid is om die balkuit hun oog te verwijderen.
Weeral integendeel, zij vergroten die balk.Vergelijkt de wachttoren van 74 15/11 blz. 688 Een evenwichtige zienswijze bewaren ten aanzien van uitgeslotenenen dew81 1/12 blz. 15 Hoe wij uitsluiting uit de gemeenschap dienen te bezien.
De harde lijn van '74 wordt gewoon nog harder. Denk niet dat wij kwaaddoeners tolereren, maar de haatdragende gevolgen van die procedures, sluit niet alleen de deur om terug te keren, maar verhindert praktisch ieder poging om van uit de gemeente te helpen. Uitgezonderd de eventuele jaarlijkse eenmalige evaluatie en bezoek van de ouderlingen. In feite is zon bezoek, een momentopname.
Laten wij de toepassing van Jezus woorden uit Mattheüs 7:21-23 eens bekijken, Niet een ieder die tot mij zegt: Heer, Heer, zal het koninkrijk der hemelen binnengaan, maar hij die de wil doet van mijn Vader, die in de hemelen is. 22 Velen zullen op die dag tot mij zeggen: Heer, Heer, hebben wij niet in uw naam geprofeteerd, en in uw naam demonen uitgeworpen, en in uw naam vele krachtige werken verricht? 23 En toch zal ik hun dan openlijk verklaren: Ik heb U nooit gekend! Gaat weg van mij, GIJ werkers der wetteloosheid.
De toepassingen in uw naam demonen uitgeworpen,hoeft niet altijd met spiritisme te maken te hebben, dat kan ook door bijbelkennis bij te brengen.Wordt het zelfs niet duidelijker met de schriftplaats uit 1 Petrus 4:17 "Want het is de bestemde tijd dat het oordeel begint bij het huis van God. Als het nu eerst bij ons begint, wat zal dan het einde zijn van hen die het goede nieuws van God niet gehoorzaam zijn"? Als laatste in dit rijtje1 Kor. 5:12-13 "Want wat heb ik te maken met het oordelen van hen die buiten zijn? Oordeelt GIJ niet hen die binnen zijn, 13 terwijl God degenen oordeelt die buiten zijn? Verwijdert de goddeloze [man] uit UW midden. Fantastisch dat gij die tegenstrijdigheid ook opgemerkt hebt, of is het niet tegenstrijdig?
In Mattheus 7:1-2zegt Jezus:. . Houdt op met oordelen en in 1 Korinthiërs lezen wij net, oordeelt GIJ niet hen die binnen zijn.Datis absoluut niet tegenstrijdig, integendeel het verduidelijkt zelfs veel mistoestanden in en door de aardse organisatie. Hoe gaan wij dat nu uitleggen zonder ook maar iemand te kwetsen? Goed, Paulus zegt, of liever stelt in vraag wat heb ik te maken met het oordelen van hen die buiten zijn?En het antwoord staat in vers 13terwijl God degenen oordeelt die buiten zijn?Dus God, en alleen Hij, heeft dit recht!Dit maakt reeds duidelijk dat veel van het materiaal in de publicaties van de aardse organisatie op zijn minst een vorm van oordelen is. Wij zeggen op zijn minst, want het wordt meestal niet als feitenmateriaal gepresenteerd.
De uitwerking op de getuigen van Jehovah is zeker niet positief, ook hier, integendeel. Zelfs wanneer de aardse organisatie het materiaal over andere religies als feiten materiaal zou bestempelen, met voorbijgaan van de waarheden die er heel zeker ook zijn, worden al die religieuze organisaties onder bijbelse noemers gerangschikt. Wij zeggen noemers, het onderscheid wordt gemaakt of het christelijke of niet christelijke organisaties zijn. In het ene geval is het dan de Christenheid met zijn duizenden denominaties. In het andere geval, komen alle andere religies, samen met de christenheid, onder de bijbelse benaming Babylon de Grote terecht.
Al met al, komen alle religies uit de verf met het etiket afval opgeplakt, afvallig aan God. Zie de definitie uit het redeneren boekje.
Zijn wij nu bezig al die organisaties goed te praten? Absoluut niet, maar het is niet omdat de aardse organisatie zich meerdere in het oog lopende bijbelse activiteiten op het lijf heeft geschreven dat zij heilig is. Nogmaals, de naam van JEHOVAH gebruiken, de prediking van deur tot deur, hun neutraliteit, de bloedkwestie, hun vijf wekelijkse vergaderingen, de jaarlijkse dag- kring- en districtvergadering zonderde speciale vergadering te vergeten van één lid van het besturend lichaam.Gaat de aardse organisatie niet prat op haar reputatie omdat de hoge morele normen van de bijbel hen boven de wereldse mensen verheft? Het zou wat, er is geen enkel bedrijf, of organisatie die zelf negatieve reclame publiceert. Men heeft daar zelfs een gezegde over, iets van: eigen lof stinkt, vriendenlof hinkt, maar vreemdenlof blinkt. Om het met hun eigen woorden weer te geven: wie een ander omlaag haalt wilt zichzelf verheffen, wie een oor heeft luistere, die er twee hebben, begrijpen!Wat hebben wij gezegd, dat geen enkele organisatie' negatieve reclame zal maken? En de bijbel dan?Die vertelt zowel de negatieve aspecten als de positieve van alles en over iedereen, waar of niet waar?Om nog een andere schrijver te citeren: soms is het gemakkelijker om buiten te staan en naar binnen te kijken, zie je wel?
Eerst nog een woordje uitleg over 1 Kor. 5: 13 b verwijdert de goddeloze (man) uit uw midden. Alzo krijgt de gemeente de verantwoordelijkheid een goddeloze te verwijderen. In de eerste plaats is een goddeloze iemand die geen geloof in God heeft. Paulus zei niet "verwijdert de zondaar uit uw midden" alhoewel hij het over een man had die bij de vrouw van zijn vader had gelegen. Toch dient men een onderscheid te maken, tenzij men het hart kan lezen. Kun jij dat? Ken jij mensen die dat wel kunnen?
Met al die uitleg bedoelen wij dat de doorsnee getuige van Jehovah met inbegrip van iedere verantwoordelijke, uitzonderingen daar gelaten, zich zelf reeds als meegenomen ziet en de anderen als achtergelaten. Mattheüs 24:40-41 "Dan zullen er twee mannen op het veld zijn: de een zal meegenomen en de ander achtergelaten worden; 41 twee vrouwen zullen aan de handmolen malen: de een zal meegenomen en de ander achtergelaten worden". De subtiele gevolgen van zo een indoctrinatie zijn destructief, zelfs in eigen rangen. Alhoewel er een jaarlijkse toename bericht kan worden staat die niet in vergelijking met het aantal dopelingen. In werkelijkheid geven die cijfers slechts ongeveer de helft weer van wat waar is. Er is geen diploma voor nodig om die berekening zelf te maken aan de hand van de, in eigen publicaties, gepubliceerde getallen. En kom niet af met natuurlijke afvloeiing, die zal ruimschoots overtroffen worden door de niet gedoopte verkondigers. Enfin, wat wij echt mooi vonden in laatst genoemde schriftplaats was de voorbeeldige manier waarop Jezus, en dat is niet de enige keer, de VROUWEN op gelijke voet stelde met de mannen. Echt waar! Weet je waarom wij dat mooi vonden, omdat ook onder de getuigen, de vrouw niet altijd echt als een partner aanvaard wordt.Alleen en alleen dat maakt iemand reeds medeplichtig aan ontrouw tegenover God.
Wij beroepen ons weer op uitzonderingen daar gelaten. Als jij zo een uitzondering bent, zul je het er mee eens zijn, en zo niet dan voel jij je geviseerd. Jazeker het heeft met gevoelens te maken, absoluut. Het zijn juist onze gevoelens en de manier waarop wij daarop reageren die het verschil kunnen en zullen uitmaken of wij een christelijke levenswijze tot doel stellen die uitmaakt of iemand meegenomen of achtergelaten zal worden. Punt amen en uit. Jazeker, wij bedoelen "christelijke levenswijze".
Nu kun je natuurlijk repliceren dat toename uiteindelijk een bewijs is van Goddelijke zegening, Goddelijke inmenging, en dat wordt ook zo gepubliceerd, waar of niet?Wat doe je dan met de groei in anderen denominaties?Watdoe je dan met de groei wereldwijd bij de Islam en hun heilig boek de Qoraan? En wat doe je waar een achteruitgang is geboekt?
Heb je ooit de moeite gedaan om te vergelijken of zelfs te verifiëren.
Heb jij je nog nooit afgevraagd waarom wij op zijn minst reeds driemaal het "Openbaring boek, haar grootse climax is nabij" hebben bestudeerd en nog nooit het boek de mens op zoek naar God. Het eerste hoofdstukalleen reeds is veelzeggend, ten minste als je objectief wilt zijn en dat hopen wij oprecht. En over het Openbaring boek gesproken. Hoeveel aanpassingen heb je moeten doen terwijl je het her-be-stu-deer-de?En het nieuwe boek is alweer aan aanpassingen toe. Maar dat wist je waarschijnlijk reeds? Nu komt ons voor de geest wat koning Salomo schreef in Prediker 12:12 "Aangaande al wat hierbuiten ligt, mijn zoon, laat u waarschuwen: Aan het maken van veel boeken komt geen eind, en veel toewijding [eraan] is afmattend voor het vlees".
Het grootste gedeelte van wat Salomo schreef kwam erop neer dat veel van wat wij doen, ijdelheid is. Nu mag je daar niet te zwaar aan tillen natuurlijk want dan blijft er niks meer over om voor te leven en daar is het leven toch te levendig voor. Daarom halen wij Prediker 12:13-14 aan om aan te tonen datwij wel heel veel van het leven kunnen en zullen genieten als het in overeenstemming kan gebracht worden met Gods vereisten. Let wel, met Gods vereisten, niet die van mensen en dat is wat Salomo, volgens ons bedoelde metzijn woorden 'aangaande al wat hier buiten ligt,en nukomthet, "Het slot van de zaak, nu alles is gehoord, is:Vrees de [ware] God en onderhoud zijn geboden. Want dit is de gehele [verplichting] van de mens. 14 Want de [ware] God zelf zal elk soort van werk in het gericht brengen met betrekking tot alles wat verborgen is, [om te zien] of het goed is of slecht".
Dus komt het neer op het onderhouden van Gods geboden als een verplichting voor een gelukkig leven en dat kun je, in zoverre het van jezelf afhangt. Het is gemakkelijk na te gaan of het goed is of slecht. Is het goed, zoveel te beter. Is het slecht of ondervind je dat het slecht is, verbeter het dan. Denk aan het spreekwoord het zijn de goeie die zich verbeteren, en de schriftplaats uit de brief aan de Gal. 6:7 Wordt niet misleid: God laat niet met zich spotten. Want wat een mens zaait, dat zal hij ook oogsten; neem ook nota van het feit dat prediker 12: 12 eveneens een tactvolle waarschuwing is. mijn zoon (en dochter), laat u waarschuwen: Heb je opgemerkt waarvoor? Goed hé!
In dit verband willen wij een persoonlijke noot aanhalen in verband met het hierboven geschrevene.Ten aanzien van onze bediening en het getuigenis geven aan anderen, vooral aan de familie. Toen gebruikten wij boven vermelde tekst en wezen op het feit dat de waarheid maar eenmaal diende geleerd en onderwezen te worden. Nu dienen wij daarop terug te komen omdat veel van datgene wat als de waarheid in vele boeken is geschreven en gedrukt, achterhaald en veranderd is. Let wel, niet alles dat voordien geschreven was is verkeerd, maar die zaken die als schriftuurlijk bewezen werden en gehoorzaamd dienden te worden op straffe van en later eveneens schriftuurlijk veranderden, die maken het moeilijk om de aardse organisatie als beleidvol beheerder te aanvaarden. Wij hebben het reeds gezegd, wij verwachten geen volmaaktheid, wel eerlijkheid en vooral rechtvaardigheid. Wat op de grote schare van toepassing is, moet eveneens voor iedere gezalfde opgaan. Tenzij de wereldse regel toegepast wordt jullie mogen jullie oversten niet controleren. Bepaalde lezingen vermeld op blz. 8 geven uitsluitsel, geen twijfel, maar feiten die gemakkelijkte achterhalen zijn.Daarom passen wij de tekst van prediker 12: 12toe op de aardse organisatie en dit in overeenstemming met alles wat wij vooraf hebben geschreven.(Wat eenvrije vertalingis onzerzijds).
Vergeet a.u.b niet dat wat de organisatie schrijft, door miljoenen van onze mensen wordt gepredikt. Dat allepublicaties die achter gelaten worden bij de mensen evenveel bewijzen zijn dat er op zijn minstverkeerde verwachtingen zijn gewekt. Velen die hun familie hebben genegeerd moeten terugkomen op hun, neen, niet hun woorden, maar die van de organisatie, met alle gevolgen van dien. Dit blijkt duidelijk in die landen waar reeds vele jaren getuigenis is gegeven en een achteruitgang was of is. Het is waar en duidelijk dat het morele verval in de wereld algemeen is en dat dit in de bijbel werd voorzegd. Dat dit een van de aanduidingen zou zijn voor de tijd van het einde. Wij moeten in de eerste plaats eens denken welke tijd? Niet wij, gewone verkondigers, hebben uit ons zelf de data gepredikt, maar wel datgene wat de organisatie suggereerde. Of niet soms? Vanaf het moment waarop Charels Taze Russell de tijdsprofetieën wel belangrijk begon te vinden heeft het in feite niet meer gestopt om die wereldkundig te maken, of niet soms? Toch zegt Jezus in Hand. 1:7Het komt U niet toe kennis te verkrijgen van de tijden of tijdperken die de Vader onder zijn eigen rechtsmacht heeft gesteld of zijn ZIJN woorden niet duidelijk genoeg? Wel eigenaardig dat die tekst niet gemakkelijk in beeld komt.
Beseffen wij wel hoeveel smaad dit op de organisatie heeft gebracht? Op de organisatie? Die vindt dat zeker niet. Wij vinden van wel. Erger is echter de smaad op God zelf. Niet direct door de mensen die predikten, alhoewel ook zij een verantwoordelijkheid hebben, maar vooral door de opdrachtgevers van de organisatie. Het is waar ook, een organisatie op zichzelf bestaat niet. Dan is het door die mensen die zich beroepen op of zich verschuilen achter de organisatie die ze gebruiken om zichzelf en hun interpretaties te promoten en er op gelijkwelke manier beter van te worden. Toch maakt dit niets uit om de eenvoudige reden dat de kans zeer groot is dat het toch maar nietGods organisatie is, maar één van de velen die daar aanspraak op maken. En terzelfder tijd door God gebruikt wordt om individuele mensen toch een bepaalde richting te geven. Deze uiteenzetting doet ons denken aan Jesaja 10:15 "Zal de bijl zich verheffen boven degene die ermee hakt, of de zaag zich grootmaken boven degene die haar heen en weer beweegt", deze uitspraak maakt toch wel duidelijk dat God niet afhankelijk is van een organisatie, maar een organisatie wel van God. Met andere woorden gezegd, wanneer een organisatie buiten haar boekje gaat, mag en moet zij op haar stappen terug keren. Openbaring 2: 5 "Bedenk daarom vanwaar gij gevallen zijt en heb berouw en doe de daden van vroeger. Zo niet, dan kom ik tot u, en ik zal uw lampenstandaard van zijn plaats verwijderen, tenzij gij berouw hebt". Jezus zegt tot de gemeente Efeze, in onze tijd tot een toepasselijke gemeente en, tenzij het besturend lichaam of die mensen van de organisatie niet tot een gemeente behoren, is het dus ook op hen van toepassing. Dus, wanneer zij niet tot een gemeente behoren of geen gemeente vormen, dan hoevenzij uiteraard geen rekening te houden met Jezus woorden en wij niet met hen. Dit betekent dat wij de organisatie kunnen gebruiken, maar nodig hebben? Niet echt. Wat wel kan zijn is dat gij de organisatie nog nodig hebt. Waarom, omdat mensen, de meeste toch, iets moeten hebben om zich aan vast te houden en te geloven? Het blijkt ingebakken te zijn. Een illustratie kan het verduidelijken. Een kind, en je hebt er misschien zelf, blijft zolang bij zijn ouders tot het op zijn eigen benen kan staan. Enfin, dat was in onze tijd zo en dat is volgens wat wij waarnemen nog steeds zo. Wanneer je opvoeding redelijk tot zeer goed genoemd kan worden, in zo verre het van jou afhing, dan zal je kind zijn plan wel trekken en van zijn leven iets goeds maken. Kun je daar mee akkoord gaan? Wij zijn geen pedagogen, maar wel ouders, en zoals onze kinderen van ons hebben geleerd, hebben wij ook veel van hen geleerd. Nu moet je eens goed luisteren!De organisatie beweert onze moeder te zijn. En volgens de tijd dat wij met haar verbonden zijn hebben wij geleerd op eigen benen te staan. Dat zou toch moeten kunnen. Stel nu dat je moeder zo nu en dan een steek laat vallen, is je band dan verbroken? Bijlange niet. Wat doe je wanneer het meermaals gebeurt, er geen rechtzetting komt, dat wanneer jij tegen je moeder zegt, ma dat kan toch niet en gij de schuld krijgt en nog wat kletsen op je billen. Nu als kind ga je daar aan voorbij, soms kun je niet anders. Maar eenmaal volwassen zul je daar niet mee gediend zijn en waarschijnlijk zelfs op reageren. Dan zijn er verschillende mogelijkheden. Wanneer je dat laatste door trekt naar de organisatie ben je gezien. Je mag zelfs geen ouderling terechtwijzen. En waarom niet, omdat de lieve vrede van de gemeente in het gedrang komt? Die komt zo wie zo in het gedrang omdat een ouderling niet terechtgewezen mag worden. Hoe noemen ze dat, heilige boontjes?
Dezelfde vraagdringt zich op?Wordt Gods naam daar mee verheerlijkt?
Zo hebben we ook nog het feit dat de aardse organisatie Gods naam gebruikt. Dat stelt hen verantwoordelijk voor wat zij schrijven, veranderen, toevoegen, verwijderen, verkeerd interpreteren en goed doen. Datis de reden of zijn de redenen waarom wij organisatie nodig hebben. Niet één organisatie, maar organisatie. Het beginsel vinden wij o. a. in: 1 Thessalonicenzen 5:21 "Vergewist U van alles, houdt vast aan dat wat voortreffelijk is dit betekent dat je een persoonlijke mening kunt hebben, maar mag je die aan anderen uitdragen, ook als zij verschilt van die van de organisatie?Paulus zei niet houdt vast aan dat wat de organisatie zegt met organisatie bedoelen wij ook de beleidvolle slaaf, wij gebruiken beide moedwillig en voor de duidelijkheid door mekaar.
De vraag was en is, houdt de zichtbare organisatie zich strikt aan Gods geïnspireerde woord? Zijn al haarleerstellingen en gedragsnormen op Gods Woord gebaseerd?
Wij hebben het over vroegere beslissingen, procedures en zelfs leerstellingen of wat er voor door moest gaan: data, neutraliteit, autoriteit en zelfs over ons privé leven enz.Nieuw en toegenomen licht, lichtflitsen en bijsturingen met inbegrip van vereenvoudigingen en een voorbijgaan van de toentertijd zijnde, absolute bewijzen van de Heilige Schrift, kunnen ons vertrouwen in Jehovah alleen maar vergroten, maar niet in mensen, wat die mensen ook beweren en welke schriftplaatsen zij ook maar aanhalen. Voel jij je daar goed bij? Houden zo! Voel jij je daar niet goed bij? Zoeken dan, maar God niet de rug toekeren, integendeel!
Zelfs wanneer je vertrouwen in de bijbel op een laag pitje brandt of uitgedoofd is. Je eigen ik dient of kan dan dienen als het baken waarop jij je kunt verlaten in zoverre je eerlijk bent met jezelf uiteraard. Kennis is vanzelfsprekend een vereiste om op eigen benen te staan, maar niet De vereiste, wel liefde voor rechtvaardigheid omdat volgensPsalm 37:29 "De rechtvaardigen, díé zullen de aarde bezitten, En zij zullen er eeuwig op verblijven". Eveneens een schriftplaats om in gedachten te houden isHandelingen 10: 35 "maar in elke natie is de mens die hem vreest en rechtvaardigheid beoefent, aanvaardbaar voor hem".
In de Wachttoren van15 februari 2008 op blz. 29 de eerste § staat over het wonder van de broden dat: Als ze (de discipelen van Jezus)hadden begrepen hoe groot de kracht was die Jezus had gekregen, zouden zij niet zo verbaasd zijn geweest toen hij door een wonder over het water liep. Denkt nu eens goed na. Als wij zouden begrijpen hoe groot Gods kracht en vermogens wel zijn, zouden wij toch niet verbaasd mogen zijn datGod wel degelijk een onderscheid zal maken tussen rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Waar ter wereld zij met een organisatie verbonden zijn of juist niet. Wij hebben het reeds gezegd, een organisatie gehoorzamen is mensen gehoorzamen. Een organisatie kan nooit zeggen wie gered of vernietigd zal worden. Doet zij dat wel, dan gaat ze haar boekje (in de meeste gevallen de bijbel) ver te buiten. Neem a.u.b ook de schriftplaats van Markus 10:26-27"Toen stonden zij nog meer versteld en zeiden tot hem: Wie kan er dan eigenlijk worden gered? 27 Jezus keek hen recht aan en zei: Bij mensen is het onmogelijk, maar niet bij God, want bij God zijn alle dingen mogelijkWij willenabsoluut niet voorbij gaan aan wat de context zegt over de beloning die Jezus zijn discipelen in het vooruitzicht stelt omdat zij met hem het werk behartigden. Hiertegenover staat uiteraard dat wat Jezus hen beloofde beperkt was tot één bepaalde groep in één onbepaalde periode. Willen wij onpartijdige liefde, Gods liefde, weerspiegelen dan is iedere speculatie wie wel of niet gered wordt uit den boze. Hetzelfde geldt voor ieder werk dat men als verdienste wil aanrekenen om redding te verdienen.
Uiteraard zal rechtvaardigheid onze redding bewerkstelligen, zoals God in boven vermelde schriftplaatsen aanmerkt, samen met alle andere eigenschappen die inherent en op een redelijke wijze tot de juiste persoonlijkheid toe bijdragen. Galaten 5:22-23"De vrucht van de geest daarentegen is liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, 23 zachtaardigheid, zelfbeheersing. Tegen zulke dingen is geen wet".
De organisatie bevestigt deze Goddelijke voorziening met de uitdrukking Christelijke Persoonlijkheid. Over die persoonlijkheid is zeker nog niet het laatste woord geschreven of gedrukt!En wij komen daar straks nog op terug.
Het is ook niet omdatwij als enigen Gods Koninkrijk bekend maken op de manier die een handelsmerk (organisatie boek blz. 92) is geworden voor Jehovahs getuigen, namelijk van huis tot huis of van deur tot deur, dat redding automatisch daar van afhangt. Ook hierover zou zeker nog veel kunnen gezegd en zelfs gediscussieerd worden.
Overtuigender zal het antwoord zijn als u op volgende vragen een antwoord wilt geven: Is volgens u iedere getuige van Jehovah een Christen? En is iedermens die een handelwijze als de Christus volgt een getuige van Jehovah?Volgens mij ligt de beslissing dus niet in wat de organisatie zegt of in het werk dat iemand doet, maar wat God zegt o. a. in bovenvermelde schriftplaatsen, doorslag gevend. Ieders motivatie speelt een grote rol en dient dan ook nauwkeurig met een vergrootglas onderzocht te worden. Niet door een ander, maar door jezelf. Alle hulpmiddelen zijn welkom, maar alleen hulpmiddelen, geen intimidatie, geen druk, geen je mag niet dit of dat en nog minder je moet dit en dat.
Hoe mooi bepaalde publicaties het ook voorstellen, het blijft een feit dat, volgens de interpretaties van de organisatie en het besturende lichaam, alleen en uitsluitend Jehovahs getuigen gered zullen worden.
Wanneer dat waar zou zijn, dan zal er in het begin van de nieuwe ordening ruim plaats zijn in het paradijs. Op dit moment dan toch.
Ze houdt zich strikt aan Gods geïnspireerde Woord en baseert al haar leerstellingen en gedragsnormen op de bijbel.
2 Tim. 3:16, 17.
Wij gaan nu een voorbeeld gebruiken dat wereldomvattend een enorme invloed uitoefent op zowel de getuigen zelf, als praktisch de gehele mensheid. En hoewel de aardse organisatie, door de druk die zij omtrent dit onderwerp heeft gestoken, uiteindelijk veel heeft bereikt, in de eerste plaats voor haar eigen leden, en ogenschijnlijk ook voor de niet getuigen van Jehovah,toch mogen wij niet nalaten te beseffen dat er ook een keerzijde is van datgene wat is bereikt. Juist, het gaat over de bloedkwestie.
Ben jij, als één van die getuigen bereid om de verantwoordelijkheid van al datgene wat de Km. van november 2006 hierover zegt te aanvaarden? Direct geantwoord zal ditwel ja zijn, maar heb jij wel echt begrepen wat daar van jou wordt verwacht?
Dit stellen wij in vraag of vragen wij, omdat meerderen te kennen hebben gegeven, zelfs ouderlingen, die de kudde dienen voor te gaan, dat zij daar niet echt een gewetensvol antwoord kunnen op geven.In de eerste plaats omdat zij het artikel niet kunnen begrijpen en de schriftuurlijke basis nog minder. Vervolgens, dat het artikel in tegenspraakis met zichzelf.En daarenboven dienen de gevolmachtigden nog eens een kopie te hebben om jou te kunnen vertegenwoordigen. Niet dat dit verkeerd is, zij verwoorden wat jij op dit moment niet zelf kunt zeggen,maar de mogelijkheid is groot dat die mandatarissen persoonlijkeen andere zienswijze hebben, een andere gewetenshouding.
Ons inzicht zal niet alles kunnen weergeven, daarvoor ben jij en alleen jij verantwoording schuldig aan God. Jouw geweten kan en zal je op het juiste moment daarbij helpen, tenzij je dat recht om bepaalde redenen of gemakzucht of onbegrip aan anderen overlaat, wat je in werkelijkheid of ten overstaan van GOD NIET KUNT DOEN. Wat niet kan doen?Datgene wat de Km. allemaal zegt, dát mag je niet aan anderen overlaten. De bijbel zegt zo duidelijk dat men zich dient te onthouden van bloed. Eenvoudiger kan het niet!Waarom moeten er dan toevoegingen gemaakt worden zo die de hoofdbestanddelen Bijbels onaanvaardbaar maken, waar staat dat? Waar staat dat, dat ook maar één van die hoofdbestanddelen bloed is?Nergens, evenmin als er in de Bijbel iets staat over fracties die een gewetenskwestie zijn of opties. Waarvoor dient dan een medisch document dat ook medisch tegenstrijdig is? Terwijl alleen het titelblad voldoende kan zijn. Natuurlijk zijn er gevaren aan een bloedtransfusie, dat heb je bij iedere medische behandeling of therapie en met elk geneesmiddel. Daarom dien je ook vooraf inlichtingen in te winnen bij, om te beginnen je huisarts en daarna het eventuele rijtje van verantwoordelijke deskundigen. Wat uiteraard inhoudt dat wat die mensen voorstellen door jou, gewetensvol geaccepteerd of verworpen kan worden.
Daarbij, en dat wordt ons toch regelmatig onder de aandacht gebracht, hebben de mensen die ons behandelen ook een geweten nietwaar? Lees maar, eventueel in je eigen bijbel: Romeinen 2:15 "Zij zijn juist degenen die tonen dat de inhoud van de wet in hun hart staat geschreven, terwijl hun geweten met hen getuigenis aflegt en hun eigen gedachten onderling hen beschuldigen of zelfs verontschuldigen.
Paulus spreekt hier tegen en over mensen die geen christenen zijn, maar hoeveel te meer dient het ons te treffen. Let op de uitdrukking, hun eigen gedachten onderling, die mensen overdenken wat zij, t zij willen doen of gedaan hebben, en kunnen dan conclusies trekken en daarvan leren, als ze willen uiteraard?Jij toch ook?
Een eerste vereiste is echter dat je begrijpt waarover je gewetensvol een beslissing dient te nemen.
In deze kwestie is het, wanneer het erop aan komt, van levensbelang voor jou en allen die je nauw aan het hart liggen.
Terwijl het getuigenis dat je geeft van levensbelang kan en ook zal zijn voor diegenen die er op dat moment bij betrokken zijn.
Uiteindelijkmaakt het ook nog eens deel uit van het antwoord dat je aan God zelf geeft:
Spreuken 27:11 Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart, opdat ik een antwoord kan geven aan hem die mij hoont.
ANDERS GEZEGD: GIJ EERT OF ONTEERT DIEGENE DIE JE BEWEERT TE AANBIDDEN, en dat is wel een doordenkertje!
Laten wij het nu maar eens hebben over wat wij ervan denken! De koninkrijksdienst van november 2006 blz. 5, werkblad 1 zegt zeer duidelijk dat VOLBLOED bijbels onaanvaardbaar is voor christenen. Dat is gebaseerd op Handelingen 15: 20, 28-29 "maar hun te schrijven zich te onthouden van dingen die door afgoden zijn bezoedeld en van hoererij en van het verstikte en van bloed. ..28 Want het heeft de heilige geest en ons goed gedacht U geen verdere last toe te voegen dan deze noodzakelijke dingen: 29 U te blijven onthouden van dingen die aan afgoden ten slachtoffer zijn gebracht en van bloed en van al wat verstikt is en van hoererij". Wij zijn er van overtuigd dat iedere getuige van Jehovah, maar ook anderen, het daarmee eens kunnen zijn en wij ook.
Vervolgens staat in "dezelfde" kolom dat PLASMA, RODE BLOEDCELLEN, WITTE BLOEDCELLEN en BLOEDPLAATJES eveneens bijbels onaanvaardbaar zijn voor christenen. Wij zijn maar gewone mensen, maar wanneer je bijvoorbeeld één van die vier bestanddelen uit het bloed verwijdert, heb je dan nog bloed? En waar staat die muggenzifterij in de bijbel?Wij hebben het reeds aangehaald.
Draai nu a.u.b. niet rond de pot, antwoord a.u.b. met ja of neen.
Wanneer je ja zegt, waarom zeg je dan ja?Wanneer je neen zegt, waarom zeg je dan neen?
In de andere kolommen van de koninkrijksdienst hebben wij dan de aanvullende beslissingen.DE FRACTIES & keuzes waarvoor je opteert.
Wij willen het echt niet moeilijk maken, maar keuze of opteren betekent hetzelfde. Maar waarom die herhaling, in plaats van gewetensvolle keuzes? Ook hier moet je zelf op antwoorden, maar zodoende wordt het wel een beetje mistiger en het is al niet gemakkelijkgemaakt. Ookhier dien je gewetensvol met ja of neen te antwoorden. Ga je dat doen?
Wanneer je ja zegt, waarom zeg je dan ja?Wanneer je neen zegt, waarom zeg je dan neen?
Verlies niet uit het oog dat zowel de vier hoofdbestanddelen met de fracties het vol bloed uitmaken.
Wanneer de fracties apart slechts een onderdeel vormen van het volbloed, dan is elk hoofdbestanddeel apart evenzo een onderdeel.Meet je anders niet met twee maten?
Zo krijgen wij uit het PLASMAvolgende fracties:
Albumine (ongeveer 4% van het plasma) Immunoglobulinen (3%) en Stollingsfactoren (1%), datis niet erg veel, of is het eerder erg weinig. Hebje er een gedacht van?Neen?Ja?t Is gelijkwatje denkt, wij gaan het zien in de Ontwaakt! van oktober 1990 blz. 4. Plasma maakt zowat ±55% uit van ons bloed, dus zo om en bij de 3 liter, om het zo uit te drukken. Die drie liter bestaat vervolgens uit 92% (km zegt±91%) water, akkoord? De rest, zowat 8% zijn dan die globulinen, fibrinogeen en albumine. Dat komt zowat overeen met de koninkrijksdienst (km) nietwaar? Albumine ongeveer 4%, immunoglobulinen ongeveer 3% en stollingsfactoren minder dan 1%.
Wij gaan die 3 liter omzetten voor t gemakin centiliters, is t goed? Dus 3000 c l en 92% van 3000 = 2760 c l water en 240 c l fracties. Heb je het mee meegerekend? Is t juist?
Nog gemakkelijker is de visuele voorstelling, in de plaats van 3000 c l zien wij drieduizend vierkante blokjes van 1cm en die gaan wij ook nog bevriezen, dat is gemakkelijker om te tellen en vast te houden.In 1 l. zitten dus 1000 blokjes. Een klein kind kan 't nu, zelfs met zijn ellebogen, natellen. 2760 blokjes water die je, bijbels gezien, volgens de koninkrijksdienst, niet mag gebruiken en 240 blokjes, met van alles er in, die je wel mag nemen. Leg jij het ons nu maar eens uit?
Even herhalen. Die 240 cl die mag je nemen indien je geweten het toelaat, je mag het ookweigeren uiteraard, t is jouw keuze.
Maar die 2760 cl water dat is volgens, ja volgens wie, geen optie, dat is bijbels onaanvaardbaar voor christenen.Wie schrijft dat? Hooguit zou men kunnen schrijven dat het onaanvaardbaar is voor, diegene die het geschreven heeft? Of de opdrachtgever? Vult dat zelf maar in, van ons mag je.
Hou je aandacht er nog enkele minuten bij, OK
RODE BLOEDCELLEN maken zowat ±45% uit van het volbloed volgens de Ontwaakt! hoger genoemd. En volgens de medische hulpmiddelen die tot onze beschikking staan ook. De koninkrijksdienstis natuurlijk geen medisch medium, maar t zou toch niet te veel moeite mogen gekost hebben ietsje informatiever te zijn. Daarom gaan wij het iets completer maken, t.t.z als het plasma ±55% bedraagt, en de rode bloedcellen ±45%, hoeveel blijft er dan nog over voor de witte bloedcellen en de bloedplaatjes?Ah niks meer, jawel zo zijn wij nu ook weer niet. Er is altijd nog wel iets van terug te vinden, zie maar in die Ontwaakt!, witte bloedcellen 0,1% en bloedplaatjes 0,17%. Zie je wel, te samen 0,18% witte bloedcellen en bloedplaatjes. Het is echt niet veel, zelfs minder dan 1%. Wat zeiden wij, 0,18%, het is zelfs minder dan 20% van 1%van het volbloed. Ben je nog mee, anders herlees je het maar. En nu is het niet moeilijkom te zien dat er fracties zijn die een groter % hebben dan die twee hoofdbestanddelen te samen.
Volgens het schema in de km blz. 5 is er visueel voor de witte bloedcellen 22mm plaats voorzien en voor de bloedplaatjes 11mm, maar in werkelijkheid is dit één zeer dunne lijn met één iets dunnere lijn. Zodat zelfs de schematische voorstelling misleidend is .
Dat witte bloedcellen en bloedplaatjes bijbels onaanvaardbaar" zijn. Wie zei dat ook weer?
Zoals gezien maken de RODE BLOEDCELLEN zowat ±45% uit van het vol bloed en zelf bestaan ze grotendeels uit 60% H2O, 34% Hemoglobine en 6% overige stoffen. De koninkrijksdienst zegt 33% Hemoglobine, maar daar gaan wij niet over vallen. Alleen mag je geen rode bloedcellen aanvaarden want dit is bijbels onaanvaardbaar volgens de koninkrijksdienst alleszins. Maar Hemoglobine 33% en Hemine 2%, kan wel?
Wanneer wij de cijfers uit de km optellen dan kom je toch nog op 35% die je eventueel, als je geweten het toelaat, kunt nemen. Dus blijft er nog 65% over waarvan 60% water en ±5% vaste stoffen.
Wat je ook niet uit het oog mag verliezen is dat om fracties te bekomen heb je meestal liters en liters volbloed nodig.
Aan jou de opties en keuzes. Dus een dubbele keuze samen met gewetensvrijheid?
Wat wij ondervonden hebben met ongeveer dertig getuigen is, dat er iets niet klopt? En wij hebben het reeds gezegd, daar waren meerdere ouderlingen bij betrokken en die moeten het diegenen die het niet verstaan, uitleggen, ondanks de informatieve lezingen, want het waren er twee. Wij hebben het over één gemeente, met uitzondering van de ouderlingen, dat waren er van verschillende gemeenten.
Eén ding is duidelijk, het onderscheidt de getuigen, duidelijk als anders ja, anders dan alle ons bekende christelijk genoemde instellingen. Het is, zoals reeds gezegd ookwaar dat de medische inspanningen hierdoor zijn gestimuleerd, maar anderzijds heeft het erg veel smaad op Gods naam gebracht door de inconsequente manier waarop, doorgaans in familie- en gezinsverband, negatieve reclame is gemaakt. Wij spreken dan nog niet van diegenen die omwille van het geweten van anderen de dood moesten smaken, kinderen inbegrepen.
Neem nog nota dat VOLBLOED niet meer zo gebruikelijk is. Meestal wordt het nu opgesplitst in de verschillende componenten.
NOTA: en... alsof het nog niet moeilijk genoeg is wordt ons geweten subtiel bewerkt met het Wetsverbond. Op blz. 3 van betreffende Kmwordt in alle subtiliteit gebruik gemaakt van de tekst uit Leviticus 17:13"Wat enige man betreft van de zonen van Israël of een inwonende vreemdeling die in UW midden vertoeft, die tijdens het jagen een wild dier of gevogelte vangt dat gegeten mag worden, die moet in dat geval het bloed daarvan uitgieten en dat met stof bedekken".
Om het te benadrukken en in te scherpen volgt nog een tekst uit Deuteronomium 12:23-24 "Wees alleen vastbesloten het bloed niet te eten, want het bloed is de ziel en gij moogt niet de ziel met het vlees eten. 24 Gij moogt het niet eten. Gij dient het als water op de aarde uit te gieten".
Vermits het Wetsverbond vervangen is door het Nieuwe Verbond, zie o.a.dagtekst van vrijdag 16 november 07 en de wachttoren van 18/8/05, noemen wij het voor wat het is. Misleidende intimidatie en een jongleren met teksten die voor christenen niet meer opgaan. Misschien, en dat is waarschijnlijk nog niet zo ver gezocht, probeert het genootschap met alle middelen om beterover te komen dan de andere religies? Nu dan heeft zij voorbeelden genoeg ter beschikking, beginnend bij het Katholicisme. Misschien, dat kan ook, huldigt de organisatie de uitspraak van Macchiavelli, het doel wettigt de middelen . Dat zou dan wel het minst schriftuurlijke van al zijn.Zie jij het anders, voor ons ook goed.
Met alle uitleg verliezen wij niet uit het oog dat er aan bloedtransfusies en het toegestane gebruik van fracties, gevaren verbonden zijn. Ook hier dien jij je eigen geweten te volgen. Let wel op dat je geweten geoefend dient te zijn op, en vooral op bijbelse beginselen! Denk terzelfder tijd aan de gevolgen op korte termijn en langere tijd, de gevolgen voor jou, maar ook voor ..?
Daarom stellen wij duidelijk dat ieder hierover wordt geïnformeerd of informatie inwint vóórdat men het nodig heeft.
Zijn wij, om de morele kant van de zaak te benadrukken, dan niet verplicht en niet alleen voor onszelf, maar voor ieder mens, om debloedkwestie te vergelijken met de vaccinatie kwestie en de orgaan transplantaties. Geruime tijd waren die schriftuurlijk eveneensonaanvaardbaar.De gevolgen daarvan werken nog steeds door. Dat is gemakkelijk na te gaan en zelfs je persoonlijke verantwoordelijkheid.
Nochtans voelen wij ons verplicht, niet alleen moreel, maar zelfs schriftuurlijk volgensLeviticus 5:1"Ingeval nu een ziel zondigt doordat hij een in het openbaar geuite vervloeking heeft gehoord en hij getuige is of het gezien heeft of het te weten gekomen is, dan moet hij, indien hij het niet aangeeft, de verantwoordelijkheid voor zijn dwaling dragen". Ingeval je zou zeggen dat ook wij een tekst uit de Hebreeuwse geschriften gebruiken, verwijzen wij u naar de w97 15/8 blz. 26 Waarom het kwaad aangeven?
Tezelfdertijd benadrukken wij het feit dat, wanneer mensen anderen iets opleggen waarvan zij beweren dat God dat zegt, maar het niet zo is, dan blijkt dat zelfs een in het openbaar geuite vervloeking . Temeer of juist omdat ermensenlevens mee gemoeid zijn.Daarom en omdat hetfeiten zijn die bewezen kunnen worden. Ja, die tijd ligt nog niet zo ver in het verleden dat de ouderen onder ons en de onderzoekers, het vergeten zouden zijn. Of valt dit allemaal onder de noemer vergeven en vergeten? Die overschakelingen, van schriftuurlijk onaanvaardbaar naar nu is het een gewetenskwestie, gebeurden zonder dat er serieuze verontschuldigingen zijn aangeboden, noch aan de slachtoffers, de doden en verminkten, noch aan diegenen die er fysiek en mentaal onder geleden hebben en er nog steeds onder lijden of weggegaan zijn, noch aan diegenen die het tijdens de prediking wereldwijd hebben helpen verbreiden, noch aan diegenen die er rechtens openbaarheid hebben aangegeven en er voor uit gesloten werden.
Zelfs Hij, in wiens Naam deze verkeerde beslissingen zijn genomen werd niet in aanmerking genomen. Erger nog, diegenen die het verboden hadden, schreven dat er een goed doel mee gediend was. Er was bewezen dat men gehoorzaamde aan diegene de over alle bezittingen van de Meester waren aangesteld. Dit is een vrije vertaling van wat geschreven is.
Let wel op de weergave van wat zij schrijven hierover in het redeneren boekje blz. 38.
Afval Definitie:afval is het verzaken of verlaten van de aanbidding en dienst van God; in feite is het opstand tegen Jehovah God. Sommige afvalligen belijden God te kennen en te dienen, maar verwerpen leerstellingen of vereisten die in zijn Woord worden uiteengezet. Anderen beweren in de bijbel te geloven, maar verwerpen Jehovahs organisatie.
Wij vinden het nogal arrogant om te zeggen dat iemand afvallig is als hij of zij leerstellingen of vereisten verwerpen die niet in Zijn Woord worden uiteengezet. Of die zonder boe of ba worden veranderd, op enkele uitzonderingen na. Wanneer wij nu heel eventjes stilstaan bij de laatste zin in die definitie dan komen wij tot de conclusie dat, in overeenstemming met de voorlaatste zin, juist zij de afvalligen zijn, omdat zij leerstellingen en vereisten opleggen die nooit en te nimmer in Zijn Woord hebben gestaan. Jij mag zelf eens opnoemen wat er allemaal is veranderd of/en niet juist was, en mogelijk nog enkele die nu niet juist zijn.
NEEM OOK NOTA DAT, OMDAT WIJ MENSEN AAN DE KAAK STELLEN, DIT NIET WIL ZEGGEN DAT WIJGODS ORGANISATIE(S)VERWERPEN!
Wat de organisatie als definitie schrijft hebben honderden organisaties voordien en heden ten dage honderden organisaties nog steeds geschreven, maar daarmee wordt alleen maar hun afvalligheid geopenbaard. Hoe dat zo? Omdat zij zichzelf op dezelfde hoogte stellen als hun Meester, of hoger misschien? Een schrijver schreef eens: het is niet gemakkelijk om de voeten te wassen van iemand anders als je zelf op een sokkel staat .daar zit wel veel waarheid in. Dat is niet waar, kun je reageren, dat doen zij niet, kijk maar naar al die mooie artikelen in de publicaties.Daar moeten wijje gelijk in geven, alhoewel wij eveneens moeten toegeven, en wij hopen jij ook, dat er heel wat artikelen zijn die andere organisaties en/of mensen omlaag halen en niet alleen die, maar zelfs Jezus in diskrediet brengen door eigenmachtige artikelen. Hebben wij het niet geschreven dat er staat geschreven: met de maat waarmee ge meet zult gij gemeten worden, dat zijn de woorden van de Meester en die halen wij ter herinnering nog even aan:Mattheüs 7:1-2 "Houdt op met oordelen, opdat GIJ niet wordt geoordeeld; 2 want met het oordeel waarmee GIJ oordeelt, zult GIJ geoordeeld worden; en met de maatwaarmeeGIJmeet,zalmenUmeten". En hoe interpreteer en pas je de tekst toe van2 Korinthiërs 11:14-15 "En geen wonder, want Satan zelf blijft zich veranderen in een engel des lichts. 15 Het is daarom niets groots indien ook zijn dienaren zich blijven veranderen in dienaren van rechtvaardigheid".
Datklopt toch nietwaar? . Jezus zei Houdt op met oordelendoor de boven vermelde definitie zijn zijweerbezigmet oordelen, want zijzeggen dat het verlaten van de aanbidding en dienst van God; in feite opstand is tegen Jehovah God.Met het verlaten van de aanbidding en dienst van God, bedoelen zijdat men niet naar de door hen geplande vergaderingen gaan, hun publicaties niet lezen, geen van deur tot deur of van huis tot huis prediking verrichten of rapporteren, niet gehoorzamen aan de door henaangestelde ouderlingen, niet toepassen van de door hengestelde regels, enz.. Zelfs wanneer deze verkeerd zouden zijn. Je moet sommige recente lezingen maar eens herbeluisteren en met recent, bedoelen wij lezingen over de laatste vijf jaren op o.a. de districtcongressen. Met alle respect voor diegenen die zulke lezingen geven in oprechtheid. Met oprechtheid bedoelen wij wel in vol vertrouwen in de organisatie of de beleidvolle slaaf, wat hen niet ontslaat van hun verantwoordelijkheid.
Ze erkent volkomen de uiterst belangrijke rol van Jezus Christus in Jehovahs voornemen als de rechtvaardiger van Jehovahs soevereiniteit, de Voornaamste Bewerker van het leven, het hoofd van dechristelijke gemeente, de regerende Messiaanse Koning.
Openb. 19:11-13; 12:10; Hand. 5:31; Ef. 1:22, 23.
Laten wij het even verduidelijken: Ze, de zichtbare organisatie, erkentvolkomen de uiterst belangrijke rol van Jezus Christus in Jehovah s voornemen als de Rechtvaardiger, Voornaamste Bewerker, Hoofd van de christelijke gemeente en regerende Koning.
Nu willen wij geen woordspeling doen, maar toch duidelijk stellen wat woorden betekenen en welke invloed deze woorden kunnen bewerkstelligen. Ten eerste, het vetgedrukte woord volkomen. Volgens het woordenboek betekent het o.a. geheel, totaal, vol, volmaakt, zonder gebrek en volkomen. Wanneer zij, dit volmaakt erkennen, dan zullen zij dit hoofd van de christelijke gemeente zeker willen gehoorzamen,ten minste willen, want wij mogen niet vergeten dat zij, de zichtbare organisatie, onvolmaakt is. Tussen het erkennen en het gehoorzamen ligt echter een wereld van verschil, zoals u zelf wel meer meegemaakt hebt in uw eigen leven en dat hoeft niet eens moedwillig te zijn. Wij hebben ook de woorden christelijke gemeente benadrukt. Zoals geleerd, zijn dat alle gezalfden sinds de uitstorting van Gods Heilige Geest op de vergaderde 120 discipelen van Christus in 33 GT. Handelingen 2: 1- 4" In de loop van de dag van het Pinkster[feest] nu waren zij allen op dezelfde plaats bijeen, 2 en plotseling kwam er uit de hemel een gedruis als van een voortgestuwde, stevige bries, en het vervulde het gehele huis waarin zij zaten. 3 En hun werden tongen als van vuur zichtbaar, die werden verdeeld, en op ieder van hen zette zich er één, 4 en zij werden allen met heilige geest vervuld en begonnen in verschillende talen te spreken, zoals de geest het hun gaf zich te uiten".
Andere schriftplaatsen tonen aan dat deze kleine kudde uit 144.000 bestaat, die in onze tijd, volgens het jaarboek 2009 een verhoogde getalsterkte van 9986 personen uitmaakt, die vertegenwoordigd worden door het Besturend Lichaam dat volgens het jaarboek 2007 uit 10 personen bestaat. Al het werk dat sinds 33GT tot nu toe door hen is gedaan als groep wordt toegeschreven aan Gods Heilige Geest. Uitzonderlijk is echter het werk dat sinds Russell s oprichting van de wachttorenorganisatie tot nu toe is geklaard en als slot wordt beschouwd van de tijd van het einde, met alle implicaties en complicaties van dien. In grote trekken wordt er gewoon aan voorbij gegaan, maar desondanks toch gebruik van gemaakt. Ik bedoel, van datgene wat voordien werd geschreven en gedrukt, zelfs van diegenen die als afvalligen werden gebrandmerkt. Hiermee bedoelen wij dat ze zich veel kennis toe-eigenen die rechtens door anderen waren geopenbaard, iets dat niet verkeerd hoeft te zijn, maar wel verkeerd is, wanneer het als toenemend licht wordt gepubliceerd. Wat dikwijls als toenemend licht of lichtflitsen wordt gelanceerd, is meestal een aanpassing omdat stellingen of leringen niet meer houdbaar zijn.
In de eerste plaats verwijzen wij naar bovenstaande feiten, vervolgens hebben wij o. a.:
De doopvragen die aangepast werden, en een vereenvoudiging werden genoemd, zijn beslist niet vormend om mensen exclusieve aanbidding voor God bij te brengen. Eens te meer is de heerser van deze wereld er in geslaagd om, via mensen, de heerschappij die hij uitoefent te bevestigen of te verstevigen. Het is voor ernstige bijbelonderzoekers, maar ook voor alle rechtvaardige mensen, duidelijk dat wie beweert een woordvoerder van God te zijn een woordvoerder van Satan is. Jezus heeft zijn autoriteit als toekomstige Koning nooit aan mensen, of een organisatie overgedragen. In Mt 24: 45 stelde HIJ alleen de vraag,"Wie is werkelijk de getrouwe en beleidvolle slaaf, die door zijn meester over diens huisknechten is aangesteld om hun te rechter tijd hunvoedselte geven"? Praktisch alle religies, en alle menselijke regeerders, geven hun mensen onderricht; maar weinigen echt doeltreffend.Wat wel gebeurt is dat ondanks alles er heel veel mensen op persoonlijke basis en in oprechtheid van hart niet alleen verlangen naar rechtvaardigheid, maar op veel verschillende manieren ook daadwerkelijk rechtvaardigheid oefenen.
Daarmee bedoelen wij dat mochten de omstandigheden ten goede kunnen veranderen zij mee zouden werken om Gods werken te werken. Nog anders gezegd: dat wanneer mensen vrij zouden zijn van de heerser van deze wereld zij wel degelijk tot rechtvaardigheid zouden neigen. Alleen God weet en kent het hart van hen die Hem dan zullen toebehoren en ook wanneer.
Wij hadden het over de doopvragen en deze zijn nu:
1.Heb je op grond van het slachtoffer van Jezus Christus berouw van je zonden en heb jij je aan Jehovah opgedragen om zijn wilte doen?
2.Begrijp je dat je opdracht en doop je identificeren als een van JehovahsGetuigen, verbonden met Gods door de geest geleide organisatie?
In de eerste plaats willen wij wijzen op de procedure die Jezus instelde over de doop: Mattheüs 28:19-20"Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën, hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest, 20 en leert hun onderhouden alles wat ik U geboden heb. En ziet! ik ben met U alle dagen tot het besluit van het samenstel van dingen.
Simpel en duidelijk? Zou je God nu verheerlijken door het op een andere manier te doen?
De eerste vraag zou men eventueel nog in verband kunnen brengen met wat Jezus bedoelde.
De tweede vraag is er echter duidelijk op gericht om de organisatie te erkennen. Dat is heel normaal voor hun handelwijze en zelfs een hint om je er aan te herinneren dat alles wat je geleerd hebt van die organisatie afkomstig is. Dat is in veel gevallen waar, maar niet in alle gevallen.
Dat de organisatie door Gods Geest geleid wordt is een andere zaak.Zeker niet rechtstreeks, want Gods Geest is in alle opzichten volmaakt. Zo'n inmenging sluit alle fouten en mistoestanden uit.
Hoe wordt de zichtbare organisatie dan wel geleid? Het ligt voor de hand dat dit via de Bijbel dient te gebeuren EN/OF, NIET VERGETEN, VIA HET GEBED!Dit zijn geen persoonlijke gedachten, lees maar:Lukas 11:13 "Als GIJ dus, ofschoon GIJ slecht zijt, goede gaven aan UW kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan de Vader in de hemel heilige geest geven aan wie hem erom vragen!
Wat een bron van aanmoediging nietwaar, niet alleen de organisatie, maar ieder individueel kan gebruik maken van en geleid worden door Gods Heilige Geest.
Nog één feit hierover.
Wij hebben in het begin op blz. 2 vermeld, dat subtiliteit vooraf ging aan de zonde.
In verband met de tweede vraag zijn er weinigen die bekend zijn met de context en de verantwoordelijkheid die het ja dat geantwoord wordt in werkelijkheid inhoudt. Alles wat de organisatie voorschrijft en doet staat vanaf je ja hebt gezegd boven je eigen geweten, terwijl er onvoorwaardelijke loyaliteit aan de organisatie dient te worden betoond. Zelfs van diegenen die vroeger onder andere voorwaarden zijn gedoopt.Alleen het feit dat deze niet hebben gereageerd op de veranderde bewoordingen van de doopvragen verplichten hen de nieuwe bewoordingen te hebben aanvaard, en de ermee gepaard gaande verantwoordelijkheden en sancties.
Wist jij dat?Waarschijnlijk niet omdat, voor zover wij weten, het nooit als ter zake doende is gepubliceerd. De feiten spreken echter voor zichzelf. Vóór je doop mag je alles vragen, na je doop mag je niets meer in vraag stellen. (Vrije vertaling van een Lezing door David Vandendriessche op een kringvergadering en een symposium op een districtvergadering gehouden door Willy Gournon en Jean-Pierre Coninck).
Zijn de Bereërs dan uit de Bijbel gewipt? Niet door ons hoor.
Zoals het genootschap de veranderde doopvragen een vereenvoudiging noemde, zo waren er echter ook veel onbeantwoorde vragen, misschien zelfs nu nog? De vereenvoudiging was klaarblijkelijk alleen om de organisatie in te dekken in zowel religieuze als seculiere rechterlijke zaken.
Vergelijkt die "vereenvoudiging" maar met het zetten van je handtekening onder een document dat je niet hebt gelezen of een cheque die je ondertekent waarop nog geen bedrag is vermeld. Denk je dat God daarmee verheerlijkt wordt?
Dankbaarheid is uiteraard vanzelfsprekend, maar hoever moet je die dankbaarheid doorvoeren?
En wie dien je echt dankbaar te zijn?
In werkelijkheid stelt de organisatie zich werelds en juridisch veilig. Hiermee bedoelen wij dat daardoor het kerkelijk recht door de organisatie als een werktuig, kan, en ook gebruikt wordt. Deze handelwijze is in strijd met Gods, via Jezus, uitdrukkelijk beginsel, geen deel van de wereld te zijn. Johannes 15:19 "Als GIJ een deel van de wereld zoudt zijn, zou de wereld ten zeerste gesteld zijn op wat haar toebehoort".
Vervolgens, om zulke, en andere vereenvoudigingen door te voeren, gebruikt de organisatie een bij stemming gebruikte procedure van twee derde meerderheid.Dat behelst eerder menselijke inspraak dan op schriftuurlijke basis stoelende beslissingen. In de media wordt in verband met politiek gehoord dat men een tweederde meerderheids-stemming houdt.Voor het Vaticaans beslissingsrecht gelden dezelfde regels.In veel gevallen is een meerderheid voldoende om beslissingen te nemen.Vb. 51% is reeds een meerderheid. Met tweederde meerderheid moet men dus minimum tweederde van de stemmen krijgen om beslissingen te nemen. Voorbeeld, wanneer 18 personen stemmen, zijn er minimum 12 stemmen nodig om beslissingen door te voeren. Dat zijn minimum 3 stemmen meer dan de helft van de stemmers. Het is duidelijk dat de behoudsgezinden in het voordeel zijn. Maar in een theocratisch regime, wat de aardse organisatie dus betreft, verwachten wij een theocratische beslissing, gelijk hoeveel er voor of tegen zijn.Dit wil zeggen dat de beslissing genomen dient te worden op schriftuurlijke gronden of beginselen. Dan pas kan men spreken van een door Gods Geest geleide organisatie.Dan pas kan met zeggen en bewijzen dat de aardse organisatie het werktuig is dat God gebruikt en waarvan Jezus Christus het hoofd is. Klaarblijkelijk niet zo simpel om theocratisch te werk te gaan.
Wij hebben reeds een andere mogelijkheid gesuggereerd, dat God geen specifieke aardse organisatie meer heeft, omdat de verschillende organisatorische wijzigingen in Zijn Theocratische Organisatie die Hij in het verleden heeft gebruikt als een voorziening voor zijn volk, nooit de normen hebben kunnen of zelfs hebben willen aanvaarden. Toch moeten er voorzieningen zijn om mensen te leiden, op te leiden ente helpen om een christelijke persoonlijkheid te verwerven en te bewijzen! Mogelijk is dit doordat mensen van nature de neiging bezitten om elkaar te helpen. Er zijn momenteel miljoenen mensen als vrijwilligers werkzaam in talloze organisaties en branches. Nog niet te spreken van diegenen die bij rampen in de bres springen zelfs met gevaar voor eigen leven. Het is zelfs mogelijk het nog grootser te bezien in het licht van datgene wat in Handelingen staat: Handelingen 10:34-35 "Toen opende Petrus zijn mond en zei: Ik bemerk zeer zeker dat God niet partijdig is, 35 maar in elke natie is de mens die hem vreest en rechtvaardigheid beoefent, aanvaardbaar voor hem".
Mocht dit waar zijn, dan zou dat heel wat humbug uitsluiten. (daar komen wij later nog eens op terug)
Geen enkele organisatie zou het dan nog op zich zelf van toepassing kunnen brengen, noch zich zelf op de borst kunnen kloppen enzeggen wij hebben de waarheid. Toch zouden zij als organisatie, apart en zelfs gezamenlijk, ZIJN aardse organisatie kunnen zijn.Meer nog, zelfs zij die atheïst zijn, of hoe ze zich ook noemen, zouden dan in aanmerking kunnen komen. Daarom zeggen wij, dat wat die organisaties ook voorstaan, hoe zij het ook presenteren, op welke werken zij zich beroemen, of hun onderwijs methoden, het onderwijs dat zij hebben genoten, mede de studies die zij met de grootste onderscheiding hebben gedaan, of welk heilig boek of heilige boeken zij in hun concurrentiestrijd gebruiken of welke oorlogen zij strijden of gestreden hebben, hoeveel martelaren zij ten tonele opvoeren en welke bewijzen zij van hun geloof ook maar naar voor brengen, welke geloofsbrieven er in gelijk welke vorm geschreven of gedrukt voorgelegd zouden worden, alle genoemde en niet genoemde argumenten zullen nietin aanmerking genomen worden, noch de redenen waarom zij hun geloof verloren of verzaakt hebben.Amaai zeg, zon lange zin! Dat was nodig, omdat het niet alleen wereldomvattend moet zijn en voor alle volkeren, maar ook nog eens tijdloos. Het komt dus op de respons aan die ieder afzonderlijk vanuit zijn hart opbrengt, alle omstandigheden in acht genomen, die Hij en Hij alleen bij machte is te kennen,die respons zal de doorslag geven.Hij heeft ons gemaakt en gezegd dat het zeer goed was.En dat het nu anders is, dan ligt dit bij de mens zelf. Natuurlijk is er één hoofdschuldige, de heerser van deze wereld, maar hoe reageren wij, overeenkomstig onze maker of overeenkomstig die heerser. Wij beseffen heel goed dat de omstandigheden wereldwijd enorm verschillen, maar God kent die en zal daar overeenkomstig naar oordelen, luister maar wat zijn scherprechter zei in: Johannes 5:30 "Ik kan niets uit mijzelf doen; gelijk ik hoor, oordeel ik; en het oordeel dat ik vel, is rechtvaardig, want ik zoek niet mijn eigen wil, maar de wil van hem die mij heeft gezonden".
Wat een geruststelling,wat een vrede,wat een zekerheid!
Wil dit zeggen dat men dan met weinig of niets te doen toch Gods liefde kan omhelzen? Absoluut niet. Watwij uit Petrus mond dienen te leren is absoluut geen kleinigheid, integendeel. De vrees voor God is een onafzienbaar terrein om ons in te verdiepen en te verlustigen. Het is geen kinderlijke vrees voor straf, maar een eerbiedige vrees dingen te doen die voor ons of onze naaste nadelig zijn, enerzijds. Anderzijds zullen wij het beste betrachten voor onze naasten, zonder in uitersten te vervallen, want wij kunnen daar geenszins ten volle aan voldoen. Met andere woorden, wij, en ook u, dient het te vermijden schuldgevoelens aan te kweken, niet in verband met God, noch bij uzelf, noch bij anderen.
Denk aan de woorden van de profeet Micha 6:8. Hij heeft u verteld, o aardse mens, wat goed is. En wat vraagt Jehovah van u terug dan gerechtigheid te oefenen en goedheid lief te hebben en bescheiden te wandelen met uw God?
Vind je terug wat Petrus in Handelingen herhaald heeft?Wij bekrachtigen deze richtlijnen metPrediker 12:13-14 Het slot van de zaak, nu alles is gehoord, is: vrees de [ware] God en onderhoud zijn geboden. Want dit is de gehele [verplichting] van de mens. 14 Want de [ware] God zelf zal elk soort van werk in het gericht brengen met betrekking tot alles wat verborgen is, [om te zien] of het goed is of slecht. .
In een van de bovenstaande paragrafen hebben wij gesproken over het hebben van een christelijke persoonlijkheid.
Met Christelijke persoonlijkheid, bedoelen wij evenzeer Christelijke menselijkheid en specificeren wij de manier en levenswijze van diegene die een voorbeeld heeft gesteld dat zowel het Joodse stelsel als gelijkwelkeideologie oversteeg. Men kan dit praktisch Christendom noemen en toch gelijkwelk mens zijn, als het maar in oprechtheid en met liefde gebeurt!Zonder enige druk, zonder iemands geweten te bezwaren of te kwetsen, zonder bijbedoelingen of winstoogmerken of persoonlijk aanzien. Om één van Jezus indringendste beginsel te gebruiken. Mattheüs 7:12 Alle dingen dan die GIJ wilt dat de mensen voor U doen, moet ook GIJ insgelijks voor hen doen; dit is trouwens de betekenis van de Wet en de Profeten.
Is dit wat de aardse organisatie doet?Natuurlijkzal men zeggen en direct gezien schijnt dit ook zo, maar in hoe verre dit waar is moet je weeral zelf maar uitmaken. Veel hangt af van de vraag, hoe diep je wil gaan, in welk opzicht ben jij een Bereeër?Volgens Handelingen 17:11 De laatste nu waren edeler van geest dan die in Thessalonika, want zij namen het woord met de grootste bereidwilligheid des geestes aan en onderzochten dagelijks zorgvuldig de Schriften of deze dingen zo waren. En wanneer u tot de vaststelling komt dat bepaalde leerstellingen of data, die de organisatie gepubliceerd heeft, en die ook u van deur tot deur hebt uitgedragen, niet zo bleken te zijn, wat dan? Want u moet daar terug naar toe of u bent er reeds terug geweest, wat zegt u dan? Niks, of doet u alsof uw neus bloedt. Erger nog, en dat hebben wij mee gemaakt, dat men zegt dat hebben wij niet gezegd, of dat hebben zij, de organisatie nooit expliciet geschreven. Mijne brave jongen, bijna alles wat ooit als waarheid en absoluut schriftuurlijk, verspreid is geworden, is bijna allemaal achterhaald. Als u tien, twintig, dertig of meer jaren met de organisatie verbonden bent, dan kunt u daar alleen al een boekover schrijven. Tenminste als u er de moed voor kunt opbrengen. Men zegt nogal rap, zot zijn doet geen zeer, en veel te goed is half zot, maar als u zich gelukkig voelt met de situatie, voor ons niet gelaten hoor. Wat u wel moet beseffen, is dat u uw eigen verantwoordelijkheid nooit en te nimmer kunt overdragen aan anderen. Sommigen beweren dat de gezalfden of het besturend lichaam of de organisatie het toch beter zullen weten dan wij.Ga maar eventjes aan de kant staan, wantdie gezalfden of het besturend lichaam of de organisatie schrijven zelf dat het niet zo is.
Zie de vragen vanlezers in de Wachttoren van 1 mei 2007 en de studieartikelen van de Wachttoren van 1 april 2007.
De tweelaatste paragrafen van de wachttoren van 1 mei zijn echter niet zo specifiek als men zou mogen verwachten. Het is eens te meer zo subtiel dat het hier praktisch uitsluitend gaat over die gezalfden die ergens ter wereld met een gemeente verbonden zijn. Evenwel kunnen wij er niet aan voorbij gaan dat deze beschrijving voor allen die belijden gezalfden te zijn opgaat, dus ook voor hen die deel uitmaken van het besturend lichaam en de organisatie.
Denkt u dat God daarmee verheerlijkt wordt?En is Jezus Christus wel de leider van de Christelijke Gemeente?
NOTEER MIJN WAARDE LEZER, dat, voor ik verder ga met "commentaren" op de dagteksten u eerst een artikel wil geven dat gebaseerd is op het boek
"Redeneren aan de hand van de Schrift".
Uitgegeven in 1985 door de Wachttoren Organisatie.
En dan het gedeelte over "ORGANISATIE" op blz. 333, maar specifiek het gedeelte op blz. 337 dat weergegeven wordt onder het onderkopje "Hoe kan Jehovah's zichtbare organisatie in onze tijd geïdentificeerd worden".
Deze afleveringen zullen in dagelijkse gedeelten gebeuren onder de titel "FEITEN EN VERWIJZINGEN", omdat het toch iets of wat omvangrijk is.
Ik moedig je aan om alle gegevens niet alleen te lezen, maar ook af te printen en te verifiëren.
PERSOONLIJK ben ik tot de conclusie gekomen dat de woorden van Jezus Christus fundamentele waarheden zijn. O.a. Johannes8:32 "en GIJ zult de waarheid kennen en de waarheid zal U vrijmaken".
Jezus Christus zei duidelijk de waarheid.
Hij zei niet die waarheid ook niet die waarheid van vandaag, noch die waarheid van gisteren en ook niet die waarheid van morgen.
Evenmin zei hij dat die waarheid via of van een mens zou komen noch via of van een organisatie die uiteindelijk uit mensen bestaat.
Hij zei dat de waarheid U zou vrijmaken. Zou de waarheid dan uiteindelijk Goddelijke waarheid zijn? Zou de waarheid accidenteel kunnen verschillen van mens tot mens? En nu nog één vraag, maar die komt niet van mij, maar van Pilatus en die zei tot hem, Jezus Christus, "Wat is waarheid?
Hou er a.u.b. rekening mee dat de waarheid soms mooi en aangenaam is, maar in sommige gevallen kan de waarheid kwetsen of genezen.
2Timotheüs3:16-17 "De gehele Schrift is door God geïnspireerd en nuttig om te onderwijzen, terecht te wijzen, dingen recht te zetten, streng te onderrichten in rechtvaardigheid,17 opdat de mens Gods volkomen bekwaam zij, volledig toegerust voor ieder goed werk".
Of je nu in de bijbel gelooft of in andere heilige boeken, doet weinig ter zake als je in gedachten houdt dat beginselen of fundamentele waarheden, 't zij in de bijbel of in andere heilige boeken gebruikt worden "in rechtvaardigheid". Daarom heb ik deze ook benadrukt.
Ook de woorden van Paulus wil ik hier gebruiken om de woorden van Jezus Christus te bekrachtigen. 2Korinthiërs13:8) "Want wij kunnen niets tegen de waarheid doen, maar alleen vóór de waarheid".
Tot zover deze introductie en graag mijn oprechte groeten.
FEITEN EN VERWIJZINGEN:
Om te beginnen komt het woord "ORGANISATIE" op zich zelf niet voor in de bijbel.
Het redeneren boek geeft op blz. 337 een zeer logische uitleg over organisatie. Toch dienen wij ons af te vragen in hoeverre een organisatie mag en kan gaan ten einde ons privé- en zeker ons geestelijk leven te leiden.
Om een recente Wachttoren publicatie aan te halen, die van 15 september 2007. in het artikel over Milton blz..13 laatste §, lezen wij het volgende: Tot op de huidige dag dwingt zijn verhandeling de lezers ertoe hun eigen opvattingen langs de onfeilbare meetlat van de Heilige Schrift te leggen.
Met het verschuldigde respect voor gelijk welke organisatie, dienen wij hieruit dan af te leiden dat een ieder, ondanks de leringen van een organisatie, toch verantwoordelijk is voor zichzelf? Beslist wel! Neem die meetlat maar bij de hand en doe dat voor de rest van uw term!
Romeinen 14:4 "Wie zijt gij, dat gij de huisknecht van een ander oordeelt? Hij staat of valt voor zijn eigen meester. Hij zal trouwens staande worden gehouden, want Jehovah kan hem staande houden".
2 Korinthiërs 1:24 "Niet dat wij de meesters over UW geloof zijn, maar wij zijn medewerkers tot UW vreugde, want GIJ staat door [UW] geloof".
Wil dit zeggen dat er geen organisatie nodig is?Charles Taze Russell zelf schreefin het derde volume van de schriftstudiën, uitgegeven in 1891, dat er geen organisatie nodig is alhoewel er georganiseerd dient te worden.
Hieruit besluiten wij dat de organisatie geen doel op zich zelf mag zijn, maar hetmiddel dat God eventueel gebruikt. Laten wij het vergelijken met de tempel in Jezus tijd. Deze tempel was een middel om aanbidders van Jehovah te verenigen en te onderwijzen. De synagogen waren daar de verlengstukken van. De beheerders ervan misbruikten die tempel echter om het volk hun wil op te leggen en ero. a.aan te verdienen. Daarom reinigde Jezus deze en veroordeelde hij hen als huichelaars.
Markus 11:15-17 . . . Nu kwamen zij te Jeruzalem. Daar ging hij de tempel binnen en begon hen die in de tempel verkochten en kochten eruit te werpen, en hij keerde de tafels van de geldwisselaars en de banken van de duivenverkopers om; 16 en hij liet niet toe dat iemand een gebruiksvoorwerp door de tempel droeg, 17 maar hij bleef leren en zeggen: Staat er niet geschreven: Mijn huis zal een huis van gebed voor alle natiën worden genoemd? Maar GIJ hebt het tot een rovershol gemaakt. . . .
Johannes 2:14-16 . . . En in de tempel trof hij de verkopers van runderen en schapen en duiven aan en de geldhandelaars die daar op hun plaats zaten. 15 En nadat hij een zweep van touwen had gemaakt, dreef hij hen allen de tempel uit, met de schapen en runderen, en hij stortte de geldstukken van de geldwisselaars uit en keerde hun tafels om. 16 En tot de duivenverkopers zei hij: Neemt deze dingen hier vandaan! Maakt het huis van mijn Vader niet langer tot een huis van koopwaar!
In het redeneren boekjeblz.333,met de titel Organisatie en de ondertitel op blz. 337 lezen wij:
1.Ze verhoogt Jehovah werkelijk als de enige ware God en verheerlijkt zijn naam. Matth. 4:10; Joh. 17:3.
2.Ze erkent volkomen de uiterst belangrijke rol van Jezus Christus in Jehovah s voornemen als de rechtvaardiger van Jehovah s soevereiniteit, de Voornaamste Bewerker van het leven, het hoofd van de christelijke gemeente, de regerende Messiaanse Koning. Openb. 19:11-13; 12:10; Hand. 5:31; Ef. 1:22, 23.
3.Ze houdt zich strikt aan Gods geïnspireerde Woord en baseert al haar leerstellingen en gedragsnormen op de bijbel.2Tim. 3:16, 17.
4.Ze houdt zich afgescheiden van de wereld. Jak. 1:27; 4:4.
5.Ze handhaaft een hoog peil van morele reinheid onder haar leden, omdat Jehovah zelf heilig is. 1 Petr. 1:15, 16; 1 Kor.5:9-13.
6.Ze wijdt haar krachtsinspanningen voornamelijk aan het werk dat de bijbel voor onze tijd heeft voorzegd, namelijk de prediking van het goede nieuws van Gods koninkrijk in de gehele wereld tot een getuigenis. Matth. 24:14.
7.Ondanks menselijke onvolmaaktheden kweken haar leden de vruchten van Gods geest aan liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtaardigheid, zelfbeheersing en spreiden ze in die mate tentoon dat zij zich daardoor onderscheiden van de wereld in het algemeen. Gal. 5:22, 23; Joh. 13:35.
Deze zeven punten gaan wij nu eens bespreken. De lezer kan er zijn of haar eigen zienswijze bijvoegen, het analyseren en er kritiek over uiten, let wel, kritiek die bijdraagt tot een beter begrip.
Met andere woorden, opbouwende kritiek. Lees hiervoor het artikel Ontwaakt918/2blz.20Uvindtkritieknietleuk?
Wij willen de nadruk leggen op opbouwende kritieken stellen deze op dezelfde lijn als terechtwijzen. Alhoewel de meeste dit als negatiefervaren is het een liefdevolle handeling. Uiteraard dient zowel de kritiekals de terechtwijzing terecht te zijn.
U hebt het artikel in de Ontwaakt 918/2blz.20gelezen, dan zijn wij er aan toe het eerste punt te bespreken
Ze verhoogt Jehovah werkelijk als de enige ware God en verheerlijkt zijn naam. Matth. 4:10; Joh. 17:3.
Het gebruik van de naam JEHOVAH is heel zeker één van de sterkste punten van de organisatie.
De verantwoordelijkheid die daarmee gepaard gaat is echter enorm groot. Onvolmaaktheid is niet altijd een argument om de organisatie te verschonen. Temeer dat het geen uitgemaakte zaak is dat de naam "Jehovah" werkelijk de naam van de God van de bijbel is. Zie hiervoor o.a. it-1blz.1216JehovahAangezien er thans geen zekerheid over de uitspraak te verkrijgen is, schijnt er geen reden te zijn om in het Nederlands af te stappen van de welbekende vorm Jehovah ten gunste van een andere geopperde uitspraak.
In werkelijkheid bestaat een organisatie niet, maar zijn het mensen die het vormen. Een organisatie neemt uiteraard geen beslissingen, interpreteert niet, stelt geen doeleinden, zet of drukt geen letter, dat zijn de mensen binnen de organisatie.
Wanneer vb. gezegd wordt dat men loyaal dient te zijn aan de organisatie, zegt men in werkelijkheid dat men loyaal aan mensen is!
Het is meer dan duidelijk dat de bijbel het onderschrijft om gehoorzaam te zijn aan de door Gods Geest aangestelde ouderlingen en diegenen die de leiding over de gemeente(n) hebben.
Even duidelijk is dat die leiding in overeenstemming dient te zijn en te blijven met Gods Woord teneindeZijn naam te verheerlijken.De vraag is dan ook:is dit zo? De problemen wereldwijd in de gemeente(n) tonen aan dat er heel wat verschillende manieren worden gebruikt om uiterlijk aan die norm te voldoen, maar doorgaans blijken mensen, ondanks Gods Geest niet in staat datgene wat zo duidelijk omschreven werd, toe tepassen.
Wij zetten het woord duidelijk tussen haakjes omdat er soms in dezelfde publicatie of die in het verleden behandelde artikelen tegenstrijdigheden zijn. Daar komt nog bij dat meerdere uitlatingen, richtlijnen en zelfs data spijtig genoeg veranderd zijn. Enkele malen zelfs verschillende keren.
Erger is het dat de lezers en de gehoorzamen de schuld krijgen omdat zij het gesuggereerde in de lectuur geloofden en gehoorzaamden.
In de wachttoren van 15 december 2006 op blz. 26 § 5 staat onverbloemd dat: ....Maar toen Armageddon niet op het doorhen verwachte tijdstip kwam, raakten ze ontmoedigd. Ze verloren het vertrouwen dat Jehovah s dag van oordeel nabij was. Ze gingen het langzamer aan doen in de dienst en geleidelijk gingen ze zo op in wereldse bezigheden dat er weinig tijd overbleef voor geestelijke zaken Lukas 8:11-14 Na verloop van tijd keerden ze terug tot de dingen die ze hadden achtergelaten Wat triest!
Juist, heel erg triestig, om zo te veralgemenen!Endat schrijven die mensen, die beweren dat zij Gods zichtbare organisatie zijn. Wij verwachten heus geen volmaaktheid, maar wel eerlijkheid, om hun eigen woorden te gebruiken. Datgene wat wij hiervaststellen is hetzelfde als wat de eerste mens deed, de schuld op een ander schuiven. (Gen. 3: 12) Wij zelf hebben, o. a. door deze handelwijze, wat de bekende druppel voor ons betekende, ons vertrouwen in de organisatie verloren, niet in God!
Neem a.u.b. eerst nota van het gepubliceerde in de Wachttoren van 1 december 2006 blz. 19, het onderkopje Eerlijkheid werpt vruchten af: Of u eerlijk bent, of juist niet, is van invloed op de kijk die anderen op u hebben. Als mensen erachter komen dat u hen bedrogen hebt, al is het maar één keer, dan zult u hun vertrouwen verliezen, en dat is niet gemakkelijk terug te winnen. Maar als u eerlijk en oprecht bent, zult u een reputatie opbouwen een integer persoon te zijn, iemand die te vertrouwen is. Jehovah s Getuigen hebben zon reputatie verworven. Ja, over het algemeen wel. Het gaat hier wel om het getuigenis van buitenstaanders. Maar wat valt er te zeggen in de organisatie? Normaal zou dit van zelfsprekend moeten zijn, maar is dit ook zo? De organisatie schreef dat, en wij herhalen hetAls mensen erachter komen dat u hen bedrogen hebt, al is het maar één keer.Slechts éénmaal??? Heeft de organisatie ons nog nooit bedrogen? Dat is echt niet om mee te lachen, de feiten bewijzen heel iets anders.
Jezus zei duidelijk in Mattheüs 7:1-2 "Houdt op met oordelen, opdat GIJ niet wordt geoordeeld; 2 want met het oordeel waarmee GIJ oordeelt, zult GIJ geoordeeld worden; en met de maat waarmee GIJ meet, zal men U meten.
Dat beseffen wij heel goed, daarom hebben wij deze verhandeling bewust de titel gegeven FEITEN EN VERWIJZINGEN
En wie staat daarboven? De vertegenwoordigers van de Beleidvolle Slaaf of Beleidvolle Beheerder? De tien mannen die volgens het jaarboek van 2007 het besturend lichaam vormen? Of de organisatie zelf?
In het redeneren boekjeblz.360in het artikel "Religie" staat een prachtige illustratie. Ishetwaardaterinallereligiesietsgoedsschuilt?
De meeste religies leren inderdaad dat men niet mag liegen of stelen, enzovoort. Maar is dat voldoende? Zou u graag een glas vergiftigd water drinken omdat iemand u verzekerde dat het meeste dat u naar binnen kreeg, water was?
Uiteraard niet, maar waar het om gaat is niet het water, maar het vergif dat in het water is gedaan, bewust of onbewust, dat laten wij in het midden. Met andere woorden, niet de kennis die doorgespeeld wordt, maar de verkeerd geïnterpreteerde gegevens uit de schrift, die werken als vergif en maken het gevaarlijk.
Daarom gaan wij de eerste kennismaking met GOD, de mens en satan eventjes belichten in een ander licht!
Genesis 3:1-5De slang nu bleek het omzichtigste te zijn van al het wild gedierte van het veld dat Jehovah God gemaakt had. Ze zei dan tot de vrouw: Is het werkelijk zo dat God heeft gezegd dat GIJ niet van elke boom van de tuin moogt eten? 2 Hierop zei de vrouw tot de slang: Van de vrucht der bomen van de tuin mogen wij eten. 3 Maar wat [het eten] van de vrucht van de boom die in het midden van de tuin staat betreft, God heeft gezegd: GIJ moogt daarvan niet eten, neen, GIJ moogt ze niet aanraken, opdat GIJ niet sterft. 4 Hierop zei de slang tot de vrouw: GIJ zult volstrekt niet sterven. 5 Want God weet dat nog op de dag dat GIJ ervan eet, UW ogen stellig geopend zullen worden en GIJ stellig als God zult zijn, KENNEND goed en kwaad.
Meestal wordt de nadruk gelegd op de leugen in het vers 4, maar wat ging er aan vooraf?Wij herhalen enbenadrukken dit gedeelte:
Is het werkelijk zo dat God heeft gezegd dat GIJ niet van elke boom van de tuin moogt eten?
Juist, niet echt een verkeerde voorstelling van zaken! Maar wel een subtiele beïnvloeding naar en conditionering van Evas denkvermogen en hart!
Let nu op de gevolgen van deze manipulatie:
Genesis 3:6 "Dientengevolge zag de vrouw dat de boom goed was tot voedsel en dat hij iets was waarnaar het verlangen der ogen uitging, ja, de boom was begeerlijk om naar te kijken. Zij nam dan van zijn vrucht en ging ervan eten".
Wij bemerken de veranderde instelling van Eva en wij kennen eveneens de gevolgen, maar daar gaat het niet om. waar gaat het dan wel over?
Er werd en wordt op het christelijk terrein enorme moeite gedaan noch kosten gespaard,om bijbelse kennis te verbreidenen te verkrijgen. Ieder bijbelgenootschap heeft daar toe bijgedragen. Eveneens de veelheid van christelijke groeperingen. Door de eeuwen heen is de christelijke gemeente(n) uitgegroeid en versnipperd tot wat wij kennen als de christenheid. Toch kunnen wij niet voorbijgaan aan al de inspanningen en opofferingen uit het verleden om Jezus opdracht te volbrengen. Bedenk dat in de voorbije eeuwen velen hun leven hebben besteed en soms gelaten om Gods Woord toegankelijk te maken voor de mensheid.
In deze laatste dagen, om die uitdrukking te gebruiken, hebben Jehovah s Getuigen eveneens een geweldig werk verwezenlijkt. Met hun imposante drukkerij faciliteiten zijn zij wellicht uitgegroeid tot een, of misschien wel s werelds grootste concern. De verbreiding van de bijbel en bijbel verklarende publicaties hebben als zelfstandige groep hun weerga niet. Het gebruik van de vroegere, meest gebruikte naam van God is eveneens een sterke pijler voor hun streven.Waar zij nog het meest gekend en mogelijk zelfs berucht om zijn is hun prediking van deur tot deur of van huis tot huis. Het bouwen en verbouwen van faciliteiten is eveneens een onderwerp van gesprekken en discussies.
Het punt waar het om gaat, is echter of zij, Jehovahs aardse organisatie, Gods naamwerkelijk verheerlijken?
Wij willen daar geen direct antwoord op geven.
Wat wij wel willen, maar niet echt mogen van de aardse organisatie, is de feiten of toch enkele ervan aanstippen. De conclusies die u trekt zijn uw persoonlijke zaak. Hou er echterrekening mee dat meerdere oprechte broeders en zusters uitgesloten werden, niet omdat zij verkeerd deden, maar omdat zij niet akkoord konden gaanmet verkeerde niet theocratische beslissingen en toestanden. Die zij dan uiteindelijkaan de kaak stelden door die gewetensvol in de openbaarheid te brengen. (zie het boek Gewetensconflict van broeder Raymond Franz, voormalig lid van het besturend lichaam)
De volgende bladzijden zullen uitmaken of de aardse organisatie Gods naam werkelijk verhoogt en verheerlijkt? Aan u de eer.
De wet van zijn God is in zijn hart; zijn schreden zullen niet wankelen. -Ps. 37:31.
Een christen moet zich in geestelijk opzicht voortdurend ontwikkelen, en zo moet hij er ook constant vorderingen in maken naar zijn geweten te luisteren. Neem bijvoorbeeld Mark, die onlangs gedoopt is. Zijn geweten zegt hem dat hij on-Bijbelse dingen die hij vroeger deed moet mijden. Hij vermijdt nu zelfs angstvallig dingen die een vage overeenkomst hebben met wat God verbiedt. Aan de andere kant begrijpt hij niet waarom sommigen bepaalde dingen verwerpen die hij aanvaardbaar vindt, zoals bepaalde tv-programma's. In de loop van de tijd krijgt Mark steeds meer kennis en nadert hij dichter tot God (Kol. 1:9,10). Welke uitwerking heeft dat? Zijn innerlijke stem wordt goed geoefend. Hij beseft zelfs dat enkele van de dingen met een 'vage overeenkomst' die hij vermeed eigenlijk niet in strijd zijn met Gods denkwijze. Bovendien wordt hij er nu door zijn geweten toe aangezet programma's te vermijden die hij eerder aanvaardbaar vond. Zijn geweten is dus verfijnd
De Wachttoren van 2007 15 oktober 2e studieartikel blz. 25 §16, 17.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:dat is nu eens een wachttorenstudie die je heel veel kan bijbrengen, tenzij die studie het reeds gedaan heeft.
De titel van het artikel is "LUISTER NAAR JE GEWETEN" en de leitekst komt uit Titus 1: 15 "alle dingen zijn rein voor de reinen. Doch voor hen die verontreinigd en ongelovig zijn is niets rein".
Ik begin met §2, maar benadruk sommige gedeelten. §2 Paulus gaf Titus raad in verband met de vereisten voor gemeenteouderlingen en wees er vervolgens op dat er vele weerspannigen, zinloze praters en bedriegers van de geest waren. Die keerden hele huisgezinnen ondersteboven door dingen te onderwijzen die zij niet behoorden te onderwijzen. Titus moest hen blijven terechtwijzen (Titus 1:10-14; 1 Timotheüs 4:7). Paulus zei dat hun geest en hun geweten verontreinigd waren, en daarbij gebruikte hij een woord dat besmeuren betekent, zoals een mooi kledingstuk met verf besmeurd kan zijn (Titus 1:15). Sommigen van die mannen hadden wellicht een Joodse achtergrond, want ze hielden aan de besnijdenis vast. In deze tijd worden de gemeenten niet door mannen met die opvatting ondermijnd; toch kunnen we van de raad die Paulus aan Titus gaf veel over het geweten leren.
Die onderwijzers onderwezen niet wat behoorde doordat zij vasthielden aan de besnijdenis. Vervolgens stellen de organisatie en het besturende lichaam vast dat het in deze tijd geen ondermijnende kwestie is, maar dat wij ervan kunnen leren.
§4 begint dan met iets wat niet rechtstreeks in de bijbel staat, ik citeer: §4 "Ruim tien jaar daarvoor was het christelijke besturende lichaam tot de conclusie gekomen dat de besnijdenis niet langer vereist was om een ware aanbidder van God te worden, en ze hadden de gemeenten daarvan op de hoogte gesteld".
De benaming "besturende lichaam" staat niet in de bijbel en de conclusie dat de besnijdenis niet langer een vereiste was kwam omdat het in de gemeente van Jeruzalem, de plaats waar het vermeende 'besturende lichaam' zich bevond, een probleem vormde door hun eigen verantwoordelijken. (Zie de dagtekst en mijn commentaar van 19 februari en het verslag van Handelingen 15).
Voor de organisatie en het besturende lichaam is het 'besturende lichaam' een feit, alhoewel er geen rechtstreekse bijbelse ondersteuning voor is.
De § vervolgt "Ze waren het openlijk oneens met het besturende lichaam en onderwezen dingen die zij niet behoorden te onderwijzen', en suggereren dan ook dat men het in deze tijd eveneens oneens kan zijn met de organisatie en het besturende lichaam".
§5 "Die denkwijze had een negatief effect op hun beoordelingsvermogen en hun morele besef, hun geweten. Paulus schreef: Voor hen die verontreinigd en ongelovig zijn, is niets rein. Hun geweten was zo verwrongen geworden dat het geen betrouwbare gids meer was voor hun daden en hun waardebepaling. Bovendien veroordeelden ze medechristenen op dingen die een persoonlijke zaak waren, kwesties waarin de ene christen wellicht een andere beslissing zou nemen dan de andere".
Ik benadruk hier vooral 'persoonlijke zaak' omdat §11, 12 en 14 zulk een situatie of mag ik zeggen een praktijkvoorbeeld weergeven. §11 schetst Loïs en ik citeer:"Loïs respecteert haar man en wil graag naar hem luisteren, omdat hij volgens de Bijbel haar hoofd is, maar ze wil niet tegen haar Bijbelse principes in gaan (Handelingen 5:29). Daarom legt ze haar man tactvol uit dat zij persoonlijk niet aanwezig kan zijn, ook als hij ervoor kiest wel te gaan. Ze zegt misschien dat als ze wel aanwezig zou zijn en zou weigeren aan een bepaalde handeling mee te doen, het hem in verlegenheid zou kunnen brengen, en dat het daarom voor hem het beste zou zijn als ze er niet heen ging. Door deze beslissing houdt ze een rein geweten.
§12 zegt dat Ruth voor hetzelfde dilemma staat, maar nu wordt het enigszins anders verwoord en behandeld, ik citeer:Ze respecteert haar man, is vastbesloten loyaal te blijven aan God en luistert naar haar geweten, dat door de Bijbel gevormd is. Na te hebben nagedacht over punten die ook Loïs heeft overwogen, neemt ze onder gebed de Vragen van lezers in De Wachttoren van 15 mei 2002 door. Ze bedenkt dat de drie Hebreeën een gebod opvolgden om aanwezig te zijn bij een gelegenheid waar afgoderij bedreven zou worden, en dat ze toch hun integriteit bewaarden door niet aan een afgodische handeling mee te doen (Daniël 3:15-18). Ze besluit haar man te vergezellen maar aan geen enkele religieuze handeling mee te doen, en ze volgt daarin haar geweten. Ze legt haar man tactvol maar duidelijk uit wat haar geweten haar toestaat en wat niet. Ruth hoopt dat hij het verschil tussen ware en valse aanbidding zal zien.
Laat mij opmerken, maar misschien heb jij het ook reeds gezien, dat Loïs "niet tegen haar Bijbelse principes in wil gaan. De organisatie en het besturende lichaam besluit die § met de zin:"Door deze beslissing houdt ze een rein geweten". (Ik benadruk).
Ruth daarentegen besluithaar man te vergezellen maar aan geen enkele religieuze handeling mee te doen, en ze volgt daarin haar geweten.
Waar zit hier de adder, pardon, de slang? Het subtiele en suggestieve is dat bij Loïs rechtstreeks de Bijbelse principes worden aangehaald en een rein geweten behoudt.
Bij Ruth, alhoewel een bijbels voorbeeld gebruikt wordt, haar geweten het toelaat, en geen bevestiging krijgt van de organisatie en het besturende lichaam.
§14 benadrukt dat echter positief zodat de organisatie en het besturende lichaam geen stenen kunnen geworpen worden, ik citeer:Maar zou Ruths beslissing verkeerd zijn? Het is niet aan anderen dat te bepalen. Ze mogen haar niet veroordelen of bekritiseren omdat ze ervoor gekozen heeft wel bij de gelegenheid aanwezig te zijn, maar geen religieuze handelingen te verrichten. Denk aan Paulus raad over persoonlijke beslissingen in verband met het al dan niet eten van bepaalde voedingsmiddelen: Laat degene die eet, niet neerzien op degene die niet eet, en laat degene die niet eet, geen oordeel vellen over degene die eet . . . Hij staat of valt voor zijn eigen meester. Hij zal trouwens staande worden gehouden, want Jehovah kan hem staande houden (Romeinen 14:3, 4). Een ware christen zal iemand er beslist niet toe willen aanzetten de leiding van een geoefend geweten te negeren, want dat zou neerkomen op het smoren van een stem die heel goed een levensreddende boodschap zou kunnen overbrengen.
En nu komt de clou in §15Om hier nog even op door te gaan: beide vrouwen moeten nog meer factoren overwegen, en één daarvan is de uitwerking van hun beslissing op anderen. Paulus gaf ons de raad: Neemt liever deze beslissing, een broeder geen struikelblok in de weg te leggen noch iets waarover hij kan vallen (Romeinen 14:13). Loïs weet misschien dat soortgelijke situaties veel onrust in de gemeente of in haar familie hebben teweeggebracht, en wat zij doet, kan heel wat invloed op haar kinderen hebben.
Ruth daarentegen kan gemerkt hebben dat soortgelijke keuzes geen opschudding in de gemeente of in de omgeving veroorzaakten. Beide vrouwen, en wij allemaal, dienen te beseffen dat een goed geoefend geweten gevoelig is voor de uitwerking van een bepaalde beslissing op anderen. Jezus zei: Al wie een van deze kleinen die geloof in mij stellen, tot struikelen brengt, het is nuttiger voor hem dat men hem een molensteen zoals door een ezel wordt rondgedraaid, om de hals hangt en hem in de wijde, open zee doet zinken (Mattheüs 18:6). Als iemand het feit negeert dat hij anderen tot struikelen kan brengen, zou hij net als sommige christenen op Kreta een verontreinigd geweten kunnen krijgen.
Deze twee verschillende geoefende gewetens en hun keuze worden met een door de schrijvers aangepaste situatie geschetst.
Hiermee kunnen beide vrouwen op beide oren slapen met hun geweten als oorkussen.
De realiteit is echter dat dergelijke situaties praktisch altijd gemengde gevoelens zullen opwekken.
Voor de families en voor de gemeente waarmee die vrouwen verbonden zijn.
Voor de families zullen er zijn die er zich niks van aantrekken, maar er zullen er zijn die eraanstoot zullen aan nemen. Dus?
Voor de gemeente zullen er zijn die er zich niks van aantrekken, maar er zullen er zijn die er aanstoot zullen aan nemen. Dus?
Alleen reeds het feit dat iemand het risico neemt om één van deze kleinen tot struikelen te brengen zal het geweten van betrokkene dusdanig beïnvloeden dat zij liever de familie in het harnas jagen dan de gemeente. Dat zijn uiteindelijk toch maar "wereldse mensen".
De andere reden is dat die kleine een beginneling is of een zwakke discipel in de gemeente volgens de uitleg van de organisatie en het besturende lichaam. Maar in werkelijkheid zei Jezus Christus dat die kleine iemand is die 'geloof' in mij stelde, en sprak hij zelfs in het meervoud.
Ik ga het nog anders voorstellen: in onze contreien is het meestal de katholieke kerk waar familie mee verbonden is.
Die mensen geloven in Jezus Christus en dat is het enige waar ik op wijs.
Over het algemeen zijn die gelovigen niet akkoord met de leer en leerstellingen van de katholieke kerk.
Maar Jezus Christus zei alleen Al wie een van deze kleinen die geloof in mij stellen, tot struikelen brengt, het is nuttiger voor hem dat men hem een molensteen zoals door een ezel wordt rondgedraaid, om de hals hangt en hem in de wijde, open zee doet.
De vraag die blijft is niet, wie in de gemeente tot struikelen wordt gebracht, maar wie van de mensen en de familie die geloof stellen in Jezus Christus tot struikelen werden gebracht.
Een andere vraag is wiens geweten moet men volgen? Dat van jezelf? Van de zwakkere broeder of zuster? Van de gemeente? Van de ouderlingen? Van de organisatie en het besturende lichaam?
Kun jij nu aan de hand van deze Wachttorenstudie een persoonlijke keuze maken?
ZONDAG 31 MEI
Ik heb nog andere schapen, die niet van deze kooi zijn. - Joh. 10:16.
De leden van de grote schare maken deel uit van de groep die Jezus zijn "andere schapen" noemt. Zij hopen voor eeuwig in een paradijs op aarde te leven. Ze vertrouwen erop dat Jezus "hen naar bronnen van wateren des levens [zal] leiden" en dat "God elke traan uit hun ogen [zal] wegwissen". Met het oog daarop hebben ze "hun lange gewaden gewassen en ... ze wit gemaakt in het bloed van het Lam" (Openb7: 14, 17). Ze oefenen geloof in Jezus' offer en daarom hebben ze in Gods ogen 'witte gewaden'. Ze worden net als Abraham rechtvaardig verklaard als vrienden van God. Omdat de steeds groter wordende grote schare andere schapen door God als rechtvaardig wordt gezien, kunnen ze bovendien hopen de vernietiging van dit stelsel in de grote verdrukking te overleven (Jak. 2:23-26). Ze kunnen dicht tot Jehovah naderen, en als groep hebben ze het schitterende vooruitzicht Armageddon te overleven. - Jak. 4:8; Openb. 7:15.
De Wachttoren van 2008 15 januari 5e studieartikel blz. 24 §3, 4.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:het thema van deze Wachttoren is "Waardig gerekend worden om naar bronnen van wateren des levens geleid te worden.
De leitekst komt uit Openbaring 7: 17 "Het lam ... zal hen weiden en hen naar bronnen van wateren deslevens leiden".
Deeerste paragraaf begint alweer met een verkeerde voorstelling van zaken. Ik citeer het begin van die §: "Gods Woord noemt de gezalfde christenen die zorg dragen voor Christus' belangen op aarde "de getrouwe en beleidvolle slaaf".
Nu haal ik die illustratie aan: Mattheüs24:45. "Wie is werkelijk de getrouwe en beleidvolle slaaf, die door zijn meester over diens huisknechten is aangesteld om hun te rechter tijd hun voedsel te geven"?
En stel voor je zelf vast of Jezus Christus hen zo noemt? of dat hij een vraag stelt?
Ben ik nu aan het moeilijk doen? Of zijn zij bezig met "een illustratie" te gebruiken om hun zienswijze waar en waarachtig te maken.
Zij mogen niet vergeten dat wanneer die illustratie op hen van toepassing gebracht wordt, wat doen zij dan met de rest van de illustratie?
Ik druk de volledige tekst af maar benadruk sommige gedeelten:
45 Wie is werkelijk de getrouwe en beleidvolle slaaf, die door zijn meester over diens huisknechten is aangesteld om hun te rechter tijd hun voedsel te geven?46 Gelukkig is die slaaf wanneer zijn meester hem bij zijn aankomst daarmee bezig vindt!47 Voorwaar, ik zeg U: Hij zal hem aanstellen over al zijn bezittingen.
48Maar indien die boze slaaf ooit in zijn hart zou zeggen: Mijn meester blijft uit,49 en zijn medeslaven zou beginnen te slaan en met de verstokte dronkaards zou eten en drinken,50 dan zal de meester van die slaaf komen op een dag waarop hij het niet verwacht en op een uur dat hij niet weet,51 en hij zal hem met de grootste strengheid straffen en hem zijn deel met de huichelaars toewijzen. Daar zal [hij] wenen en knarsetanden.
Nu ga ik eventjes uit de bol door te wijzen op de veelvuldige keren dat de organisatie en het besturende lichaam de komst van Jezus Christus hebben voorzegd, maar waar hij niet is gekomen zoals zij hebben gezegd en geschreven. 1874, 1914, 1918, 1925, 1940, 1975 en uiteindelijk dat het onwaarschijnlijk zou zijn dat Armageddon in 2000 geen feit zou zijn. (En dan spreek ik alleen nog maar van data).
Met andere woorden, zij hebben het verwacht, maar het is tot nu toe niet gekomen.
Hun meester bleef uit.
En dat die slaaf zijn medeslaven zou beginnen te slaan kan duidelijk gesteld worden doordat zijeisen dat ondanks alles, die medeslaven, HEN moeten gehoorzamen.
Zij zeggen dat hun Meester reeds is aangekomen, dat Hij nu reeds regeert, dat hij zorgt door bemiddeling van hen voor de richtlijnen via het geestelijk voedsel van de organisatie en het besturende lichaam. (Dat is een hun eigen interpretatie).
Zij zeggen dat de andere schapen bij al de bezittingen behoren van hun Meester en dat die andere schapen alleen maar redding kunnen verwerven door te gehoorzamen aan "die beleidvolle of boze slaaf".
Laten wij Jezus Christus zelf aan het Woord in Openbaring 7:13-17. "En een van de oudere personen nam het woord en zei tot mij: Wie zijn dezen die in de lange witte gewaden gehuld zijn, en waar zijn zij vandaan gekomen?14 Daarop zei ik onmiddellijk tot hem: Mijn heer, gíj weet het. En hij zei tot mij: Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen, en zij hebben hun lange gewaden gewassen en hebben ze wit gemaakt in het bloed van het Lam.15 Daarom zijn zij voor de troon van God; en zij verrichten dag en nacht heilige dienst voor hem in zijn tempel; en Degene die op de troon is gezeten, zal zijn tent over hen uitspreiden.16 Zij zullen geen honger of dorst meer lijden, ook zal de zon hen niet fel beschijnen noch enige verschroeiende hitte [hen treffen],17 want het Lam, dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en hen naar bronnen van wateren des levens leiden. En God zal elke traan uit hun ogen wegwissen.
Volgens Jezus Christus eigen woorden is de grote schare een redding te beurt gevallen na de grote verdrukking. Zij worden naar wateren des levens geleid na de grote verdrukking.
En dan zal God elke traan uit hun ogen wegwissen.
De wateren, of de kennis, die de organisatie en het besturende lichaam aan mensen heeft gegeven is reeds meermalen van samenstelling veranderd. Toch is die kennis volgens hen altijd 'de waarheid' geweest en gebaseerd op de, neen, niet op de bijbel, maar op de "interpretatie" van de bijbel, hun interpretatie.
Het was dus hun waarheid.
Nu moet ik toegeven dat, grotendeels, dank zij 'hun waarheid' ik " De Waarheid" heb leren kennen.
Mogelijk begrijpen wij het verschil met datgene wat Jezus Christus zei in verband met "waarheid".
Johannes 8:31-32. "Tot de joden dan die hem hadden geloofd, zei Jezus verder: Indien GIJ in mijn woord blijft, zijt GIJ werkelijk mijn discipelen,32 en GIJ zult de waarheid kennen en de waarheid zal U vrijmaken".
commentaren van de dagtekst 25 MEI tot en met 29 MEI
maandag 25 mei
Ik [zal] de stamhoofden van Juda als een vuurpot tussen bomen maken. - Zach. 12:6.
Met "de stamhoofden van Juda" worden degenen bedoeld die de leiding hebben onder Gods volk. Jehovah vervult hen met vurige ijver ten behoeve van de aardse belangen van zijn koninkrijk. Op een keer zei Jezus tegen zijn discipelen: "Ik ben gekomen om een vuur te ontsteken op de aarde" (Luk. 12:49). Jezus maakte Gods koninkrijk het gesprek van de dag. Het was voor het hele Joodse volk aanleiding tot verhitte discussies (Matth. 4:17, 25; 10:5-7, 17-20). In dezelfde trant zetten hedendaagse volgelingen van Christus "als een vuurpot tussen bomen... en als een vuurfakkel in een rij pasgemaaid koren", dingen in geestelijke zin in vuur en vlam. In het in 1917 verschenen boek The Finished Mystery werd de huichelarij van de christenheid krachtig aan de kaak gesteld. Dat leidde tot een boze reactie van de geestelijkheid. Nog niet zo lang geleden heeft Koninkrijksnieuws nr. 37, "Het einde van valse religie is nabij!", veel mensen ertoe gebracht hun standpunt voor of tegen Gods koninkrijk in te nemen.
De Wachttoren van 2007 15 december 3e studieartikel blz. 21 §12.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:wij krijgen hier weer een parallel die de organisatie en het besturende lichaam moet bekrachtigen als diegenen die nu de verantwoordelijkheid en de autoriteit hebben om als woordvoerders en leiders op te treden voor Jezus Christus.
Goed laten wij dat eens aannemen als juist.
Hoe komt het dan dat het boek "The Finished Mystery" niet tot op deze tijd is herdrukt en in meerdere talen is verspreid?
Ik zeg, omdat het gewoon niet in overeenstemming met de bijbel was, op enkele uitzonderingen na. Zie het Verkondigersboek blz. 652, 719 en de blz. 66-68;
Bijna alles was zodanig verkeerd geïnterpreteerd dat er zelfs gedeelten veranderd zijn geworden en uit weggelaten omdat het niet door de beugel kon.
Alleen reeds het feit dat Charles Taze Russell in zijn testament vermelde wie zijn opvolgers zouden zijn is reeds een aanwijzing dat het bestuur vastgelegd was. In dat testament kwam Rutherford zelfs niet in beeld. De geschiedenis toont zelfs aan dat Rutherford geen kandidaat kon zijn en zelfs geen vriend van Russell. Dat later vier tegenstand biedende broeders ontheven werden en Rutherford vier anderen aanstelde is buiten alle redelijkheid en theocratische orde.
De uitleg die het genootschap daar aan geeft is zo wie zo bij het haar getrokken. Heel deze situatie doet mij denken aan de "standfasters" die uitgesloten werden of weggegaan zijn omdat zij gelijk hadden.
Even verduidelijken, de situatie waarin zij gelijk hadden had te maken met "neutraliteit" en omdat zij niet deden wat de organisatie besliste, wiens beslissing uiteindelijk verkeerd was, werden zij uit de organisatie verwijderd en gingen er uit weg.
Er was toen nog geen "besturend lichaam" alhoewel de publicaties de indruk geven dat die er reeds was vanaf 33 GT., functioneert het besturende lichaam maar vanaf 1976, en niet vroeger.
Om het cru, maar duidelijk te schrijven, de goeie werden verwijderd en de slechte bleven. Op welk fundament is de organisatie en het besturende lichaam uiteindelijk gebouwd?
Het moet mogelijk zijn om een religie, een organisatie, gelijk wie of wat aan de kaak te stellen!
In alle democratieën is het zelfs een grondwettelijk recht om vrijheid van mening te kunnen hebben.
Daarmee wordt bedoeld dat iedereen het recht heeft om te zeggen, te vinden, te denken en te geloven wat men wil. Er zijn uiteraard beperkingen vastgelegd.
Hoe kan het dan dat in de theocratie waar de wil van God gedaan zou moeten worden een lichaam van oudere mannen, een lichaam van belijdende gezalfden, of een lichaam van ouderlingen zeggenschap zou hebben over het geweten en het geloof van anderen?
Op een gegeven moment heeft de organisatie rondgelopen met sandwichborden en borden aan een stok met het opschrift "Religie is een valstrik en afpersing" zie blz. 447 en 567 (jv-O)
Zij zijn wat zij zeggen, de ware religie, maar het blijft 'religie', en van mij mogen zij het draaien en keren zoals zij willen, het is een valstrik en afpersing, maar op een opmerkelijk hoog niveau.
Daarom zouden zij dan wel eens de beste van de christenheid kunnen zijn?
Misschien zelfs de beste van 'Babylon de Grote'?
Tot slot zou ik zeggen tegen de miljoenen die er mee geholpen zijn, blijf waar je bent, maar doe niet naar wat zij doen, wees een mens onder de mensen, geen fanatieker of afgodendienaar, of een volger van mensen.
dinsdag 26 mei
Gij moogt ... niet begeren ... wat uw naaste toebehoort. - Ex. 20:17.
De Bijbel staat vol met voorbeelden van personen die door de een of andere vorm van hebzucht tot ernstige zonde zijn vervallen. Satan was de eerste die iets begeerde wat van een ander was: de heerlijkheid, eer en autoriteit die alleen Jehovah toebehoren (Openb. 4:11). Eva begeerde het recht op zelfbeschikking, en doordat ze in dit opzicht werd bedrogen, kwam de mensheid op de weg naar zonde en dood terecht (Gen. 3:4-7). De demonen waren engelen die ontevreden werden met "hun oorspronkelijke positie" en die "hun eigen juiste woonplaats" verlieten voor iets waarop ze geen recht hadden (Jud. 6; Gen. 6:2). Denk ook aan Bileam, Achan, Gehazi en Judas. In plaats van tevreden te zijn met hun levenslot, lieten ze zich er door een buitensporig verlangen naar materiële bezittingen toe brengen hun vertrouwenspositie te misbruiken, waardoor ze in vernietiging en verderf werden gestort.
De Wachttoren van 2007 1 augustus 1e studieartikel blz. 21 §9
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:nu heb ik reeds meermaals aangetoond dat de organisatie en het besturende lichaam zichzelf de autoriteit van Jezus Christus hebben toegeëigend. Dan heb ik ook de "volmaakte Eva" in beeld geplaatst die ondanks dat zij 'volmaakt' was bedrogen kon worden. Vervolgens zien wij hier de 'volmaakte' engelen die ontevreden werden omdat zij geen kindjes konden maken en zich materialiseerden en zodoende hun eigen juiste woonplaats verlieten. Dan zien wij hier enkele figuren die een buitensporig verlangen koesterden naar materiële bezittingen en hun vertrouwenspositie misbruikten en in vernietiging en verderf werden gestort.
De §9 die als dagtekst weergegeven wordt zegt om te beginnen dat "Het interessant is dat Jezus waarschuwde voor "elke soort van hebzucht". En zoals de organisatie en het besturende lichaam schrijven dat het "interessant" is hebben ze zelfs overschot van gelijk.
Ze schrijven in die § dat de bijbel vol staat met voorbeelden van personen die door de een of andere vorm van hebzucht tot ernstige zonden zijn vervallen.
Satan wordt in die zelfde § als eerste "hebzuchtige" genoemd omdat hij de heerlijkheid, eer en de autoriteit van Jehovah begeerde. Uiteraard had dit geestelijk schepsel een vrije wil, maar ik kan niet verstaan dat iemand die volmaakt geschapen is en afhankelijk van die schepper zich diens verdiensten en soevereiniteit zou willen toe-eigenen.
Nu zou je zeggen "alles kan" zelfs koffiekán, maar...
Zo een beetje gelijk opgaand vermomt die zelfde satan die toen nog geen satan was, maar in wording, zich in een slang met een spraakvermogen. Weeral vragen?
Er is zelfs een tijd geweest dat de organisatie en het besturende lichaam publiceerden dat een slang pootjes heeft gehad.
En Eva was in het geheel niet verwonderd toen dat slangenbeest haar aansprak en God voorstelde als een bedrieger en manipulator en dan nog als Diegene die haar tekort deed.
Ja zeker, zij, Eva kon als God zijn, moet je niet vragen?
En direct reageerde Eva, niet zonder nadenken hoor, lees maar mee: Genesis3:6. "Dientengevolge zag de vrouw dat de boom goed was tot voedsel en dat hij iets was waarnaar het verlangen der ogen uitging, ja, de boom was begeerlijk om naar te kijken. Zij nam dan van zijn vrucht en ging ervan eten. Daarna gaf zij er ook van aan haar man, toen deze bij haar was, en hij ging ervan eten.
En Adam die volgens de bijbel niet bedrogen werd sloot zich bij zijn vrouw aan. Wacht eens efkens, hoe kon hij zich aansluiten als hij de verantwoordelijke was? In het commentaar van de organisatie en het besturende lichaam staat dat Eva de mensheid op de weg der zonde bracht.
Daar kan ik niet mee akkoord gaan om de eenvoudige reden dat Adam, zoals gezegd, de verantwoordelijke was en niet Eva.
Is dat weer zo'n een discriminerende situatie om de vrouw de schuld te geven?
En dan hebben wij nog de 'engelen' die hun oorspronkelijke positie hadden verlaten om zich met vrouwen te vermeien en kindjes te maken. Volgens de bijbel in Openbaring is dat zowat een derde van alle engelen geweest die allemaal vonden dat ook zij tekort gedaan waren. Openb.12: 4, maar dat was in 2370 v.G.T. volgen het it-boek.
Die gasten zijn wel beperkt in hun vermogens, maar spelen nog steeds een grote rol in de gebeurtenissen van de mensen. Het is zelfs zo dat je die alleen maar kunt weerstaan door je op God te beroepen. Dat mag je niet bezien als kritiek op God, want ik geloof in Hem, maar niet zoals mensen mij willen doen geloven.
En nu hebben wij nog die groep mensen die een buitensporig verlangen aan de dag legden naar materiële bezittingen en daardoor hun vertrouwenspositie gingen misbruiken.
Dat is nogal mistig weergegeven volgens mij. Het is niet dat mensen die een buitensporig verlangen naar materiële bezittingen hebben ook nog eens vertrouwensposities bezetten. Het kan natuurlijk, maar er zijn er die vertrouwensposities bezitten zonder daarom buitensporige verlangens te hebben naar materiële bezittingen. En andersom kan het ook nog. Nogal psychologisch nietwaar?
Goed ik ga het anders weergeven. In de vereisten voor ouderlingen of verantwoordelijken komt ondermeer 1 Petrus 5 : 1-3 in beeld, ik citeer: "Daarom geef ik aan de oudere mannen onder U deze vermaning, want ook ik ben een oudere man evenals [zij] en een getuige van het lijden van de Christus, ja, een deelhebber aan de heerlijkheid die geopenbaard zal worden:2 Weidt de kudde Gods die aan UW zorg is toevertrouwd, niet onder dwang, maar gewillig; noch uit liefde "voor oneerlijke winst", maar bereidwillig;3 noch als [personen] die heersen over hen die Gods erfdeel zijn, maar door U voorbeelden voor de kudde te betonen".
Zoals je kunt zien heb ik "voor oneerlijke winst" benadrukt. Dan weet je waarschijnlijk wel waarom? Neen, je kunt dat denken maar weten is nog steeds iets anders en daarom zeg ik dat "oneerlijke winst" een breed spectrum bestrijkt. Ik gebruik het woord 'spectrum' juist omdat er oneindig veel variaties in vervat kunnen zijn.
Uiteraard is geldelijk gewin er eentje van, maar aanzien is mogelijk nog ernstiger en zeker veel subtieler.
Wij hebben reeds gezien dat de organisatie en het besturende lichaam heel gul zijn met het verlenen van verantwoordelijkheden en titels. Dat kun je best vergelijken met het dragen van een uniform. Het uniform, gelijk welk een en in gelijk welke branche, duidt op een aanstelling die iemand een bepaalde status verleent, autoriteit vertegenwoordigt en een bepaalde macht geeft. Je kunt zelf voorbeelden aanhalen, want het is zo.
Nu kun je natuurlijk zeggen dat de organisatie en het besturende lichaam dat organisatorisch kunnen verantwoorden. Ja dat klopt, organisatorisch ja, maar de uitwerking op de persoon, de personen? De verandering van persoonlijkheid en instelling? De klassenvorming? De geest of de subtiele inwerking van die verantwoordelijken?
Moet ik wijzen naar India als het klassieke voorbeeld van het 'kastenstelsel'. Neen, India staat zeker niet alleen, integendeel men heeft dat overal en in elke cultuur en elke demagogie.
Neen ik wil niet veralgemenen, er zijn zeker veel verantwoordelijken die het ernstig menen en het ook doen, maar ik heb ondervonden dat juist dezen geen deel kunnen en willen uitmaken van het geheel. Zij zijn juist diegenen die eruit zullen verdwijnen of uitgestoten worden.
De bijbel spreekt duidelijk dat bij gelijk welk geschil er minstens twee getuigen dienen te zijn.
Wel, er zijn duizenden getuigen, die onrechtvaardig zijn behandeld, en iedere niet bijbels gegronde regel of leerstelling aan de kaak hebben gesteld en daarom werden uitgesloten.
De lectuur daarover en de bewijzen daarvan, feiten, ervaringen en verwijzingen, geven een duidelijk beeld, maar de Getuigen van Jehovah zijn zo geïndoctrineerd dat weinigen zo rechtvaardig zijn dat dit getuigenis gelezen wordt. Het mag gewoon niet en dat komt overeen met het verbod van katholieke lijst van boeken, de Index, die niet gelezen mocht worden.
woensdag 27 mei
Sedert de dagen van Johannes de Doper tot op heden is het koninkrijk der hemelen echter het doel waarnaar mensen voorwaarts dringen, en zij die voorwaarts dringen, grijpen het. -Matth. 11:12.
Jezus hield zich drieënhalf jaar bezig met het prediken van het goede nieuws van het Koninkrijk aan het Joodse volk. Nadat Johannes de Doper gevangen was gezet, maakte Jezus duidelijk dat anderen deel konden uitmaken van die Koninkrijksregeling door zijn uitspraak in de tekst voor vandaag. Het is interessant dat Jezus direct voordat hij sprak over degenen die het koninkrijk der hemelen zouden 'grijpen', het volgende zei: "Voorwaar, ik zeg u: Onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is er geen grotere verwekt dan Johannes de Doper, maar wie een mindere is in het koninkrijk der hemelen, is groter dan hij" (Matth. 11:11). Waarom zei hij dat? Omdat pas na de uitstorting van de heilige geest met Pinksteren 33 G.T. getrouwen echt de mogelijkheid geboden werd deel uit te maken van de Koninkrijksregeling. Tegen die tijd was Johannes de Doper al gestorven. - Hand. 2:1-4.
De Wachttoren van 2008 15 januari 4e studieartikel blz. 20 §4, 5.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:deze dagtekst is de zoveelste die voor bijkomend en bijhorend commentaar uiterst geschikt is. Ik reageer op dat wat er staat en door de organisatie en het besturende lichaam gebruikt wordten, dus mag ik dat ook, of juist niet?
Laten wij dan maar beginnen met de uitspraak van Jezus Christus "sedert de dagen van (...) dus daar begon het. Vervolgens zei hij dat zij die voorwaarts dringen het ook zouden grijpen. Voorwaarts dringen betekent "vooruit gaan met druk of geweld". Persoonlijk geef ik de voorkeur aan om "door middel van studie en inspanningen de betekenis in verband met 'het koninkrijk der hemelen tracht te begrijpen en het na begrepen te hebben het ook vast te houden".
Dat Jezus Christus voordien duidelijk maakte dat Johannes de Doper een mindere in dit koninkrijk zou zijn t.o.v. diegenen die mettertijd deel zouden uitmaken van dit hemelse koninkrijk is een kwestie van tijd en instelling. Wij weten dat de Joden in het algemeen een aards koninkrijk verwachten. Wat Johannes normaliter ook dacht.
Zelfs zijn discipelen hadden die verwachting uiteindelijk nog langere tijd. Het zou nog jaren duren eer de discipelen van Jezus Christus zouden begrijpen dat er volgens de bijbel twee klassen zouden zijn in de zin van 'verwachting'. In de zin van een kleine kudde en de andere schapen. Het feit dat er geen enkel verschil zou zijn tussen de twee klassen dan hun bestemming is ook nu nog voor mensen een strik.
Laat ik het duidelijk maken: een kleine kudde heeft volgens de bijbel Gods H. Geest die hen als zonen en dochters uitkiest en wanneer zij aan Gods verwachtingen blijven voldoen krijgen zij het uiteindelijke zegel om als mederegeerders en als priesters vanuit de hemel als broeders van Jezus Christus hun functies uit te oefenen. Niet vroeger en niet op de aarde, maar na hun opstanding als geestelijke schepselen vanuit de hemel.
De andere schapen hebben allen de verwachting om hier op de aarde te leven.
Ik herhaal dat het enige verschil tussen de kleine kudde en de andere schapen alleen en uitsluitend hun bestemming is, niks meer, niks minder.
Er is geen enkel bewijs dat een belijdende gezalfde, een lid van de kleine kudde, ook werkelijk een gezalfde is. Romeinen8:15-16. "Want GIJ hebt geen geest van slavernij ontvangen, die wederom vrees veroorzaakt, maar GIJ hebt een geest van aanneming als zonen ontvangen, door welke geest wij uitroepen: Abba, Vader!16 De geest zelf legt getuigenis af met onze geest dat wij Gods kinderen zijn".
De schriftplaatsen die zijn aangehaald zijn die schriftplaatsen die de organisatie en het besturende lichaam gebruiken om dit te staven. Ik neem aan dat dit juist is, maar anderen geven er een andere uitleg over, maar daar ga ik nog niet op in.
Andere schriftplaatsen tonen aan dat zij over de aarde zullen regeren:
Openbaring5:9-109 En zij zingen een nieuw lied en zeggen: Gij zijt waardig de boekrol te nemen en haar zegels te openen, want gij werdt geslacht en gij hebt met uw bloed uit elke stam en taal en elk volk en elke natie personen voor God gekocht,10 en gij hebt hen gemaakt tot een koninkrijk en tot priesters voor onze God, en zij zullen als koningen over de aarde regeren.
Diegenen die dan op de aarde zullen overblijven worden door de organisatie en het besturende lichaam geïdentificeerd met de volgende verzen: Openbaring7:14. "Daarop zei ik onmiddellijk tot hem: Mijn heer, gíj weet het. En hij zei tot mij: Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen, en zij hebben hun lange gewaden gewassen en hebben ze wit gemaakt in het bloed van het Lam.
Wat er van aan is zal de toekomst uitwijzen en daarom kom ik nog even terug op de vermelde Wachttoren §12 op blz. 22 ik citeer: "dat ze gezalfd waren maakte hen niet tot koningen over medegezalfden terwijl zij nog op aarde waren. Blijkbaar verloren sommige vroege christenen dat uit het oog en begonnen ze te streven naar ongepaste prominentie onder hun broeders in de gemeente. (...). Daarom herinnerde Paulus de gezalfden in zijn tijd aan het volgende: "niet dat wij de meesters over uw geloof zijn, maar wij zijn medewerkers tot uw vreugde".
Klaarblijkelijk zou de organisatie en het besturende lichaam volgens hun eigen publicaties eens hun eigen handen op hun eigen hoofd moeten leggen. Het is toch duidelijk dat wanneer je de vuile was van de organisatie en het besturende lichaam of van hun verantwoordelijken buiten hangt je als een afvallige uitgesloten wordt en zelfs voor veel minder nog. Als ik zeg voor veel minder nog dan is het voor veel minder hoor.
Vanaf het moment dat je niet akkoord kunt gaan met een uitspraak of een regel of een leerstelling wordt je monddood gemaakt.
DONDERDAG 28 MEI
[Christus] heeft ... gehoorzaamheid geleerd uit de dingen die hij heeft geleden. - Hebr. 5:8.
Christus Jezus is geschikt voor zijn rol als Koning van Gods hemelse koninkrijk. Hij was een onmetelijk lange tijd met Jehovah samen, terwijl hij de wil van zijn Vader deed en diens "meesterwerker" was (Spr. 8:22-31). Toen Jehovah er regelingen voor trof dat Jezus naar de aarde zou komen, werkte hij daar bereidwillig aan mee. Op aarde stelde hij zich voornamelijk ten doel anderen over Jehovah's soevereiniteit en koninkrijk te vertellen. Jezus heeft ons allemaal een schitterend voorbeeld gegeven door volkomen onderworpen te zijn aan die soevereiniteit (Matth. 4:17; 6:9). Jezus onderging vervolging, en uiteindelijk werd hij ter dood gebracht. Tijdens zijn bediening kon hij de beklagenswaardige toestand van de mensheid waarnemen. De dingen die Jezus op aarde heeft ervaren, hebben hem begrijpender en meelevender gemaakt. Hij heeft persoonlijk gezien in welke toestand de menselijke familie verkeerde. Hij kon meevoelen met degenen die lijden ondergingen en kon zijn rol als hun verlosser beter begrijpen. - Matth. 9:36; 11:28-30; Hebr. 2:17, 18; 4:14-16.
De Wachttoren van 2007 15 augustus 2e studieartikel blz. 27 §9, 10.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:de schriftplaats uit Hebr.5: 8 maakt duidelijk dat ook volmaakte mensen nog bij kunnen leren. Om te beginnen was Jezus Christus als hemels schepsel en zelfs als de eerst en enig geboren zoon van God gehoorzaam aan Zijn Vader door zijn volledige medewerking te verlenen aan het voorbereiden van zijn menselijk leven dat uiteindelijk ook tot zijn offerandelijke dood zou leiden.
Nu wordt door de organisatie en het besturende lichaam veelvuldig de nadruk gelegd op Gods koninkrijk dat mettertijd het instrument zal blijken te zijn dat God gebruikt om van de mensenwereld weer een menselijke wereld te maken.
Dat is heel mooi want een paradijs is de wereld echt niet en noch minder op geestelijk vlak. Dat God dat weet is een uitdrukking die ik reeds van kindsbeen kende. Bepaalde zaken zoals "wanneer zal die oorlog nu gedaan zijn" bijvoorbeeld ontlokte de mensen die uitdrukking en zij zeiden dan: dat weet ik niet, "maar God wel".
Dat zijn zo van die dingen waar n' mens tocht eventjes bij stil staat. Als God alles weet op voorhand, waarom dan dit en dat en 't ees en 't 'geen?
Het antwoord datmij bevredigde was dat God niet alles wilt weten. En dat mensen zelf verantwoordelijk zijn voor wat er gebeurt en niet gebeurt. Dat is duidelijk, maar tien mensen met tien mitrailleurs gewapend kunnen volgens mij gemakkelijk honderd anderen laten werken of iets laten doen wat die honderd feitelijk niet willen doen, en dan? Wel dat kun je vermenigvuldigen met ieder getal dat nodig blijkt te zijn.
De situatie in de wereld is daar zelfs gedeeltelijk op gebaseerd. Ik zei gedeeltelijk, want er zijn nog veel meer manieren waarop mensen verplicht worden om te doen wat een ander zegt.
De subtielste is misleiding waardoor mensen zelfs grotendeels er vrijwillig aan meewerken. Die misleiding gaat altijd gepaard met indoctrinatie en manipulatie en je mag het keren en draaien zoals je wilt, dat is zodanig gecultiveerd dat slaven en slavenarbeid nu erger is dan ooit in de loop der geschiedenis.
Jezus Christus heeft tijdens zijn relatief kort menselijk bestaan zoveel meegemaakt dat hij door zijn persoonlijk lijden ons nog beter en in alle opzichten kan begrijpen.
Dan heb ik nog een uitdrukking die ik in De Wachttoren van 15 februari 2008 op blz. 29 heb gelezen in de eerste § staat over het wonder van de broden dat: Als ze (de discipelen van Jezus)hadden begrepen hoe groot de kracht was die Jezus had gekregen, zouden zij niet zo verbaasd zijn geweest toen hij door een wonder over het water liep.
Denkt nu eens goed na: Als wij zouden begrijpen hoe groot Gods kracht en vermogens wel zijn, zouden wij toch niet verbaasd mogen zijn dat God wel degelijk een onderscheid zal maken tussen rechtvaardigen en onrechtvaardigen.
Waar ter wereld zij ook met een organisatie verbonden zijn of juist niet.
Niet wat mensen zeggen en schrijven over God is belangrijk.
En wat Hij zal doen mettertijd is zeker niet gebonden aan wat mensen zeggen, schrijven of zelfs maar denken.
Of de bijbel nu exact juist is of niet, of andere heilige boeken juist of niet juist zijn, heeft alleen maar die waarde die iemand of een organisatie er aan geeft of, er uit distilleert.
Als geloofswaarden is dat krak hetzelfde met dien verstande dat men er een beter mens moet door worden. En met beter bedoel ik beter voor je evennaaste, de mensheid in het algemeen en individueel.
Dat wil niet zeggen dat je een ander moet laten profiteren van je. Een spreekwoord zegt: veel te goed is half zot. Maar zoals Van den Boeynants ooit zei: "trop" is teveel.
vrijdag 29 mei
Ik heb u het voorbeeld gegeven, opdat ook gij zoudt doen zoals ik u heb gedaan. -Joh. 13:15.
Jezus gaf ouders het voorbeeld door zelf toe te passen wat hij onderwees. Willen ouders hun kinderen een beweegreden geven om van Jehovah te houden, dan moeten hun woorden en daden met elkaar overeenstemmen (1 Joh. 3:18). Waarom is het voorbeeld van de ouders zo belangrijk? Net zoals volwassenen kunnen leren van God te houden door naar Jezus' voorbeeld te kijken, kunnen kinderen leren van Jehovah te houden door het goede voorbeeld van hun ouders te volgen. Degenen met wie het kind omgaat, kunnen het kind opbouwen of juist 'nuttige gewoonten bederven' (1 Kor. 15:33). Gedurende een groot deel van het leven van het kind, en zeker in de belangrijke vormingsjaren, zijn de ouders degenen met wie hij de nauwste omgang heeft en die de meeste invloed op hem hebben. Ouders moeten zich daarom afvragen: Wat voor omgang ben ik? Moedigt mijn voorbeeld mijn kind aan om nuttige gewoonten te ontwikkelen? Welk voorbeeld geef ik in belangrijke dingen zoals gebed en Bijbelstudie?
De Wachttoren van 2007 1 september 2e studieartikel blz. 26 §3, 4.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:zie de dagtekst van 15 mei en mijn commentaar hierover.
Toch wil ik er op wijzen dat de organisatie en het besturende lichaam zich eveneens als een ouder opwerpen voor alle Getuigen van Jehovah, specifieker als een moeder.
In deze tijd is het "één ouder gezin", in vergelijking met een of twee generaties terug, een deel van de gemeenschap geworden.
En daarmee wil ik de organisatie en het besturende lichaam vergelijken, met een alleenstaande moeder.
De organisatie en het besturende lichaam gaan er prat op en staan er zelfs op om als enige organisatie GOD te vertegenwoordigen en ZIJN spreekbuis te zijn.
Het feit dat zij, zoals zij het als een vereiste stellen bij de doopvragen, de door Gods geest geleide organisatie zijn maakt hen superieur aan hun vermeende leider, Jezus Christus.
Dat wil zeggen dat zij buiten datgene gaan wat geschreven staat. Ik citeer één uitspraak van Jezus Christus Mattheüs23:10-11. "Laat U ook geen leiders noemen, want één is UW Leider, de Christus.11 De grootste onder U moet echter UW dienaar zijn".
Zoals ik in het commentaar van 15 mei zei, kinderen blijven geen kinderen. Maar Ons Moeder, de organisatie en het besturende lichaam, laten ons gewoon niet los. Zij verplichten ons om al wat zij zeggen en schrijven zonder boe of ba te mogen zeggen, dienen te aanvaarden, want het is voor ons welzijn.
Goed, zij noemen zich geen leider, maar handelen als onze leider. Laat ik dan de aandacht vestigen dat 'willen zij de grootste' zijn, dan moeten zij dienen, maar een dienaar stelt geen eisen of vereisten. Dienend leiderschap is niet weggelegd voor mensen met autoriteit die autoritair optreden.
Hun optreden is zoals in vele andere religies "gehoorzamen is beter dan slachtoffers" om één schriftplaats te gebruiken. 1Samuël15:22 ".Zie! Gehoorzamen is beter dan een slachtoffer"
Volledig mee akkoord, maar geen "kadaver gehoorzaamheid".
Zulke gehoorzaamheid is door Jezus Christus geïdentificeerd met de volgende waarschuwing: Mattheüs15:14. "LAAT hen maar begaan. Zij zijn blinde gidsen. Indien nu een blinde een blinde leidt, zullen beiden in een kuil vallen".
De letterlijke toepassing zou ons het gedacht kunnen geven dat wij hen moeten laten begaan of gerust moeten laten, maar Jezus Christus stelde die blinde gidsen aan de kaak, JA toch?
Nu zul je ondertussen reeds de overtuiging hebben dat ik niets goeds over de organisatie en het besturende lichaam kan vertellen.
Dat bedoel ik in het geheel niet, maar ik beweer dat enkele personen die de dienst uitmaken misbruik maken van hun positie, hun autoriteit en hun macht.
Dat kan gemakkelijk aangetoond worden doordat de massa die zij beheren eveneens beheersen en het praktisch onmogelijk maken dat die massa voor zichzelf gaat denken en spreken.
Diegenen die dat gewetensvol wel doen worden zwaar onder druk gezet of er op gelijk welke manier uitgewerkt, want het doel wettigt de middelen, alhoewel dit zeker niet schriftuurlijk is.
Dienend leiderschap is niet voor iedereen weggelegd, maar onmogelijk voor mensen die anderen niet de gelegenheid geven zich te uiten.
Dat is iets waar je niet alleen moet over nadenken, maar vooral moet natrekken!
commentaren van de dagtekst 20 MEI tot en met 24 MEI
woensdag 20 mei
Niet één onder hen was er overgebleven. - Ex. 14:28.
Jehovah's belofte om zijn volk te beschermen lag opgesloten in zijn verzekering dat hij hen uit Egypte zou bevrijden en hen het beloofde land zou laten binnengaan. Bedenk dat de woedende Farao Israël achternazat met zijn machtige leger, uitgerust met honderden strijdwagens. Wat moet die arrogante man zich zeker van zijn zaak gevoeld hebben, vooral toen de Israëlieten in de val leken te zitten tussen de bergen en de zee! Op dat moment greep God in om zijn volk te beschermen door een wolk tussen de twee kampen te plaatsen. Aan de Egyptische kant was er duisternis; aan de Israëlitische kant was er licht. Terwijl de wolk de opmars van de Egyptenaren tegenhield, hief Mozes zijn staf op, en het water van de Rode Zee spleet in tweeën zodat er een ontsnappingsweg voor de Israëlieten ontstond en tegelijk een val voor de Egyptenaren. Jehovah bracht het machtige militaire apparaat van Farao een vernietigende slag toe en behoedde zijn volk voor een stellige nederlaag. - Ex. 14: 19-28.
De Wachttoren van 2007 1 november 1e studieartikel blz. 22 §7.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:het bijbelse verslag moet met groot geloof worden gelezen omdat die gebeurtenissen zich allemaal op zowat dezelfde dag afspeelden. Vergeten wij niet dat de mensen met zowat drie miljoen waren een evenredig aantal wagens en trek-ossen met hun bezittingen, dan nog al hun klein- en grootvee.
Het blijspel voor de Israëlieten en de tragedie voor de Egyptenaren, allemaal op dezelfde tijd. Heel die geschiedenis is nog steeds een onderwerp van discussie en interpretatie met allerhande interpellaties.
De organisatie en het besturende lichaam gebruiken deze wonderbare ontwikkelingen als parallel voor de bevrijding in deze tijd. Op blz. 24 van De Wachttoren §11, 12 lezen wij dan ook het volgende: §11
11 Wat valt er over onze tijd te zeggen? Op vrijdagmorgen 2 oktober 1914 stapte Charles Taze Russell, die destijds de leiding had over de Bijbelonderzoekers, de eetzaal van Bethel in Brooklyn (New York) binnen. Goedemorgen allemaal, zei hij opgewekt. En toen kondigde hij voordat hij naar zijn plaats ging, vreugdevol aan: De tijden der heidenen zijn geëindigd; hun koningen hebben hun dag gehad. Opnieuw was voor Jehovah, de Soeverein van het universum, de tijd gekomen om op te treden ten behoeve van zijn volk. En dat deed hij!
Het spijtige van deze weergaven en de opgewektheid van Charles Taze Russell is dat er een verkeerde voorstelling van de feiten wordt gegeven. De aankondiging die Charles Taze Russell op die morgen vreugdevol aankondigde was gebaseerd op het feit dat hijzelf gepubliceerd had dat in 1914 de grote verdrukking zou beginnen en dat dit het begin van het einde zou zijn van de heersende "koningen".
Nu schrijft de organisatie en het besturende lichaam:opnieuw was voor Jehovah, de Soeverein van het universum, de tijd aangebroken om op te treden ten behoeve van zijn volk. En dat deed hij! Volgens §12 vijf jaar later.
Maar daar ging het in die aankondiging van Charles Taze Russellniet over, maar wel dat hun verwachtingen om nog diezelfde week nog naar de hemel zouden gaan vervuld zouden worden. Zie het "verkondigersboek" blz. 61, 62.
12 Vijf jaar later bevrijdde Jehovah zijn volk uit Babylon de Grote, het machtige wereldrijk van valse religie (Openbaring 18:2). De meesten van ons zijn niet oud genoeg om die opwindende bevrijding persoonlijk te hebben meegemaakt. Maar we zien duidelijk de resultaten. Jehovah heeft de zuivere aanbidding hersteld en degenen die ernaar verlangden hem te aanbidden, samengebracht. Dat was via de profeet Jesaja voorzegd: Het moet geschieden in het laatst der dagen dat de berg van het huis van Jehovah stevig bevestigd zal worden boven de top der bergen, en hij zal stellig verheven worden boven de heuvels; en daarheen moeten alle natiën stromen. Jesaja 2:2.
Dat zij vijf jaar later uit "Babylon de Grote" bevrijd werden is een interpretatie die als een vervolg kan gezien worden van die verkeerde verwachtingen. Zoals de uitdrukking "dat de soep nooit zo heet gegeten wordt als ze opgediend is".
En de paragraaf doet dan een beroep op de emoties door te stellen dat de meesten van ons niet oud genoeg zijn om die opwindende bevrijding persoonlijk mee gemaakt te hebben. Hiermee wordt de aandacht afgeleid van diegene die de organisatie de rug hebben toegekeerd omdat zij zich bedrogen voelden.
De manieren waarop de verkeerde verwachtingen in een positieve richting gedraaid werden is in zo onbijbels dat het mij verwonderd dat, toen ik het jaren geleden gelezen heb, het allemaal als zoete koek heb geslikt.
Nu besef ik, en velen met mij, dat het genootschap echt "de beste" zijn om met bijbelse manipulatie alles recht te trekken wat zij zelf krom hebben gemaakt.
In §18 staat dat wij nu leven in de tijd van het einde, en de ware kennis is inderdaad overvloedig. Wereldwijd heeft de heilige geest waarheidlievende mensen naar nauwkeurige kennis van de ware God en zijn voornemens geleid. (...)
En dan wordt er weer eens afgegeven op de onwetendheid en afvallige christenheid.
§19 doet dan een beroep op wat we met eigen ogen hebben gezien, kunnen we beslist zeggen: "Niet één woord van alle goede woorden die Jehovah, uw God, tot u gesproken heeft, is onvervuld gebleven".
Wat ik met eigen ogen heb waargenomen en gelezen, is dat, wat de organisatie en het besturende lichaam geschreven en voorzegd hebben, herschreven en op terug is moeten komen, mensenwerk is geweest.
Van alle boeken en publicaties is er geen enkele die echt overeind is gebleven. Daarmee bedoel ik dat wat bij de eerdere publicaties bijbels ondersteund en bewezen was niet veranderd kan worden. Wat wel kan en zou moeten, is een rechtzetting met de redenen waarom men een verkeerde toepassing heeft gegeven. Tenzij met het moedwillig heeft gedaan met de bedoeling een bepaalde weg of wegen te volgen of te misleiden.
Daarbij komt dat het afgeven op andere religies eerder een vorm van zelfverheffing blijkt te zijn.
Het aan de kaak stellen van verkeerde leerstellingen of praktijken staat daar uiteraard boven en is eerder een terechtwijzing en soms zelfs een verplichting.
Het kerkelijk recht is juist daarom geen Goddelijk of Schriftuurlijk recht.
Volgens mij zouden de "Universele rechten van de mens" voorrang moeten krijgen op ieder "kerkelijk recht" het misbruik door religie zou daardoor terug gedraaid kunnen worden naar meer menselijkheid, gelijkheid en vrijheid op alle gebied.
DONDERDAG 21 MEI
Hetzij gij daarom eet of drinkt of iets anders doet, doet alle dingen tot Gods heerlijkheid. 1 Kor. 10:31.
Als christenen genieten we van het leven en willen we God in alles wat we doen verheerlijken. Als we ons er getrouw op toeleggen het goede nieuws van het Koninkrijk te prediken en anderen te leren alles te onderhouden wat Jezus geboden heeft, zullen we merken dat er veel lonende gelegenheden voor dienst voor ons openstaan (Matth. 24:14; 28:19, 20). We kunnen natuurlijk met onze plaatselijke gemeente samenwerken, maar misschien hebben we ook de mogelijkheid om te dienen waar de behoefte groter is, in een ander gebied, een ander land of een anderstalig veld. Welke takken van dienst kun jij je ten doel stellen? Zie als opgedragen aanbidder van Jehovah altijd naar hem en naar zijn organisatie op voor leiding. Zijn "goede geest" zal je helpen de juiste beslissing te nemen (Neh. 9:20). De ene toewijzing leidt vaak tot de andere, en de ervaring en bekwaamheden die je in de ene tak van dienst opdoet, komen vaak weer van pas in een latere toewijzing. De Wachttoren van 2007 1 oktober 2e studieartikel blz. 21 §11, 12.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:het studieartikel dat in de dagtekst besproken wordt heeft als thematekst "Leef nu voor het doen van Gods wil" en de leitekst voor dit thema is "Christus is voor allen gestorven, opdat zij die leven, niet langer voor zichzelf zouden leven". 2 Korinthiërs 5: 15.
Het is prachtig propaganda materiaal en kundig aangepakt. Het laat toe dat je een keuze kunt maken om met succes het doen van Gods Wil op de eerste plaats in je eigen leven te stellen. §5 bijvoorbeeld zegt duidelijk dat 'Om met succes voor het doen van Gods wil te kunnen leven, moeten we bovendien oordeelkundig te werk gaan'. Als we verstandig zijn, vermijden we het ons steeds dieper in de schulden te steken, waardoor we een slaaf van dit stelsel zouden kunnen worden en minder in Gods werk zouden kunnen doen'.
Het is een feit dat iemand die van het leven wil genieten en tezelfdertijd God wil dienen oordeelkundig te werk moet gaan. Dat je er verstandig aan doet om geen schulden te maken is eerder een leefregel die veel mensen navolgen. Daar moet je geen Getuigen van Jehovah voor worden. Het is echter een feit dat 'lenen' door het systeem aangemoedigd wordt om "nu te kopen en later te betalen". Krediet verlenen kan een vorm van gemak betekenen, maar kan tezelfdertijd een strik zijn waardoor men boven zijn budget gaat leven.
§6 toont daarom ook een extreme situatie om de boel op te schroeven, ik citeer: "Als je helemaal bent opgegaan in het nastreven van wereldse doeleinden financiële of andere zijn er waarschijnlijk ingrijpende veranderingen nodig om Gods wil op de eerste plaats te gaan stellen".
Deze situaties zijn vooral in de hoogconjuncturele landen schering en inslag. Veel anderen landen hebben niet de mogelijkheden om kredieten te verlenen al komt dit steeds meer in beeld. De economische crisis is gedeeltelijk te wijten aan het feit dat veel mensen kredieten hebben verkregen, later zonder werk kwamen of minder inkomsten en hun aflossingen niet meer konden opbrengen. De levensduurte draagt er eveneens toe bij en dat is eerder een vicieuze cirkel die achter de schermen subtiel gehanteerd kan worden.
Nu staat op blz. 22 onder het onderkopje "leer evenwichtig te zijn" als eerste zin een paradoxale zin, ik citeer §7: 7 Voor het doen van Gods wil leven, vraagt onze volledige inzet. Het mag nooit zo zijn dat we onszelf ontzien of er de kantjes van aflopen (Hebreeën 6:11, 12). Maar Jehovah wil ook niet dat we zo veel van onszelf vergen dat we fysiek, mentaal of emotioneel opbranden. Het verheerlijkt hem als we bescheiden erkennen dat we zijn werk niet in eigen kracht kunnen volbrengen, en er blijkt ook uit dat we evenwichtig zijn (1 Petrus 4:11). Jehovah belooft ons de nodige kracht te geven om zijn wil te doen, maar we moeten niet meer willen doen dan we kunnen en geen dingen proberen te doen die hij nie t van ons verwacht (2 Korinthiërs 4:7). Om God te kunnen blijven dienen zonder opgebrand te raken moeten we zuinig omspringen met onze energie.
Het is een feit dat miljoenen vrijwilligers het aangenaam vinden of gevonden hebben om andere mensen te dienen of te helpen. Deze manier van werken is over de hele wereld en in alle organisaties een vorm van geven die tot eer strekt van de mensheid.
Het spijtige van heel de situatie is uiteraard dat het gelijktijdig opgaat met een massa profiteurs die zulke gelegenheden uitbuiten. Ik denk bijvoorbeeld aan "artsen zonder grenzen" die ondanks al hun inspanningen in situaties terechtkomen die levensbedreigend zijn.
Bij een ramp zoals in Italië onlangs, om er maar een te noemen, worden enorme hulpbronnen ingezet.
Dat de organisatie en het besturende lichaam de bijbelse prediking als De Geestelijke Hulp uitoefent is prijzenswaardig, maar dit mag niet gebruikt worden als een reclamebord om de organisatie en het besturende lichaam op de voorgrond te brengen.
Evenmin dat HET een bewijs is dan men een Christen zou zijn.
Een Christelijke levenswijze is geen privilege dat uitsluitend door hen uitgeoefend wordt.
Er is reeds 2000 jaar mee gemoeid en geknoeid en waar mensen hun leven hebben gegeven.
Ik herhaal dan ook dat een Christelijke levenswijze belangrijker is dan de prediking op zichzelf.
Niet dat ik de prediking veroordeel, maar wanneer de prediking als motief gebruikt wordt om de organisatie en het besturende lichaam op de voorgrond te brengen zit er iets verschrikkelijks fout. Zeker de manier waarop de prediking dient te geschieden en die voor de Getuigen van Jehovah tot een leerstelling is verheven.
VRIJDAG 22 MEI
Wie zijn roede inhoudt, haat zijn zoon, maar wie hem liefheeft, die zoekt hem werkelijk met streng onderricht. - Spr. 13:24.
Kinderen die niet met consequent streng onderricht zijn grootgebracht, lopen de kans egocentrisch en ongelukkig te worden. In tegenstelling daarmee heeft men ontdekt dat kinderen met ouders die begrip voor hen hebben maar toch duidelijke grenzen stellen, het op school beter doen, betere sociale vaardigheden hebben en over het algemeen gelukkig zijn. Het is dus beslist zo dat ouders die hun kinderen op een vriendelijke manier streng onderricht geven, laten zien dat ze echt van hen houden. Wat wil het zeggen een kind op een vriendelijke, liefdevolle manier streng onderricht te geven? Ouders moeten met hun kinderen bespreken wat er precies van hen verwacht wordt. Kinderen van christelijke ouders krijgen bijvoorbeeld van jongs af aan fundamentele Bijbelse beginselen onderwezen, en ook wordt hun geleerd dat het belangrijk is aan de verschillende aspecten van de ware aanbidding deel te nemen (Ex. 20:12-17; Matth. 22:37-40; 28:19; Hebr. 10:24, 25). Kinderen moeten weten dat er over deze vereisten niet te onderhandelen valt.
De Wachttoren van 2007 1 september 1e studieartikel blz. 21 §8, 9.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:er is reeds commentaar op gegeven en het is zeker waar dat streng onderricht een beter resultaat kan geven. Dit strenge onderricht dient gepaard te gaan met rechtvaardigheid en menselijkheid, consequentheid en het bijbrengen van morele waarden. Het is waar dat een doorgevoerde bijbelstudie zeker kan bijdragen tot een algehele verbeterde persoonlijkheid, inzicht en sociale vaardigheden.
In de genoemde Wachttoren is er een onderkopje "Moedig tot eerlijke communicatie aan". Dit is zeker geen éénrichtingsverkeer, maar zowel met kinderen als met volwassen moet een opendialoog mogelijk zijn.
Sommigen hebben gezegd dat bijbelkennis beter is dan universitaire kennis. Dat hangt grotendeels af van WIE die bijbelkennis afkomstig zal zijn, wat er beoogd wordt, de motivatie of de doeleinden.
Je kunt de bijbel op oneindig veel manieren interpreteren en iedere organisatie die er een geloofsbelijdenis wilt van maken kan dit op zijn of haar eigen, zelfs persoonlijke manier uit distilleren. Weet je waarom ik dit woord 'distilleren' gebruik?
Omdat het 1) een proces vertegenwoordigt van 'verdamping en condensatie'; sterke drank stoken. 2) in figuurlijk opzicht heeft het de betekenis van 'op een gezochte wijze afleiden'.
Ik weet niet of Karl Marx dat bedoelde waarneer hij 'religie' als 'opium' voor het volk bestempelde. Ik gebruik 'distillatie' om te benadrukken dat bedwelmende drank iemand willoos maakt en uiteindelijk zelfs gewetenloos in de zin dat hij of zij niet meer zichzelf is.
Daarom kan 'religie' gemakkelijk gebruikt worden om mensen te leiden en te misleiden.
Bedenk maar dat er meer dan 37.000 christelijke denominaties vermeld zijn geworden in de publicaties van de Wachttoren organisatie. Die 37.000 denominaties kunnen niet allemaal de gehele waarheid hebben en zij kunnen eveneens niet allemaal leugens vertellen.
Volgens de bijbel, is zelfs Satan n' gast die de bijbel gebruikt op zo'n manier dat hij de "uitverkorenen" kan misleiden.
2Korinthiërs11:14-15 "En geen wonder, want Satan zelf blijft zich veranderen in een engel des lichts.15 Het is daarom niets groots indien ook zijn dienaren zich blijven veranderen in dienaren van rechtvaardigheid".
Mattheüs24:24. "Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan, die grote tekenen en wonderen zullen doen ten einde, indien mogelijk, zelfs de uitverkorenen te misleiden".
Ik heb ondervonden dat een 'rechtvaardige instelling' een enorme hulp is bij een menselijke benadering van mensen. Onvolmaaktheid is geen excuus voor 'onrechtvaardigheid'.
Eens te meer komen wij met de vragen: wat is rechtvaardigheid? Wie bepaalt dat? Waar heeft rechtvaardigheid allemaal mee te maken? Wat zijn raakpunten en overeenkomsten?
Misschien helpt de uitspraak van een groot leraar en waarschijnlijk ken je die uitspraak wel, ik citeer "Wie getrouw is in het geringste, is ook getrouw in veel, en wie onrechtvaardig is in het geringste, is ook onrechtvaardig in veel.
Op het einde van de dagtekst worden de 10 geboden aangehaald Ex. 20: 12-17, de twee voornaamste geboden die uiteindelijk gelijk zijn citeer ik :
Mattheüs22:37-39."Gij moet Jehovah, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.38 Dit is het grootste en eerste gebod.39 Het tweede, hieraan gelijk, is dit: Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf". Daarbij komt de opdracht om discipelen te maken
Mattheüs28:19 "Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën, hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest",
En als laatste in dit lijstje
Hebreeën10:24-25. "En laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen,25 het onderling vergaderen niet nalatend, zoals voor sommigen gebruikelijk is, maar laten wij elkaar aanmoedigen, en dat te meer naarmate GIJ de dag ziet naderen".
En de organisatie en het besturende lichaam besluiten hun commentaar met te zeggen: "Kinderen moeten weten dat er over deze vereisten niet te onderhandelen valt".
Tezelfdertijd, maar zonder woorden, leggen zij dit evengoed vast voor alle volwassenen. Alleen vermelden zij niet dat het uitsluitend toepasselijk is volgens hun interpretatie van deze vereisten.
Ik laat de tien geboden voor wat ze zijn.
Volgens Mattheüs22:37-39 zijn alle mensen onze naasten, maar blijft de naaste liefhebben beperkt tot diegenen die gehoorzamen aan de organisatie en het besturende lichaam.
Mattheüs28:19 is een opdracht die volgens de organisatie en het besturende lichaam uitsluitend door Jehovah's Getuigen gehoorzaamd wordt in de "van huis tot huis" of "van deur tot deur" prediking. Hierbij inbegrepen zijn de nabezoeken en huisbijbelstudies.
Hebreeën10:24-25. hier vallen alleen die vergaderingen onder die door Jehovah's Getuigen in hun afzonderlijke gemeenten, kringen en districten worden belegd.
Geen van de bovenvermelde 37.000 denominaties is daarbij inbegrepen.
Zelfs datgene wat Jezus Christus zei is niet van tel, ik citeer: Mattheüs18:20: "Want waar twee of drie vergaderd zijn in mijn naam, daar ben ik in hun midden.
ZATERDAG 23 MEI
Predik het woord. - 2 Tim. 4:2.
Jezus stond in de eerste plaats bekend als leraar en niet als genezer of wonderdoener (Mark. 12:19; 13:1). Bij Jezus genoot de bekendmaking van het goede nieuws van Gods koninkrijk prioriteit, en dat geldt ook voor zijn hedendaagse volgelingen. Christenen hebben de opdracht het maken van discipelen voort te zetten door mensen alles wat Jezus geboden heeft te leren onderhouden (Matth. 28:19, 20). Om ons goed van die opdracht te kwijten, doen we voortdurend ons best om onze onderwijs bekwaamheid te verbeteren. De apostel Paulus beklemtoonde het belang van die vaardigheid in een brief aan Timotheüs. Hij schreef: "Schenk voortdurend aandacht aan uzelf en aan uw onderwijs. Blijf bij deze dingen, want door dit te doen, zult gij zowel uzelf redden als hen die naar u luisteren" (1 Tim. 4:16). Het soort onderwijs dat Paulus bedoelde, is niet louter het bijbrengen van kennis. Doeltreffende christelijke bedienaren bereiken het hart van mensen en motiveren hen om veranderingen in hun leven aan te brengen.
De Wachttoren van 2008 15 januari 2e studieartikel blz. 8 §1, 2.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:dat is zeker waar en de twee teksten die gebruikt worden van Markus onderstrepen dit door het woord "leraar" te gebruiken.
Uiteindelijk is de leer die Jezus Christus verkondigde eerder een rechtzetting en vervulling van het Judaïsme. Mattheüs5:17. "Denkt niet dat ik gekomen ben om de Wet of de Profeten teniet te doen. Ik ben niet gekomen om teniet te doen, maar om te vervullen",
Daarom staar er in Romeinen10:4 "Want Christus is het einde van de Wet, zodat een ieder die geloof oefent, rechtvaardigheid verkrijgt".
Kolossenzen2:14. "en het met de hand geschreven document dat tegen ons [getuigde], hetwelk uit verordeningen bestond en tegen ons was, uitgewist; en Hij heeft het uit de weg geruimd door het aan de martelpaal te nagelen.
Je kunt deze en andere teksten gebruiken volgens dat het je past, maar hou altijd rekening met de context al staat die op een geheel andere plaats. Probeer eveneens je eigen motivatie en in zo verre, die van een ander, te kennen of te doorgronden.
Ook daarom kom ik terug op de opdracht die Jezus Christus volgens het evangelie van Mattheüs28:19-20 heeft gegeven "Gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën, hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest,20 en leert hun onderhouden alles wat ik U geboden heb. En ziet! ik ben met U alle dagen tot het besluit van het samenstel van dingen.
Zoals wij kunnen lezen is het een dubbele opdracht. In de eerste plaats het 'maken van discipelen' en vervolgens die discipelen alles leren onderhouden wat Jezus Christus hen geleerd en voorgedaan had.
Volgens §19 van het voorgaande artikel, maar op dezelfde blz. 8 zegt men dat de prediking van het goede nieuws het belangrijkste werk is dat momenteel op aarde wordt gedaan. En dat werd in voorgaande commentaren belicht.
Wat ik nu wil benadrukken is dat die prediking van het goede nieuws een unieke boodschap zou moeten zijn en blijven.
Als de organisatie en het besturende lichaam"vandaag" zegt dat de 'grote verdrukking' in 1914 zal komen en "morgen" zeggen zij dat het in 1918 is, maar "overmorgen" moeten zij zeggen dat het in 1925 zal zijn omdat het noch in 1914 noch in 1918 is gekomen. Hoe kunnen waarheid minnende mensen daar dan tegenover staan? Natuurlijk zullen ze zeggen en dat hebben ze ook gedaan, dat het toegenomen licht is en de bijbeltekst gebruiken van Spreuken4:18 "Maar het pad van de rechtvaardigen is als het glanzende licht, dat steeds helderder wordt tot de dag stevig bevestigd is".
Het gaat hier echter over het pad van de rechtvaardigen en niet over hen die een datum moeten veranderen en hun beweringen moeten aanpassen omdat het niet uitgekomen is.
Goed, het is dan niet in 1925 gekomen en daarom werd een opnieuw een andere datum aangewezen in de jaren 1940 en die was dan verbonden met de tweede wereldoorlog.
De ervaring van Henry Dornik in de Wachttoren van 1 september 2007 blz. 11 einde van §1 toont duidelijk de verwachtingen van diegenen die in de kampen opgesloten zaten. Ik citeer: (...) "Dat stemde ons blij en hoopvol, want we hadden gedacht dat de Tweede Wereldoorlog zijn hoogtepunt zou bereiken in Armageddon.
Dat zelfde heeft ook de belijdende gezalfde Gijsbertus van der Bijl,mij persoonlijk gezegd.
Ook deze jaren passeerde zonder de beoogde verwachtingen. Ondertussen gingen er wel profetieën in vervulling die alle ontgoochelingen overvleugelden.
Een grondige herziene studie van de bijbel en de nodige aanpassingen brachten 1975 in de kijker. Nu kon het niet anders, 6000 jaar menselijk bestaan en de 1000 jarige regering van de vredevorst maakte uiteindelijk duidelijk dat één scheppingsdag, de zevende alias Gods rustdag, geëindigd zou zijn.
Dit was een hoogtepunt in toename en verwachtingen.
Maar deze periode was er ook eentje waar ongeveer vijf jaar voor nodig was om weer boven het peil van verkondigers te komen die er in 1976 geregistreerd stonden.
Ik durf zeggen en kan het ook aantonen dat er bijna zoveel weggegaan zijn als dat er nu zijn. Natuurlijk zal er altijd, maar dan wereldwijd, een toename blijven om de eenvoudige reden dat mensen zoeken en geloven.
De christenheid heeft een bericht opgebouwd dat hemeltergend is, maar zij zijn numeriek noch steeds zeer sterk. In feite is "Babylon de Grote", het wereldrijk van valse religie, blijft numeriek nog steeds in groei.
Met andere woorden gezegd, het is religie die satans troefkaart is.
Maar een spel wordt niet uitsluitend met 'troefkaarten' gespeeld, noch gewonnen.
Voor dat ik het vergeet, de w8115/1blz.32Vragenvanlezers"En indien het goddeloze samenstel van deze wereld tot de eeuwwisseling zou blijven bestaan, wat met het oog op de tendensen in de wereld en de vervulling van bijbelse profetieën hoogst onwaarschijnlijk is, zouden er nog steeds overlevenden van het geslacht van de Eerste Wereldoorlog zijn. Dat hun aantal afneemt, vormt echter een bewijs te meer dat het besluit van het samenstel van dingen snel zijn einde nadert.
Twee opmerkelijke uitlatingen van de organisatie en het besturende lichaam. De eerste is dat het onwaarschijnlijk is dat het goddeloze samenstel tot het jaar 2000 zou blijven bestaan.
De tweede is dat het aantal 'belijdende' gezalfde afneemt, wat een bewijs temeer is.
Ondertussen is het aantal 'belijdende' gezalfden op drie jaar tijd (2005-2008) met 1462 exemplaren verrijkt. Dat betekent zo'n 17% en plus.
Welke conclusie moet je daar uit trekken? Hou er rekening mee dat de uitleg van dit 'geslacht' ondertussen breedvoerig of juister gezegd 'breedsprakerig' is aangepast.
zondag 24 mei
Indien wij alleen in dit leven op Christus hebben gehoopt, zijn wij van alle mensen het meest te beklagen. - 1 Kor. 15:19.
Wat treurig als iemand al zijn hoop stelt op het leven in deze wereld! Degenen die geloven dat dit leven alles is wat er is, hebben vaak de instelling: "Laat ons eten en drinken, want morgen sterven wij" (1 Kor. 15:32). Maar er bestaat een toekomst: "nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, die wij overeenkomstig IGods I belofte verwachten, en daarin zal rechtvaardigheid wonen" (2 Petr. 3:13). Dan zullen christenen van "het werkelijke leven" kunnen genieten, dat wil zeggen, eeuwig leven in volmaaktheid, hetzij in de hemel of onder het liefdevolle bestuur van Gods Koninkrijksregering! (1 Tim. 6:12) Alleen Gods koninkrijk zal de problemen van de mensheid helemaal kunnen oplossen. Werken om de belangen van Gods koninkrijk te bevorderen is dus het zinvolste dat iemand kan doen (Joh. 4:34). Terwijl we daarmee bezig zijn, verheugen we ons in een gezegende band met onze hemelse Vader. De Wachttoren van 2007 1 oktober 1e studieartikel blz. 16 §10, 11.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:het tegenovergestelde is eveneens waar.
Ik bedoel dat wanneer je uitsluitend gericht bent op het leven in de hemel of het paradijs op aarde dan vervreemd je van de werkelijkheid, nu reeds.
In de eerste plaats zijn wij mensen en gemaakt met het doel de Schepper te eren. Dat wil zeggen dat wij ons als mensen dienen te gedragen en als mensen van het leven dienen te genieten.
De organisatie en het besturende lichaam gebruiken graag de tekst van 1 Kor. 15: 32 en het is duidelijk dat veelmensen die instelling hebben en van het leven willen genieten terwijl ze nu leven. Ik heb reeds benadrukt dat er miljoenen mensen zijn die over eten en drinken niet moeten nadenken om er van te genieten, maar eerder hoe zij het kunnen bemachtigen.
De miljoenen die door tekorten aan eten en drinken dagelijks sterven zijn een schandvlek voor de mensheid. Het is geen verwijt of een verwijzing naar God, wie of wat Het ook zou zijn, want de aarde heeft het vermogen om veel meer mensen het nodige te verschaffen dan diegenen die er nu zijn.
Het is duidelijk dat in de bijbel verwezen wordt naar een hemelse regering en een nieuwe mensenmaatschappij met o.a. de woorden van 2 Petrus 3: 13 zoals in hun commentaar en de Wachttoren geschreven staat.
Waar ik moeite mee heb, en dat is reeds van in het begin zo geweest, is dat men in de organisatie en het besturende lichaam, maar ook in vele andere organisaties, alle anderen uitsluit voor redding. Ik heb het reeds gezegd en herhaald, Jezus Christus is gestorven voor alle mensen.
Waarom zegt de organisatie en het besturende lichaam dan dat christenen van het 'werkelijke leven', dus eeuwig leven, zullen kunnen genieten?
Herhaaldelijk heb ik verwezen naar teksten die aantonen dat God de rechtvaardige en de onberispelijke kent en zal erkennen en hen eeuwig leven zal toebedelen.
Dat lijkt mij heel wat meer in overeenstemming te zijn met een God van liefde dan alle uitleg die aan de bijbel wordt gegeven en aan alle heilige boeken ter wereld.
En er mogen nog zoveel afschriften opgegraven of aangehaald worden, er zijn momenteel geen originele geschriften, aan ons bekend, van de Griekse Geschriften. Wat wij hebben als erkend en als canon van de bijbel is ons toegekomen via de christenheid en dat blijkt niet de aangewezen bron te zijn om honderd procent op te vertrouwen. Al zeg ik dat zelf.
In het commentaar van de organisatie en het besturende lichaam staat dat "Werken om de belangen van Gods koninkrijk te bevorderen dus het zinvolste is dat iemand kan doen".
Ik zeg, zonder afbreuk aan die 'werken' te willen doen, dat men in de eerste plaats zijn eigen persoonlijkheid en zijn eigen werken tot eer van God op een niveau moet brengen dat je God tot heerlijkheid strekt. Tezelfdertijd moet men ook een goed getuigenis hebben van buiten.
Hoe onvolmaakt men ook is, eerlijkheid is rechtstreeks in verband te brengen met heerlijkheid. En eerlijkheid staat zeker rechtstreeks en evenredig op gelijke voet met rechtvaardigheid.
commentaren van de dagtekst 15 MEI tot en met 19 MEI
VRIJDAG 15 MEI
Als pijlen in de hand van een sterke man, zo zijn de zonen der jeugd. -Ps. 127:4.
Ook al is een boogschutter nog zo bekwaam, hij zal het doel waarschijnlijk niet treffen als de pijl die hij afschiet krom of verbogen is. Natuurlijk zullen ouders hun best doen om de kromme pijl als het ware recht te maken door te proberen de verkeerde denkwijze van het kind bij te stellen. Maar uiteindelijk moeten kinderen zelf beslissen of ze zich door de wil van deze wereld laten buigen of toelaten dat Jehovah hun 'paden recht maakt' (Spr. 3:5, 6; Rom. 12:2). Hoewel op de ouders de zware verantwoordelijkheid rust hun kinderen "in het strenge onderricht en de ernstige vermaning van Jehovah" groot te brengen, beslist het kind uiteindelijk zelf tot wat voor volwassene hij zal opgroeien (Ef. 6:4). Vraag je daarom af, kinderen: aanvaard ik de liefdevolle opleiding die mijn ouders me geven? Als je dat doet, kies je de allerbeste levenswijze. En wat nog belangrijker is: je zult Jehovah's hart verheugen. - Spr. 27:11.
De Wachttoren van 2007 1 september 2e studieartikel blz. 26 §17, 18.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:de gebruikte illustratie is uiteraard toepasselijk als de genen van het kind niet van dien aard blijken te zijn dat het onontvankelijk voor het goede onderwijs is. Hoe weet je dat?Wie of wat moet je dan de schuld geven? Wie kan uiteraard weten of de ouders wel bekwame schutters zijn? En de zin die dan gebruikt wordt maakt alles voor de organisatie en het besturende lichaam o zo gemakkelijk om hun handen in onschuld te wassen. Ik herhaal die zin:"Maar uiteindelijk moeten kinderen zelf beslissen of ze zich door de wil van deze wereld laten buigen of toelaten dat Jehovah hun 'paden recht maakt'".
Dat is weer zo categorisch en laat geen plaats over voor de ouders noch voor het kind. En zijzelf, de organisatie en het besturende lichaam, komen hier dan ogenschijnlijk niet in het beeld.
Verplaatst jezelf dan maar in de plaats van de hier gebruikte ouder, en verschil zal er weinig of niet zijn.
Die ouders worden verondersteld gedoopte Getuigen van Jehovah te zijn en dienovereenkomstig zullen zij de lectuur die zij voor zichzelf gebruiken ook gebruiken om hun kinderen op te leiden.
Zelfs de manier van onderwijzen zal in bijna alle gevallen ook dezelfde zijn t.t.z. "vraag en antwoord" aan de hand van de lectuur van de organisatie en het besturende lichaam.
Zowel de vragen als de antwoorden zijn dus voorgedrukt en eerder stereotiep dan soepel en aangepast.
Toch zal de organisatie en het besturende lichaam aanmoedigen om een studie aan te passen aan de kinderen met het verschil van leeftijd en bekwaamheid in gedachten te houden.
In sommige gevallen zal het kind of de kinderen een daadwerkelijk aandeel hebben aan die gezinsstudie, maar in de meeste gevallen blijft het vraag en antwoord tot het juiste, hun, antwoord uit de bus komt.
Prijzende woorden zijn dan op hun plaats en maken deel uit van het onderwijs en het indoctrinatie proces.
Nu stelt het commentaar via de wachttoren §17 toch duidelijk dat het kind uiteindelijk zelf moet beslissen. Het enige dat het kind kan beslissen is datgene wat zijn of haar ouders beslissen en het enige wat die ouders kunnen beslissen is datgene wat de organisatie en het besturende lichaam voor hen reeds beslist hebben.
Neemt het kind een andere beslissing dan kan het niet gedoopt worden en wie niet gedoopt is kan dus niet gered worden. Hoger of universitair onderwijs wordt zeker niet aangemoedigd, integendeel.
Met andere woorden gezegd, wanneer jij je mettertijd niet opdraagt ondanks de jaren studie zul je altijd afstandelijk bejegend worden.
Word je mettertijd wel gedoopt, maar lever je zes maanden geen rapportje in dan wordt je inactief en zul je als een zwakke Getuigen van Jehovah bekend worden.
Van het moment dat jij je negatief over de organisatie en het besturende lichaam uitlaat kom je onder het kerkelijk recht en zul je ter verantwoording worden geroepen.
Met kerkelijk recht wordt niet bedoeld dat het ook Schriftuurlijk moet zijn.
Opmerkelijk is wel dat het kerkelijk recht van de organisatie en het besturende lichaam weinig of niet verschilt met het kerkelijk recht van katholieke kerk.
Wanneer jij je niet onderwerpt aan de autoriteit van 'dit kerkrecht' zul je uiteindelijk uitgesloten worden. Zelfs wanneer je recht in je schoenen staat en gewetensvol hebt gehandeld is het feit dat jij niet op Jehovah hebt gewacht, funest.
Met wachten op Jehovah wordt bedoeld dat je de onrechtvaardigheid of onrechtvaardigheden verduurt. Het aan de kaak stellen of de vuile was van een of meerdere ouderlingen buiten hangen is eveneens strafbaar. Hiervoor gebruiken zij graag en veelvuldig de schriftplaats van Hebreeën 13 17 en Judas 8 met voorbijgaan van o.a. Hebreeën 13 7 die duidelijk stelt dat verantwoordelijken het woord van God dienen te spreken.
zaterdag 16 mei
Gelukkig is de man die beproeving blijft verduren, want nadat hij is goedgekeurd, zal hij de kroon des levens ontvangen. - Jak. 1:12.
Kan het ondergaan van lijden iets goeds teweegbrengen in degenen die voor eeuwig hopen te leven op een paradijselijke aarde zonder ziekte, verdriet en de dood? De pijn en de angst die door lijden worden veroorzaakt, zijn op zich geen dingen waar we naar verlangen. Maar als we dat lijden verduren, kan het onze goede persoonlijke eigenschappen versterken en ons gelukkig maken. Kijk eens naar wat Gods geïnspireerde Woord hierover zegt: "Ook al zoudt gij lijden ter wille van rechtvaardigheid, gij zijt gelukkig." "Indien gij om de naam van Christus wordt gesmaad, zijt gij gelukkig" (1 Petr. 3:14; 4:14). "Gelukkig zijt gij wanneer men u smaadt en vervolgt en liegende allerlei kwaad tegen u spreekt ter wille van mij. Verheugt u en springt op van vreugde, want uw beloning is groot in de hemelen" (Matth. 5:11, 12). Het geluk komt voort uit de wetenschap dat we lijden omdat we Jehovah's wil doen.
De Wachttoren van 2007 15 augustus 2e studieartikel blz. 27 §12-14.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:de eerste zin is beladen en doelgericht op "diegenen die voor eeuwig hopen te leven op een paradijsaarde.
Volgens de nieuwsberichten worden er op de gehele aarde enorme haarden van lijden geregistreerd onder verschillende omstandigheden en met uitersten aan excessen.
Het lijden is niet te overzien en is zo inherent met de mensheid verweven dat het in grote delen zelfs een vorm van leven is geworden.
Het is zeker waar dat mensen dit mekaar aandoen en de bronnen zijn dikwijls zelfs niet te herkennen.
Toch moeten wij erkennen dat er ook vroeger zulke toestanden heersten en zelfs ergere in verhouding met de wereldbevolking.
Het voorstellen dat het NU erger is komt neer op het feit dat het ONS aanbelangt, ONS betreft en ONS pijn doet. Niet alleen hen die het meemaken, maar door de media als het ware in onze huiskamer wordt binnen gebracht.
De economische recessie is eveneens een vorm van lijden en de vele faillissementen treffen ook diegenen die er onrechtstreeks bij betrokken worden. Waar vroeger en nog steeds door bepaalde religies verwezen wordt naar het hiernamaals en de hemel met of zonder rijstepap met gouden lepeltjes, is in wezen niets veranderd.
Mensen in het algemeen hebben het niet werkelijk gemakkelijk en gelukkig zijn is een instelling die zelfs onder bar slechte omstandigheden overeind kan blijven.
Velen zeggen dan ook dat je zelf je eigen hemel hier op aarde moet maken.
De organisatie en het besturende lichaam doen 'krak' hetzelfde als al hun voorgangers en concurrenten. Zij moedigen hun leden aan om geduldig uit te kijken naar het door God beloofde paradijs. Er zijn geen verdiensten, maar er moet wel geloof zijn en bij dit geloof werken die bij geloof passen, want zonder werken is geloof dood.
Volgens hen is het predikingswerk het belangrijkste werk op aarde en je mag zeker niet wachten tot je dood bent om het te doen. Het prediken "van deur tot deur" is zoals vroeger gezegd en geschreven zelfs een morele verplichting. In zoverre je het fysiek en geestelijk aan kunt. Het feit dat volgens de Bijbel Jezus Christus de prediking als voorbeeld heeft gesteld geeft hen uiteraard het recht om iedereen niet alleen uit te nodigen dit werk van harte te doen, maar ook te rapporteren en dat geeft je een bijzondere status en verplichting.
Alhoewel er geen enkel bewijs is, noch van de rapportjes, noch van ook maar één getuige dat Jezus Christus van huis tot huis is gegaan, schromen zij niet om het zo voor te stellen dat het een kenteken is van ware Christenen.
Ik heb reeds gezegd dat Jezus Christus zijn leven heeft gegeven voor de gehele mensheid en er kan en moet nog veel gebeuren, wil de mensheid daarvan overtuigd kunnen worden.
Wat de toekomst zal brengen moeten wij afwachten en hoe God dit zal bewerkstelligen eveneens. De manier of manieren zullen niet afhangen van wat mensen zeggen of suggereren, maar van het ingrijpen van HEM en de reactie op ZIJN actie.
Mensen en organisaties hebben de neiging om van de Bijbel of andere Heilige Geschriften hun eigen interpretaties te geven die in de loop van de geschiedenis zoveel veranderd moesten worden en aangepast dat geloof in georganiseerde religie eerder als afgoderij kan bestempeld worden.
Van zodra een georganiseerde religie haar leden beloften moet voorhouden of dreigementen gaat gebruiken gaat zij haar gezag te buiten of erger brengt zij smaad op Diegene die zij beweren te vertegenwoordigen.
Als GOD Liefde is kan alleen Liefde de motivatie zijn en het bindmiddel. Daar zal lijden of niet lijden geen verandering in brengen. God wordt zeker niet verheerlijkt door lijden.
Volgens het commentaar van de organisatie en het besturende lichaam komt geluk echter voort uit de wetenschap dat we lijden omdat we Jehovah's wil doen.
Die "WIL van JEHOVAH" hangt af van welke religie je hebt, van wanneer en waar je geboren bent en geleefd hebt en dat kan gewoonweg niet.
Volgens mij en ik herhaal het voor de zoveelste keer Ps. 37: 29"De rechtvaardigen die zullen de aarde bezitten, en zij zullen er eeuwig op verblijven".
En Micha 6: 8 "Hij heeft u verteld, o aardse mens, wat goed is. En wat vraagt Jehovah van u terug dan gerechtigheid te oefenen en goedheid lief te hebben en bescheiden te wandelen met uw God".
zondag 17 mei
Blijf erop toezien dat gij de bediening die gij in de Heer hebt aanvaard, ook vervult. - Kol. 4:17.
We hebben een zware verantwoordelijkheid tegenover de mensen rondom ons. De beslissingen die ze nu nemen, zullen tijdens "de grote verdrukking" leven of dood betekenen (Openb. 7:14). Spreuken 24:11 zegt: "Bevrijd hen die worden weggevoerd naar de dood; en zij die wankelen naar de slachting - 0 moogt gij hen tegenhouden." Zouden wij nalaten mensen te waarschuwen dat ze een keuze moeten maken, dan zou dat kunnen betekenen dat er bloedschuld op ons komt te rusten. Dezelfde passage vervolgt namelijk: "Ingeval gij zoudt zeggen: 'Zie! Wij wisten dit niet' - zal juist hij die de harten toetst, het niet onderscheiden, en juist hij die uw ziel gadeslaat, het niet weten en de aardse mens niet stellig naar zijn activiteit vergelden?" Het is duidelijk dat Jehovah's aanbidders niet kunnen zeggen dat ze niet op de hoogte zijn van het gevaar dat mensen wacht. - Spr. 24:12.
De Wachttoren van 2008 15 januari 1e studieartikel blz. 4 §1.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:dit commentaar van de organisatie en het besturende lichaam is weer een van die wachttorenstudies die broeders en zusters en hun kinderen met schuldgevoelens opzadelen. Daarmee bedoel ik niet dat er niet kangepredikt worden. Zelfs de 'waarschuwingsboodschap' heb ik ooit erg serieus genomen en overeenkomstig gesproken. Toentertijd gebruikte ik gemakkelijk Ezechiël 33 12-20 waarbij ik opmerkte dat het vooral ging over de Israëlieten zelf, alhoewel het in beginsel ook op alle mensen kan worden toegepast. Dat mensen de beslissingen die ze NU nemen, tijdens "de grote verdrukking" leven of dood kan betekenen, is iets dat men niet zomaar klakkeloos mag aannemen.
Er wordt al meer dan honderd jaar gepredikt door Jehovah's Getuigen en ondertussen zijn miljoenen mensen gestorven, en dan? Mensen nemen beslissingen en het is niet omdat een prediker aan de deur is geweest dat zijn of haar boodschap zo duidelijk was dat men een weloverwogen beslissing kon nemen. Daar tegenover is de wijze van prediken evenmin bepalend. Het van huis tot huis werk is voor de organisatie en het besturende lichaam bepaald door drie ofvier teksten uit Handelingen 2: 46,5: 42 en 20: 20. waar het nog niet eens duidelijk is dat het van huis tot huis is en in het geheel al niet van deur tot deur gebeuren moet. In Handelingen van de apostelen worden echter op zijn minst nog dertig andere activiteiten genoemd waar een huis of een plaats genoemd wordt. Alleen het feit dat de prediking "van huis tot huis, van deur tot deur", tot een leerstelling is verheven en een verplichting is geworden, zelfs om gedoopt te kunnen worden en dat is niet schriftuurlijk.
Daarbij komt nog dat wanneer men een geordineerde bedienaar van het evangelie wil zijn men een onbesproken en voorbeeldige Getuige van Jehovah dient te zijn.
In redelijk veel gezinnen en zelfs gemeenten wordt daar weinig of geen rekening mee gehouden.
Waar het werkelijk op aankomt is dat men maandelijks een rapportje ingeeft. Dit is de manier waarop je vrij van bloedschuld verklaard wordt, wat denk jij?
In het studieartikel hierboven vermeld staat in §6 het volgende: "Babylon de Grote", het wereldrijk van valse religie, heeft de mensheid weinig troost verschaft. Integendeel, door "de wijn van haar hoererij" zijn heel veel mensen het spoor bijster geraakt.(...).
Ik zeg dat heel veel broeders en zusters en hun kinderen (miljoenen) het spoor bijster zijn geraakt en weggegaan zijn omwille van de veranderingen, vereenvoudigingen, de lichtflitsen, de onrechtvaardigheden, het niet uitkomen van de door de organisatie en het besturende lichaam opgewekte verwachtingen en de veranderde doopvragen enz..
Dan spreek ik ook van al die mensen die direct of indirect met de boodschap zijn geconfronteerd geweest en nu uiteraard de schouders ophalen wanneer er weer over de tijd van het einde, de verslechterende toestanden en de dringendheid gepredikt wordt.
En nu is het geen vraag meer "maar een refreintje van": wiens schuld is dit, wiens schuld is dat, wiens schuld zou dit wel zijn.
Met dit verschil dat de schuldigen Gods Naam ontheiligen.
En nu nog de uitleg van de illustratie van de zaaier.
Mattheüs13:36-43. Verklaar ons de illustratie van het onkruid op het veld.37 Hij gaf ten antwoord: De zaaier van het voortreffelijke zaad is de Zoon des mensen;38 het veld is de wereld; het voortreffelijke zaad, dat zijn de zonen van het koninkrijk; maar het onkruid zijn de zonen van de goddeloze,39 en de vijand die het zaaide, is de Duivel. De oogst is een besluit van een samenstel van dingen, en de oogsters zijn engelen.40 Zoals daarom het onkruid wordt verzameld en met vuur wordt verbrand, zo zal het ook gaan in het besluit van het samenstel van dingen.41 De Zoon des mensen zal zijn engelen uitzenden en zij zullen alle dingen die aanleiding tot struikelen geven en degenen die wetteloosheid bedrijven, uit zijn koninkrijk verzamelen,42 en zij zullen hen in de vuuroven werpen. Daar zullen [zij] wenen en knarsetanden.43 In die tijd zullen de rechtvaardigen zo helder schijnen als dezon in het koninkrijk van hun Vader. Wie oren heeft, hij luistere.
Schriftuurlijker kan het niet zijn nietwaar?
Jezus Christus verklaarde de illustratie persoonlijk aan zijn discipelen en uiteraard aan ons door duidelijk te maken dat de oogstersengelen zijn.
Wie van de predikers kan dan bloedschuld hebben?
Of waarom moet de dringendheid van de tijd dan gebruikt worden precies of het hangt van een menselijke prediker af?
En wat mag dan wel de bedoeling zijn van al die rapportjes?
En als het stille getuigenis van weinig of geen belang is, zijn de veranderende tijdschriften dan beter?
maandag 18 mei
Staat op, gaat weg uit het midden van mijn volk, ... en gaat, dient Jehovah. - Ex. 12:31.
Het is het jaar 1513 voor onze jaartelling. Jehovah heeft al negen plagen over de Egyptenaren gebracht. Jehovah onthult nu aan Mozes dat Farao en alle Egyptenaren nog één slag toegebracht zal worden, de laatste. Op de 14de Abib (Nisan) zal de eerstgeborene van elke Egyptenaar en van elk dier sterven. Maar Israëlitische gezinnen kan dat bespaard blijven als ze zorgvuldig de instructies opvolgen die God aan Mozes heeft gegeven. Ze moeten iets van het bloed van een mannetjeslam op de twee deurposten en het bovengedeelte van de deuropening van hun huis spatten en binnen blijven. Wat gebeurt er die nacht? We laten Mozes zelf aan het woord: "Het gebeurde nu dat Jehovah te middernacht iedere eerstgeborene in het land Egypte sloeg." Farao reageert onmiddellijk. Hij roept Mozes en Aäron bij zich en zegt tegen hen wat er in de tekst voor vandaag staat. - Ex. 12:1-7, 29, 37, 38.
De Wachttoren van 2007 15 december 2e studieartikel blz. 16 §7, 8.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:wij nemen aan dat de Bijbel de situatie exact weergeeft. Het verslag over de voorbereidingen en het uiteindelijke vertrek is nog niet zo eenvoudig temeer daar de Israëlieten de Egyptenaren grondig uitschudden.
Diegenen die dan nog vanuit het land Gozen moesten optrekken en de ontmoetingspunten plus de terugkeer om via en door de Rode Zee te trekken is allemaal zo gemakkelijk te lezen, maar is eerder moeilijk te bevatten.
Hoeveel ossenwagens waren er, hoeveel kleinvee en andere dieren moesten er door die droge bedding worden geleid?
De instructies voor de Paschanacht waren niet zo ingewikkeld, maar de voorbereidingen en het klaarmaken van het vervoer kon geen kleinigheid worden genoemd. Toen de bewuste nacht uiteindelijk voorbij was en farao het bevel gaf dat de Israëlieten konden opstappen moet het volgens de Bijbel razend snel, bijna aan internet gelijk zijn geweest om Jan en Alleman te verwittigen en te instrueren om s' morgens klaar te staan om te vertrekken. Ondertussen was er in Egypte geen gezin dat niet met minstens een dode zat. De schrik moet er wel heel diep hebben ingezeten. Drie miljoen mensen met karren en ossen plus nog eens zoveel beesten, op gelukkig nog geen autostrades met files. Waar het op neerkwam is simpel. Mozes zei wat ze moesten doen en wanneer en de rest was bijzaak. Volgens Exodus 13: 18 gebeurde dit alles met militaire stiptheid en gehoorzaamheid en "in slagorde".
De les is dan ook volgens §14 van vermelde wachttoren dat wij troost en hoop kunnen putten uit die opwindende gebeurtenissen. Volgens § 15 leren wij ook nog dat we Jehovah moeten gehoorzamen ongeacht wat hij ons vraagt te doen. In onze tijd is het bijzonder belangrijk dat we de leiding volgen die we via "de getrouwe en beleidvolle slaaf" krijgen. Deze paragraaf vermeldt eveneens dat het heel goed mogelijk is dat we gedetailleerde instructies zullen ontvangen. Om veilig door die moeilijkheden te komen, zullen we in de pas moeten blijven lopen met andere loyale dienaren van Jehovah.
De organisatie en het besturende lichaam geven reeds meer dan 120 jaar gedetailleerde instructies die altijd dezelfde zijn voor de tijd van het einde. Predik op uw tocht en verspreid zoveel mogelijk lectuur. Vòòr mij waren het anderen en na mij zullen het weer anderen zijn.
Wat de illustratie van Mattheus 24: 45 betreft en die net aangehaald werd daar staat niet alleen dat wat zij schrijven en op zichzelf van toepassing brengen, maar vervolgens staat er in vers 48: "Maar indien die boze slaaf ooit in zijn hart zou zeggen: Mijn meester blijft uit, en zijn medeslaven zou beginnen te slaan en met de verstokte dronkaard zou eten en drinken, dan zal de meester van die slaaf komen op een dag dat hij niet verwacht en op een uur dat hij niet weet, en hij zal hem met de grootste gestrengheid straffen (...)".
Het gaat over dezelfde illustratie en over diezelfde slaaf, alleen is die slaaf van instelling veranderd door de manier waarop hij de schapen van de Meester behandelt. Nu zul je zeggen de organisatie en het besturende lichaam doen het toch nog steeds goed! Dan is mijn antwoord: dat schijnt zo, maar zij hebben het heft zelf in handen genomen en laten alleen maar toe wat zij willen, niet wat Jezus Christus hen heeft voorgedaan.
Analyseer bovenstaand gedeelte maar met de illustratie van Matth. 24 45-51 en vergelijk hun handelwijze maar met de levenswijze van Jezus Christus.
dinsdag 19 mei
Zo gaat het met iemand die schatten vergaart voor zichzelf, maar niet rijk is met betrekking tot God. Luk. 12:21.
De uitdrukking 'rijk met betrekking tot God' wordt ook wel vertaald als "rijk in Gods ogen" (Today's English Version). Mensen die in materieel opzicht rijk zijn, vinden het meestal heel belangrijk hoe anderen hen bezien. Dat blijkt vaak uit hun levenswijze. Ze willen indruk maken door 'opzichtig te geuren met de middelen voor levensonderhoud die ze hebben', zoals de Bijbel zegt (1 Joh. 2:16). In tegenstelling daarmee kunnen degenen die rijk zijn met betrekking tot God zich verheugen in zijn goedkeuring, gunst en overvloedige liefderijke goedheid en hebben ze een innige persoonlijke band met hem. Die bijzondere positie geeft hun beslist een gevoel van welzijn en zekerheid, iets wat materiële rijkdom niet kan bieden. Ze kunnen zich helemaal inzetten voor dingen die in Gods ogen echt waardevol zijn. Jes.40:11.
De Wachttoren van 2007 1 augustus 2e studieartikel blz. 26 §14, 15.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:om het eens op zijn Amerikaans te zeggen "dat is zeker de honderdste keer dat die illustratie uit Luk. 12 wordt gebruikt. Akkoord het is niet altijd hetzelfde vers, maar de toepassingen liggen praktisch altijd in dezelfde lijn.
Het is waar dat de rijkdommen van de aarde niet altijd of bijna nooit evenwichtig zijn verdeeld en dat is in de praktijk ook niet mogelijk.
De vaststelling dat mensen die in materieel opzicht rijk zijn het meestal heel belangrijk vinden hoe anderen hen bezien zal wel waar zijn. Maar dat gaat meestal voor alle mensen op.
Zeker jonge mensen of liever tieners hechten er over het algemeen veel belang aan hoe anderen hen bezien, vooral in een groep. Ik kan je met mijn levenservaring van meer dan 70 jaar vertellen dat minstens de helft van de materieel rijken niet in deze categorie vallen.
De verstandigste uit deze menigte zullen zelfs moeite doen om naar buiten toe minder op te vallen. En zij weten maar al te goed dat stoefen met hun middelen alleen maar afgunst zal opwekken. Dat wil uiteraard niets zeggen, maar zo precies schrijven dat ze de indruk willen geven door 'opzichtig te geuren' met hun middelen voor levensonderhoud is niet allen gegeven.
Die zelfde levenservaring heeft mij ook geleerd dat iemand absoluut niet rijk moet zijn om belang te hechten hoe anderen hen bezien.
Evenzo willen gewone mensen en ook Jehovah's Getuigen indruk maken op anderen. Moet ik je vertellen over hun 'auto', meubels, kleding, juwelen, hobby's, diëten, koersfietsen, zelfs hun verspreiding van lectuur, het aantal bijbelstudies, de uren prediken, de aandelen op vergaderingen of/en demonstratie op dag, kring of districtvergaderingen.
Of valt dit allemaal onder de noemer "rijk met betrekking tot God"?
Zijn dat allemaal bewijzen dat God zich over hen verheugt en daarom Zijn Zegen over hen uitstort? Wie van ons of van de organisatie en het besturende lichaam kan ook maar bewijzen dat ook maar één iemand een "innige persoonlijke band" met Hem heeft?
Zelfs de persoon in kwestie kan dit alleen maar zeggen, bewijzen hoeft hij niet, juist omdat het een persoonlijke verhouding betreft.
Ik kan dit gemakkelijk vergelijken met de persoonlijke band die een 'belijdend gezalfde' heeft. Hij of zij kan dit zeggen, zij of hij kan dit tonen door tijdens de "gedachtenisviering" van de symbolen te nemen, maar bewijzen kan hij of zij niet, en dat hoeft ook niet, voor niemand. Haar of zijn verantwoordelijkheid kan nooit betwist worden.
Dat ouderlingen daar heden ten dagen voor aangesteld zijn geworden om het eventueel te verifiëren is zelfs niet schriftuurlijk.
De werkelijke reden of zelfs redenen van de dagtekst worden pas duidelijk in de woorden van §14"Die bijzondere positie geeft hun beslist een gevoel van welzijn en zekerheid, iets wat materiële rijkdom niet kan bieden.
Daar wil ik aan toe voegen dat "die bijzondere positie" hen ook boven de, zoals zij "wereldse mensen" noemen, verheft. De nederige levenswijze van Jezus Christus vervangen door het superieure gevoel van "de-betere-wij-dan-zij-houding".
En de woorden van §15 die in de dagtekst echter rechtstreeks verbonden worden als voortzetting van §14. §15 Ze kunnen zich helemaal inzetten voor dingen die in Gods ogen echt waardevol zijn".
En wat zijn volgens de organisatie en het besturende lichaam die "in Gods ogen echt waardevolle" dingen?
Volgens §15 zijn dat "onze tijd, energie en talenten" die worden gebruikt voor de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen, en niet om er zelf beter van te worden (...)
De schriftuurlijke basis die de organisatie en het besturende lichaam in §15 gebruiken is uiteraard een opdracht van Jezus Christus volgens het evangelie van Mattheüs 28: 19.
Deze weergave is echter incompleet, ik herhaal hun weergave "gaat daarom en maakt discipelen van mensen uit alle natiën"Zoals je ziet, sluiten zij de zin af, maar de volledige zin vervolgt met..., hen dopende in de naam van de Vader en van de Zoon en van de heilige geest en leert hun onderhouden alles wat ik u geboden heb.
Deze opdracht is een uitdrukking van zijn 'autoriteit'. Deze opdracht legt bovendien de 'doopprocedure' vast en het onderhouden van een Christelijke levenswijze.
Op blz. 215 van het boek "georganiseerd om Jehovah's wil te doen" staan de doopvragen van de organisatie en ik citeer, maar nummer ze:
Heb je op grond van het slachtoffer van Jezus Christus berouw van je zonden en heb je je aan Jehovah opgedragen om zijn wil te doen?
Begrijp je dat je opdracht en doop je identificeren als een van Jehovah's Getuigen, verbonden met Gods door de geest geleide organisatie?
De eerste vraag kan men nog in verband brengen met de procedure.
De tweede vraag is, volgens hun handelwijzeeen 'vrijgeleide' voor de organisatie en het besturende lichaam om dezelfde 'autoriteit' af te dwingen die alleen Jezus Christus heeft ontvangen.
De vraag waarom hebben de organisatie en het besturende lichaam dan een toegevoegde waarde verbonden aan die procedure?
Dat de prediking het belangrijkste werk is volgens de bijbel, dat is buiten kijf, maar het blijft een werk.
Dat een Christelijke persoonlijkheid belangrijker is om dit werk te doen is zelfs een eerste vereiste. Efeziërs 3: 19 "en de liefde van de Christus te kennen, welke de kennis te boven gaat, opdat gij vervuld moogt worden met alle volheid die God geeft".
En wat zijn volgens God de belangrijkste dingen?Micha 6: 8 "Hij heeft u verteld, o aardse mens, wat goed is. En wat vraagt Jehovah van u terug dan gerechtigheid te oefenen en goedheid lief te hebben en bescheiden te wandelen met uw God".
Maak eens, als je wilt, een definitie van gerechtigheid, goedheid en bescheidenheid?
commentaren van de dagtekst 11 MEI tot en met 14 MEI
maandag 11 mei
De vreugde van Jehovah is [onzel vesting. - Neh. 8:10.
Jezus vond het heerlijk Jehovah's wil te doen (Ps. 40:8). Als wij dezelfde instelling hebben, zullen we er vreugde uit putten heilige dienst voor God te verrichten. We zullen net als Jezus onzelfzuchtige gevers zijn, en dat zal ons echt gelukkig maken (Hand. 20:35). Vurige gebeden tot God hielpen Jezus zich op geloofsbeproevingen voor te bereiden. Hij bad toen Johannes hem doopte. Voordat hij zijn apostelen uitkoos, bad hij de hele nacht (Luk. 6:12-16). En welke Bijbellezer raakt niet onder de indruk van Jezus' innige gebeden op de laatste avond van zijn aardse leven? (Mark. 14:32-42; Joh. 17:1-26) Ben jij net als Jezus iemand die dikwijls bidt? Nader vaak tot Jehovah, neem de tijd voor je gebeden, zoek de leiding van de heilige geest en aanvaard die leiding zodra ze duidelijk wordt. Een sterke band met onze hemelse Vader is onontbeerlijk in deze kritieke tijd nu Gods grote dag snel dichterbij komt. Nader dus vooral steeds dichter tot Jehovah in gebed. - Jak. 4:8.
De Wachttoren van 2007 15 december 1e studieartikel blz. 11 §7, 8.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:dit is uiteraard de essentie van ons bestaan om God te verheerlijken door onze levenswijze. Daarbij komt, zoals het commentaar hierboven zegt, dat wij vreugde dienen te putten uit het verrichten van heilige dienst. Dat houdt in dat wij in de eerste plaats goed weten en dienen te beseffen wat "heilige dienst" is, niets meer niets minder. Het Inzichtboek it-1blz.999zegt dat HEILIGEDIENST:"Dienst of arbeid die heilig is en rechtstreeks verband houdt met de aanbidding van God".
In de eerste plaats moet de persoon in kwestie zelf heilig of rein zijn om heilige dienst of arbeid voor God te verrichten. In dit opzicht is het alweer een kwestie van wie bepaalt dat?
Waar liggen de grenzen? Daarom staat in de Wachttoren van 15/112000blz.14par.16Christenenputtengelukuithetverrichtenvandienst§16 "Het staat niet aan ons te bepalen wat de juiste manier is om God te aanbidden. Nauwkeurige schriftuurlijke kennis, geestelijk inzicht en goddelijke wijsheid zijn uitermate belangrijk. Anders kan er van alles totaal misgaan".
Wanneer het niet aan ons staat, aan wie komt het dan wel toe? De paragraaf geeft aan dat "nauwkeurige kennis, geestelijk inzicht en goddelijke wijsheid" uitermate belangrijk zijn.
Daar kan ik mij gemakkelijk mee vereenzelvigen. En de meer dan veertig jaar dat ik 'christelijke of stichtelijke' lectuur las heeft mij bijzonder gevoelig gemaakt voor goddelijke wijsheid en interventie.
Alleen al het feit dat de organisatie en het besturende lichaam schrijven dat het "niet aan ons toekomt om te bepalen wat de juiste manier is om God te aanbidden" is een verbodsteken voor ons, maar een gebodsteken voor hen. En wij zitten nog steeds in hetzelfde schuitje dat zij als kapiteins sturen, namelijk hun eigen aanstelling om als 'beleidvolle slaaf' het heft in handen te houden. In deze context kun je het woord heft ook gebruiken als 'handvat' van een mes en de waarschuwing gebruiken die in de wachttoren staat van 15/11blz.15par.18Christenenputtengelukuithetverrichtenvandienst"Jezus waarschuwde ook: Het uur komt dat een ieder die u doodt, zal menen God een heilige dienst te hebben bewezen".
Niet dat de organisatie en het besturende lichaam in de gevangenis zullen terechtkomen omdat zij geestelijke moordenaars zouden zijn.
Maar voor mij is het duidelijk geworden, dank zij de organisatie en het besturende lichaam, dat wat Jezus Christus uitdrukkelijk zei "Jehovah, uw God, moet gij aanbidden en voor hem alleen heilige dienst verrichten in Mattheüs 4:10. Het is voor mij en voor jou en voor gelijk wie niet nodig om op je knieën te zitten voor de organisatie en het besturende lichaam of voor gelijk welke organisatie maar ook.
In dit geval gaat de Wachttoren in vervulling, al is het anders dan dat de organisatie en het besturende lichaam bedoelden. w8015/11blz.26par.15Heiligedienstindeze "tijdvanheteinde Veronderstel echter eens dat de autoriteiten van het land ons verbieden onze aanbidding als christelijke getuigen van Jehovah voort te zetten. Hoe staat het er nu mee wanneer wij de woorden van de apostelen van Christus opnemen: "Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen?
Staat in die publicatie dat wij "de organisatie en het besturende lichaam" meer moeten gehoorzamen dan mensen.
VERGEET A.U.B. NOOIT DAT "EEN organisatie en het besturende lichaam" UIT MENSEN BESTAAT. ik herhaal dat een organisatie niets, maar dan ook niets kan doen, het zijn de mensen in die organisatie die het doen.
Door hun autoritair gedrag, het misbruiken van mensen, het interpreteren van bijbelteksten en leerstellingen, data en tijdsprofetieën die telkens weer verschoven en herinterpreteerd moeten worden enz., brengen zij smaad op Gods naam i.p.v. die naam, waar zij zich achter verschuilen, te verheerlijken.
Een sterke band met God kun je onmogelijk verwerven wanneer je Hem verkeerd voorstelt en eigenschappen toeschrijft die uit een menselijk brein komen.
dinsdag 12 mei
Ik loof u ... omdat gij deze dingen voor de wijzen en intellectuelen hebt verborgen en ze aan kleine kinderen hebt geopenbaard. -Matth. 11:25.
Zelfs als je op school geen uitblinker was, moet je niet denken dat je "de diepe dingen Gods" niet kunt begrijpen (1 Kor. 2:10). Tijdens Jezus' aardse bediening openbaarde Jehovah zijn voornemen niet aan wijzen en intellectuelen, maar aan ongeletterde en gewone mensen die nederig genoeg waren om zich door zijn dienstknecht te laten onderwijzen. Ze leken kleine kinderen vergeleken bij de mensen die op de scholen waren onderwezen (Hand. 4:13). Ook in deze tijd gebruikt Jehovah zijn geest om zijn organisatie te leiden, en die organisatie geeft Gods verenigde volk begrip van de Bijbel (Hand. 20:28; Ef. 4:3-6). Wereldwijd volgen alle gemeenten hetzelfde programma voor Bijbelstudie. In de loop van een aantal jaren wordt het hele scala van Bijbelse leerstellingen behandeld. De heilige geest is via de gemeente werkzaam om mensen te helpen de juiste instelling te ontwikkelen om "de diepe dingen Gods" te begrijpen. - Hand. 5:32.
De Wachttoren van 2007 1 november 2e studieartikel blz. 28 §5, 6.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:wij gaan die bijbeltekst van 1 Kor. 2: 10 er eens bijhalen: 1Korinthiërs2:10. "Want aan ons heeft God het geopenbaard door middel van zijn geest, want de geest onderzoekt alle dingen, zelfs de diepe dingen Gods".
Zoals je kunt zien heb ik "aan ons" benadrukt en je weet ondertussen wat dat betekent nietwaar. Voor diegenen die het nog niet weten leg ik het nog eens uit.
De context toont twee klassen van mensen aan, diegene die op menselijke wijsheid vertrouwen of gebruiken (vs5) en diegene die Gods wijsheid zouden prefereren (vs7), daar kun je er zelf nog wel enkele aan toe voegen. Persoonlijk heb ik mij altijd geconcentreerd op datgene wat Jezus Christus in de bergrede van Mattheus, als eerste van de 'gelukkig verklaringen' onderwees: hoofdstuk 5: 3"Gelukkig zijn zij die zich bewust zijn van hun geestelijke nood, want hun behoort het koninkrijk der hemelen toe".
Door omstandigheden bleef dat zo' n 10 jaar lang alleen bij het lezen van de publicaties. Toen deze omstandigheden veranderden maakte ik snelle vorderingen, alhoewel ik een anderebijbelstudieleraar wilde, iemand die dieper ging dan alleen maar zeggen "de bijbel" zegt het en dan een tekst aanhalen die voor hem ogenschijnlijk voldeed, maar niet altijd voor mij.
Hiermee bedoel ik dat wat studeren betreft, wilde ik onbewust, want ik kende de bijbel niet, van in het begin de 'diepere dingen' Gods leren kennen.
Voor mijzelf ben ik best tevreden en ik blijf mijn 'geestelijke nood' verder en dieper bevredigen.
In het commentaar van de organisatie en het besturende lichaam wordt subtiel gebruik gemaakt van 1 Kor. 2 in combinatie met Hand. 4: 13. Toen zij nu zagen hoe vrijuit Petrus en Johannes spraken en bemerkten dat zij ongeletterde en gewone mensen waren, verwonderden zij zich. En zij gingen hen herkennen als [personen] die met Jezus waren geweest. en dan nog een niet genoemde tekst, deze Mattheüs11:25. "In die tijd nam Jezus het woord en zei: Ik loof u in het openbaar, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat gij deze dingen voor de wijzen en intellectuelen hebt verborgen en ze aan kleine kinderen hebt geopenbaard".
Voila, en hiermee is de basis gelegd om de organisatie en het besturende lichaam te introduceren.
Ik gebruik hun eigen woorden: "Ook in deze tijd gebruikt Jehovah zijn geest om zijn organisatie te leiden, en die organisatie geeft Gods verenigde volk begrip van de Bijbel" en nu weet je direct op wie het door mij benadrukte of vet gedrukte 'aan ons' betrekking heeft.
Wanneer je studie hebt of hebt gehad, dan is één van de eerste dingen die men je leert, en de bijbel wordt daarvoor gebruikt, dat is dat je geen deel van de wereld kunt zijn en tezelfdertijd een Getuigen van Jehovah.
De manieren waarop de 'bijbelstudies' opgesteld en gegeven worden,"en ik noem het nú een leerstelling", zijn zo subtiel dat je het meestal maar bemerkt wanneer je er zelf de dupe van wordt.
Deze "vervreemding" is een van de basis behandelingen die het enorm moeilijk maken om jezelf te blijven en daarmee bedoel ik dat anderen voor jou zullen denken, spreken en leven. Deze manieren schakelen geleidelijk je persoonlijk geweten uit dat vervangen wordt door het collectief geweten van de gemeente, het geweten van het lichaam van ouderlingen en als groep uiteraard door het geweten van de organisatie en het besturende lichaam.
Het ergste van dit alles is dat je zelfs gelukkig zult zijn om een slaaf van de organisatie en het besturende lichaam te worden, omdat je honderd procent overtuigd bent dat je door hen een slaaf van Jezus Christus bent. Maar zoals Jezus Christus zelf zei "twee meesters dienen kan niet".
Alhoewel er geschreven staat dat Jezus Christus zegt dat hij verdeeldheid zal brengen worden deze schriftplaatsen niet in overeenstemming met een Christelijke levenswijze gebruikt en ik haal die teksten aan: Mattheüs10:32-39. Belijdt daarom iemand voor de mensen dat hij in eendracht met mij is, dan zal ook ik voor mijn Vader, die in de hemelen is, belijden in eendracht met hem te zijn;33 maar al wie mij verloochent voor de mensen, die zal ook ik verloochenen voor mijn Vader, die in de hemelen is.34 Denkt niet dat ik gekomen ben om vrede op de aarde te brengen; ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar een zwaard.35 Want ik ben gekomen om verdeeldheid teweeg te brengen tussen een mens en zijn vader, tussen een dochter en haar moeder en tussen een jonge vrouw en haar schoonmoeder.36 Ja, s mensen vijanden zullen zijn eigen huisgenoten zijn.37 Wie grotere genegenheid voor vader of moeder heeft dan voor mij, is mij niet waardig; en wie grotere genegenheid voor zoon of dochter heeft dan voor mij, is mij niet waardig.38 En wie zijn martelpaal niet aanvaardt en mij niet navolgt, is mij niet waardig.39 Wie zijn ziel vindt, zal ze verliezen, en wie zijn ziel verliest ter wille van mij, zal ze vinden.
Hier bedoel ik mee dat er geen enkel origineel evangelie of document is dat Jezus Christus dit zou gezegd hebben en zeker niet dat de organisatie en het besturende lichaam dit op haar eigen interpretaties kan of mag toepassen.
De miljoenen die wegblijven zijn grotendeels geconfronteerd met onrechtvaardige toepassingen van wat Jezus Christus zou gezegd hebben. Even als de vele oorlogen onderling en deze die in de naam van God werden en worden uitgevochten. (zie zeker het volgende).
WOENSDAG 13 MEI
Mijn geweten legt met mij getuigenis af in heilige geest - Rom. 9:1.
§9 De Bijbel maakt duidelijk dat het geweten het innerlijke vermogen is om naar je daden te kijken en ze te beoordelen. Het is alsof een innerlijke stem je zegt of een handelwijze goed is of niet. Die stem kan bijvoorbeeld van tevoren spreken als je overweegt iets te doen wat morele aspecten heeft. Je geweten kan je helpen om iets wat je wilt gaan doen, te beoordelen en je voor te stellen hoe je je zult voelen als je het gedaan hebt. §10 Meestal gaat je geweten spreken nadat je iets gedaan hebt. Toen David op de vlucht was voor koning Saul, was hij een keer in de gelegenheid iets oneerbiedigs tegenover Gods gezalfde koning te doen, en hij deed dat. Naderhand 'bleef Davids hart hem slaan' (1 Sam. 24:1-5; Ps. 32:3, 5). Het woord 'geweten' wordt in dat verslag niet gebruikt; toch is dat nu precies wat David voelde - de reactie van zijn geweten. We hebben allemaal wel eens last gehad van ons geweten. Als iemand naar Zijn geweten handelt, kan dat een gevoel van vrede en voldoening geven.
De Wachttoren van 2007 15 oktober 1e studieartikel blz. 20 §9, 10.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:Romeinen 9: 1 die hierboven in hun commentaar gebruikt wordt maakt al direct duidelijk dat het om het persoonlijk geweten gaat van Paulus. Zo wordt op blz. 22 van vermelde Wachttoren §14 geschreven dat ook Adam en Eva een geweten meekregen en wij hebben ons geweten van hen geërfd. Bij dezelfde procedure kregen zij, Adam en Eva ook een vrije wil mee, en die ook hebben wij gelijk meegekregen. Nu wil ik wel eens stilstaan bij die overdrachten. Vermits Adam en Eva als volmaakte mensen bewust zondigden hebben zij geen recht meer op 'eeuwig leven', dat is mij toch geleerd. Daar zij door bewust te zondigen onvolmaakt werden en gij en ik en de rest van de mensheid vanaf het begin daardoor "onvolmaakt" op de wereld gezet.
En nu de hamvragen: hebben wij dan een onvolmaakte wil en een onvolmaakt geweten? Dat zal wel zo zijn zeker? Als dit zo blijkt te zijn in hoeverre zijn wij dan verantwoordelijk voor alles wat wij doen of niet doen?
Het geweten is in de praktijk nog steeds een wisselwerking van het verstand en het denkvermogen van het hart. De morele regels zijn er, maar werken niet automatisch en evenmin accuraat. Ze werken evenmin synchroon met ander individuen en nog veel minder met andere culturen en weet ik veel. Het zijn ook niet altijd dezelfde regels en verschillen "en gros" evenveel van elkaar als mensen "en gros" van elkaar verschillen. Neemt o.a. maar de vingerafdrukken en het bloed in het lichaam.
Toch, alhoewel uniek, zijn de hoofdkenmerken algemeen. Wij nemen Romeinen 2: 14 Want telkens wanneer mensen der natiën, die geen wet hebben, van nature de dingen der wet doen, zijn deze mensen, al hebben zij geen wet, zichzelf tot wet.15 Zij zijn juist degenen die tonen dat de inhoud van de wet in hun hart staat geschreven, terwijl hun geweten met hen getuigenis aflegt en hun eigen gedachten onderling hen beschuldigen of zelfs verontschuldigen.
Deze tekst toont eveneens aan dat het geweten van een mens ZIJN geweten is. Uiteraard is een geweten gevormd, maar het kan ook misvormd zijn, het kan geoefend worden, bijgestuurd, vervormd en zelfs dichtgeschroeid worden. Je kunt het laten spreken en het ook het zwijgen opleggen, kortom je kunt er alle kanten mee uit, als je wilt en het toelaat.
Zie je als je wilt? Dus willen en geweten zijn doorgaans vrijheden die wij ons kunnen veroorloven zolang wij geen inbreuk maken op de vrijheid van anderen of de wil van een ander niet onderdrukken. De subtiele manieren in voorgaand commentaar sporadisch besproken zijn voldoende om te beseffen dat het niet de Christus is die ook maar iemand dwingt een bepaalde weg te gaan, maar de organisatie en het besturende lichaam doen dat wel. Zij vertellen ons dat wij de diepe dingen Gods dienen te kennen, maar alleen en uitsluitend door hen.
Wil je nu nog eens de bijbel nemen en dan Openbaring 2: 24 Maar tot de overigen van U die in Thyatira zijn, allen die deze leer niet hebben, degenen namelijk die de diepe dingen van Satan zoals zij zeggen niet hebben leren kennen, zeg ik: Ik leg U geen andere last op.
Zoals je misschien reeds wist heeft Satan in zijn reservoirs eveneens veel "diepe dingen" om mensen te misleiden. Daarom moet je de "diepe dingen" van God kennen om de "diepe dingen" van Satan te herkennen en te verwerpen. Het doel van Satan was van in het begin mensen van God af te trekken door ze achter zich te krijgen.
Het commentaar van de organisatie en het besturende lichaam zegt dat het geweten meestal gaat spreken nadat je iets gedaan hebt. Ik veronderstel nadat je iets verkeerd, fout of slechts gedaan hebt.
Ik haal nu even §18 aan van vermelde wachttoren: 18 Wat valt er te zeggen over de invloed van onze omgeving op ons geweten? We hebben misschien de invloed ondervonden van het denken en doen van onze familieleden en van de omgeving waarin we zijn opgegroeid. Dat kan de signalen van ons geweten gesmoord of vervormd hebben. Ons geweten sprak met het accent van anderen om ons heen.
Het enige wat ik nu ga doen is een bepaald gedeelte vervangen en benadrukken en jij mag uitmaken of het zo is of niet.
18 "Wat valt er te zeggen over de invloed van onze omgeving op ons geweten? We hebben misschien de invloed ondervonden van het denken en doen van de organisatie en het besturende lichaam en dat kan de signalen van ons geweten gesmoord of vervormd hebben. Ons geweten sprak en spreektnugrotendeels met het accent van wat in depublicaties staat, met inbegrip van deNieuwe Wereldvertaling. Daarboven komt nog eens wat ons tijdens allevergaderingen onderwezen wordt."
Onze vrienden, familie en zelfs gezinsleden spelen praktisch geen rol meer in ons leven, maar de nieuwe vrienden en datgene wat wij nu leren hebben prioriteit zoiets hebben wij vroegernooit ervaren.Wij zijn er zo vol van dat alleen deze belevenis ons nog goed doet, totdat???
Uiteindelijk de vervreemding zo erg is dat je zelfs je eigen vrienden, familieleden, ouders, je eigen kinderen, wanneer zij niet diezelfde handelwijze van jou volgen, als vreemden gaat behandelen.
De woorden van Jezus Christus gaan zo letterlijk in vervulling dat het voor jezelf een uitgemaakte zaak is die uitsluitend aan je vervreemde vrienden, familieleden, ouders, je eigen kinderen te wijten is, zij zijn de schuldigen, de bijbel bewijst het.
[(Zie Matt. 10: 34-36), maar ik zeg je dat Jezus Christus dit nooit zo bedoeld kan hebben als de organisatie en het besturende lichaam het onderwijst.]
Voorlopig zijt ge daar zo van overtuigd, en de organisatie en het besturende lichaam en al je nieuwe vrienden zullen dit uit eigen ervaring kunnen beamen.
En van de miljoenen die de organisatie en het besturende lichaam hebben verlaten zijn er praktisch evenveel, of zelfs meer, die juist daarom de organisatie en het besturende lichaam hebben verlaten, maar daarom niet goddeloos zijn geworden, maar menselijker.
DONDERDAG 14 MEI
Wordt daarom navolgers van God, als geliefde kinderen. - Ef. 5:1.
Jehovah is "vergevensgezind"; hij schenkt "ware vergiffenis" (Ps. 86:5; 130:4). We geven er blijk van geliefde kinderen van Jehovah te Zijn als we hem navolgen. We zijn allemaal zondaars en hebben Jehovah's vergeving heel hard nodig. We moeten daarom oppassen als we niet geneigd zijn iemand anders te vergeven. We zouden als de slaaf in Jezus' gelijkenis kunnen worden die weigerde zijn medeslaaf een schuld kwijt te schelden die slechts een fractie was van de schuld die Zijn meester hem al kwijtgescholden had. Toen de meester dat hoorde, liet hij de slaaf die niet wilde vergeven in de gevangenis werpen. Jezus besloot de gelijkenis met de woorden: "Zo zal ook mijn hemelse Vader met u handelen indien niet een ieder van u zijn broeder van harte vergeeft" (Matth. 18:21-35). Als we over die gelijkenis mediteren en erover nadenken hoe vaak Jehovah ons vrijelijk vergeven heeft, zal dat ons beslist helpen wanneer we proberen een conflict met een broeder of zuster bij te leggen! -Ps. 19:14.
De Wachttoren van 2007 1 oktober 3e studieartikel blz. 26 §18.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:dat is weer zo'n situatie die verwarring teweeg brengt mede verdeeldheid in veel gemeenten, maar ook in persoonlijke verhoudingen. Ik heb daar vroeger reeds commentaar over gegeven.
De illustratie die hierboven gebruikt wordt is voortgekomen uit de procedure die Jezus Christus instelde om moedwillige zondaars aan de kaak te stellen. (Mattheus 18: 15-17).
De illustratie waar het omgaat toont duidelijk dat diegene met een enorme schuld voor zijn eigen een dringend beroep op de schuldeiser deed die daardoor de schuld zelfs kwijtschold. Zie vs 32. Daartegenover kon hij geen enkele empathie opbrengen voor een schuldenaar die hem in vergelijking maar enkele centen schuldig was. Vs 28-30.
Het resultaat van de illustratie was dan ook dat diegene met de grote schuld niets begrepen had of wilde begrijpen dat hem barmhartigheid was bewezen, met alle gevolgen van dien.
In het vers 35 stelt Jezus Christus barmhartigheid gelijk met vergevensgezindheid waardoor Petrus zijn eigen conclusies kon trekken over de door hem gestelde vraag.
Wanneer het over minder belangrijke zaken gaat kan liefde als dekmantel worden gebruikt.1 Petrus 4: 8 "hebt bovenal intense liefde voor elkaar, want liefde bedekt een menigte van zonden".
Toch zijn er zonden die je niet zo maar kunt of mag vergeven. Lukas 17: 4 "zelfs indien hij zevenmaal per dag zondigt en zevenmaal bij u terugkomt en zegt: 'ik heb berouw', moet gij hem vergeven. Het is zonder meer duidelijk dat 'berouw' de cruciale factor is wil het vergeven zin hebben. Ik ga zelfs iets verder, het moet oprecht berouw zijn en indien het mogelijk is moet de schuldenaar alles doen naar vermogen om de zaken recht te zetten, wat als bewijs van zijn oprechtheid kan aanvaard worden.Handelingen 26: 20 (...) dat zij berouw moesten hebben en zich tot God moesten keren door werken te doen die bij berouw passen".
Hierbij behoren eveneens zonden die men aan de autoriteiten dient bekend te maken. Alhoewel de organisatie en het besturende lichaam het kerkelijk recht uitoefenen is er een precedent dat tot nadenken stemt:
In verband met de "pedofilie zaken" is de organisatie onder druk van de media tot een verbeterde samenwerking met de autoriteiten gekomen, wat niet wegneemt dat de smaad die ondertussen op Jehovahs Heilige Naam is geworpen niet te wijten is aan diegenen die de feiten naar buiten hebben gebracht, maar bij diegenen die deze feiten trachten te verbergen.
NEEM NOTA DAT: In verband met de pedofiliekwestie er opmerkelijke veranderingen zijn doorgevoerd op minder dan een jaar tijd, onder druk van o.a. de BBC . Voor België werd ditprogramma in Panorama vertoond.
De eerste brief hierover die, door de organisatie en het besturende lichaam naar alle gemeenten werd gestuurd, dateert van 15 februari 2002 en zegt dat het inlichten van de autoriteiten een persoonlijke beslissing is en er zeker geen sancties tegen de persoon opgelegd mogen worden.
Kun je navragen bij de secretaris van jouw gemeente.
De tweede brief dateert van SCF 24 oktober 2002 en zegt duidelijkdat wanneer er een potentieel gevaar bestaat voor kinderen dan dienen de ouderlingen de autoriteiten in te lichten.
Kun je eveneens navragen.
De organisatie publiceerde meermaals het kindermisbruik van andere religies. Deze verplaatste de dader(s) meestalnaar een andere parochie of instelling. Toch is hun eigen handelwijze laakbaarder dan die van het ontrouwe Jeruzalem omdat zij niet alleen dehandelwijze van hetzelfde misbruikverhulde maar de dader(s) in sommige gevallen handhaafden in de verantwoordelijke posities die zij bekleden.
Erger nog zijn de sancties, maar sommigen die de feiten bloot legden mettertijd of juist voordien werden uitgesloten en daardoor niet meer geloofwaardig konden overkomen.
Eén van de grootste schandalen in de geschiedenis van de wachttoren organisatie is dan ook het publiekelijke programma dat door de BBC vertoond werd op 28 mei 2002.
De video is op te halen via Eleuthera.aggelia.be
Uiteraard kan de organisatie niet verantwoordelijk gesteld worden voor kindermisbruik in plaatselijke gemeenten, maar wel voor de manieren waarop daders en beschuldigers van die daders behandeld werden en worden. Wij zeggen worden, ja omdat zolang iemand die aanklachten indient, als een verklikker behandeld wordt en niet als een beschermer van de kudde, zullen allerlei mistoestanden verdoken blijven. Dit geldt beslist niet voor alle gemeenten.
Heb je opgemerkt dat de eerste brief gedateerd is op 15 februari 2002.
Het genootschap wist toen reeds dat het programma zou worden uitgezonden, daarom moesten verklikkers uitgesloten worden. Toch staat er in deze brief dat het een persoonlijke keuze zou zijn om de autoriteiten in te lichten en diegenen die de autoriteiten wel op de hoogte brachten mochten geen sancties opgelegd worden.
Wat zei Jezus Christus ook weer in zijn beroemde bergrede volgensMatthéüs 5: het vers 20: "want ik zeg u, dat indien uw rechtvaardigheid niet overvloediger is dan die van schriftgeleerden en Farizeeën, gij het koninkrijk der hemelen geenszins zult binnengaan".
De tweede brief dateert 24 oktober 2002, dus ongeveer achtmaanden later en nu moesten de autoriteiten wel ingelicht worden. Kun je nog volgen?Ik wel, omdat de druk voordien alleen maar van binnenuit kwam en daar kun je iemand het zwijgen opleggen. Ik zeg iemand, maar niet iedereen.
En nog iets dat je dient te weten. De basistekst die in de brief van 24 oktober gebruikt wordt is Rom. 13:1 (vermits kindermisbruik een misdaad is en gemeld dient te worden zijn logischerwijs alle misdrijven oorzaak om de autoriteiten op de hoogte te brengen, uitgezonderd de specifieke zonden in verband met het geloof).
.Romeinen 13 (en hiermee is beslist nog niet het laatste woord gezegd) beslaat beslist een terrein of liever terreinen, waarop de organisatie onverantwoordelijk en onbeleidvol is opgetreden door in het burgerlijkleven van hun leden beslissingen door te voeren.
Daar kun je beslist zelf een lijst van opstellen.
Wat is nu belangrijker het persoonlijk geweten of de reputatie van de organisatie en het besturende lichaam?
commentaren van de dagtekst 6 MEI tot en met 10 MEI
woensdag 6 mei
God weet dat nog op de dag dat gij ervan eet, uw ogen stellig geopend zullen worden en gij stellig als God zult zijn, kennend goed en kwaad. Gen. 3:5.
Satan slaagde erin Adam en Eva ertoe te brengen tegen Jehovah's heerschappij in opstand te komen. Die opstand vormde een aanval op Gods soevereiniteit. In welke zin? Door Eva te vertellen dat ze 'volstrekt niet zou sterven' als ze van de verboden vrucht at, insinueerde Satan dat Jehovah loog en dus onbetrouwbaar was. Satan suggereerde ook dat Adam en Eva beter af waren als ze Gods gebod zouden negeren en onafhankelijk hun eigen weg zouden gaan (Gen. 3:1-6). Dat was een directe aanval op de rechtmatigheid van Gods heerschappij. Wat zou Jehovah doen? Jehovah maakte duidelijk dat hij de situatie volkomen beheerste toen hij onmiddellijk tot actie overging en het oordeel over de opstandelingen uitsprak. Hij verklaarde Adam en Eva de gave van eeuwig leven onwaardig en verdreef hen uit de Hof van Eden. Gen. 3:16-19, 22-24.
De Wachttoren van 2007 1 december 1e studieartikel blz. 21 §7, 8.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:als volmaakte mensen was de keuze die zowel Adam en Eva maakten voor ons onvolmaakte mensen eerder onbegrijpelijk. Zelfs het commentaar dat Paulus over Eva vertelt, volgens de Bijbel onder inspiratie van Gods geest geschreven werpt meer vragen op dan antwoorden.
Paulus schrijft in 1Timotheüs2:14. "Ook werd Adam niet bedrogen, maar de vrouw werd grondig bedrogen en geraakte in overtreding".
1)Hoe kon Eva bedrogen worden vermits de Bijbel duidelijk maakt dat zij dagelijks contact hadden met God? Genesis3:8"Later hoorden zij de stem van Jehovah God, die omstreeks het winderige gedeelte van de dag in de tuin wandelde ", of was zij uiteindelijk minder volmaakt?
2)Waarom stelde Eva geloof in de als slang vermomde engel, terwijl God haar alles had gegeven?
3)En was Adam zo rap te verleiden om direct de zijde van zijn vrouw te kiezen?
4)Was zijn dankbaarheid zo miniem dat hij niet kon wachten tot 'het winderige gedeelte van de dag' om het met God te bespreken?
5)Enz, enz enz...
Het feit dat Adam en Eva een vrije wil hadden meegekregen maakte die keuze erg dubieus.
Terwijl de macht van het geestelijk schepsel bleef gehandhaafd, alhoewel onder voorwaarden.
Dat daardoor Gods soevereiniteit in het gedrang werd gebracht is nog niet zo vaststaand als ze ons willen doen geloven. Hij is tenslotte de formeerder van alles en iedereen, dus wat moet er uiteindelijk bewezen worden?
Als volmaakte schepselen zo snel hun eigen gedachten en verlangens willen bevredigen is het niet verwonderlijk dat onvolmaakte mensen bredere wegen willen bewandelen?
ondertussen zijn De Wachttorenorganisatie en het Besturende lichaam er op een lucratieve wijze in geslaagd om hun interpretatie van de Bijbel op een subtiele manier over te brengen aan goed gelovige mensen.
Door hun hoop op het paradijs en eeuwig leven te beloven, zullen zij alles wat de organisatie en het besturende lichaam schrijven en prediken, blindelings aanvaarden. Ik begrijp hen heel goed, want ik spreek uit jarenlange persoonlijke ervaring.
Nergens, maar dan ook nergens, heeft God noch zijn Zoon Jezus Christus aan één organisatie die autoriteit gegeven. De "illustratie" van Mattheus 24: 45,, die de Wachttoren-organisatie en het Besturende lichaam op zichzelf toepassen, heeft enkel tot doel om elkaar te helpen teneinde Jehovah en Zijn zoon beter te leren kennen en na te volgen.
Daarmee bedoel ik niet dat er geen organisatie mag zijn, maar...De bijbel zegt duidelijk in 1Timotheüs2:5-6. "Want er is één God en één middelaar tussen God en mensen, een mens, Christus Jezus,6die zichzelf gegeven heeft als een overeenkomstige losprijs voor allen [hiervan] dient op de speciaal daarvoor bestemde tijden getuigenis te worden afgelegd.
Wanneer de organisatie en het besturende lichaam zichzelf het recht toekennen om via het predikingwerk en dan specifieker "het van huis tot huis van deur tot deur" werk zich als ''Gods organisatie" uit te geven, is kenmerkend voor gelijk welke religieuze organisatie.
Dat juist dit werk, volgens hun eigen organisatieboekjes vanaf 1972 t.e.m. 2005, uiteindelijk een 'handelsmerk' is geworden, kan in de ogen van hen en hun leden juist zijn, maar daarom nog niet in de ogen van God of Zijn zoon.
Laat het voor eens en altijd duidelijk zijn dat wanneer God een werktuig, één organisatie gebruikt, dit werktuig of die organisatie(s) zich niet boven diegene verheft of verheffen die het werktuig hanteert.
Jesaja10:15. "Zal de bijl zich verheffen boven degene die ermee hakt, of de zaag zich grootmaken boven degene die haar heen en weer beweegt, alsof de staf degenen die hem opheffen heen en weer bewoog, alsof de stok hem ophief die geen hout is"?
alleen god bepaald wie eeuwig leven waardig is of niet.
DONDERDAG 7 MEI
Wanneer gij echter blijk blijft geven van begunstiging, begaat gij een zonde. - Jak. 2:9.
Als we rijke of prominente personen bevoordelen, zouden we minder gevoelig kunnen worden voor "het klaaggeschrei van de geringe" Spr. 21:13). Begunstiging werkt belemmerend op een barmhartige houding. We tonen barmhartigheid door anderen onpartijdig te behandelen. Betekent onpartijdigheid dat we nooit speciale achting voor iemand mogen tonen? Beslist niet. De apostel Paulus schreef in verband met zijn medewerker Epafroditus aan de christenen in Filippi: "Blijft dat soort van mannen dierbaar achten." Waarom? "Want ter wille van het werk des Heren is hij de dood zeer nabij geweest, doordat hij zijn ziel aan gevaar heeft blootgesteld ten einde het volledig te vergoeden dat gij niet hier waart om persoonlijke dienst voor mij te verrichten" (Fil. 2:25, 29, 30). De trouwe dienst van Epafroditus verdiende erkenning. Ook goede geestelijke eigenschappen verdienen erkenning (1 Tim. 5:17). Het tonen van die achting is geen begunstiging.
De Wachttoren van 2007 15 september 2e studieartikel blz. 26 §8, 9.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:laat ik eerst maar beginnen met het woord "begunstiging" zoals het in boven vermeld commentaar staat en juist is weergegeven met "bevoordelen". Het kan ook weergegeven worden met "beschermen".
Maar ik wil ook aandacht schenken aan het soort van personen die begunstigd bleken te worden in de gemeente. Jakobus schreef toch "wanneer gij echter blijk blijft geven (...).
De context maakt duidelijk dat het wel degelijk om 'rijk en arm' ging. Dat het commentaar daar ook 'prominente' personen bij betrekt is logisch omdat rijk en prominent zijn meestal een Siamese tweeling blijkt te zijn. Volgens de aanklacht was de 'rijke' een materieel rijke en volgens het woordenboek is een prominent iemand een vooraanstaande persoon.
Nu komen wij in een redelijk smal straatje terecht, want de mens in het algemeen heeft de neiging om zowel rijke of prominente figuren anders te bejegenen.
Soms zelfs naar het extreme toe en wel in twee richtingen, zowel positief als negatief.
Het commentaar brengt een directe toepassing door de tekst van spreuken 21: 13 'de geringe' te situeren en dat begunstiging belemmerend werkt op eenbarmhartige houding.
Volgens Jakobus was dat ook zo, want de rijke kreeg een zetel op de eerste rij en de arme mocht plaats nemen onderaan zijn voetbankje om het figuurlijk uit te drukken.
Die handelwijze leidde, zoals hun commentaar zegt, uiteindelijk tot partijdigheid, maar de context zegt in de N.W. "klassenonderscheid". (Zie het vers 4 van Jakobus X2).
Daarom wil ik een verschil van terminologie maken. Partijdigheid heeft in deze context te maken met beoordeling onder beïnvloeding. Wat dus niet verkeerd hoeft te zijn. Klassenonderscheid heeft in dezelfde context echter te maken met "afdelingen" en/of "rangen".
Vermits de Nieuwe Wereldvertaling de vertaling van de Wachttoren organisatie is blijkt het logisch om de denkpiste van de organisatie en het besturende lichaam te volgen. En op de zoekrobot kreeg ik via Corse een antwoord dat mij bijzonder goed van pas kwam, hier komt het bewuste gedeelte in verband met "klassenonderscheid".
De priesters, die het onderwijs controleerden, zorgden ervoor dat het klassenonderscheid in de samenleving een permanent instituut werd en creëerden een systeem van waarden waardoor de bevolking in grote mate onbewust werd gehouden en waarmee ze begeleid werden in hun sociaal gedrag. door Corse » 25 aug 2005 15:37.
Het is mij niet vreemd dat de organisatie en het besturende lichaam redelijk veel overeenkomsten hebben met de door haar verguisde tegenstander 'de christenheid'.
Het is jou waarschijnlijk ook niet vreemd dat de organisatie en het besturende lichaam in serieuze afdelingen en rangen is onderverdeeld o.a. belijdende 'gezalfden', niet 'gezalfden' of de gedoopte en niet gedoopte 'verkondigers' als twee groepen met een verschillende bestemming. Ieder van hen kan streven naar een ambt, maar er zijn uitzonderingen wat de vrouwen betreft.
Dan komen ambtsdragers of opzieners volgens het boek 'georganiseerd om Jehovah's wil te doen' blz.37-58. (Dit boek is niet voor het publiek beschikbaar). Deze opzieners hebben uiteraard nog verschillende verantwoordelijkheden in de respectievelijke gemeenten zoals de presiderend opz., de secretaris ooit de meest verantwoordelijke genoemd, de dienstopziener, de wachttorenstudieopziener, de schoolopziener en de gemeenteboekstudieopziener. Samen vormen zij het 'lichaam van ouderlingen' met een eigen geweten, zoals ook de gemeente zelf een collectief geweten zou hebben. Iedere gemeente heeft dan nog een "dienstcomité" bestaande uit de presiderende opz., de secretaris en de dienstopziener. Daarnaast zijn er nog speciale comités, rechterlijke en beroepscomités, ziekenhuiscontactcomités, patiënten- bezoekgroepen, regionale bouwcomités, congreshalcomités en congrescomités en uiteindelijk, de stadsopziener. Daarboven komen dan de kringopziener, de districtopziener, het bijkantoorcomité dat drie of meer bekwame mannen omvat naargelang de behoeften. Dan hebben we nog de zoneopziener. En die worden geholpen door de dienaren en hun assistenten.
De speciale en gewone pioniers en de hulppioniers, zendelingen en bethelieten vind je op de blz. 112-116.
Al met al zijn dit voorrechten om gelijk welke titel of ambt te mogen vertegenwoordigen.
In de praktijk betekent dit een vruchtbare bodem voor de reden of redenen die Jakobus aan de kaak stelde in zijn tijd en zijn gemeente. En gezien de onvolmaakte mens alsmaar onvolmaakter wordt is de waarschuwing om geen klassenonderscheid te blijven dulden geen ijdel woord.
Het blijkt zelfs één van de voornaamste reden te zijn dat miljoenen de organisatie de rug toekeren, want dienend leiderschap wordt daardoor niet bevorderd, integendeel.
vrijdag 8 mei
Het Lam ... zal hen weiden en hen naar bronnen van wateren des levens leiden. -Openb. 7:17.
Gods Woord noemt de gezalfde christenen die zorg dragen voor Christus' belangen op aarde "de getrouwe en beleidvolle slaaf". Toen Christus de "slaaf" in 1918 inspecteerde, zag hij dat de gezalfden op aarde getrouw in geestelijk voedsel "te rechter tijd" voorzagen. Jezus, de Meester, stelde hen dan ook graag "over al zijn bezittingen" aan (Matth. 24:45-47). De bezittingen van Jezus Christus, Jehovah's regerende Koning, omvatten alle Koninkrijksbelangen op aarde. Daarbij hoort ook "een grote schare" die de apostel Johannes in een visioen zag. Johannes beschrijft de grote schare als volgt: "Zie! een grote schare, die niemand tellen kon, uit alle natiën en stammen en volken en talen, staande voor de troon en voor het Lam, gehuId in lange witte gewaden, en er waren palmtakken in hun handen." Openb. 7:9.
De Wachttoren van 2008 15 januari 5e studieartikel blz. 24 §1, 2.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:de eerste zin van het artikel is voor de zoveelste keer een zin die zorgvuldig en subtiel is voorbereid. Ik herhaal die zin "Gods Woord noemt de gezalfde christenen die zorg dragen voor Christus' belangen op aarde "de getrouwe en beleidvolle slaaf".
Het feit dat Jezus Christus een illustratie gebruikt en de organisatie en het besturende lichaam daar een vaste toepassing op zichzelf aan geeft is op zijn minst voorbarig en tezelfdertijd aanmatigend. Hoe zit het dan met andere illustraties? En wat zijn de redenen dat Jezus Christus grotendeels in 'illustraties' sprak?
Mattheüs24:45-47). "Wie is werkelijk de getrouwe en beleidvolle slaaf, die door zijn meester over diens huisknechten is aangesteld om hen te rechter tijd hun voedsel te geven?46 Gelukkig is die slaaf wanneer zijn meester hem bij zijn aankomst daarmee bezig vindt!47 Voorwaar, ik zeg U: Hij zal hem aanstellen over al zijn bezittingen.
Ik heb daarom de schriftplaatsen overgenomen, zodat je nu gemakkelijk kunt volgen. Jezus Christus stelt in de eerste plaats een vraag. Deze vraag maakt duidelijk dat hij, Jezus Christus, die 'getrouwe en beleidvolle slaaf reeds had aangesteld. Dus was hij reeds in dienst van Jezus Christus en moest volop bezig zijn met het uitdelen van 'geestelijk voedsel'.
Jezus Christusvervolgt dan door melding te maken van zijn aankomst en wanneer zij druk bezig zouden zijn met het uitdelen van voedsel zou hij hem zelfs al zijn bezittingen toevertrouwen.
Er zijn dus enkele voorwaarden waaraan voldaan moest worden. 1) Zijn aanstelling door Jezus Christus, 2) hij moet bezig zijn met geestelijk voedsel uit te delen. 3) Daarbij komt dan dat de slaafrekening met Jezus Christus komst moest houden.
Nu weet je dat zowel de Katholieke kerk als de ¨Protestantse kerken vele vertalingen van de bijbel hebben gerealiseerd, maar wereldwijd is de Bijbel ook door bijbelgeleerden gedupliceerd en verbeterd of aangepast, zowel aan de tijd als aan de vermeerderde handschriften. De organisatie en het besturende lichaam hebben hun eigen bijbel pas in de late uurtjes op de markt gebracht.
Wat religieuze geschriften betreft zijn de organisatie en het besturende lichaam beslist niet de enigen die er in voorzien, maar zeker niet de eerste. En de vele aanpassingen, veranderingen, vereenvoudigingen en tegenstrijdigheden van hun eigen lectuur maakt duidelijk dat er weinig of geen verschil is met hun voorgangers wat het eigenlijke doel is van hun lectuur en inspanningen. Zij mogen dan in de ogen van hun eigen aanhangers de beste zijn, dan kan ik alleen maar vaststellen dat zij de beste zijn van de christenheid.
Dan hebben wij de aankomst van Jezus Christus die door de organisatie en het besturende lichaam op 1914 is vastgelegd en waar zij voorlopig nog aan vast houden. Toch is ook die datum gebaseerd op hun "eigen tijdrekening" tegenover de tijdrekening van anderen, alhoewel maar met een verschil van 20 jaar.
De bewijzen daarvoor dragen zij zelf aan alhoewel alles staat of valt met de geschiedenis en de bijbel. Éen voorbeeld is de formatie van Adam die door de organisatie en het besturende lichaam op 4026 vGT is berekend maar de bewijzen zijn nu zo overweldigend dat de mens al veel langer op de aarde zou moeten zijn. Daarbij komt nog dat één scheppingsdag volgens vroegere uitleg van de organisatie en het besturende lichaam 7000 jaar bedroeg maar nu wordt er gesproken van duizenden jaren. Wanneer het ene mis blijkt te zijn hoe kan het andere dan overeind blijven?
zaterdag 9 mei
De mens moet niet van brood alleen leven, doch van elke uitspraakdie uit Jehovah's mond voortkomt. Matth. 4:4.
God wil dat we goed voor onszelf en ons gezin zorgen, wat onder andere inhoudt in hun en onze lichamelijke en geestelijke behoeften te voorzien. We moeten daarbij echter evenwichtig zijn en oppassen dat wereldse belangen en zorgen niet de belangrijker geestelijke zaken overschaduwen (Matth. 6:33). Helaas draait het leven van veel mensen bijna uitsluitend om het verkrijgen van materiële bezittingen. Het is echter onverstandig te proberen alleen met materiële dingen in al onze behoeften te voorzien. Uit een recent onderzoek onder miljonairs in Azië blijkt dat velen van hen "zich onveilig voelen en zich zorgen maken, ook al genieten ze de sociale status die hun rijkdom met zich meebrengt en hebben ze het gevoel iets bereikt te hebben" (Pred. 5:11). Jezus sprak over "de bedrieglijke kracht van de rijkdom" (Mark. 4:19). Waarom is rijkdom bedrieglijk? Omdat mensen denken dat rijkdom iemand gelukkig maakt, terwijl dat niet zo is.
De Wachttoren van 2007 1 oktober 1e studieartikel blz. 16 §5, 6.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:hier past uiteraard de schriftplaats van1Timotheüs5:8. Ja, indien iemand niet voor de zijnen zorgt, en in het bijzonder voor hen die leden van zijn huisgezin zijn, dan heeft hij het geloof verloochend en is erger dan een ongelovige.
De organisatie en het besturende lichaam waarschuwen terecht dat men evenwichtig moet zijn en oppassen dat wereldse belangen en zorgen niet de belangrijker geestelijke zaken overschaduwen.
In veel gevallen zullen plichtsgetrouwe Getuigen van Jehovah hun uiterste best doen om 'geestelijke belangen' de eerste en grotendeels de enige belangen op de eerste plaats stellen. Nu kun je uiteraard zeggen dat men hiervoor de organisatie en het besturende lichaam niet aansprakelijk kan stellen. Zowel voor de positieve als de negatieve gevolgen. Direct gezien en louter aan de hand van wat iemand leest heb je gelijk, maar er zijn vele 'maren'. Ieder artikel op zich heeft een bepaalde gevoelswaarde en is gericht op "indoctrinatie" en "manipulatie". Deze handelwijze wordt reeds bij de 'bijbelstudie' ingecalculeerd. Prijzende woorden zijn niet uit de lucht en vragen zullen direct of indirect beantwoord worden. Gezien het feit dat vele religies niet in overeenstemming zijn met wat in de bijbel staat, is het niet zo moeilijk, vooral met mensen die de bijbel niet kennen, om een antwoord te verschaffen. Een van de beste wapens van de organisatie en het besturende lichaam worden juist verschaft door wat zij noemen de 'valse religie'. En terwijl je de fouten van anderen blootlegt hoef je niet over de eigen verkeerd voorgestelde en geschreven beginselen en leerstellingen te gaan discussiëren. Gebeurt dit wel, dan zal de bijbelstudie niet doorgaan.
Nu mag je niet vergeten dat alles wat je leest, ziet, hoort, voelt en ruikt je zal beïnvloeden. Daar is absoluut niks verkeerd aan, want dat is de manier waarop je leert en ervaring opdoet. Wanneer dit echter subtiel en met een aan het eigen doel gericht programma en stelselmatig gebeurt noemt men deze manier van doen 'hersenspoeling'.
Onlangs las ik een passende illustratie in verband met "indoctrinatie":
Wanneer je een kikker in heet water gooit, springt hij er onmiddellijk weer uit.
Wanneer je diezelfde kikker echter in een pan met lauw water doet, blijft het beestje zitten.
Stook je het vuurtje eronder geleidelijk op, dan merkt de kikker pas dat het water te heet is, en hij/zij al te versuft is om eruit te springen.
Zo werkt dwingende beïnvloeding, het heeft je in de greep voor je het beseft.
(ik heb persoonlijk ervaren dat je er zelfs van geniet en er volledig mee instemt, omdat wat er geleerd wordt het hart appelleert, maar daarom nog niet juist is).
Manipulatie: komt meestal later aan bod, maar is toch ingebouwd in de publicaties van de organisatie en het besturende lichaam. Er is uitsluitend informatie en leerstof beschikbaar die van de organisatie en het besturende lichaam komen. En alhoewel men aangemoedigd wordt om oudere publicaties te bestuderen en opzoekwerk te doen ontbreekt hier meestal de tijd voor. En wanneer je dan tegenstrijdigheden tegenkomt moet je die zien als toegenomen licht of verbeteringen. Gij die dit leest weet heel goed dat je bepaalde lectuur, vooral van diegenen die "afvalligen worden genoemd" door de organisatie en het besturende lichaam, niet mag lezen op straffe van 'uitsluiting' vooral wanneer je het propageert. Op die manier is er een gebrek aan openheid, transparantie en ervaring.
Aldus zijn de meningen en informatie van andersdenkenden niet beschikbaar door die geconditioneerdheid. In dit opzicht zijn de organisatie en het besturende lichaam de specialisten met niet alleen eigen ervaring, maar vooral de leringen die zij uit de geschiedenis kunnen halen.
Wanneer zij in hun commentaar de rijkdom etaleren als 'niet gelukkige mensen' gaan zij voorbij aan het feit dat er veel meer ongelukkige armen zijn. Tezelfdertijd vergeten zij, zoals reeds gezegd, dat de organisatie en het besturende lichaam genoemd zijn als één van de rijkste organisaties. zij vermelden in hun jaarverslagen of het jaarboek, wel hun uitgaven aan speciale pioniers, zendelingen enz. maar schrijven nooit hun inkomsten. Vanaf het jaarboek van 1985 zijn de cijfers van de uitgaven vermeld. Tot en met het jaar 2008 hebben zij zomaar eventjes 1.522.886.374 $ uitgegeven. Dat is enorm veel geld en je moet het maar binnenkrijgen vooral via diegenen waar het aan uitgegeven wordt.
zondag 10 mei
Allen die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven bezaten, werden gelovigen. - Hand. 13:48.
In het Bijbelboek Handelingen is het opwindende verslag bewaard gebleven van de reactie van de vroege christenen op Jezus' profetie dat het goede nieuws van het Koninkrijk op heel de bewoonde aarde gepredikt zou worden (Matth. 24:14). IJverige predikers baanden de weg voor al degenen die nog zouden volgen. Als resultaat van het vurige getuigenis van Jezus' discipelen in Jeruzalem stroomden duizenden mensen, onder wie "een grote schare priesters", de eerste-eeuwse gemeente binnen (Hand. 2:41; 4:4; 6:7). Net als in de eerste eeuw reageren ook nu "allen die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven" bezitten gunstig op de waarheidsboodschap. Jehovah trekt zulke mensen naar zijn organisatie (Hag. 2:7). Is het niet hartverwarmend te weten dat Koninkrijksverkondigers in het dienstjaar 2007 ruim zes miljoen Bijbelstudies hebben geleid?
De Wachttoren van 2008 15 januari 3e studieartikel blz. 13 §1,3, 4.
BIJKOMEND EN BIJHOREND COMMENTAAR:het verslag in Handelingen kan dan opwindend overkomen en de leitekst hoe schriftuurlijk ook, is per slot van rekening een dooddoener. De omstandigheden waarin iemand zijn leven moet slijten kan het praktisch onmogelijk maken om religie in de werkelijk zin van het woord te onderzoeken. Wanneer zo iemand dan geen 'bijbelstudie' aanvaard, is hij of zij voorlopig afgesneden van het eeuwige leven. Ook later als men met bepaalde zaken die veranderen of aan het licht komen niet gewetensvol akkoord kan gaan is men in de organisatie en met het besturende lichaam verplicht om mee te gaan. Ongehoorzaamheid wordt zonder mankeren met uitsluiting bestraft. Alhoewel ik moet zeggen dat wanneer je alles voor je eigen houdt en dus niemand weet van je ongehoorzaamheid, kun je blijven.
Nogal wiedes, maar God weet het toch, dus gaat het wel degelijk om de organisatie en het besturende lichaam zelf. Of zou het kunnen zijn dat de organisatie en het besturende lichaam zelf niet in hun God geloven?
Wanneer er melding van gemaakt wordt dat er in 2007 ruim 6.000.000 miljoen bijbelstudies werden geleid klinkt dit enorm. Van die 6.561.426 werden er in hetzelfde jaar 298.304 gedoopt.
Wanneer je het jaarboek neemt van 2007 dan zie je dat er gemiddeld 6.691.790 verkondigers bericht hadden ingeleverd. De dopelingen er nu bijgeteld zou dus 6.691.790 + 298.304 = 6.990.094 moeten zijn, akkoord?
In 2008 vertrekken wij echter met 6.829.455 volgens het jaarboek. Dit is een verschil van 6.990.094 - 6.829.455 = 160639. in de plaats van een toename van 298304 dopelingen zijn er maar 160639. dit wil zeggen dat er 298304 160639 = 137665 personen waren die de organisatie hebben verlaten.
Bijgevolg kan een percentage vergelijking van [(137665x100):298.304]=46,15 % van het aantal gedoopte die zijn weggegaan en [(160.639x100): 298.304]= 53,85 % van het aantal gedoopte die zijn gebleven verhelderend werken of op zijn minst tot nadenken stemmen.
Ten titel van inlichting geef ik nu nog de gemiddelde tijdsduur die nodig blijkt te zijn om één gedoopte Getuige van Jehovah te rekruteren. De tijdspanne is vanaf 1971 t.e.m. 2008 dienstjaar 2007. Het aantal uren staat in de jaarboeken en ook het totaal van het gemiddelde aantal verkondigers. Die cijfers zijn uit de respectievelijke jaarboeken overgenomen en je kunt dit gemakkelijk nagaan, door alle cijfers van en tot die tijd op te tellen.
Het totaal aantal uren over die 37 jaar is 31.020.908 384. En het gemiddelde aantal verkondigers die tot in 2008 bericht hebben ingeleverd is 6.829.455 dus hoeven wij alleen maar het aantal uren te delen door dit aantal verkondigers, dat is 31.020.908.384 : 6829455 = 4.542 uren voor één nieuweling.
Nu mag jij eens schatten wat de kosten zouden kunnen zijn die de zes miljoen achthonderd negen twintig duizend vierhonderd vijf en vijftig verkondigers hebben gemaakt gedurende die éénendertig miljard en twintig miljoen negenhonderd en achtduizend driehonderd vierentachtig uren gedurende die 37 jaren.
Ik vergeet niet dat een mensenleven onbetaalbaar is, maar het stemt tot nadenken hoe die energie, inzet, motivatie, geldelijke, fysieke en geestelijke inspanningen niet beter zouden kunnen besteed worden. Tenzij de enorme drukkerijen, lectuur en de geldelijke bijdragen, de vrijwillige bijdragen, de verschillende manieren waarop leden en zelfs niet leden hun hebben en houwen hebben afgestaan aan de organisatie en het besturende lichaam. Daarbij komt nog het onroerend bezit, het aanzien en de daarmee gepaard gaande grootheid en trots, die zo overweldigend kan zijn dat zij een macht uitmaken die tot nu toe steeds 'corrumpeert'. Vergelijk met Markus13:22. "Want er zullen valse Christussen en valse profeten opstaan, die tekenen en wonderen zullen doen ten einde, indien mogelijk, de uitverkorenen op een dwaalspoor te brengen". Ik zeg niet dat het zo is, maar de mogelijkheid is er. De transparantheid is er echter niet.