Hallo beste lezers.
Ik ben Roger Van Goethem, uw gastheer.
Vorig jaar is mijn vierde boek verschenen.
Het boek heeft de veelbelovende tittel
‘Erop en erover’ Het is een verzameling van
ludieke verhalen en kwajongensstreken uit mijn jeugd.
Mijn vorige werken zijn: ‘De trap der wijsheid’, een jeugdroman, ‘Pinkske’ een kinderboekje, en ‘De zevende hemel’ een bikkelharde misdaadroman.
13-01-2008
het zwarte bolletje
Het zwarte bolletje.
Het is gewaagd om een grap uit te halen met je kleinzoontje, zeker als hij pienter genoeg is. Dat heb ik gisteren nog ervaren.
Als ik het kan plaag ik Eliano en hij mij op zijn beurt, wie de gewiekste van de twee is? Het is moeilijk te zeggen, ik ervaar dat klein manneke met zijn acht jaar hij was op twee januari jarig- mij soms te slim af is.
Zon veertien dagen geleden, Eliano speelde op het salontafeltje met zijn auto s. Ik besloot hem nog eens flink in de maling te nemen.
Ik keek speurend op de vloer.
Eliano, ik heb mijn klein zwart bolletje verloren, zoek jij eens mee.
Eliano begon op de grond te zoeken.
Ik zie niets bompa, hoe ziet het eruit?
Gewoon jongen, een klein zwart bolletje.
Wacht ik zal mijn zaklamp halen,zei hij.
Even later stond hij er terug met zijn zaklantaarn. Minuten lang zocht hij op zijn Knieën de vloer af, onder de zetel, zelfs onder de mat. En ik maar grinniken.
Uiteindelijk gaf hij het op.
Ik kan het niet vinden bompa.
Och, het is niets manneke ik zal er wel een nieuw rollen,zei ik en ik stak een vinger in mijn neus.
Akkes bompa, dat is vals,mopperde hij.
Ik was de grap al lang vergeten tot klein manneke gisteren van school kwam.
Bompa, je kunt nooit raden wat ik heb gevonden.zei hij veelbelovend.
Wat? vroeg ik nieuwsgierig.
Jouw klein zwart bolletje bompa.
Hoezo?
Ja, straf hé, het lag op de grond naast de lessenaar van de juffrouw. Kijk maar ik heb het terug meegebracht voor jou.
Hij haalde een plastic doosje uit zijn broekzak, maakte het open en hielt het voor mij.
Kijk hier is het,zei hij.
Inderdaad op de bodem lag het mysterieuze zwarte bolletje.
Vieze jongen heb jij dat in de klas opgeraapt?
Eliano begon te giechelen.
Neen, hoor bompa,zei hij. Het is eentje van mij, ik heb het zelf gerold.
Ik zat hem achterna en kietelde hem tot hij er vuurrood van zag.
Ik heb je goed beet genomen hé bompa, schaterde klein manneke.
Mensen ik verheug mij al. Op het feest van carnaval. Niemand kan mij dan beletten. Één keer mijn masker af te zetten. Om dan één week mezelf te zijn. Een doodgewone harlekijn.
om mijn eigen crematie bij te wonen, wat ik dan met plezier zal doen want ik ben een geboren pyromaan en daarbij zo ongeduldig dat ik niet zal kunnen wachten tot mijn dood, zodat ik aan zelfontbranding zal doen. Alleen nog wachten op de toelating voor een staanplaats op de strooiweide.
Ja, morgen zal hij weer te schitteren staan, onze spar en het stalletje. Ik ben op zoek naar een volwassen, liggende Jezus om in het kribbetje te leggen, het moet vooruit gaan mensen, of moet ik soms wachten tot Pasen voor hij groot is.
De papa van Eliano, mijn jongste zoon Kevin, werkt voor een depanagebedrijf dat naast autos bij verkeersongevallen ook verkeerd geparkeerde autos weg takelt. Daarmee heeft Kevin een taak die nooit populair is bij de overtreders.
Vorige zondag toen de Sint bij ons op bezoek kwam, was Kevin ook aanwezig. Hoe groot was de verbazing van Eliano toen Sinterklaas nadat hij hem op enkele kleine ondeugendheden had gewezen, daarna ook zijn papa eens flink onder handen nam.
Kevin, kom jij eens bij de Sint, begon Sinterklaas.
Kevin wist nergens van, want ik had samen met de Sint een complot gesmeed.
Kevin, ik heb met jou een eitje te pellen jonge man, ging de heilige man verder.
Wat heb jij met mijn paardje gedaan Kevin?
Ik weet het niet Sinterklaas.
Toen ik gisteren met Pieterman van het dak kwam was mijn paard verdwenen. Piet en ik dachten eerst nog dat het ergens was binnen gestapt om een lekkere wortel te halen, maar neen hoor. Wat later kreeg ik te horen dat jij mijn schimmel had weg getakeld.
Was dat uw paard Sinterklaas? Dat wist ik niet,speelde Kevin het spelletje nu mee.
Klein manneke was verstomd van verbazing. Had zijn papa zon streek uitgehaald en het paard van Sinterklaas weggesleept.
Ja, jonge man, dat was mijn paardje men heeft het boven op uw vrachtwagen door de stad zien rijden. Kilometers verder hebben de Pieten het bange dier terug moeten halen en bovendien moest ik ook nog een fikse boete betalen!zei de sint boos.
Was dat uw paard Sinterklaas, dat heb ik niet geweten.
Hum, dat zeiden de Duitsers na de oorlog ook al,grapte de Sint.
Ik zal het nooit meer doen Sinterklaas,beloofde Kevin en het werd hem vergeven.
Vandaag vertelde klein manneke aan iedereen op school dat zijn papa het paard van Sinterklaas had weggesleept.
Bompa, zei hij toen hij vanavond thuis kwam,onze juf lacht niet snel. Neen, zij is geen lachertje. Maar toen ik het vertelde van Sint zijn paard, schoot zij in een lach.
Hij keek mij daarbij aan met een blik waarin ik kon lezen, verwerpelijk toch bompa, leedvermaak.
Bompa,zei Eliano met een zéér ernstig gezichtje, er zijn mamas die zeggen dat Sinterklaas niet bestaat.
Wat is dat voor onzin, en wie zegt dat,was mijn eerste reactie.
De mama van Koen en die van Jessy ook,zei hij met een groot vraagteken in zijn blik.
Intussen had ik tijd gehad om na te denken. Eliano zit in de tweede klas en hij kan niet eeuwig in de Sint geloven maar toch wilde ik hem dat geluk niet helemaal afnemen.
Als die mamas dat zeggen, hebben zij ongelijk,zei ik Een paar honderden jaren geleden deelde Sint-Nicolaas reeds geschenken uit aan de arme kinderen. Ja, de Sint was een groot kindervriend, zo groot zelfs dat men hem heilig verklaarde voor al de goede dingen die hij deed.
Weet jij hoe oud een mens kan worden Eliano?
Max, zon honderd jaar bompa?
Juist, zo verging het ook met de eerste Sint. Hij was een mens en stierf op een dag. Maar in de harten van de kinderen stierf hij nooit, daarom kwamen er helper Sinten die zijn werk verder zetten en zo kan
Sinterklaas nu nog honderden jaren later zijn werk nog steeds verder zetten door zijn hulpsinten die jou binnenkort speelgoed brengen.
Eliano knikte begrijpend.
Dan zijn het domme mamas die zeggen dat de Sint niet bestaat.concludeerde hij.
Inderdaad, echt erg domme mamas,zei ik en trok hem stevig tegen mij aan.
Zo ik heb mijn slag thuis gehaald, en Eliano kan weer eventjes verder, of misschien moet hij zich nooit meer afvragen of de Sint nu echt bestaat. Zijn raadsel is opgelost op een softe mannier.
Trouwens volgens mij bestaat de Sint, ik wil mijn kinderhart niet kwijt.
1986, Tot dan, had ik altijd met tweedehands autos gereden.
Ik kan mij geen merk voorstellen of ik heb het gehad. Van een Lada tot een Mercedes, allemaal zijn zij in mijn bezit geweest., De ene was al wat slechter dan de andere. Hoeveel keer ik mij heb laten bedotten, ik kan het niet meer optellen. Mijn eerste auto-tje was een 2pk. 1960, Ik was net achttien jaar geworden en ik had flink wat gespaard. In garage 2009 aan het Schijnpoort, kocht ik mij voor 25.000bef een geitje.
25.000bef was wel wat geld in die tijd, daarvoor kon je in die categorie wagentjes toch al iets degelijks kopen.
Kom hem morgen maar halen,zei de garagist dan laat ik de olie verversen en alles nog eens goed nakijken.
De volgende dag, ik zo fier als een circuspaard, samen met mijn lief, naar de garage. Daar stond het te lonken mijn wiegje, mijn eerste auto. Lang mocht mijn geluk niet duren. Ik had besloten om naar de kust te rijden. Ik reed de Schelde onderdoor. Toen het in de tunnel bergop ging, begon de motor te protesteren. Onervaren als ik was negerde ik het schurend geluid. Vanaf dan werd het lawaai steeds sterker en toen ik zon 30 kilometer met mijn trots had gereden, begaf hij het.
Een plaatselijke garagist stelde vast dat er geen olie meer in de motor zat, zodat de kleppen verbrand en de zuigers vastgelopen waren, wat het einde van de motor betekende.
Wat was er nu gebeurd, de leerjongen die de auto had nagekeken, had de olie afgelaten, maar vergat er nieuwe olie in te doen.
Toen ik bij de garagist ging reclameren, kreeg ik als antwoord.
Luister eens vriendje, ik verkocht u een auto, geen olie!
Ik was nog een snotneus, mijn pa wilde niet meegaan naar de bedrieger, ik werd de pineut mijn auto-tje en mijn spaarcenten was ik kwijt.
Zo leerde ik dat occasiewagens bijna altijd miserie waren en garagisten meestal niet te vertrouwen zijn. Maar wegens geldgebrek bleef ik tweedehands autos kopen, tot 1986.
Mijn eerste nieuwe wagen was een bordeauxrode Opel.
Heel het gezin was er apentrots op.
Na een paar dagen, vond mijn jongste zoon Kevin dat het tijd werd om onze nieuwe glimmerd eens te poetsen.
Mag ik hem wassen papa,vroeg de zesjarige knaap.
Natuurlijk jongen geef hem maar eens een goede beurt,zei ik.
Even later zag ik hem naar buiten lopen met een emmer boordevol schuim. Hij was al meer dan een uur bezig toen ik tegen mijn vrouw zei.
Hij poetst hem wel grondig.
Ja, dat is nieuw het zal later vlug bekoelen.Antwoordde zij.
Na nog enige tijd ging ik toch maar eens kijken.
Mijn haren rezen te bergen toen ik mijn mooie wagen zag.
Aan de onderkant van het koetswerk was de verf haast helemaal verwijderd. Zoonlief schuurde ijverig met staalwol, die hij in de garage gevonden had, over het lakwerk.
Hiermee gaat al het slijk eraf pa,riep hij en trots hield hij de dot staalwol ik de hoogte.
Onlangs heeft Kevin een nieuwe auto gekocht, toevallig ook een Opel.
Ik ging mee om de auto af te halen, een prachtige wagen.
Kevin,zei ik ernstig toen wij er omheen liepen, mag ik de eerste poetsbeurt komen geven?
Alleen als je staalwol hebt pa,antwoordde hij met een knipoog.