JEUGDBOEKERIJ & SCHOOLVOSSERIJ VOOR EX-KINDEREN & KINDEREN OP JONGER FORMAAT
23-05-2009
Lof & Sof
De Nederlandse Lof- en Sofprijzen worden toegekend aan mensen of verenigingen (en ministeries, universiteiten ... ) die zich op het vlak van (het gebruik van) het Nederlands plus of min onderscheiden. Zo won een Nederlandse afstudeerstudente de Lofprijs door haar verzet tegen het gebruik van het Engels als voertaal voor de diploma-uitreiking op haar universiteit. Zij werd toen 'op behoorlijke afstand' gevolgd door de Vlaamse radiomaker Fred Brouwers (Klara). Laat ik nou net deze (net-)niet-bekroonde ergens een dezer dagen horen zeggen: 'En hij had ook een gast bij.' Tja. Dat is inderdaad geen ereprijsje waard. Eén: men heeft niet iemand bij; men heeft of brengt iemand mee. Twee: als men al iets meegebracht heeft, dan heeft men iets bij zich. En toch beweert Ruud Hendrickx (VRT-taaladviseur & inmiddels ook hoofdredacteur voor Vlaanderen van 'de dikke' Van Dale) dat er van taalverloedering eigenlijk geen sprake is. Als God in het detail zit, dan mogen we vitten. Dat geldt ook voor de duivel.
16-05-2009
Hoegaarden
Hoegaarden: helse plek in de beeldvorming over het leraarschap.
22-04-2009
Old skool
Op stagebezoek 'te velde'. De juf vertolkte haar weemoed naar de dorpsschool van vroeger. Het was de periode zonder holle woorden en leeghoofdige slogans van papieren pipo's of betutteling van betweters die zelf geen les kunnen geven. Maar de kinderen waren ook veranderd, zei ze. Wellicht daardoor. Ministers, commissies en specialisten hebben het onderwijs kapotgemaakt. De kinderen hebben de kennis niet meer (of mogen die niet meer krijgen, hebben); we moeten ze voortdurend proberen te boeien met onbenullige dingen. Vakken met inhoud worden afgekalfd. Er is geen visie meer op onderwijs. Men moddert maar an, om te scoren, om te besparen. Studiebeurzen voor kleuters, bijvoorbeeld? Laat me niet lachen. Geef verdomme korting op de hoge inschrijvingsgelden voor elke derde hogeschool- of universiteitsstudent per gezin. En nog iets, zei de juf, terwijl ze nog net niet uit het onderwijs stapte, na tweeëndertig jaar gedegen werk in de klas: op straat lijken mijn zesdeklassers zo klein hé, zo kinderlijk. Vertederend. Maar eens ze hier weer elke ochtend met z'n dertigen in levenden lijve(n) voor je zitten ... dan pas merk je hoe groot ze zijn. En het zijn verdorie geen doetjes. Nee, kinderen worden zelden kleiner.
Dat waren veel diverse mededelingen in een keer. Ik had amper de tijd om de les van de stagiair te bekijken en mee te beleven. Wat hebben ze toch met ons onderwijs uitgespookt?
11-04-2009
VREEMDE HEMELVAART
Tussen de hogeschool en de schrijverij in had ik ontmoetingen met diverse kunstenaars. Een ervan was de beeldhouwer José Vermeersch. Geruime tijd zag en sprak ik hem vaak. Er kwam een novelle van. Die verscheen op papier in Amsterdam in het literair tijdschrift De Gids, na bekroning t.g.v. Verhalenprijs Uitgeverij Meulenhoff. De novelle verscheen ook in boekvorm bij uitgeverij Aleph, Wevelgem. In 2005 publiceerde ook het tijdschrift De Brakke Hond de (ietwat herwerkte) novelle. In het verhaal zijn de gebeurtenissen fictief, uiteraard. De beeldhouwer leefde nog toen het boekje verscheen.
Personeelsvergadering. Algemene dan nog wel. Je zou denken: bwààrk, bah, bèèh, verhippeltjes. Maar die AP vlak voor het paasreces heeft iets. Het is lijden en even later verrijzen. Het is ook vrijwel de laatste keer dit academisch jaar dat ongeveer alle collega's samenzitten. Daarna is er de diaspora van stages, excursies, blok en examens. Misschien zien we elkaar collectief terug - iets opgeluchter, iets luchtiger, iets luidruchtiger - op het slotdiner, een vleselijke verrijzenis spiesgewijs, wanneer de gebouwen en de stad weer voor een stuk van jong volk ontvolkt zijn. Elk seizoen heeft iets. Pasen ook: paarse treurnis, lijden en verrijzenis. Onze verrijzenis situeert zich eind juni, begin juli. Eerst doen we anderen lijden. Vrolijk paasfeest.
PS A touch of spring. Tijdens een demonstratieles weifelde een studente tussen bloesjes, blosjes, bloemen, trosjes of bloesems aan de bomen. Wanhopig opteerde ze dan maar voor bloempjes.
20-03-2009
Verlengingen (46)
§ Inkanteling? Inkanteling! Zegt 'inkanteling' u iets? Even de poes uit de kruin kijken ... §
01-03-2009
Verlengingen (45)
Krookreces? Gipsvluchten? Nee. Afstandsbegeleiding didactische eindscripties. Nazicht sollicitatiebrieven derdejaars. Voorbereiding komende stages. Bezoekt allen onze hogeschoolbieb en gij zult zien dat er ook in de krook wordt gewerkt. Weest niet langer afgunstig op onze zogenaamde 'vakanties'. En hoe was uw citytrip? Uw glijvlucht op het witte poeder in een of ander zwitserland?
03-02-2009
Verlengingen (44)
De Gedichtendag op onze hogeschool was dit jaar gedenkwaardig omwille van de vele evenementen en het intense engagement van studenten en docenten. 's Ochtends vroeg al verrees er een tentendorp op de gazons waarin studenten BALO en BASO een uitgelezen selectie wintergedichten ten gehore brachten. Wie tot driemaal toe een gedicht aanhoorde, werd met een warme chocomel beloond. Niet minder dan 600 scholieren/studenten/voorbijgangers werden het slachtoffer van poëzie. Dat is al een oplage om jaloers op te zijn. Tussen de middag deed zich binnenskamers digitale dichtkunst voor. Die werd ook druk bijgewoond. Des avonds traden voor het voetlicht voor een volle biebbiotoop: Peter Theunynck, Peter Holvoet-Hansen, Eva Cox, Steven Pollet en Joris Denoo. Dit alles alweer vlotjes aaneengepraat door studenten en hun docent Nederlands. Er werd ook een campusdichter(es) verkozen; studente Charlene Winne kaapte de titel weg, zowel voor het departement waar ze lessen neemt (lerarenopleiding) als voor de gehele hogeschool. Haar voordracht van haar eigen werk bewees dat ze een volwaardige campusdichteres zal zijn.
02-01-2009
Diversiteit
Eerlijke vlinder
‘Wel heb je van je leven!’ riep de mot ontgoocheld uit toen hij zichzelf bekeek. ‘Lieve God! Waarom mocht ik geen vlinder zijn en ben ik maar een doodgewone mot?’
‘Ach ach,’ zei de vlinder troostend. ‘Het zijn niet de kleuren die het hem doen, niet de kleren, niet de snit, maar alles wat vanbinnen zit. Soms voel ik me best wel mottig, hoor.’
‘Maar jij bent zo mooi en leuk. En ik zo grijs en saai,’ zuchtte de mot. ‘Je weet toch wat ze zeggen: vlinders in de buik. Wat een aardig compliment voor jou. En ik moet het maar stellen met motregen en kou.’
‘Tja,’ zei de vlinder, ‘zo zit de wereld in elkaar. De een krijgt poeder en een schattig pakje, de ander moet het stellen met wat stekelhaar. Trek het je niet aan, wees blij dat je leeft, en dat een ander motje om je geeft.’
‘Jij bent een eerlijke vlinder,’ zei de mot. ‘Ik zou je een knuffel willen geven.’ ‘Mot je horen,’ zei de vlinder. ‘Ik vind jou ook niet minder. Maar pas op voor mijn poeder, anders zwaait het er wat van mijn moeder.’
En de vlinder en de mot draaiden niet meer rond de pot.
21-12-2008
Negen
Negenproef
Wat bracht acht? Brengt negen zegen? Getallen zijn gevallen: ze werden soms rood, ze schrokken zich dood. Ze werden soms zwart, ze gingen apart, of ze werden verkouden. Cijfers zijn namelijk woorden die je niet altijd kan houden. En een percent is vaak niet groter dan een krent. En sneeuw blijkt niet altijd wit in de weerschijn.
Allicht is ook de negenproef niet waterdicht. Toch wenst de hogeschool u en de uwen een bank vooruit, licht, vrede, vreugde, ja: zelfs voeding en welzijn.
Ikzelf, dichter-met-dienst,voor de hogeschool
02-12-2008
Verlengingen (43)
Goedheilig Man, Zeer Zwarte Piet
Breng ons eens een leerboek Taalbeschouwing waarin niet geëmmerd wordt over werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde, als zouden dat twee evenwaardige categorieën zinnen in het Nederlands zijn en waarin bepaald wordt dat het gedaan moet zijn deze twee categorieën zinnen in tweeën te hakken, waarbij de kop (het onderwerp) gescheiden wordt van de romp (de rest). Taalbeschouwing moet toch geen slachthuis zijn? Geen viswinkel? En die laffe hakkers kiezen dan ook nog es telkens een zin apart uit, alsof we spreken en schrijven met 1 zin. Verdienen zij de roe niet? De zak?
Met duizenden danken we U en Uw knecht
08-11-2008
I.M.
In memoriam Lieven Vanhee, onderwijzer Heule-Watermolen en oud-student aan onze hogeschool
(1963 – 2008)
Dag Lieven, vriend, meester van zovelen, in diverse vakken, en kunstenaar, en makker. Dag Lieven, het wordt nu even nacht, maar we zijn bijgod klaarwakker.
Was het een pijn die het met jou niet langer eens kon zijn? Wou je de polsslag van telbare tijd niet langer je hart laten dicteren?
Je was geweldig, Lieven: in je vak, in je bereidheid, in je stemverheffing en bevlogenheid, maar bovenal in je gemoed. Het ga je verder goed.
En als je nu van deze tafelronde opstaat, en plaats maakt voor vierkant verdriet, en een lege plek nalaat die bol van vragen staat, wil dan de deuren en de ramen kieren, want jou vergeten kunnen we niet.
26-10-2008
KunstKunst
In de loop van 2008 begon bij beeldend kunstenaar Jo Vantournhout een sluimerend idee vorm te krijgen. Tot dan toe schilderde hij vrij monumentale natuurimpressies en zonovergoten vooral zuiders aanvoelende tableaus. Nu wou hij dit combineren met de (simultane) inbreng van dichter-schrijver Joris Denoo, zonder daar echter een kalligrafische oefening van te maken. Tekst(en) en beeld(en) dienden elkaar te doordrenken – soms letterlijk, met verf: de enige instrumentaria waarvan Vantournhout & Denoo (beroepshalve collega-hogeschooldocenten) zich bedienden, betrof borstels en handen. Een zomer lang dachten zij daarover na. Jo Vantournhout had ondertussen het engagement aangegaan om voor ARTopia – van huid tot huid – Gi(d)ts Dienstencentrum (in de volksmond Dominiek Savio) een werk te leveren dat zinspeelde op het thema ‘diversiteit’ – ‘anders-zijn’. Joris Denoo formuleerde op papier een twintigtal sociomuzische vragen in dat verband. Daarna, eind zomer 08, gingen ze aan het werk. Gespeeld en gekneed werd met de begrippen warreling, veelvoud, diversiteit, bos, bomen, gebladerte, vermenigvuldiging, gespikkeldheid, uiteenwaaieren, bewegen …
Hoe val je op in een veelvoud?
Dit resulteerde in een eerste monumentaal werk (3 X 4 m): SPIKKELS. De sociofilosofie omtrent diversiteit kon immers in dit beeldende motief (tevens thema) vorm krijgen. Een twintigtal vraagserpentines wapperen als bliksems in een bad van ‘bladerende’ verf.
Het werk (4 horizontale luiken die samen 3 X 4 meter oppervlakte beslaan) werd onmiddellijk goed ontvangen. Het kende zijn première op zondag 19 oktober 2008 in de grote colloquiumzaal van InHam te Gits, waar het als eerste blikvanger de prelude vormde op een bewandelbare kunstroute die een maand lang veel toeschouwers lokte, o.a. via enkele nocturnes.
Niet omdat SPIKKELS zo goed ontvangen werd, maar omdat Jo Vantournhout wel degelijk langetermijnplannen koesterde in dat verband, gingen de beide kompanen (ondertussen tekenend met ‘Vantournhout & Denoo’) verder aan het werk. Alras zag FLEUR het licht, begin herfst 08, na het laatste Vlaamse Indian summertje van dat jaar. FLEUR was, wat formaat betreft, ietwat bescheidener. Niet qua opzet.
Een veertiger (schilder) en een vijftiger (schrijver) breinstormden grondig over die thema’s. De hogeschool voor lerarenopleiding in Torhout zocht immers een passend beeldend werk in deze sfeer. Het was voor beide kunstenaars een gelukkig toeval dat de herfst van 2008 er was: mooi, meedogenloos. Schoon verval. Net als SPIKKELS werd FLEUR immers daardoor vooral in de openlucht geconcipieerd. En thematisch klopte het volkomen met de veranderende atmosfeer. De bescheidenheid van het formaat had te maken met de uiteindelijke plaats van bestemming. Het opzet was – en zo hoort het – net zo belangrijk als bij SPIKKELS het geval was: proberen in de (on)mogelijke opdracht te slagen enkele vigerende (hogeschool)thema’s (die wel overal in de maatschappij leefden) op doek weer te geven. Hier deed Jo Vantournhout een gedurfde keuze. De gedurfdheid zat ‘m net in het begane pad dat hij allereerst (voor de aanvang van de echte gezamenlijke werken) bewandelde: een vijver, wat omkransing en randbegroeiing met groen en bloemen …
Zeg nou zelf.
Maar de deining kwam. De beweging. De rimpeling. De cyclusgedachte. Hoogzomer, de fleur van het leven, het mooie verval en het herbeginnen. In woordbeelden en beeldwoorden. Met verve. FLEUR werd gespat en geschreven met borstels en verbeeld met woorden. Vooral met de a van water. Muzischer konden we niet zijn.
Nou, places to be: InHam Gits (Koolskampstraat) en RENO Torhout (St.-Jozefstraat). Schermen doen onrecht aan doeken.
02-10-2008
Flashback
Het is lastig om iedere luis apart dood te maken, als je er honderden hebt. Die beestjes zijn een beetje hard en dat eeuwige dooddrukken tusschen je nagels wordt op den duur vervelend. Tjaden heeft daarom het deksel van een doosje schoensmeer aan een ijzerdraad boven een brandend eindje kaars opgehangen. Je gooit nu je luizen eenvoudig in dat kleine pannetje, - je hoort ze knappen en ze zijn er geweest. We zitten er omheen, met ons hemd op onze knieën, ons bovenlichaam naakt in de wrme lucht en onze handen ijverig bezig. Haje heeft een bijzonder fijn soort luizen: ze hebben een rood kruis op hun kop. Daarom beweert hij, dat hij ze uit het hospitaal in Thourhout heeft meegebracht en dat ze van den majoor van den geneeskundigen dienst in eigen persoon afkomstig zijn. Hij wil ook het vet, dat zich allengs in het blikken dekseltje ophoopt, gebruiken om onze schoenen mee te poetsen en brult een half uur lang van plezier over zijn eigen geestigheid.
(Van het westelijk front geen nieuws / Im Westen nichts Neues / All Quiet on the Western Front - Erich Maria Remarque, 1929, vertaald in 30 talen en verfilmd. Dé ultieme roman over WOI door een Duitser).
Laat nou dat Duitse luizenlazaret net in een aanpalende school van onze hogeschool gehuisvest zijn ... We 'staan op de kaart'.
19-09-2008
Verlengingen (42)
Jonge baldadigaards vernielden gedenkstenen op het kerkhof van Boerenkoolstronkeradeel. Burgemeester Huppeldepup van Boerenkoolstronkeradeel vond het nodig (met een katholiek excuustruzig opmerkinkje vooraf) het onderwijs een veeg uit de pan te geven. Het woord waarden viel natuurlijk. Is dat een monopolie van de katholieken misschien? En moet het onderwijs altijd alle vuile was witter dan wit wassen? Hij had beter verwezen naar klakkeloos-gewelddadige films, idiote tv-programma's, hypocriete topsporttoestanden, agressieve mediataal en de ophemeling van het bête populisme alom. Men knipt en plakt vernielzucht, agressie en geweld niet vanuit de school. Men kopieert het van het hedendaagse evangelie: de tv, dat rechthoekje van afgrijzen dat in minstens elke huiskamer autoriteit pretendeert uit te stralen. De domste reclameslogan ooit: GEZIEN OP TV. Misschien hebben die jonge kerkhofhufters gezien op tv hoe ze de gedenkstenen van hun voorouders te lijf moesten gaan. Ze zijn misschien de missing link.
Nog nieuws: Mieke Speelvogel (GROEN!) wil schooldagen langer laten duren om de kinderen de kans te geven meer te spelen, zich langer te ontspannen en muzisch bezig te zijn. De pamperende vrije tijd wordt dus in zo'n dag ingebouwd. Leraren, leraressen: koop alvast een veldbed, neem dat op en sleep het mee naar jullie school.
02-09-2008
Aan mijn slechte leraren
AAN MIJN SLECHTE LERAREN
Ik heb me doodgeleefd. Er was te veel cultuur om me heen, te veel stad en late lampen. Wat natuur betreft waren er op den duur maar twee seizoenen meer: de avond en de nacht. Daarvoor en daarna deden zich de boeken voor, vaak in hetzelfde bedje ziek van nicotine, alcohol. Ik heb me dus doodgeleefd, tamelijk lang en soms gelukkig. Geen enkele dokter heeft me ooit gezegd: dit boek moet je niet lezen, of me een film verboden. Integendeel. Mijn bijsluiter bestond alleen maar uit geboden.
kust ze, mijn voeten, u vindt ze aan het einde van mijn Latijn. Mijn hoofd hou ik nu zelf wel koel.
12-08-2008
Aan mijn goede leraren
AAN MIJN GOEDE LERAREN
En ik die ooit en altijd Oude Hein wilde zijn: een hoogbejaarde edoch krasse knar uit een magazine mijner jeugd. Hij bewaakte met een lamp en pretlichtjes in zijn ogen bij nacht en ontij een put in de straat vlak bij zijn aloud woninkje, opdat de mensheid er niet in zou vallen. (Bron: het oud-Hollandse jeugdblad Taptoe) Ik wou eind jaren ’50 al oud zijn, maar nog niet helemaal dood. Ik wou jeugd en naweeën daarvan overslaan. Bereid tot het afdragen van kleren (ouwe sokken gn. prblm.) Ging onmiddellijk voor het Grote Werk: het redden van mensen uit putten, terwijl het stormde over de aardbol en regen de bomen geselde. Gelukkig waren er nog de boeken, de verhalen. Maar velen zeiden onderweg:
lees de spoorboekjes, raadpleeg tabellen, ontcijfer vraagstukken.
En plotseling zei iemand:
zet er een punt achter. Droom maar verder.
11-07-2008
Vakantiegangster
Vakantiegangster
Als je haar ziet, herken je haar niet. Soms heet ze Ellen, Fatima, Griet of Anje. Ze eet graag bananen met bruine stippen. Al haar badspullen zijn valavondzonoranje.
Maar als je haar ziet, herken je haar niet. Vaak schrijft ze een brief of een kaart. Aan tafel eet ze doodgewoon brood mee. Op zondag bindt ze haar haren in een staart.
Maar als je haar ziet, herken je haar niet. Je moet goed voor haar zorgen. Soms deelt ze geheimen met jou. Soms blijft ze maar tot overmorgen.
Plotseling zie je haar niet.
Dan denk je: waar is Griet? Plotseling kan je niet zonder Anje. Of wil je Ellen bellen. En ga je zonder Fatima naar oma Ria. Dan zet je een pruilsnuit.
Want je weet: de vakantie is uit.
16-06-2008
De bel
De bel
De bel rinkelt hier, hartje Houtland. Het is gedaan, maar waar is de tijd? Je stond op met septemberzon, thuis, op peda of op kot. Je was walking in the rain: van huis uit en van thuis uit, met de trein, wind in de rug, fietsend, of ten voeten uit, in de bus, heen en terug, carpoolend uit vijf windstreken. Syllabus, nieuwjaarskus, kerstkoorts, partiële pitstop, bimbambeieren. Voor je het wist, werd het lente op het plein. Nu breekt de grote zomer aan waar je zo naar uitgekeken hebt. En je neemt weer de trein. Of je pakt de bus, en je fietst terug. Of je waaiert uiteen naar her en der en ver. En het is warm, het regent of het waait, en er is een kind dat nog even naar je wuift en zwaait en je voornaam kent. En je beseft dat je daarom hier bent. Een plek met naam en faam: ook jouw naam, getekend:
(M/V): Meester in de Vakken.
11-06-2008
Visioen
VISIOEN
Verdwijnen op termijn de hogescholen? Zullen in de wellicht nabije toekomst saaie academische theoretici bijvoorbeeld onze onderwijzers/-essen opleiden? Ben ik het slachtoffer van een inktzwart visioen ? Heremetijd! Als mijn visioen werkelijkheid wordt: wat dan met het muzische, het creatieve, het vakoverstijgende?
Ik doe al drie decennia lang stagebezoeken bij mijn studenten lerarenopleiding in scholen in de stad en op het land, verscholen in het groen of weggedrukt tussen industriegiganten, overschaduwd door banken, kerken, populieren of appartementen, gemeentelijk, stedelijk, vrij of van de gemeenschap. Het gaat dus helemaal niet over oubollig, oud, modern, nieuwmodisch, vooruitstrevend, conservatief, ver, dicht, west, oost, belijdend, neutraal. Alleen: ik ween bitter bij de gedachte dat academici eh … nou ja: wat gaan die eigenlijk doen in dat verband? Theorie verkopen over vaardigheden? Proefondervindelijk kennis etaleren? Syllabi aflezen en dicteren hoe het moet? Kamergeleerd thuisblijven om schoolengelstalige artikeltjes te schrijven voor buitenlandse onderwijskundige tijdschriftjes die worden gelezen door anderhalve man en een paardenkop? En dit dan aan hun bibliografie toevoegen? Een omweg maken als ze een troepje kinderen of scholieren zien naderen?
We boeken geen banddikte vooruitgang als de lerarenopleiding aan de universiteit wordt toevertrouwd. Integendeel: we tuimelen terug naar een steentijdperk waar kennis met de maatstaf geheugen werd gehonoreerd en vaardigheden werden weggehoond.
Mijn visioen blijkt een nachtmerrie te zijn. Voor de studenten en hun mentoren.
PS Nauwelijks ben ik, badend in het zweet mijns aanschijns, wakker geworden, of een nieuwe draak steekt de kop op. Plotseling doemt de ‘werkplekopleiding’ op. Men zal nu onderwijzer(es) worden in de lagereschoolbiotoop zelf. Hoera: gratis werkkrachten voor de school, extra-assistentie voor bos- en zeeklassen. En als ik in de kliniek arriveer, kan ik geprikt worden door iemand die mededeelt: ‘Sorry, ik ben een eerstejaars, maar ik oefende al tweemaal op appelsienen. Ga zitten en ontspan u.’