Een paard kijkt ons aan. Zachtmoedige donkere ogen vol vertrouwen. Daarin weerspiegelt een geheimzinnige glans die het bestaan van een andere wereld verraadt. Door vriendschap te sluiten met het paard krijgen we toegang tot deze wereld. Zijn warme adem beroert onze huid. Hij ruikt naar gras en aarde, naar het grote onbekende voor ons, dat met ons in contact wil komen. Zijn oren schieten heen en weer, nemen elk geluidje waar-ons zachte gefluister, het geritsel van onze voeten in het stro, misschien zelfs het kloppen van ons hart. Warm, levend fluweel tegen onze huid-het paard geeft een duwtje met zijn neus, hij wil geaaid worden. We begrijpen het paard. Als we hem aanraken, worden we gegrepen door een wezen dat tot de overwinnaars van miljoenen jaren evolutiegeschiedenis behoort-niet in laatste plaats omdat hij vriendschap sloot met de mens...
( Bron: Horsefeelings van G. Kärcher en S.L. Binder )
|