Brood is en blijft hét basisvoedingsmiddel. Nagenoeg drie op vier Belgen eet dagelijks brood . Vlaanderen verbruikt 92 broden per persoon per jaar. Meest populair is grijsbrood. Al consumeren we brood het meest, toch eten we dit niet meer op dezelfde manier als vroeger, zo toont een onderzoek van Libelle aan.
Bij het ontbijt wordt hoe langer hoe minder brood gegeten. Sinds de jaren '70 zien we een opkomst van meer modieuze alternatieven, zoals muesli en cornflakes. Vanaf de jaren '90 kwamen de vloeibare ontbijtvormen erbij.
Lunch Tijdens de lunch is brood veranderd van 'onderlegger' naar basis van de maaltijd. Brood is dan ook makkelijk hanteerbaar en hierdoor een ideale snelle hap, je kan je boterhammen zelfs samen met de collega's , aan je bureau eten. Uiteraard heeft dit een invloed op de rol, de smaak, de textuur en vorm van het product.
Bijgerecht Maar zelfs bij de avondmaaltijd staat brood op tafel. Het avondmaal is in Vlaanderen een belangrijk familiemoment dat meestal thuis plaatsvindt en zorgt voor ontspanning na een (zware) dag. Meestal gaat het over warme maaltijden en is brood een bijgerecht. De avondmaaltijden staan voor genieten, samenhorigheid en ontspanning.
Complexe smaak Tegenwoordig is brood meer dan alleen een voedingsmiddel. De huidige consument beoordeelt brood niet alleen op prijs, maar ook op smaak, gezondheid en identiteit. Er is een sterk verlangen naar de smaak van vroeger en men wil ook terugkeren naar de natuurlijke smaken en eerlijke producten die voor brood gebruikt werden. De geur, kleur, textuur, structuur en zelfs geluid prikkelen al onze zintuigen. Hoe complexer de smaak, hoe meer de consument geniet van zijn boterham.
Weekend Er is ook een duidelijk verschil tussen week en weekend. Tijdens de week is er weinig ruimte voor ontbijt in het algemeen. Tijdens het weekend wil de consument iets speciaals en wil hij zichzelf en zijn gezin verrassen. Dan kan zowel het broodontbijt als de broodlunch wel iets exotischer of uitgebreider zijn met sandwiches of pistolets. Tijdens de werk week valt het dan weer op dat er meer grootbrood (de traditionele boterham) wordt geconsumeerd dan in het weekend.
De belangrijkste troeven van brood:
-Brood is een uitstekende bron van complexe koolhydraten: de ideale energieleveranciers. In tegenstelling tot enkelvoudige suikers spreiden deze koolhydraten de energie veel beter over een etmaal.
-Brood is ook een goede bron van plantaardige eiwitten. In een gevarieerde voeding is het goed eiwitten van plantaardige oorsprong samen met eiwitten van dierlijke oorsprong te gebruiken. Bepaalde aminozuren die in het ene eiwit ontbreken worden aangevuld met aminozuren die in het ander eiwit aanwezig zijn, waardoor uiteindelijk een volwaardig eiwit ontstaat.
-Om brood te bakken is in principe geen vetstof nodig. Om de smaak te verbeteren wordt soms vet toegevoegd, waardoor speciaal brood verkregen wordt. Bij voorkeur wordt hiervoor plantaardige, onverzadigde olie gebruikt rijk aan meervoudig onverzadigde vetzuren en zonder transvetzuren.
-Verder is brood, zeker wanneer er zemelen en vezels in verwerkt zijn, een uitstekende bron van vitaminen en mineralen. De meeste B-vitaminen zijn er rijkelijk in aanwezig. Vezelrijk brood is een goede bron van mineralen zoals fosfor, ijzer, jodium, kalium, koper, magnesium, selenium en zink.
-In brood wordt, om baktechnische- en smaakredenen, zout toegevoegd. Gezien het belangrijk aandeel van brood in onze dagelijkse voedselinname heeft de overheid de hoeveelheid toegevoegd zout aan banden gelegd (minder dan 2 %). Het gebruik van gejodeerd zout wordt aanbevolen omdat dit de aanbreng van natrium vermindert en de behoefte aan jodium optimaliseert.
-Wellicht de belangrijkste troef is de aanwezigheid van vezels in brood. Uiteraard geldt dit vooral voor brood waar extra vezels aan zijn toegevoegd. Daardoor kan je zeker zijn dat je zowel oplosbare als onoplosbare vezels opneemt.
-Onder de granen bekleedt haver een bijzondere plaats. Haver is rijk aan bèta-glucanen (samengestelde suikers), die vooral in de oplosbare vezels van het graangewas terug te vinden zijn. Onderzoek wijst uit dat bèta-glucanen het cholesterolgehalte doen dalen en onze immuniteit versterken als deze voldoende worden ingenomen.
|