Beursgeslagen armen en benen en schoppen in je rug kwam jij naar je geboortestad Rotterdam terug mijn kalverliefde nu zo groot als een koe nam jou in mijn armen mee naar mijn flatje toe
Je zei dat ik jouw pijn deed verdwijnen soms zag ik hoop op jouw gezicht verschijnen maandenlang lag jij te 'snachts te vechten mij schoppend en slaand oude ruzies te beslechten
met fluwelen hand maakte ik jou dan wakker zei de woorden:Je bent veilig, het is voorbij, ik ben het, ik ben het, rustig, je bent bij mij je trok dan mijn armen om je heen en zei ik voel me veilig bij jou, en sliep dan even rustig
geen ringen maar tattoo's in een verliefde ondoordachte roes? panterkop met ons naam er onder wij samen voor altijd gelukkig loopt de rest maar naar den donder
Jarenlang heb ik gestreden tegen een geest uit jouw verleden Eenmaal done kreeg ik het te verduren bleek er nog een in de fles met kuren
Kerstmissen en verjaardagen verzuimde jij was je bij een ander of kom ik uit een ei? Mijn meelij overwon de woede nam jou steeds weer onder mijn hoede
Nu zijn onzer wegen voorgoed gescheiden en hoop ik oprecht uit het diepst van mijn ziel het verraad wat ik voel dat jij het zelfde mag lijden
Oh en nog wat jouw treft alle blaam ook zwarte panters, viezerik zijn monogaam.
Geitevlees in stukjes voor saté op de rand van de stoep daarnaast een kraam met kippenkoppensoep penetrante luchten van open riolen en rottend fruit doen mijn adem ontnemen, dasje los, blazer uit
Kinderen worden gewassen in zwart water ik heb ondertussen een stevige kater er glijdt van allerlei waanzin stinkend aan mij voorbij zwetend als in een sauna, op een houten bank, zij aan zij
In deze hitte kun je niet werken,onmogelijk ik wordt hier gestoord V.OC. soldaten, leder en ijzer bekleed, wapens sjouwend, in een stinkend foort daaraan denkend, ach denk na. ik ben toch geen mietje zuigend op mijn duim, een wondje van een nietje
Heb mijn drie-delig Armani en Belly's aan de wilgenpalmen gehangen lekker gezopen, gekiert en vis zitten vangen laarzen, motorfiets en een hengel gekocht en wordt tot op heden toe, nog steeds, door mijn baas gezocht.
Iedereen heeft een dubbelganger wordt er gezegd waar heeft God de jouwe in Jezus'naam gelegd Gezocht in het Verre- en Midden Oosten maar niets van jouw evenbeeld om mij te troosten
Gezocht in Europa van Noord tot Zuid, zelfs Afrika doch lachte Hij mij uit en gaf zelfs een flinke trap na want nu zag ik duizenden Claudia's in Israël ik dacht: this must be heaven or this must be hell
Stevige tieten, wespentailles, mooie bossen haar en een heerlijke kont wat een geluk maar niet heus, want ze haten daar blond
Daar zaten wij dan op de achterbank in het midden van het horrorscenario. Stef als een verzopen kat uit de Aristocats en ik als een soort psychotische Billy Idol Beiden in een legergroen jacket, dat leek ons een slim idee, en een Ray-Ban. We zaten nu boven Kreta en het zou niet lang meer duren, voordat wij in Tel-Aviv aan zouden komen , tenminste dat was de bedoeling, gezien de staat van het vliegtuig en dat er in de jaren tachtig nog wel eens een vliegtuig naar beneden werdt geschoten door de PLO. De Rabbi's werden stil, er gebeurde iets, er ging een geroezemoes rond, en er vielen heimelijke blikken over schouders achterom kijkend naar ons. Of leek dat maar zo? Nee, we wisten het zeker, het geroezemoes werdt luider en zaktte weer af, en zij gingen verder met hun gebed , zij het nu nog heftiger. Ze kopten de hoofdsteunen voor hun er nu bijna af, gelijk Zidane, en mompelden, Hebreeuws of hun leven er van af hing, tussen door, heimelijk naar ons kijkend. Mijn maat ving op dat er terrorristen aan boord zouden zijn. Maak me nou niet gek, en gaf hem een poeier met mijn elleboog in zijn milt, waarop hij serieuskijkend mij vertelde dat hij dat echt had gehoord, wat goed zou kunnen daar ik zelf maar één goed oor heb. Onze ogen gingen rond het vliegtuig, wie moesten die terrorristen dan zijn, knaagden onze vragen, één van die rabbi's? eerlijk gezegd zagen ze er wel een beetje gluiperig uit, ze konden het allemaal wel zijn, wat ons betrof. Iedereen werdt stil. De middelandse zee verdween. We gingen dalen. Iedereen in de gordels, intussen wij ook biddend, tot wie was ons een vraag, maar het was nou eenmaal zo n sfeertje waar je alles kon verwachten. De piloot nam een duik waar je u tegen zei, waarschijnlijk blij dat hij het gehaald had.
Oh kijk zei ik tegen Stef er staat een ontvangstcommitéé, in plaats van een luchtsluis. Met zijn halfblinde muil, hij had min vier geloof ik, hing hij over mij heen om door de patrijspoort te kijken. Godverdomme er stonden wel honderd soldaten, waarvan vijftig links en vijftig rechts in een nauw aaneengesloten rij, met de M 16 s aan een riem aan hun schouder. Normaal loop je zo het vliegtuig uit een sluis naar de aankomsthallen. Niets daarvan . Ons vliegtuig stond midden op de landingsbaan geparkeerd geen Airport te zien, en via een smal trappetje moesten we het vliegtuig uyit klimmen, waarna we tussen de twee rijen soldaten door moesten wurmen, de aluminium framebuizen van onze rugzakken tikkent tegen de kolven der geweren. Nou dat is gezellig zeg probeerde ik te zeggen, maar werdt direct in de rede gevallen, door de soldaten: No talking! Wat is er godverdomme aan de hand? En waarom bleven die sneaky rabbi's achterom kijken naar ons en wijzen? met die duimpjes over hun schouder, hadden wij het nu gedaan? Eenmaal door de troep soldaten heen werden we letterlijk als laatsten in een busje gegooid , begeleidt dooor vier mi8litairen, geen kolven maar lopen prikten nu in onze ribben. Ha fijn, eindelijk iets wat op een luchthaven leek, iedereen mocht uitstappen, wij niet. Ruw werden wij in een ander busje gezet en naar de zijkasnt van het gebouw gereden, er uit gesleurd bij ons kraag en letterlijk vooruit geschopt door die vier militairen, die er op stonden dat we geen woord tegen elkaar zeiden. Nou was dat heel erg moeilijk voor twee a- socialen uit Rotterdam-Zuid zoals ons, die van niemand iets pikten, laat staan als je je van geen kwaad bewust bent. Elk woord een schop, deed ons maar zwijgen, op wat ongelooflijk gepruttel na.
We kwamen aan bij een soort van kleedhokjes zoals je die in het zwembad ziet. Zij wilden dat we ons uitkleden, en er nu stond een speciale eenheid van de explosiedienst, in zwaar beschermd materiaal om ons heen. Waar zijn de bommen? We weten dat jullie terrorristen zijn! Waarom opgestapt in Antwerpen als jullie uit Holland komen? Waarom zonnebrillen dragen in een vleigtuig? Als de situatie bniet zo serieus geweest was hadden we spontaan een lachkick gekregen maar nu werden we boos, en scholden hun uit voor alles wat in ons op kwam, we waren maar eenvoudige fucking tourists is het niet? Het legergroene jasjes idee , was dus geen goed idee. Voorzichtig , heel voorzichtig kleden zij ons uit, tot we poedelnaakt waren. Een applaus klonk, van der zijde der randdebielen, ze waren veilig, no explosives...Nu kwamen er twee ander nog gemener uitziende, bleek later narcotica agenten aan. Waar is de Heroine? Heroine?, wij konden niet vertellen dat we hier hier juist naar toe waren gekomen om af te kicken...daar wren we voor gewaarschuuwd. Mond dicht over drugs opf je krijg geen werk of sterker nog, je wordt het land niet binnen gelaten. Ik hoorde Stef gillen schreeuwen en vloeken op zij engels uit het andere hokje, ik probeerde kalm te blijven, wat lukte, totdat hij begon: vertel het nou maar waar is de Heroine? We hebben jullie gescheckt we weten dat je moeder de hoer speelt....Hoorde ik dat nou goed? Ineens gaf de man een hoek op zijn kin waarna ik door vijf man en twee vrouwen plat ,naakt op het zijl lag. Ik voelde grof een vinger in mijn reet gaan op zoek naar iets wat er niet was. De latex handschoenen werden met een knal uitgetrokken, met de woorden :He's clean! Ja in me reet wel dacht ik, nu de rest nog. Clean hoorde ik nu ook uit het andere hokje roepen.
Vernedered en half verkracht werdt ik bij mijn maat gevoegd, met een vage glimlach van de MP's Welcome to Israël, the land of Milk and Honey. Fuck you, zeiden wij in stereo , ons niet meer schelend of we nou wel of niet mochten blijven. Met grote stappen liepen wij naar de paspoortcontrole, maar dat was niet meer nodig we hadden vrijbaan, na een wen k een der MP's. Een visastempel en belastingsgeld moest wel betaald worden, gek genoeg want in elk ander land, betaal je belasting als je er uit gaat. We stierven van de koppijn en desillusies. Na wat informatie bij een balie vernamen wij dat we bus vijftien naar Tel- Aviv konden nemen of een taxi. Bus dus. We liepen met grote passen op de uitgang van dit ellendige vliegveld af. Eenmaal buiten sloeg de hitte om onze oren, en schreeuwde Stef een palmboom, een palmboom, hier mijn camera ,maak een foto van me onder de palmboom.. Ik zag een vies bushokje en een prullebak met daarnaast een klein plantsoen met inderdaad twee palmbomen, alsof dat mijn stemming in vervoering kon brengen...Stef dus wel. Met zijn armen over elkaar onder de bomen moewst ik hem fotograferen alsof hij op Haïti zat, in plaats van dat hij net geript was door de plaatselijke douane alhier. Klik , hij was zo blij als een kind, nu jij! met een afgezakte muil nam ik plaats onder die boom en gelukkig is die foto mislukt, ik zei het al min vier , dus scherpstellen....tsjaa, wordt een moeilijke zaak. Na wat enige informatie bleek dat onze bus pas over twee uur zou vertrekken. Ruggelings tegen die bomen probeerden wij wat slaap te vatten in het plantsoen, vlakbij onze halte.
Starend in de zonnespiegels van de Maas bengelen tranen aan de kaken van een dwaas Mijn lief mijn schat, jij rotte appel van mijn oog borende meelworm die mij bedroog
Knagend aan schillen vlees en een toereikend klokhuis maalde jij onvermoeibaar zielendeeg fijn tot hatelijk steengruis Palingen in kadaverkamers verdringen voor herinneringen verrotten al vretend scheurende repen gedachtenvlees van mijn woeste botten
Toch zal ik jouw ellendig mooie lichaam en glimlach doen verdringen want daar op de bodem gesmeten liggen onze gouden ringen
Een damesslip als slecht gemutst verblindt verbaast mijn zicht de pick-upnaald overslaand als een moker aan het heien totale chaos analyserend is de rooklucht niet te snijden gesuikerde pinda's plakken onder voeten en tussen tenen wijnglazen op het kleed die kleuren en mij vervloeken
ik laat bierscheten boeren en harde zuchten zie doffe spiegels mat van bandensporen in versnelde vluchten zeker twaalf mensen visite, een fantastisch feest geweest helaas mijn porttemonnee leeg en zit nu zonder eten geen probleem gewoon even een telefoontje plegen
Een tientje te leen misschien? Twaalf maal niemand thuis.. vuile asbakken doen mij nu pas overgeven
een zweethut in hurkzit tuurt hij schommelend naar een rood centrum omgeven door een zwarte cirkel voorstellende de moederschoot plots wordt zijn geest naar binnen gezogen door een smalle ronde tunnel
de navelstreng brengt hem terug naar de baarmoeder waar het leven zijn oorsprong begint om zich te mengen onder miljoenen zielen tussen de sterren waar hij zijn overpeinzingen zal overwegen en beslissen of hij moeder natuur zal laten schudden beven of sissen
een koorddanser op de dunne draad van een lijngrafiek stijgend dalend balancerend in opwaartse tragiek in een hand de paraplu geen vangnet gesponnen uitgegleden en gewond de tred voort gezet wederom een dag gewonnen
al voel ik mij ellendig en ben ik nog zo down dan acteer ik als een lachende clown waardoor de gesminkte lach je mijn tranen niet ziet want echte mannen gebroken of naar beneden gestort die huilen volgens mijn vader niet
lopen lopen lopen kijken kijken niet kopen mensen ontwijkend beschaamd stinkend ongedouched automatische piloot ontbloot bovennatuurlijke krachten vel over been ontwaakt supermachten
lopen lopen lopen mijn lichaam als maar verder slopen klaar voor een score inbraak of torrie oren gespitsts en ogen geknepen dakloos levend keihard geslepen
emotieloos gespitsts op iets wat er niet is in een ban van een onzichtbare ring dart ik er nog een paar pijlen in elke zes uur in de roos gescoort voordat ik compleet in elkaar ben gestort
lopen lopen lopen van euroshoppersbocht straal bezopen te overmoedig en onbedacht wordt ik wakker geschopt in een cel met genoeg dope in mijn reet een drie sterren hotel
het is tijd ze rotten me als een beest op straat bij ganzenbord weet je hoe het verder gaat eerst sla je drie beurten over en pleur vervolgens in de put dan gaan sommige dagen niet over rozen en zeker niet over de kat zijn kut
hij zet een zestal vallen met blokjes kaas voor ratten gooit akelig precies kiezelstenen naar naderende katten strooit gif in iedere hoek gleuf en gaten niets of niemand die aan zijn liefjes zaten
vertroetelend aaiend vertrouwt hij hen toe van mijn vrouws gezwets wordt ik zo ellendig moe bronchitus roggellend in zijn houten burcht ruimt hij vloekend drie ratten door veren gewurgd
zwetend zaagsel in haar en gezicht oneindig planken zagend nesten bouwend doffers en spichtjes haast doodgeknuffeld doch hem rustig toevertrouwend aanvliegend op hoofd schouders armen en rug vol spit staat hij armen gespreid onder pluisjes veren en vogels in vol geluk en pikken zij maiskorrels uit zijn lachende rode konen kunstgebit
terugkerend een vlucht koppels geringd uit Bretagne wacht de klok ongeduldig in zijn trillende handen dalend op het monotone fluitje of het rammelend blik trots als een pauw wint hij goud en zilver en brons en ach die paar tientjes voor tabak en de Toto als extra schik
Ik volg nog steeds het advies van Neil Young zeer aandachtig luisterend naar zijn song beter op te branden dan te vervagen achter de geraniums zoals oude vandagen burned out en kostprijs een ingeklapte long.
Gehurkt verschuilt in het fronttumult na hardend wordende fluiten knallen die uit de hemel vallen rook gasmaskers gehoor weigeren, ricochettes de loop pronkt stoer blinkend een maagdelijk bajonet
gegil geschreeuw silhouetten duiken op en vallen neer van nationaliteit uniform is geen sprake meer salpeteren bloedspetters bijten in mijn ogen maakt de werkelijkheid nog erger bedrogen rookbommen stukken steen ketsen mijn helm
baadt zweet in schurend zand mijn M-Zestien stevig in mijn hand mijn legerkistjes lopen vol urine anders als de mess of kantine schiet ik op alles wat beweegt
raak in paniek spieren controleloos briefje "eigen vuur" een zesplanken doos werd mijn beste vriend thuis gebracht door vrouw en kinderen word ik veracht Tot ziens vriend
Nederlands' Leeuw beet in mijn reet en kop en steekt mijn nek nu in een strop
peyote kauwende droge tong bitterslikkend slaat hij zwetend achterover in een eeuwige drum geverfde vederdans een knetterend vuurwerk hij slaat zijn vleugels uit en stijgt op
laat zich meevoeren op warmdragende luchtlagen genietend zoekt hij naar een prooi dan landt hij op een nest en rust de volgende morgen wordt hij wakker
klautert met handen en voeten naar beneden en loopt acht kilometer terug naar zijn leraar
Gezeten op een gouden troon met een diamanten ring ben ik een Sultan en jij mijn Koningin omgeven door een duizendbloemenboog de bruidstaart vijf verdiepingen een meter hoog
op hun knietjes gezeten schuifelend naar voor, geheel traditïoneel voeden twee bruidsmeisjes ons om beurten, voor het geheel onder mijn troon staan heimelijk twee flessen koud bier anders ga ik dood, opgemeten binnenshuis, was het zeventig graden hier
zwetend en worstelend in het verre oosten voor jou dee ik alles, kwam door die trouwerij eenmaal thuis bekeek de foto's en D.V.D. op geen één moment lachtte jij naar mij
Een klap van de deur van de buren laat mij verschrikt in het donker turen leg op jouw welgevormde heup mijn hand misschien ben jij bang, zo ver van jouw land
al wat ik voel zijn wat dikke kreukels in mijn dekbed in mijn dromen zeker even niet goed op gelet zelfmiskennend boos één traan rollend uit mijn linkeroog één veels te veel, omdat jij mij voor een visa bedroog
Al weer een tijd lang een nieuw begrip kinderen schommelen of op de wip sommige kunnen echter niet kiezen zij zullen dankzij dokterdealers verliezen
concentratiegebrek en ietwat druk Relatine op recept uit handen gerukt ADHD rennend naar de apotheek eindelijk rust, zonder geschreeuw of preek
Kinderen behoren te zingen schreeuwen, gek doen of spelen in ieder geval de drukte met zijn ouders te delen de cijfers liegen er niet om in Engeland liggen tien van de dertig kinderen krom
met Relatine graag gegeven door paps of mam twee maal daags één pil, geen gegil of schram nu heel relexed naar het plafond te staren door hun billen te branden zonder blaren
Neen, de dokters konden het niet meer houden schuldgevoel ging hen toch iets benouden proefschriften vol getuigenissen over Relatine vergelijkbaar met Extacy hoofdbestand Cocaïne
Ouders op rozen, die voor dit middel kozen vergeet echter niet, het inhalend verdriet over een aantal jaar zit u of het gekkenhuis, opgescheept met uw kinderen in een Cokepsychose
Als leider opererend in een motorbende zweef ik langzaam door de bergen schoonheid op schoot langs vulkanen glijdend de nacht te gemoet een kampong vol ellende
Geschreeuw angstkreten en gillen doen ons motoren heimelijk stillen twee politieauto's zien wij staan het is weer zo ver om toe te slaan
Onder schot door een medeagent verkrachten zij kinderen en meisjes moeders bang voor hun leven weggerend The Black Harleys achttien man sterk tot de tanden gewapend staken hun werk
Nu zes agenten in tightrips en eigen boeien auto's branden rook aan de horizon sirenes loeien een opklaptafel vergaderd bij kippesoep verkrachters misbruikend macht gekneveld wachtend diep in de sawa's op een onbestaand beroep
Unaniem slurpen wij de doodstraf geen weg terug soep genietend klinken lepels op porcelein knallen kogels in zes nekken stortend van een brug Azïe kent geen mededogen in de morgenstond langs mijn kommetje vliegen rode tanden en ogen in het rond
dolfijnen flippen eigenwijs voor een boot walvissen verbazingwekkend een flat zo groot een zwarte panter met felblauwe ogen zijn kleur de natuur en prooi bedrogen
tijger pakt een gemaskerde Hindhustaanse visser bij zijn kop leftover een vinger met gouden ring en safier erop
zeekrokodil stroomopwaarts kantelt een bootje éénhapcrackers draait hij in zijn dodenrol stuk voor stuk de vissers murw langs de bodem gesleten geen beet gehad vandaag toch lekker gevreten
olifanten in Sumatra lopen in een minuut een dorp plat verbaast versuft verarmt en berooid roken zij kretek in hurkzit op hun lendedoeken gat
witte of pittbullhaaien die in Afrikaanse baaien kaaien een romp op wieltjes in Kaapstad vloekt Godverdomme vierhonderdvijfentachtig stitches om mij dicht te naaien
een trap op een steenvis of een kwal één kubeke centimeter klein zijn tentakeltjes een enkele prik binnen tien minuten geen hulp bent u dodelijk gestikt
wij nietigen willen toch zo graag op hun lijken Deserteagles, Leopardtanks, Magnum Cobra's maar één keer op het verkeerde moment en de verkeerde plaats zullen wij in een fractie van een seconde onder hun bezwijken