Mijn meer dan 50 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik meedelen en zelf nog bijleren. Doch de wereld is groter dan de tuin. Daar is eveneens veel te zien en te beleven.
20-05-2019
De haven van Gent en de Turken
De haven van Gent en de Turken
16-5-2019 met Egenhoven
De koffie met koek was in ’t Boerenhof te Oostakker., dicht bij het Bedevaartsoord. We hadden de twee torens van de basiliek opgemerkt.
Met gids Dirk vatten we daarop de havenrondrit aan. Interessant was dat we startten bij een restant van de verlaten oude haven.
De haven van Gent is nu gefussionneerd met de havens van Zeeland en is aldus de 10 de haven van Europa.
We zagen een frans oorlogsschip dat men bezig is te ontmantelen. Het schroot gaat naar Arcelor-Mittal. Op een andere plaats stond een complete trein uit China. Die komt naar hier met roll on roll off schepen. Met een ferry Terdonk staken we het zeekanaal Gent-Terneuzen over ( foto 3). Voor ons was er geen gevaar voor de Legionella bacterie bij het doorrijden van Evergem. Er zijn al 2 dodelijke slachtoffers gevallen en de besmettingsbron is nog niet gevonden.
Let bij de foto 6 op de schermplaat op de scheepstros om ratten te verhinderen aan boord te klimmen.
Voor het middagmaal reden we naar de sleepstraat met veel Turkse handelszaken en eetgelegenheden. Voor ons was dat Gok 2. Er zijn er nog 5 andere van broers van de uitbater. Eerst een kleurige, zeer verscheiden koude schotel.
De stoeltjes werden uitgereikt voor de geleide wandeling met historica Tina De Gendt, auteur van ‘Turkije aan de Leie’. Op diverse plaatsen houden we halt en brengt Tina een boeiend verhaal over de Turkse gemeenschap van Gent, 10 % van de bevolking. Die wonen nu overal verspreid. De stoeltjes komen bijzonder goed van pas. De inwijking in Gent begon 50 jaar terug als ketting-migratie via mondelinge reclame in dorpen rond Emirdag. In Gent werden het Textielarbeiders. Bij het teloorgaan van de Textielnijverheid schakelde men over naar middenstandszaken, waarbij de typische Sleepstraat ontstond.
In Genk bv. werden de Turken aangeworven op verzoek van de Belgische overheid voor arbeid in de mijnen, staatsmigratie.
We dalen o.a. af naar de Leie voor een korte wandeling. Vroegere troosteloze muren dragen nu knappe muurschilderijen. Die op een zijgevel van de sleepstraat is een kunstwerk.
Tina vertelt honderd uit. We bezochten ook een beluik, een insteek met kleine huizen, waar Turkse gezinnen vroeger een goedkoop onderkomen vonden. Nu worden die gerenoveerd en duur verkocht.
Al in 1962, ons eerste jaar in Halle, kocht ik een elzenkant in de beemden. Er stond ook wat es tussen. En wat mij nog het meest trof: zwarte bes;. blijkbaar een halve moerasplant. Vele jaren kocht ik er hout. De keperbalken en bekledingsplanken voor de verbouwing in huis komen van eiken die ik heb laten zagen.
Begin der zestiger jaren was er ook een grote verkaveling van het Zoerselbos gepland.
In de wet op de ruimtelijke ordening van 1962 was bepaald dat de minister van openbare werken bij verkavelingen van meer dan 100 Ha de laatste zeg moest krijgen. Minister de Saegher (Openbare werken) heeft dan op advies van de Commissie voor Monumenten en landschappen, waarin mijn schoonbroer Evert Lagrou en Walter Cogghe, onze architect zaten, de grote verkaveling in Zoerdelbos tegengehouden, maar er waren nog andere plannen.
In 1972 stichtte Leo Cautereels ‘De Vrienden van het Boshuisje en Zoerselbos vzw. ’ Leo is dan de kadasternummers van alle percelen gaan noteren voor een dossier in het kader van de klassering. Een eerste keer liet de voorzitter van de Commissie het dossier verdwijnen. Maar men had dubbels. Het Zoerselbos werd geklasseerd in 1985, ongeveer 350 Ha.
Het Bezoekerscentrum Zoerselbos kwam er in 1999. Kunstenaar Marc De Roover was de inspirator voor de Kempische Bloementuin. Gisteren 11/5/2019 was het de fijne viering van het twintigjarige bestaan.
Leo Cautereels gaf een boeiend relaas over het historisch verloop.
Alhoewel het centrum nu op eigen benen moet staan is er de ruime, blijvende steun van de gemeente verzekerde Marc De Cordt, 2de schepen.
En zeer belangrijk men kan steune n op een stevige ploeg vrijwilligers. Ze bereiken ook de kinderen van Zoersel en omgeving.Een geode basis uit de kindertijd draagt men een leven lang mee.
Wie weet zal de gemeente ook het Boshuisje kunnen aankopen?
Sleedoorn. Ik heb de indruk dat de pruimachtigen het dit jaar goed doen, in tegenstelling met de appelen.
Bolderik
De bolderik (Agrostemma githago) is een plant uit de anjerfamilie Deze eenjarige plant wordt 20–100 cm hoog, heeft lancetvormige bladeren . De bolderik bloeit van juni tot juli met alleenstaande, langgesteelde, dieproze tot paarsrode bloemen. Hoewel de gehele plant giftig is, zijn de donkergekleurde zaden het giftigst. Vroeger werden deze meegeoogst en bij onvoldoende schoning meegemalen, waardoor het graanmeel giftig werd en door de aanwezige saponinen tot maag- en darmproblemen kon leiden. In de korenvelden is deze plant niet meer te vinden, evenals de aanlokkelijke, blauwe korenbloemen uit mijn jeugd. Bolderik heb ik echter nooit gezien.
Ik heb de resistente Noordkriek van De Bock dus in november 2014 aangeplant. We zijn nu 4 en een half jaar verder en de struik doet het, zonder enig spuiten tegen monilia, nog steeds heel goed. Hij groeit goed en elk jaar wordt de opbrengst aan krieken groter.
De noordkriek staat geplant tussen een aantal kersen in hoogstam en struikvorm.
Ook het resistente ras Morina houdt nog steeds zeer goed stand (ondertussen een jaar of tien oud). Saphir heb ik na mijn slechte ervaring niet heraangeplant.
Beide rassen staan ook bij ons, net als bij U, op zandgrond.
Schaarbeekse Kriek’ (‘Griotte de Schaerbeek’)(RGF-Gblx) : Zeer oud ras, traditioneel gebruikt voor het maken van kriekbier, vooral wegens het sterk roodkleurend sap, middelmatig grote,donkerrode vruchten in trossen, zoetzuur, dessertvrucht, maar vooral in de keuken gebruikt, gemakkelijk te vormen en vruchtbare boom, alle boomvormen, zeer goed bestand tegen taksterfte (Monilia) en hagelschotziekte (Cylindrosporium). Bloei heel laat – Goede bestuiver – zelf vruchtbaar.Oorsprong: dit nieuwe ras van CRA-W (Centre wallon de Recherches agronomiques) is het resultaat van een selectie uit honderden vrij bestoven zaailingen van de traditionele verscheidenheid van Brabant en ‘Pajottenland’, ook gebruikt voor het maken van gueuze ‘Kriek’.
Ik heb die staan en wat zie ik: lichte aantasting door takmonilia in zijn 2de & 3de groeijaar. Ik heb nog een Gerema staan, een Duits resistent ras. Vroeger moest ik regelmatig door monilia aangetaste takken wegknippen. Daarna is dat veel verminderd.
Op de abdij van Affligem werd ook een resistente kriek ontwikkeld. Dit ras wordt door boomkwerij De Bock van Oudenaarde verspreid. Ik weet niet hoe dit gewas zich gedraagt.
Ik vraag mij af of de moniliagevoeligheid grondgebonden is? Is de Kempische zandgrond onvoldoende geschikt? Tot 30 jaar terug had ik een 5 tal rassen staan. De aantasting ging zover dat de bomen geen bloemen meer konden vormen. Tenslotte allemaal gerooid. Anderzijds heb ik in het Pajottenland, op vruchtbare bodem, rassen gezien die het bij mij totaal niet meer deden en daar nog steeds vruchten geven!
Op het biologisch proefstation van de provincie Brabant Aardbeien en houtig kleinfruit te Pamel- Roosdaal zijn vorig jaar heelwat Schaarbeekse krieken aangeplant om verder te beoordelen. Over enkele jaren weten we meer.
Schaarbeekse krieken waren de basis voor kriek-lambic, het streekproduct van het Pajottenland.
Het boompje is een Reinette Dubois, 3de groeijaar op MM106. Het is een toevalszaailing uit het Land van Herve, 1858. Terug onder de aandacht gebracht door RGF Gembloux (Ressources Génétiques Fruitières) verdeeld door boomkwekers met het Certifruit-label.
Rijp november tot april, vast vlees, zoetzuur, zeer goede smaak, regelmatige productie, eerder zwakke groei, zeer weinig schurftgevoelig, weinig tot matig gevoelig voor witziekte, kankergevoelig. Bloeiperiode laat tot zeer laat – zeer goede bestuiver. Het is al mijn tweede exemplaar. De eerste bezweek aan kanker op de stam, maar stond ook op een ongunstige oplaats. Bij deze boom nog niets verdachts.
Volle bloei Reinette de France
Mijn laatste bloeier is een Crawley Beauty, ‘Cooks to lightly flavoured purée’ schrijft Joan Morgan in ‘The new Book of Apples’. Een keukenappel, na bewaring en zuurverlies ook eetappel. Ontsnapt steeds aan nachtvorst.
Dochter Leen had dit adres ontdekt en de afspraak geregeld. Ferienhaus Essingerhof, een vroeger hotel met 8 kamers, elk met eigen badkamer, wordt nu verhuurd aan groepen tot 25 man. In de inkomruimte is er zelfs een bar. Die werd op zondagmorgen gebruikt door de plaatselijke boeren. Vervolgens de grote eetkamer met een reuzengrote, brede eettafel. Voor iedereen ruim plaats.
Men beschikt over een grote, volledig ingerichte keuken. Voor de inkopen ging men naar het nabije Gerolstein. Een groot gemak was dat bedlinnen ter plaatse te huren is.
Op zat, 13/04 op het programma. wandeling rond de nabijgelegen Rockesykyll Koph, 4 km, niet lastig, 70 m hoogteverschil, ook voor mij nog goed te doen. Daar het licht sneeuwde, maakten we eerst een korte verkenningsrit in de streek. Daarna klaarde het op.
Men komt eerst aan een lavagroeve. Aan de achterzijde gaat het lichtjes hoger en wandelt men meer tussen de bomen. Met korstmossen begroeide zwerfstenen. Verder een rotswand. Op het einde van de wandeling ging het weer sneeuwen.
De avond werd heel gezellig met het verjaardagsfeest van Keda, 26, pas terug van Puerto Rico.
Op zondag is er eerst een geweldig ontbijt. Op de terugweg naar huis staan de 3 Maares van Daun op het programma.
Een Maare ontstaat door een geweldige ontploffing als water op hete magma komt. In de Eifel gebeurde dit het laatst 11.000 jaar geleden, doch meestal vroeger.
We wandelen een stuk rond het Schalkenmehrener Maar, 21,6 Ha en 21 m diep, dan voert het pad omhoog op de kraterwand, een inspanning voor mij. Men komt aan het Weinfelder Maar, 16,8 Ha en 51m diep.
Ik ben op mijn eentje, van de natuur genietend, teruggewandeld. Het jonge volk wandelde verder, een gedeelte nog tot de toren bij het Gemündener Maar, 7,2 Ha en 39m diep.
Na een pint met een dagschotel of een item van de namiddagkaart werd de terugreis aangevat. De GPS leidt eerst nog een stuk verder naar de autoweg als snelste weg. Een gedeelte wordt gewone weg en dan weer autoweg kort voor de grens met Sankt Vith en verder via Verviers.
FOTO’S
Het logement
We stappen uit in het dorp voor de wandeling rond de Rockesykyll Koph
Deze keer was het niet ik maar dochter Tinneke die de koekoek hoorde en zag bij het verzorgen van haar paarden.
Na een periode met schraal, droog weer en vorst aan de grond, eenmaal ook nachtvorst tot -1,7° en vooral schade bij de kiwibessen, kregen we een week opvallend warm weer (26,5° op 20/4).
Otava vind ik een van mijn lekkerste appels en die uitstekend bewaart tot nu. De smaak voldoet nog min of meer. Otava is afkomstig uit Tchechië en werd bekomen uit een kruising van Shampion x Jolana (1979)
Het is een schurfttolerant, productief appelras met middelmatig grote, platte, groengele vruchten. De eerder kleine, zuurzoete appel bevat veel vitamine C en is geschikt voor verse consumptie, keukengebruik en voor verwerking tot sap, cider of appelmoes.
Ik schreef er al een blog over op 11-11-2009. Toen was de jonge boom (op MM106) nogal gevoelig voor kanker, doch die gevoeligheid blijkt er uitgegroeid. Het ras is wel wat beurtjaargevoelig. Eerder weinig vatbaar voor het zwart van de regenvlekkenschimmel, doch in een zeer natte herfst toch aantasting.
Appels waren vorig jaar vroeger rijp dan anders en bewaarden wat minder lang.
Op de foto’s van 20 april zien de vruchten er nog voldoende goed uit en weinig gerimpeld. Ze werden bewaard onder een open afdak en enkel afgedekt bij iets zwaardere vorst (Tot -8,7 ° volgens het Zoerselse weerstation).
In de voormiddag bezoek aan een struisvogelfarm in de streek van Dinant. Het is de grootste levenden vogel. Komt uit Afrika.
De dieren leven jaar in jaar uit buiten. Ze leven hoofdzakelijk van gras met bijvoeding van granen. Gemiddeld gewicht 150 kg. De Keniaanse ondersoort bereikt 3m.
De struisvogel is met 70 km ook het snelste landdier. De zwarte kleur van de mannetjes valt op. Hij heeft een harem van 4 vrouwtjes. Beiden broeden doch het mannetje heeft de meeste nazorg.
Op de farm gaan de eieren voor 42 dagen in een broedtoestel.
We zagen ook de merkelijk kleinere nandoe uit Zuid-America.
Emoes en kasuarissen waren er op ’t ogenblik niet meer.
Geleid bezoek aan de kasteel-burcht Veves, gebouwd op een heuvel, met ziijn 5 torens, waarvan de donjon de meest impressionantste is, het doornroosje-kasteel. Na vele jaren leegstand werd het kasteel heringericht in de stijll van de 18de eeuw.
FOTO’S
Kasteel
Albast is doorzichtig
Eettafel
Schilderij Eugéne Verbroeckhoven 1798-1881, gespecialiseerd in schilderijen van vee
In België vroor daalde de temperatuur half april in de nacht plaatselijk tot 4,5 graden onder nul. “Op onze drie weerstations van PCfruit noteerden we temperaturen tot -2,8 graden”, vertelt directeur Jef Vercammen van Proefcentrum Fruit in Het Belang van Limburg. “Voor de streek rond Sint-Truiden was het wel nog een geluk bij een ongeluk dat de nachtvorst die rond middernacht opkwam, omstreeks 2 uur door de aanwezige bewolking niet is doorgezakt. Hierdoor is de temperatuur rond het vriespunt blijven schommelen. In Vlaams-Brabant en vooral in de streek rond Tienen hebben we meldingen gekregen tot -4,5 graden, dat is catastrofaal voor de bloesems.” Het is nog te vroeg om in te schatten of en zo ja in welke mate de vorst van invloed zal zijn op de oogst. “We kunnen nog niet zeggen of het invloed heeft op de productie”, aldus Vercammen aan Belga. “Er is zeker een percentage fruit dat bevriest, maar dat komt niet noodzakelijk overeen met hetzelfde percentage aan oogst. Bij kersen kan bijvoorbeeld 80 procent bevriezen, maar kan er toch nog een normale oogst zijn. Bovendien kan het nog een maand vriezen tot de ijsheiligen, dus het is afwachten”. Wat wel duidelijk is, is dat de schade niet zo groot zal zijn als bij de late nachtvorst van april 2017 toen een relatief groot deel van de oogst verloren ging. "Bovendien wordt de vorst deze keer gevolgd door een aantal warme, zonnige dagen waardoor de planten kunnen recupereren. In 2017 was het vervolgens slecht weer", weet Annelies Cousse, fruitteeltconsulent van Boerenbond. "Maar een aantal percelen in het Hageland en Haspengouw heeft wel degelijk vorstschade opgelopen", bevestigt ze. Het zijn volgens Cousse vooral de kersen- en appelbomen die schade ondervinden. "Voor de conferenceperen is na de vorst een behandeling mogelijk waardoor een aantal planten kunnen gered worden." Lees het hele artikel op Vilt.be
Ik zat toen met famille en vrienden in Essinger bij Gerolstein in de vulkaneifel.
Het weerstation van Zoersel mat -1,7° onder thermometerhut.
Een vluchtige kijk toont dat de kiwibessen voor dit jaar verloren zijn. Algemeen heb ik de indruk dat de natuur nu niet zover staat als op 19 en 20 april 2017. Op 20 april mat het Zoerselse weerstation toen -2,7.°
Ik heb de indruk dat de vroeg bloeiende appelrassen Stark Earliest, Belle de Boskoop en rode Gravenstein niet totaal verloren zijn. Bij de peren is dit moeilijker te zien. Ook de kerspruimen zijn niet helemaal verloren.
Het meest spijt heb ik dat ik de pas uitgeplante tomaten, het vroegst ooit, niet beter afgedekt heb in mijn tunnelserre. Ik ken het fenomeen dat er een soort inversie kan optreden die het nog kouder maakt dan buiten, ondanks het feit dat het overdag binnen zo warm geweest is.
Gevolg mijn tomatenplanten staan er nu maar belabberd bij.