Mijn meer dan 50 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik meedelen en zelf nog bijleren. Doch de wereld is groter dan de tuin. Daar is eveneens veel te zien en te beleven.
04-12-2019
Topaz
Topaz
Laatst proefde ik mijn Topaz appel en was verrukt over de smaak.
In het bio-circuit is dit resistent ras tamelijk bekend, doch in de liefhebberswereld lijkt mij dit onvoldoende het geval. De ziekteresistentie is bij mij nog ok, want ik heb gehoord dat de resistentie in Duitsland al zou doorbroken zijn?
Topaz is een Tjechische appel van het Veredelingsstation Strazovice te Praag uit een kruising van Rubin x Vanda (1984).
Het ras kwam in 2000 in de handel en in 2002 was er de Rode Topaz, een mutatie. Ik heb horen zeggen dat die iets minder van smaak zou zijn? Rood is anders in.
Ik heb nog een ander Tjechisch ras Otava, eveneens met een uitstekende smaak die min of meer behouden blijft tot april. De vrucht rimpelt nagenoeg niet. Dit is een gele appel. Nog een andere Tjech staat op mijn verlanglijstje: Bohemia, eveneens een gele appel. Op de stand van Tjechië op de Europom te Luxemburg was de Bohemia voor hen de lekkerste. Dit jaar te Alden Biezen hadden ze die echter niet bij.
Vertrek aan de Bourla. Daar richtte hij het pand op voor de tapijthandel. We wandelen tot de vrijdagmarkt, ook een van zijn verwezenlijkingen. Aan het vleeshuis is nog een glimp te zien van de Spaanse vesten waaraan hij mee bouwde. We wandelen tot de stadswaag, eveneens van hem. Tenslotte komen we uit bij het Mas. Daar liet hij vlieten graven en creëerde de nieuwstad op het eilandje. Rond wat nu het pomphuis en Brouwershuis is met eigen watertoevoer gaf hij het ontstaan aan 16 brouwerijen.
Hij was de eerste ondernemer om alle materialen voor zijn bouwprojecten zelf te produceren: turfwinningen in het Nederlandse Veenendaal (Utrecht), kleiwinningen en steenbakkerijen te Hemiksem, bosbouw in Buggenhout en kalkovens in Namen. Dit alles om zelf over brandstof, baksteen, constructiehout en mortel te beschikken, zonder afhankelijk te zijn van leveranciers. Niemand kon goedkoper bouwen dan hij.
In zijn korte leven heeft hij zeer veel betekend voor Antwerpen.
Katty kon er boeiend over vertellen. Een uitstekende gids.
We waren blij te kunnen uitrusten en lekker te eten in het nabijgelegen restaurant De Mon.
Vorige zaterdag 16/11 was het feest. Jonathan, de jongste van de 14 kleinkinderen werd meerderjarig. Dit jaar zijn 2 nichtjes hem voorgegaan. Sarah in het verre Vancouver en Isis in Poederlee.
‘s Namiddags speelde Jonathan viool in het Vlaams Symphonie Orkest in de opera Carmen in het St Michielscollege te Brasschaat. Formidabel genoten van deze uitvoering.
Ik kreeg de ent in 1990 van Piet Nelen van Kapellen, in 2018 op 90 jarige leeftijd overleden, destijds medestichter van Velt Stabroek.
Hij was geboren te Essen en daar was destijds een boomkwekerij Nelen. Ik ken zijn verwantschap niet.
Ik entte die op een MM 106 onderstam. Het bleek een zeer krachtige groeier. De groeikracht van een hoogstam. Ik heb de top van de halfstam minstens een tweetal meter ingekort en het is nog een behoorlijke halfstam. Hij staat op een achterste perceel en dat was ik wat uit het oog verloren.
Er hingen nog enkele vruchten aan de boom, doch eronder lag het vol, meestal met vruchten boven de middelmaat, niet meer met het beste uitzicht. (wat schurft en regenvlekkenziekte). Ik verzamelde een kruiwagen vol (12/11) en er valt nog wat te rapen.
Het proeven viel meer mee dan ik verwachtte. Nog vaster vruchtvlees, voldoende knappend en sappig, gemiddelde smaak. Het blijkt een productief ras, zeker in dit mindere draagjaar, na het zeer productieve 2018. Ik weet niet of de boom ook vorig jaar productief was.
Voor de rest weet ik niet of er van dit regionaal ras nog veel bomen te vinden zijn?
Piet legde ook de boomgaard aan van De Heuvels van Velt Stabroek op zeer schrale zandgrond. Men heeft er heelwat vervangen. Hoe zit het nu?
De Colapuy heb ik leren kennen in de Verger Conservatoire te Villeneuve d”Ascq (Lille) in 1987 op de eerste Open deur daar. Wellicht was het toen al nov. Twee rassen vielen op, de gele Cabarette (President Van Dievoet) en de rode Colapuy. Van de President Van Dievoet (Cabarette in Frankrijk) heb ik veel meer plezier: lekkere, lange bewaarappel en eveneens minder ziektegevoelig. De Colapuy daarentegen heeft slechts om de twee jaar vruchten. Een perfect buurtjaargevoelig ras.
De vruchten op de foto zijn veel te weinig gekleurd. Hoe is zoveel schaduw mogelijk? Het ras staat bij mij op MM106 en is wellicht de zwakste groeier van allemaal. Alle vruchten zijn wel dieprood gekleurd. De smaak vind ik maar matig: vast, vrij zuur en minder sappig. Er zijn er tientallen betere. Een ras dat bij mij danig meevalt is bv de resistente Ecolette, voor de helft Elstar. Op mijn blog fruit2 kwam die meermalen aan bod. Vul bij zoeken in Ecolette .
Elk voorjaar verheug ik mij over de gouden bloemplekken van de kornoeljes in mijn tuin. In de struiken hoor ik het bekoorlijk gezoem van de vele bijen van de bijenstand hier van Dennis en bezoekersbijen tijdens de welgekomen eerste vluchten voor stuifmeel en nectar in de warmende voorjaarszon.
Blijkbaar kunnen de fijne bloempjes tegen de nachtvorsten die in maart-april meermaals voorkomen. Er zijn geen jaren zonder bessen. Dit in tegenstelling met de wat ontgoochelende kiwibessen. Als er tijdens het uitlopen van de bladeren april-begin mei een lichte nachtvorst is, moet je geen enkele vrucht verwachten dat jaar. De mooie Kempen hebben ook nadelen.
Onlangs kon ik vasstellen dat er bijenbonden zijn die de waarde van de kornoeljebessen voor de bijen nog niet kennen. Ook bij het planten-aanbod van Natuurpunt ontbreekt de Cornus mas nog vaak.
Graag geef ik mijn ervaringen door.
Mijn eerste kornoelje kocht ik van imker De Blieck uit het Waasland op de enige tuinbeurs die we met Velt landelijk (op initiatief van voorzitter Jan Heyman, onlangs op 92 j overleden) organiseerden bij Lima te St.- Martens-Latem in het voorjaar 1974. Het is een boom die al vruchten geeft eind juli. De kleinere vruchten zijn er voor de vogels. Een tweede exemplaar bekwam ik van Jerome Van Assche van Dilbeek, bijenman, moerbei- en notenteler. Staat een eind verder in de tuin en begon pas na vele jaren te dragen. Rijpe kornoeljebessen vallen af. Deze bessen zijn lekker van smaak. Je eet er zo een handsvol van. Niets van een wrange smaak. De vruchten van een derde exemplaar komen een maand later en de bessen zijn nog lekkerder!
Het Oostenrijks cultuurras Jolico heb ik in Meckenheim in het najaar van 2003 aangeschaft. Begon al vrij vlug te dragen. De rijpe bessen vallen af, doch moeten nog verder narijpen. Meestal zijn ze iets te wrang om er meerdere te eten. In 2018 echter, met de warme droge zomer, waren ze verwonderlijk veel zoeter. Dit jaar zijn ze niet zo zoet als vorig jaar, maar best te genieten. Twee waarnemingen dit jaar, één: een geweldige dracht bij Jolico en dit komt door het stuifmeel van de Schönbrunner Gourmet Dirnl, ook een Oostenrijkse cultivar, er naast geplant in mei 2015, eerste vruchten in 2017. Dit jaar was de vruchtzetting gewoon goed, niet zo overvloedig als bij Jolico. De smaak van de Schönbrunner gourmet is goed, maar kan niet tippen aan mijn twee wilde. Het rijpen begon een week voor Jolico, begin september. Waarneming twee. Nu eind oktober hangen nog veel bessen aan de Jolico, al of minder rijp. (Foto’s van27/10). De zwart-rode vruchten die nog aan de struik hangen en die al wat zachter aanvoelen zijn best direct te genieten. Het is de eerste maal dat ik bessen nog zolang heb weten hangen. Dit komt wellicht door de geweldige dracht.
Beschrijving van de kornoeljes door Dimitri Jacobs van de speciale kwekerij Zoetewei te Putte-Mechelen.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Jolico'
Oostenrijkse selectie die ook als sierstruik wordt aangeplant. Beschreven als één van de laatst rijpende soorten, maar rijpt bij ons al in augustus. Druppelvormige kersen (7g) met zure smaak. Geeft als jonge plant al snel vruchten. Heeft kruisbestuiving nodig voor goede vruchtzetting.
'Schönbrunner gourmet'
Ras dat grote helderrode, peervormige vruchten geeft met een zoete smaak. Een gezonde en robuuste plant met een hoge sier- en moestuinwaarde. Een zeer interessante cultivar ontwikkeld in Wenen. Rijpt laat af (september).
De drie volgende rassen plantte ik in aug 2017. Vorig jaar met de hittegolf was er weinig groei. Dit jaar 2019 vertonen ze een flinke scheut. Verwonderlijk was wel dat twee van de drie al enkele bloemen hadden.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Jantarnyj'
Gele bessen. Iets kleiner van formaat (4g), maar uitzonderlijke friszure smaak. Rijpt in augustus en de vruchten vallen niet zo snel af bij rijpheid. Redelijk hoge opbrengst. Voor vers gebruik, vruchten bewaren goed. Aanrader.
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Pioneer'
Grote peervormige bessen (8g). Donkerrood, sappig, zoet en aromatisch. Rijpt in augustus en de vruchten vallen niet meteen af bij rijpheid. Kornoeljes zijn als vruchtplant hier nog relatief onbekend. Wordt in Oost-Europa geprezen om het lekkere fruit. Bij ons meestal slechts bekend als sierplant omwille van de gele bloesen in de winter of vroege voorjaar
KORNOELJE KERS - Cornus mas 'Panchavero'
Grootvruchtige selectie genoemd naar de Bulgaarse regio Panchavero. Helderrode en zeer dikke, tot 2,5 cm lange kornoeljekersen met een zure smaak als kersen. Eén van de soorten met de grootste vruchten (10g) in onze collectie. Rijpt al goed af aan de struik vanaf half augustus, waardoor deze recht van de plant al goed in de smaak valt.
Op mijn beide blogs werd meerdere keren over de Cornus mas, kornoeljebes geschreven. Je kan er o.a. de bloeiwijze zien.
Vul telkens bij zoeken in : Cornus mas.
Ik hoop dat de kornoeljebes niet langer een nobele onbekende zal blijven! Beslist planten in de voedselbossen.
De internationale fruittentoonstelling 18-20/10/2019
Op zondag een ganse dag regen!
Vele bekenden teruggezien.
Jean Pierre Billen, de beslagen reisleider van de NBS stond aan de receptie. Een gelegenheid om hem een eerste NBS-reis naar Duitsland en Nederland te suggereren, na 3 keer Frankrijk en 6 maal Engeland.
Johan Baecke met zijn leifruit stond in zaal 1. Een plezier om hem bezig te horen. De determineerstand had veel aantrek.
De Friezen Nynke Zijlstra en Frits Doornenbal stonden met een mooie stand in zaal 3.
Op de stand van de Tjechen lagen mooie appels en bijzonder:Je kon ze proeven. Van bij henkomen o.a. de Topaz en Otava. Ze behoren tot mijn lievelingsappels. De laatste behoudt zijn zeer goede smaak tot april (en zonder rimpelen) !
Van Jef Peeters heb ik een Galloway Pippin gekregen. Een gelegenheid nu om de vruchten te leren kennen; eerst op de stand van Engeland RHS Wisley en dan bij de Oostenrijkers. Een van hen had 3 bomen staan: een herfstappel. Twee boeken erbij gehaald: de ene: herfstappel; de tweede winterappel. Joan Morgan in The new Book of Apples: plukken laat sept., okt.; eten nov. – febr. (keuken en dessert).
Spijtig dat de tweejaarlijkse expo van Villeneuve D’Ascq dit jaar samenviel met de Europom.
Europom volgend jaar Zweden?, 2021 Engeland RHS Wisley
FOTO’S
Ingangspoort. Verderop een met maretakken overladen populier.
Tjechische appel Nabella
“ “ Benet
Ger Vansantvoort op de stand van Johan Baecke.
Bloody Ploughman. Een mevrouw was de vrucht aan het schilderen.
Op de wijkschool De Reiger te Ichtegem bestond voor de 1ste Wereldoorlog een Spellewerkersklas. Mijn moeder had teveel zwetende handen vertelde ze mij.
Wegens een ongeval hadden we meer dan de dubbele tijd nodig om Aalst te bereiken. Gelukkig was er Frances, getogen in Aalst, die in de bus ons veel wist te vertellen.
Er was nog net tijd om naar de Grote markt te wandelen met het Belfort, De Borse en de kerk; een rijke kerk met tal van altaarkapellen.
Het rijke kantwerk werd gemaakt door de armsten en gedragen door de rijksten.
Hij was vakleraar aan het Vrij Agro- en Biotechnisch Instituut te Roeselare
Voorzitter van Ste Dorotea Kon.Ver. voor Natuur en Tuinliefhebbers Roeselare 1957 -1977.
Hij werd in 1974 de stichter-voorzitter van de Ver. voor Ecologische land- en Tuinbouw vzw, nu Ver. voor Ecologisch Leven en Tuinieren. 1974 -1978. En Erevoorzitter van Velt.
Als landelijk secretaris had ik het voorrecht met hem te kunnen samenwerken. Hij was zeer bevlogen om de bioteelt vooruit te helpen. Hij schreef de eerste handleidingen. Hij was tevens de bezieler van de eerste beroepstelers, richtte de Velt Technische Commissie op en zorgde voor het eerste lastenboek. Voorbarig werd ook de coöperatieve Veltco opgericht.
Op doktersadvies – na het vroegtijdig overlijden van een broer- moest hij stoppen met zijn activiteiten. Hij weende toen hij mij dit mededeelde.
Jan was een pionier voor de ecologische teelt , voorbeeld en raadsman voor velen. Graag verwijs ik naar de getuigenis van Johan D’hulster, pionier van de biologische beroepsteelt. http://blog.seniorennet.be/fruit Vul bij zoeken in: Jan Heyman (19-01-2012)
Koninklijke Vlaamse Dendrologische Vereniging, opgericht in het Rivierenhof Deurne in 1937. Aldus de oudste vereniging voor bomenliefhebbers. Voor €10 wordt je lid.
Een regendag, doch we hadden geluk, geen regen meer tijdens de wandeling.
Mariemont, heuvel van Maria, te Morlanwelz werd in 1546 een jachtdomein van Maria van Hongarije, zus van keizer Karel.
Nu is het een openbaar domein van 45 Ha en vrij toegankelijk. Het is het best bekend om zijn museum.
Een aantal van de merkwaardigste bomen van België is hier te vinden.
FOTO’S
1. Diospyros duclouxii, kakipruim met kleine vruchten
2. Vruchten van de boomhazelaar
3. Een Catalpa vaeiëteit met gespot blad
4. Atlasceder, Cedrus atlantica
5 .Ceder
6. Boom
7. Redwood (coast redwood) kustmammoetboom (Sequoia sempervirens) Voor de ijstijden kwam de boom in de vochtige gematigde gebieden over het hele noordelijke halfrond voor. De bruinkoolafzettingen van Europa bestaan voor een groot deel uit de stammen van de Sequoia
Ik kreeg bezoek van een jonge man die enkele fruitrassen wou aanplanten. Meteen kon hij een aantal rassen proeven.
Hij vertelde dat hij nog niet zolang aan het imkeren was. Met zijn 18 kasten trekt hij naar het fruit in Limburg en de koolzaadvelden in Wallonië. Dit jaar al 400kg geoogst. Zijn beste honing komt van de tamme kastanje en is heel donker. Voor mij was dit onbekend.
We kwamen ook voorbij mijn kornoeljebessen Jolico en Schönbrunner Gourmet Dirndl en dat was voor hem een nieuwe ontdekking. De vruchten vielen danig in de smaak.
Voor mij riep dat weer vragen op dat de imkers de Cornus mas niet meer kennen. In de vroege lente is dit nochtans een formidale voedselbron voor de bijen.
Mijn eerste plant bekwam ik in 1974 van een Veltimker.
Vorig jaar droegen alle kweeperen als nooit tevoren.
Net als in 2017 was er dit jaar opnieuw slechts één goed dragend ras: Lescovacz. Bij Vranja en Rhea’s mammot slechts enkele, maar dan wel supergrote vruchten. Naast wellicht wat beurtjaareffect was er weer lichte nachtvorst.
Opnieuw is Lescovacz, het Servische ras, hieraan ontsnapt. Het is tevens het meest gezond groeiend ras.
Eerst naar een vlasweverij te Meulebeke. Libeco is nog de enige overgebleven weverij, doch behoort tot de top 3 in Europa. Bestaat al van 1858. In België is er echter geen spinnerij meer en het garen komt dus uit het buitenland.
Vlas wordt gekweekt in de zware gronden van Normandië tot Amsterdam. Pesticiden komen er niet bij te pas. Na 7 jaar kan men terugkomen op hetzelfde perceel.
Een nonkel van mij was vlaskoopman en mijn veel oudere kozijns heb ik meermalen zien zwingelen. Van het gerote vlas worden de lemen, de bast afgeslagen zodat men enkel de vezels overhoudt. Hoe langer deze vezels hoe beter. Tijdens de oorlogswinters werd een rond blik met aangestampte lemen op het vuur van de Leuvense stoof gezet. De traag brandende lemen zorgden voor wat verwarming.
We werden door de werkplaatsen geleid. Men heeft er de nieuwste weeftoestellen van Picanol. Mij viel op hoe alles strict computergestuurd verloopt. Evenwel ondergaat het linnen nog een secure nacontrole plus eventuele herstelling van foutjes. Er mocht niet gefotografeerd worden.
Namiddag
Schoenen en Borstelmuseum, gevestigd in de vroegere schoenenfabriek Eperon d’Or; een merkwaardig gebouw van de jaren dertig in art deco stijl.
Izegem was destijds de schoenen - en borstelstad. Momenteel zou er nog 1 bedrijf zijn waar men schoenen maakt. Wel zijn er nog 4 bedrijven die borstels maken en nog 2 in de omgeving.
Rond het Ijselmeer, een stuk van de vroegere zuiderzee, liggen een aantal historische stadjes en plaatsen waarvan sommige al deel uitmaakten van de Hanzesteden uit de 14de en 15de eeuw en vanaf de 16de eeuw floreerden, mede dankzij de toevloed uit het, door de Spanjaarden bezette zuid-Nederland, met zijn contrareformatie. Vele, meestal begoede protestanten namen de wijk naar het zich voorspoedig ontwikkelende Holland of beter de zeven Provincieën. Met de Verenigde Oostindische Compagnie werd het een machtige zeevaartnatie.
Met voorzitter Paul Koop van de VOC kamer Antwerpen hadden we een welbespraakte en beslagen gids.
We startten met een bezoek aan de nagebouwde ‘Batavia’ te Lelystad, de hoofdstad van de nieuwe provincie Flevoland. De eerste Batavia verging al in 1628 op zijn eerste reis voor de Verenigde Oostindische Compagnie bij de Australische kust. Je kan je haast niet voorstellen dat op zo’n beperkte ruimte 341 personen meevaarden. De 100 soldaten zaten maandenlang samen op een tussendek van 1,5 m hoog.
Volgende stopplaats Schokland, een voormalig eiland, een voorschoot groot. Noorwegen heeft er enkele machtige stenen gestort. Er ligt een bootje in de vroegere haven.
We rijden naar het Friese, vestings - en Elfstedenstadje Sloten. Paul vertelt hoe hij tweemaal de elfstedenronde heeft uitgeschaatst. Het is meteen de eerste kennismaking met de geveltypes van het Unesco werelderfgoed. Nog een kleine wandeling met Veerle, penningmeester van de Voc. Men heeft al een pleisterplaats gevonden en ze hebben er o.a.een Straffe Hendrik van de Brugse brouwerij De halve Maan.
Eindbestemming het Valkhotel te Emmeloord.
We rijden naar de Friese stad Harlingen. Met de paasvakantie 1976 er met de Wielewaal Voorkempen, aangevoerd door Paul Poppe, ingescheept voor Terschelling. Toen de veenbessen leren kennen. Ze waren er aangespoeld na een schipbreuk. In een veenpoel nog eetbare bessen van het vorige jaar gevonden. Harlingen aan de noordzee was een haven voor de walvisvaarders. Op de wandeling hebben we weer oog voor de geveltypes: de oude trapgevels, , halsgevels, klokgevels, lijstgevels. Bij het terugrijden kunnen we toch de zuiderzeeafsluitdijk op. De voormalige, ondiepe zuiderzee was bij stormen zeer gevaarlijk. Na de dramatische overstromingen van 1916 werd tot de bouw van de afsluitdijk besloten. Voltooiïng in 1932. Later volgden de inpolderingen.
Via een mooie binnenweg bereiken we Workum met het Jopie Huismanmuseum.
Vervolgens naar Hindelopen. De grote bloeiperiode van de stad lag tussen 1650 en 1790, toen Hindelopen een grote vloot bezat van ruim tachtig schepen. In 1749 had de stad 1600 inwoners. De kapitale 17e- en 18e-eeuwse kapiteinshuizen duiden nog op de vergane glorie. VVrijdag
De zaterdagmorgen rijden we over de Houtribdijk, 26km lang ( die in 1975 gereed kwam) van Lelystad naar Enkhuizen in Noord-Holland. We passeren Hoorn, destijds een belangrijke haven voor de COV en rijden verder naar en door De Beemsterpolder tot De Rijp. Vervolgens staan Edam en Monickendam nog op het programma.De winkels voor gerookte paling zijn echter reeds dicht.
Op de terugweg op zondag bezoeken we achtereenvolgens Giethoorn, het zeer toeristische Venetië van het Noorden, ontstaan door het uitgraven van turf. Beperkte wandeling tot de hoofdweg en ernaast een waterweg met veel bruggetjes. Kampen, Hanzestad aan de Ijssel en als laatste Elburg, aangelegd in dambordsysteem.