WIJ ZIJN NIET ZO JONG MEER, EIGENLIJK ZIJN WE EEN BEETJE OUD
WIJ HOLLEN NIET MEER HEEN EN WEER, EN WE HEBBEN HET OOK ZO VLUG KOUD.
WE GAAN NIET ZO MET DE TIJD MEE, MODERNE DINGEN ZIJN VAAK EEN KWELLING
ALHOEWEL GISTEREN SCHREEF JE OP DE PC MIJ EEN LIEF BRIEFJE IN D'OUDE SPELLING
WE LOPEN AL EEN BEETJE GEBOGEN, WE BUIGEN NAAR ELKAAR TOE
SOMS ZIEN WE IN ELKAARS OGEN, WE ZIJN ALLEBEI EEN BEETJE MOE.
|