Mijn blik verdiept zich in haar oogxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
mijn blik verdiept zich in haar oog
en laat zich leiden door het vuur
dat hevig om haar woorden danst
haar lach spontaan zoals de zon
die gul met passie stralen strooit
in een rivier die sterren glanst
we nippen lustig aan ons glas
en klinken op de tijd die naakt;
het vocht dat onze lippen kust,
de ernst van onze geesten laakt
niets is wat is, of zo het lijkt,
de vreugde die naar adem hapt,
het praten naar een lege mond
perfide, puur, perfect doortrapt
dan rolt mijn hart over mijn wang
en scheurt het in een ademruk
de glimlach die ik net verdrong
mijn geest zo licht en ademloos
verspreidt zich in afwezigheid
en stilt de woorden op mijn tong
waar ga ik heen bij elke dood
die zich van mij weer meester maakt,
wie zal ik zijn wanneer het licht
de spiegels van mijn ogen raakt
Johan Janssens
|