Nog vóór dat het Zeeuwse mosselseizoen officieel is ingezet hebben wij gisteren mosselen met friet klaar gemaakt. Het waren onze laatste oude patatjes, gerimpeld als een oud wijveke en zo zacht als de mosselen zelf, nog juist goed genoeg om frieten te bakken.
Het smaakte o zo lekker na een weekje Duitse kost op restaurant. Ik geloof dat de schnitzels op de duur langs mijn oren zouden terugkomen. Je vindt ze op elke menukaart, een bladzijde vol: wienerschnitzel of jägerschnitzel, met champignons of met met zwiebeln. Ook de worsten met kool of choucroute zijn niet van de kaart weg te krijgen. Met wat geluk kan je nog een putensteak op je bord krijgen (zie foto) maar zoek maar eens naar een paling in het groen, Poperings potjesvlees, een assiette anglaise, een tomate crevette, een Oostendse visschotel of Gentse waterzooi of gewoonweg een beafstaeck-friet.
Als vergelding voor het gemis van een heerlijke bord soep krijg je wel een salade-teller voorgeschoteld. Voor mij was dat wel een zuur zoethoudertje. Alleen vroeg ik mij af als ik dit moest eten in afwachting dat de bestelde forel gevangen en gebakken was ofdat de bollen knödels gekookt waren dan wel samen de hoofdschotel.
Leve moeders keuken! Wat je zelf kweekt en bakt, kweekt en bak je het best. Vandaag zal ik voor het eerst mijn nieuwe patatjes rooien. Ze zullen lekker smaken bij een entrecôte met zelfgekweekte salade en tomaten in moeders mayonnaise.
Tijdens ons bezoek aan het Odenwald brachten wij op woensdag een bezoek aan Mosbach en de zoutmijn in Kochendorf /Bad Friedrichhall.
Mosbach bezoeken betekent slenteren in de winkelstraatjes op zoek naar billig einkaufen en genieten van de mooie vakwerkhuizen waarvan het oudste en wellicht een van de mooiste het Salzhaus (1500) isdat ons herinnert aan de toenmalige belangrijke zouthandel in die streek.
Op enkele kilometers vandaan ligt nog de bedrijvige en één van de grootste zoutmijnen van Europa. Deze is op woensdag te bezoeken. Dus daar naartoe.
Wij verlaten de snikhete bovengrond naar een oord van 18°. Met een liftkooi dalen wij in een halve minuut af, 180m. diep onder de grond naar de zoutmijn waar wij kennis maken met 200 miljoen jaren aardgeschiedenis, het werken onder de grond, de winning van het zout en de verwerking voor allerlei doeleinden.
De rondgang is 1,8 km lang en duurt twee uren. De gangen leiden ons naar de koepelzaal en de kristalzaal. In de zoutrotsen zijn taferelen gebeeldhouwd waaronder dinosaurussen die ons duiden op de oertijden de bevolking ervan, taferelen bij het winnen en verhandelen van zout en de H. Barbara, levensgroot. Zij is immers de patroon van de mijnwerkers.
Door de verlichting en de flikkering van de zoutdeeltjes in de rotsen biedt het een feeëriek schouwspel.
Als souvenir voor onze kleinkinderen kunnen wij nog enkele glinsterende zoutstenen meenemen. Er even aan likken en je smaakt het zout.
Maar op deze subtropische bovengrond smaakt een ijsje toch wel beter.
Heinde en ver is het bedevaartsoord Walldürn bekend voor de verering van het H.Bloed.
Oorsprong van deze pelgrimage is een legende waarbij de priester tijdens de consecratie zijn kelk omstootte en er bloed in plaats van wijn uitvloeide.
Iedere zondag, vijf weken na Sinksen, zijn het hoogdagen en stromen uit alle streken van Duitsland pelgrims toe; per wagen, in groep te voet of per bus. De voorbije jaren zijn we er meermaals heen gereden maar dit jaar was het bedevaartseizoen voorbij.
Zo maakten wij van onze zondag een alternatieve bedevaarttrip in het Odenwald.
Wij begonnen met een misviering in het kloster Engelberg aan de Main, een klooster der franciscanen hoog op de berg. Je kan er te voet van in het dorpje Grosz-Heulbach langsheen 612 trappen met onderweg kruiswegkapellen.. Zoveel moed hadden wij toch niet maar Mia is er na de mis wel te voet van afgedaald.
Er zijn de zondag drie missen waarbij het mooie barokkerkje steeds stampvol zit met fel zingende mannen zowel als vrouwen. Stemmig is het en wat kunnen die Duitsers zingen! Er wordt ook nog veelvuldig biecht gehoord.
Naast de kerk is er een kapel met het Gnadebild van Maria en heel veel brandende kaarsjes met ex-votos voor dankbetuiging. In het restaurant kan je een pater drinken, wat patersbrood verorberen of een likeurtje kopen voor de thuisblijvers.
s Namiddags reden wij naar Hessenthal met een drievoudige bedevaartskerk:de gotische Gnadenkapelle uit 1454, de nieuwe bedevaartkerk met een moderne kruisweg en de 7 m. hoge grafkapel van de grafelijke familie Dietrich Echter met 10 levensgrote afbeeldingen van de familieleden, geknield rond het kruis.
Er zijn vier grote bedevaartdagen op Paasmaandag, Sinksenmaandag, 15 augustus en de zondag na Maria-geboorte.
Vandaar reden wij naar Mariabuchen over Lhor am Main, een druk bezocht bedevaartsoord in een groen dal waar om tot inkeer te komen de stilte heerst. Dit bedevaartsoord bestaat reeds van 1395 en staat momenteel onder de hoede van de kapucijnen
Oorsprong van deze bedevaartplaats is een schaapherder die eenhouten Madonna van smarten beeldhouwde en dit plaatste in een beuk in het bos.Er kwamen heel wat bezoekersdie verhoord werden in hun gebeden zodat het een bedevaartplaats werd. Het barokke kerkje bevat zeer waardevolle kunstwerken waaronder het hoogaltaar met twee zijaltaren en het orgel. Er is een gasthuis voor bezinningsdagen.
Later in de week ontdekten wij nog een merkwaardige bedevaartkapel te Amorsbrunn in de omgeving van Amorsbach. Deze plaatsnamen zijn genoemd naar de H.Amor die in de 8e eeuw die streek kerstende en begraven is in Münsterbilzen bij Maastricht. Zijn beeld staat in de kapel.
Naast de kapel ontstond een bron die een heilzame werking had zodat in 1565 er een Heilbad aangelegd werd. Van dit water werd bediend tegen oogziekten en onvruchtbaarheid.
Maar echt merkwaardig is het altaarstuk binnenin de kapel met de voorstelling van de stamboom van Jessaia.
Uit de buik van een slapende Jessaia (vader van Koning David) rijst een boom die de stamboom van Jezus voorstelt met rechts en links de 12 oudtestamentische koningen en bovenaan Moeder Maria met het kind Jezus. Aan weerszijden staan de ouders van Maria, Joachim en Anna.
Buiten het kerkje staat nog op een helling een stenen preekstoel die moest dienen om de vloed van bedevaarders die in het kerkje niet binnen konden toe te spreken. Er is ook nog een zuil met het beeld van Maria en op een muur van het kerkje is de H. Christoffel geschilderd die met Jezus op zijn arm de stroom oversteekt.
In ieder geval bracht onze zondagtrip heel wat wetenschap bij over het christelijk volksgeloof in een ver verleden en het bedevaarten als een alom verspreid fenomeen ook in deze contreien.
We maakten voor de dertigste keer onze jaarlijkse uitstap van een week naar het mooie Odenwald (Dtsl.) bij Frau Sigrid Ihrig.
Het dorpje Gammelsbach, tussen Neckar en Rijn, blijft ons bekoren. Het is telkens weer een ontmoeting en kennismaking met zijn wandelpaden langs bossen en heuvels, zijn burchten in de streek en mooie steegjes met vakwerkhuizen en vooral de gastvrijheid van Sigrid Ihrich. Wij proeven van haar zelfgebakken " torten mit sahne" en drinken een weiszwein op haar terras. Wij ontmoeten er de vriendelijke "Nachbar" in zijn tuintje om even een praatje te slaan, worden weer herkend bij de bakker en enige winkel in het dorp en bestellen onze voorraad wijn in de plaatselijke "Bauerladen".
Het is ook een ont-moeting, even niet moeten en vrij zijn en als we moe zijn van het laufen ons even neerleggen in de schaduw van een boom .
Met gehandicapten en zieken naar Lourdes. Voor een diareeks met muziek en 49 sfeerbeelden over "Lourdes, zijn symboliek en rituelen" klik op de foto 51 Mb en 21 min. downloadtijd.