Foto
Foto
E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

 

Zoeken in blog

Foto
Gastenboek

Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

Blog als favoriet !
Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Petanque
Petanqueclub Hoegaarden
petanque.hoegaarden@gmail.com
06-06-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Petanque Hoegaarden
Klik op de afbeelding om de link te volgen



Welkom bij de Hoegaardse Petanqueclub
 

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (16 Stemmen)
>> Reageer (0)
30-11-2012
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Petanque Hoegaarden
Klik op de afbeelding om de link te volgen





Petanque,  
is een vorm van Jeu de boules.
De laatste term omvat ieder spel 
die met metalen ballen worden
gespeeld.
Petanque komt van "pied tanque"
wat "voeten samen" betekent.

 

Sporthal Hoegaarden
Woensdagnamiddag
van 14 tot 17 uur

Info : petanque.hoegaarden@gmail.com

Bij Petanque is het de bedoeling om de metalen ballen
zo dicht mogelijk bij een klein houten balletje (but) te
werpen of te rollen.

De afstand van de cirkel (van waaruit de spelers werpen)
tot de but kan variëren van 6 tot 10 meter.
Het spel kan op elke ondergrond worden gespeeld, maar
vaak wordt er gekozen voor een ondergrond van zand
of (grof) grind

 

Petanque kan zowel individueel als in teamverband
gespeeld worden, waarbij een team kan bestaan uit
twee of drie spelers.

Men noemt dit ook wel doublette en triplette.

Individueel noemt men ook tête à tête waarbij elke
speler 3 ballen heeft.

In geval met drie spelers per team wordt gespeeld,
heeft elke speler 2 ballen, in de andere gevallen heeft
elke speler 3 ballen.

De metalen ballen hebben een diameter tussen
70,5 en 80 millimeter, en een gewicht tussen
650 en 800 gram.

De but heeft een diameter tussen 25 en 35 millimeter.

 

Het team dat de wedstrijd mag beginnen, wordt bepaald
door loting.

Degene die de toss wint, trekt een cirkel met een diameter
tussen de 35 en 50 centimeter en gooit het but uit op een
afstand tussen de 6 en 10 meter.

Het team dat het but werpt, werpt ook de eerste bal en
probeert deze zo dicht mogelijk bij het but te plaatsen.

Daarbij moet er op gelet worden dat de voeten in de cirkel
staan en zij niet van hun plaats mogen komen voordat de
geworpen bal de grond heeft geraakt.

Vervolgens mag de tegenpartij proberen een bal dichter bij
het but te plaatsen, de bal van het andere team te
verplaatsen (schieten) of het but te verplaatsen.

 

Het team dat het dichtste bij het but ligt, speelt pas weer
als de tegenstander beter ligt of geen boules meer heeft.

In het laatste geval mag dat team proberen meer punten
te scoren door de ballen dichterbij te brengen dan de beste
van de tegenstander.

Voor elke bal die een speler dichter heeft geplaatst dan de
tegenpartij krijgt men een punt ( max. 6 punten bij triplette
 en doublette). Dan is de spelronde voorbij.

Het team dat heeft gescoord, trekt een cirkel op de plaats
het but lag en gooit hem opnieuw, waarna het
volgende spel begint.

Het spel eindigt als een team het eerste 13 punten
heeft behaald.


0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (22 Stemmen)
>> Reageer (0)
07-12-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

Internationaal Spelreglement Petanque

Petanque is een sport waarbij partijen worden gespeeld
tussen ploegen van 
drie spelers en drie spelers (triplettes).
Partijen zijn ook mogelijk tussen twee spelers en twee spelers (doublettes); of tussen één speler en één speler (enkelspel).

Bij triplettes beschikt iedere speler over twee boules. Bij doublettes en enkelspel beschikt iedere speler over drie boules.
Een andere ploegsamenstelling is niet toegestaan.

Petanque- ballen

Petanque wordt gespeeld met ballen die:

- V
an metaal zijn; 
-  E
een diameter hebben van ten minste 7,05 en ten hoogste 8,00 cm;
- Een gewicht hebben van ten minste 650 en ten hoogste 800 g; het handelsmerk van de fabrikant en het gewicht moeten in de boules zijn gegraveerd en altijd leesbaar zijn;
- G
een enkele bewerking of andere opzettelijke verandering hebben ondergaan na de vervaardiging door een erkende fabrikant (zogenaamde getrukeerde boules). 

 De but

De But moet van hout of van kunststof zijn.
In het laatste geval dragen de but het handelsmerk
van de fabrikant.
Buts hebben een diameter van ten minste 25 en
ten hoogste 35 mm.
Geverfde buts, ongeacht de kleur, zijn toegestaan.
De but mag tijdens een partij slechts in de volgende
 gevallen worden vervangen:

Als de but zoek is en niet binnen vijf minuten wordt
gevonden; of
als de but in stukken breekt: in dat geval bepaalt het grootste stuk de ligging; als er in de
werpronde nog ballen gespeeld moeten worden, wordt
de but , indien nodig na meting , onmiddellijk vervangen
door een but van de dezelfde diameter; in de volgende werpronde mag de betreffende speler ook de hele set
ballens vervangen.

Spel en But
 
Het speelterrein

Petanque kan op ieder terrein worden gespeeld.
De wedstrijdleiding of de scheidsrechter kan de ploegen echter een afgebakend terrein toewijzen.
In dat geval moet dit terrein, voor kampioenschappen,
ten minste 4 m breed en 15 m lang zijn.

Voor andere toernooien kunnen afwijkingen worden
toestaan, tot een minimum van 3 bij 12 m.

Als het terrein van een afzetting is voorzien, moet de afstand tussen deze afzetting en de grens van niet–toegestaan terrein  ten minste 30 cm bedragen.
 De afstand tussen de afgebakend terreinen en de uitlijn bedraagt ten hoogste 4 m.

Een partij gaat tot en met 13 punten.
In voorronden en cadragepartijen kan eventueel worden gespeeld tot en met 11 punten.

     Begin van de werpronde (mène); de werpcirkel.

De ploegen tossen om te bepalen welke ploeg het terrein kiest. Deze ploeg heeft tevens het recht de but als eerste uit te werpen zolang geen der partijen nog punten behaald heeft. Daarna wordt de but als eerste uitgeworpen door een speler van de equipe die als laatste een of meer punten heeft behaald.

Als de wedstrijdleider de ploegen een terrein heeft toegewezen, moet de but op dit toegewezen terrein worden uitgeworpen.
De ploegen mogen niet zonder toestemming van de scheidsrechter uitwijken naar een ander terrein.

Een speler van de ploeg die de toss heeft gewonnen, kiest
de plaats waar wordt begonnen en trekt een cirkel waar
de voeten van elke speler geheel in passen; de diameter
van deze werpcirkel bedraagt echter ten minste 35 en
ten hoogste 50 cm.
Hij moet worden getrokken op ten minste één meter van
enig obstakel, op ten minste één meter van de uitlijn en,
bij niet–afgebakende terreinen, op ten minste twee meter
van enige andere in gebruik zijnde werpcirkel.

De ploeg  die de but gaat uitwerpen moet alle werpcirkels
in de nabijheid van de te gebruiken cirkel uitwissen.

Het binnendeel van de werpcirkel mag geheel geëffend
worden gedurende de werpronde, maar moet aan het eind daarvan, of in elk geval voordat de eerste bale van de volgende werpronde wordt geworpen, in de oude staat
worden hersteld.
De werpcirkel is geen niet–toegestaan terrein.

Tijdens het uitwerpen van de but en het werpen van de
ballen moeten de voeten van de speler binnen de cirkellijn blijven ; zij mogen deze niet deels bedekken; zij mogen de werpcirkel niet verlaten of geheel van de grond komen
vóór de geworpen bal de grond raakt.
Geen ander lichaamsdeel mag de grond buiten de werpcirkel raken.
Bij wijze van uitzondering mogen zij die het gebruik van
een been missen, met slechts één voet binnen de werpcirkel plaatsnemen.

Een speler in een rolstoel dient deze zo te plaatsen dat de werpcirkel zich midden tussen de wielen bevindt, met de voetsteun boven de voorkant van de werpcirkel.
Dat een speler de but uitwerpt betekent niet dat hij ook de eerste boule moet werpen.

 Voorgeschreven afstanden bij het uitwerpen van de but
(.

Bij het uitwerpen van de but is het slechts geldig als:

De afstand van het but tot de voorkant van de werpcirkel
voor pupillen ten minste 4 en ten hoogste 8 m,
voor aspiranten ten minste 5 en ten hoogste 9 m,
en
voor junioren en senioren ten minste 6 en ten
hoogste 10 m
bedraagt.
D
e afstand van de werpcirkel tot enig obstakel en tot de uitlijn ten minste één meter bedraagt.
De afstand van het but tot enig obstakel en tot de uitlijn
ten minste één meter bedraagt; en de
but zichtbaar is voor een speler die geheel rechtop in de werpcirkel staat, met de voeten zover mogelijk van elkaar verwijderd; in geval van twijfel beslist de scheidsrechter of het but zichtbaar is; tegen zijn beslissing is geen beroep mogelijk.

In de volgende werpronde wordt de but uitgeworpen vanuit een werpcirkel die getrokken wordt rond het punt waar het lag aan het einde van de vorige werpronde, behalve als:

De werpcirkel zich op een afstand van minder dan één
meter van enig obstakel of de uitlijn zou bevinden; of
de but niet op alle toegestane afstanden zou kunnen
worden uitgeworpen.

In het eerste geval trekt de speler de werpcirkel op de kortst mogelijke toegestane afstand van het obstakel of
de uitlijn.

In het tweede geval mag de speler de positie van de werpcirkel achterwaarts verplaatsen in het verlengde van
de lijn tussen de werpcirkel en de positie van de but in de voorgaande werpronde, maar niet verder dan tot hij de but
op de maximaal toegestane werpafstand kan uitwerpen.
Dit mag alleen als het but in geen enkele richting op de maximaal toegestane werpafstand kan worden uitgeworpen.

Als na drie opeenvolgende pogingen door eenzelfde ploeg de but nog altijd niet reglementair is uitgeworpen, gaat het over naar de tegenstander die eveneens drie pogingen mag doen, en de werpcirkel achterwaarts mag verplaatsen.
Hierna mag de werpcirkel niet meer worden verplaatst, zelfs niet als ook deze ploeg niet slaagt in haar drie pogingen.

In elk geval behoudt de equipe die de but na de eerste drie worpen moest afstaan, het recht de eerste boule te werpen.

Ongeldig uitwerpen van het but

Als de but bij het uitwerpen wordt tegengehouden door de scheidsrechter, een speler, een toeschouwer, een dier of enig bewegend voorwerp, is het ongeldig en moet het opnieuw worden uitgeworpen; de uitworp telt dan niet mee voor het aantal van drie waarop de ploeg recht heeft.

Na het uitwerpen van de but en van de eerste bal mag de tegenstander nog altijd de geldigheid van de ligging van de but betwisten.
Als het bezwaar terecht blijkt, worden de but en de bal opnieuw gespeeld.

Heeft ook de tegenstander een bal geworpen, dan wordt de but geacht geldig te liggen en wordt er geen protest tegen de ligging meer in overweging genomen.

Om de but opnieuw te kunnen uitwerpen moeten beide ploegen het erover eens zijn dat het ongeldig lag, of de scheidsrechter moet dat hebben beslist.
Als een ploeg in strijd hiermee handelt, verliest zij het recht de but uit te werpen.

Ongeldige ligging van het but.

De but is ongeldig in de volgende zes gevallen:

Als het zich na het uitwerpen niet bevindt binnen de
grenzen als genoemd .
A
ls het tijdens een werpronde over de uitlijn wordt verplaatst, zelfs als het daarna weer op toegestaan terrein terugkomt (een but op de uitlijn is geldig; het is pas ongeldig als het recht van boven bezien de uitlijn geheel is gepasseerd); een plas water waarin de but vrij drijft is niet–toegestaan terrein.
Als het verplaatst is, en vanuit de werpcirkel niet meer zichtbaar is zoals reeds is beschreven (als de but achter een bal verscholen is, is het echter enkel op grond daarvan niet ongeldig; de scheidsrechter mag een bal tijdelijk wegnemen om na te gaan of de but zichtbaar is).
A
ls het wordt verplaatst naar meer dan 20 m van de werpcirkel (voor senioren en junioren), of naar meer dan
15 m (voor aspiranten en pupillen), of naar minder dan 3 m. A
ls het verplaatst en zoek is en niet binnen vijf minuten wordt gevonden; of als zich niet–toegestaan terrein bevindt tussen de werpcirkel en de but. 

Kleine obstakels; sancties.

Het is de spelers verboden een klein obstakel dat zich op het terrein bevindt te verwijderen, te verplaatsen, in de grond te drukken of plat te stampen.
De speler die de but gaat uitwerpen, mag niettemin de plek onderzoeken waar hij zijn boule wil laten neerkomen (de donnee), door daar ten hoogste drie keer met een van zijn ballen op te kloppen.
Bovendien mag een speler van de ploeg die aan de beurt is,
de inslag van de laatst gespeelde boule dichtmaken.

     Verborgen of verplaatst but.

Als de but tijdens een werpronde onverwachts wordt bedekt door een boomblad of een papiertje, wordt dat verwijderd.

Als de but in beweging komt, bijvoorbeeld door de wind
of de helling van het terrein, wordt het teruggelegd op
zijn oorspronkelijke plaats, mits deze was gemarkeerd.

Hetzelfde gebeurt als de but per ongeluk door de scheidsrechter, een speler, een toeschouwer, een bal
 of een but uit een andere partij, een dier of enig
bewegend voorwerp wordt verplaatst.

Wordt de but verplaatst door een bale uit dezelfde partij, dan blijft het geldig.

Om onenigheid te voorkomen moeten spelers de plaats van het but markeren. Protesten met betrekking tot niet–gemarkeerde buts en ballen worden niet in overweging genomen.

     But in ander spel

Als de but tijdens een werpronde naar een ander terrein wordt verplaatst (al dan niet afgebakend), blijft het geldig, tenzij ( zie ongeldige ligging van de but ).

Als de but terechtkomt op een terrein waar een andere partij gespeeld wordt, wachten de spelers die met het verplaatste but spelen indien nodig tot de spelers van de andere partij hún werpronde hebben beëindigd, en maken daarna hun eigen werpronde af.

Alle betrokken spelers dienen geduld en hoffelijkheid te betrachten.

De ploegen spelen de volgende werpronde op het aanvankelijk gebruikte terrein.

    Puntentelling bij ongeldig geworden but.

Als de but tijdens een werpronde ongeldig wordt, kunnen
zich de volgende drie gevallen voordoen:

B
eide ploegen hebben nog ballen te spelen: de werpronde eindigt onbeslist; slechts één ploeg heeft nog ballen te spelen: deze ploeg krijgt zoveel punten als zij nog ballen te spelen heeft; en geen van beide ploegens heeft nog ballen te spelen: de werpronde eindigt onbeslist.

    Tegengehouden but 

    Als de but, na te zijn weggeschoten, door een
    toeschouwer of de scheids rechter wordt e  tegengehouden, blijft het liggen waar het tot stilstand
    komt.
    Als het but, na te zijn weggeschoten, door een speler     
     wordt tegengehouden, heeft zijn tegenstander de 
     keuze uit: 

     De but te laten liggen op zijn nieuwe plaats. 
     De
but terug te leggen op zijn oorspronkelijke plaats; en
     de but neer te leggen in het verlengde van de lijn van zijn
zi  oorspronkelijke naar zijn nieuwe plaats, op ten hoogste   2   20 m afstand van de cirkel (15 m voor aspiranten en 
     pupillen), en zo dat het zichtbaar is. 

     
Als de but wordt weggeschoten, op niet–toegestaan 
     terrein terechtkomt, en weer op het terrein terugkomt, 
     wordt het als ongeldig beschouwd en worden de regels, 
     zie : puntentelling bij ongeldig geworden but, toegepast
.

    Uitwerpen van het but nadat het buiten het
     aanvankelijk gebruikte terrein is geweest

    Als het but tijdens een werpronde buiten het
    aanvankelijk gebruikte terrein wordt verplaatst, wordt 
    het in de volgende werpronde uitgeworpen vanaf het punt 
    vanwaar het verplaatst werd, mits (zie
Voorgeschreven 
    afstanden bij het uitwerpen van het but 
):
    De werpcirkel op een afstand van één meter van elk
    obstakel en elke uitlijn kan worden getrokken; en 
    
de but op alle toegestane afstanden kan worden 
    uitgeworpen

    Ballen

    
Het werpen  van ballen

    
De eerste bal van een werpronde wordt geworpen door 
     een speler van de equipe die als eerste de but mocht
     uitwerpen.
     Daarna werpt steeds de ploeg die niet op punt ligt; als
    deze ploeg al haar ballen al geworpen heeft, mag de
    tegenstander zijn overgebleven ballen werpen.

De speler mag van geen enkel voorwerp gebruik maken noch een streepje op de grond aanbrengen, om zijn bal te geleiden of de plaats te markeren waar hij zijn bal wil laten neerkomen.
Wanneer hij zijn laatste bal werpt, mag hij in zijn andere hand geen extra boule houden.

Ballen moeten één voor één geworpen worden.

Geworpen ballen mogen niet opnieuw worden geworpen.
Ballen moeten echter opnieuw worden geworpen als zij onderweg van de werpcirkel naar de but zijn tegengehouden of uit hun koers zijn geraakt door een bal of een but uit een andere partij, door een dier, door enig bewegend voorwerp
.

Het is verboden ballen of de but te bevochtigen.

Als de eerste bal op niet-toegestaan terrein terechtkomt, moet de tegenstander zijn eerste bal spelen; daarna spelen beiden om de beurt, zolang er geen bal op toegestaan terrein ligt.

Als er als direct of indirect gevolg van schieten geen enkele bal meer op toegestaan terrein ligt, gelden de regels ( zie ballen op gelijke afstand ).

Gedrag van spelers en toeschouwers

Gedurende de tijd die een speler reglementair ter beschikking staat om zijn bal te werpen, moeten de toeschouwers en andere spelers stil zijn.

De tegenstanders mogen niet lopen, gebaren, of iets anders doen dat de speler af zou kunnen leiden.
Alleen zijn medespelers mogen zich tussen de werpcirkel en de but bevinden.

De tegenstanders moeten zich voorbij de but of achter de speler bevinden, in beide gevallen zijwaarts van de speelrichting, en bovendien op ten minste 2 m afstand van de but en speler.

Spelers die zich niet houden aan deze regels kunnen worden gediskwalificeerd als zij, na een waarschuwing van de scheidsrechter, volharden in hun gedrag.

     Oefenen; boules die het afgebakende terrein
     verlaten

    Tijdens een partij mag niet worden geoefend. 
    Een speler die zich niet aan deze regel houdt, riskeert de in  hogergenoemde
sancties.

Ballen die tijdens de werpronde het afgebakende terrein verlaten, blijven geldig , tenzij : 

Ongeldig geworden ballen.

Een bal is ongeldig zodra hij op niet–toegestaan terrein terechtkomt.
Een bal op de uitlijn is geldig; de bal is pas ongeldig als
hij de uitlijn geheel is gepasseerd, dat wil zeggen als hij,
recht van boven bezien, geheel voorbij de uitlijn ligt.

Als de bal vervolgens op het terrein terugkomt, hetzij vanwege de helling van het terrein, hetzij na contact met
een bewegend of stilstaand voorwerp, wordt hij meteen
uit het spel genomen, en alles wat hij na het overschrijden
van de uitlijn heeft verplaatst wordt op zijn oorspronkelijke plaats teruggelegd.

Een ongeldige bal moet meteen worden opgeraapt en voor de betreffende werpronde uit het spel worden genomen.
Als dat niet gebeurt, wordt hij automatisch geldig zodra de tegenpartij een boule gespeeld heeft.

Tegengehouden ballen.

Als een bal na het werpen wordt tegengehouden door een toeschouwer of door de scheidsrechter, blijft hij liggen op zijn nieuwe plaats.

Als een bal na het werpen wordt tegengehouden door een speler van de ploeg waartoe deze bal behoort, is hij ongeldig.

Als een geplaatste bal wordt tegengehouden door een tegenstander, beslist de speler de boule opnieuw te werpen
of hem te laten liggen op zijn nieuwe plaats.

Als een geschoten of weggeschoten bal wordt tegengehouden door een speler, mag zijn tegenstander beslissen:


De bal te laten liggen op zijn nieuwe plaats; of
de bal neer te leggen in het verlengde van de lijn van zijn oorspronkelijke naar zijn nieuwe plaats, maar uitsluitend op toegestaan terrein en op voorwaarde dat zijn oorspronkelijke plaats was gemarkeerd.

Een speler die een bewegende bal met opzet tegenhoudt, wordt onmiddellijk uitgesloten van de rest van de partij, en met hem zijn ploeg.

Toegestane speeltijd.

Zodra de but is uitgeworpen heeft een speler ten hoogste één minuut om zijn boule te werpen.
De tijd gaat in zodra de but of de laatst geworpen boule tot stilstand is gekomen, dan wel zodra een eventuele meting verricht is.
Deze regels zijn na elke werpronde ook van toepassing op het uitwerpen van de but.
Een speler die zich niet aan deze speeltijd houdt, riskeert de genoemde sancties, zie kleine obsatkels ; sancties.

Verplaatste boules.

Als een stilliggende bal door bijvoorbeeld de wind of de helling van het terrein verplaatst wordt, wordt hij teruggelegd op zijn oorspronkelijke plaats.
Dit gebeurt ook als de bal per ongeluk verplaatst wordt door toedoen van een speler, de scheidsrechter, een toeschouwer, een dier of enig bewegend voorwerp.

Om onenigheid te voorkomen moeten spelers de plaats van de ballen markeren.
Protesten met betrekking tot niet–gemarkeerde ballen worden niet in overweging genomen; de scheidsrechter zal zich louter baseren op de feitelijke ligging van de ballen op het terrein.

Als echter een bal wordt verplaatst als gevolg van een in deze partij geworpen bal, blijft hij wel geldig.

Werpen van andermans ballen.

Een speler die met een bal van een ander speelt, krijgt een waarschuwing.
De geworpen bal blijft niettemin geldig, maar wordt, indien nodig na meting, onmiddellijk vervangen.

Ingeval van herhaling in de loop van de partij wordt de bal van de speler die de fout maakte ongeldig verklaard, en alles wat als gevolg daarvan is verplaatst, wordt op zijn oorspronkelijke plaats teruggelegd.
Een speler moet, vóór hij een bal werpt, deze ontdoen van elke eraan klevende substantie. Een speler die zich niet aan deze regel houdt, riskeert een hogergenomede genoemde sancties.

Spelers mogen hun geworpen ballen niet vóór het einde van de werpronde oprapen.

Ongeldig geworpen ballen.

Een bal die niet volgens de regels is geworpen, is ongeldig,
en alles wat als gevolg daarvan is verplaatst, wordt op zijn oorspronkelijke plaats teruggelegd, mits deze was gemarkeerd.
Dit geldt ook voor een boule die vanuit een andere cirkel is geworpen dan die vanwaaruit het but is uitgeworpen.

De tegenstander mag echter de voordeelregel toepassen en
de worp alsnog geldig verklaren.
De geworpen bal blijft dan geldig, en alles wat als gevolg
van de worp is verplaatst, blijft op zijn nieuwe plaats liggen.


         Punten en Metingen.

    Tijdelijk wegnemen van boules.

Om te kunnen meten is het toegestaan ballen en obstakels tussen het but en de te meten ballen tijdelijk weg te nemen,
na hun plaats te hebben gemarkeerd.
Na het meten worden de ballen en obstakels op hun plaats teruggelegd.
Als de obstakels niet kunnen worden weggenomen, wordt met behulp van een passer gemeten.

Metingen.

Een meting wordt verricht door de ploeg die de laatste bal heeft geworpen.
De tegenstander heeft altijd het recht na te meten.
Ongeacht de ligging van de te meten ballen en het moment in de werpronde kan de scheidsrechter worden geraadpleegd; tegen diens beslissing is geen beroep mogelijk.

Metingen worden verricht met een geschikt instrument, waarover beide equipes dienen te beschikken.
In het bijzonder is het niet toegestaan met de voeten te meten.
 Een speler die zich niet aan deze regel houdt, riskeert de 
reeds 
genoemde sancties als hij na een waarschuwing van de scheidsrechter volhardt in zijn gedrag.

Voortijdig opgeraapte boules.

Een bal die aan het einde van een werpronde wordt opgeraapt vóór het aantal punten is overeengekomen, is ongeldig, tenzij zijn plaats was gemarkeerd. Hiertegen kan niet worden geprotesteerd.

Bij meting verplaatsen van ballen  of but .

Het te meten punt gaat verloren voor een ploeg waarvan een speler tijdens een meting de but of een van de betwiste ballen verplaatst.

Als de scheidsrechter tijdens een meting de but of een bal verplaatst, doet hij in alle rechtvaardigheid een uitspraak.

Ballen op gelijke afstand.

Als de twee het dichtst bij het but liggende ballen even ver van de but liggen en aan verschillende equipes toebehoren, kunnen zich de volgende drie gevallen voordoen:

Geen van beide equipes heeft nog ballen te spelen: de werpronde eindigt onbeslist en de but wordt uitgeworpen door een speler van de ploeg die in de onbesliste werpronde als eerste het but mocht uitwerpen.
S
lechts één ploeg heeft nog ballen te spelen: die ploeg werpt deze ballen en behaalt zoveel punten als zij uiteindelijk ballen dichter bij de but heeft liggen dan de dichtstbijzijnde bal van de tegenstander; en beide ploegen hebben nog ballen te spelen:
de equipe die het laatst heeft geworpen, werpt nogmaals een bal, dan de tegenstander, en vervolgens om beurten, totdat één ploeg op punt ligt; als slechts één ploeg nog ballen te spelen heeft zijn de regels van punt 2 van toepassing.

Als er aan het einde van een werpronde geen ballen op toegestaan terrein liggen, eindigt de werpronde onbeslist.

Reinigen van but of boules.

Vóór meting moeten de betrokken ballen en  de but worden ontdaan van al wat er aan kleeft.

    Protesten.
 
    
Een protest dient te worden ingediend bij de 
    scheidsrechter. 
    Indien het na het vaststellen van de uitslag van een partij 
    wordt ingediend, wordt het niet in overweging genomen.
E
    Een ploeg is verantwoordelijk voor het toezicht op de
    tegenstander, onder andere met betrekking tot  
    spelerscategorie, terrein en ballen .
    
    Discipline
   
     Afwezigheid van spelers .
 
     Bij de loting voor het wedstrijdschema en de
     bekendmaking van het resultaat van deze loting moeten
     de spelers bij de wedstrijdtafel aanwezig zijn. 
     Als een ploeg een kwartier na de bekendmaking nog niet 
     het terrein aanwezig is, wordt zij bestraft met één punt, 
     dat aan de tegenstander wordt toegekend. 
  Voor iedere 
     5  min. daarna wordt opnieuw een punt toegekend aan de
     tegenstander.

Dezelfde sanctie wordt tijdens het toernooi opgelegd na elke loting en bij hervatting van de partijen na enige onderbreking.

Een ploeg die, één uur na de bekendmaking van de uitslag van de loting, nog niet op het terrein is verschenen, heeft deze partij verloren.

Een onvolledige ploeg mag aan de partij beginnen zonder op een afwezige speler te wachten, maar speelt zonder zijn ballen.

Te laat komen.

Als de afwezige speler na het begin van een werpronde verschijnt, mag hij niet meer aan deze werpronde deelnemen. Pas in de volgende werpronde kan hij aan de partij meedoen.

Als de afwezige speler meer dan een uur na het begin van een partij verschijnt, mag hij daar niet meer aan meedoen.

Als de onvolledige ploeg deze partij wint, mag hij wel aan de eventuele volgende partij(en) meedoen, mits de equipe mede op zijn naam is ingeschreven.

Als het toernooi in poules wordt gespeeld mag hij, ongeacht het resultaat van deze partij, aan de eventuele volgende partij(en) deelnemen.

Een werpronde wordt geacht te zijn begonnen zodra de but geldig is uitgeworpen.

Vervangers.

Het inzetten van een vervanger in een doublette of van een of twee vervangers in een triplette is slechts toegestaan tot het officiële startsein van het toernooi (mondeling, door middel van een fluitje,  enz.), mits niet reeds een andere ploeg  op zijn of hun naam voor het toernooi is ingeschreven.

     Bijzondere omstandigheden.

Bij regen wordt een begonnen werpronde afgemaakt, tenzij de scheidsrechter anders beslist.
De scheidsrechter is, na overleg met de jury, als enige bevoegd ingeval van overmacht een werpronde te onderbreken of ongeldig te verklaren.

Als bepaalde partijen bij de afkondiging van een nieuwe fase van het toernooi nog niet afgelopen zijn, kan de scheidsrechter, na raadpleging van de wedstrijdleiding, alle maatregelen en beslissingen nemen die hij nodig acht voor een vlot verloop van het toernooi.

Spelers mogen een partij of het wedstrijdterrein niet verlaten zonder toestemming van de scheidsrechter. 

Onsportief gedrag.

Het verdelen van prijzen of beloningen is ten strengste verboden.
Indien een ploeg 
die in een partij blijk geeft van onsportiviteit of van gebrek aan respect voor het publiek, de officials of de scheidsrechters, wordt uit het toernooi genomen.
Deze uitsluiting kan leiden tot nietigverklaring van eventueel behaalde resultaten, en tot het opleggen van de sancties .

Wangedrag.

Een speler die schuldig wordt bevonden aan wangedrag of die zich van geweld bedient jegens een official, een andere speler of een toeschouwer, riskeert een of meer van de volgende sancties, afhankelijk van de ernst van de overtreding:
Uitsluiting van het toernooi; intrekking van desnoods een licentie of een verbeurdverklaring of teruggave van prijzen en beloningen.
Deze Sancties  worden opgelegd door de scheidsrechter.

Een sanctie die wordt opgelegd aan een schuldig bevonden speler, kan ook worden opgelegd aan zijn medespelers.
Deze sanctie 
wordt opgelegd door de wedstrijdleiding, die de vervallen prijzen en beloningen, vergezeld van een verslag, binnen 48 uur aan de bond stuurt, die over de bestemming ervan beslist.

In alle gevallen ligt de uiteindelijke beslissing bij de commissie tuchtrechtspraak van de bond.

Scheidsrechters.)

Scheidsrechters die zijn aangewezen om een toernooi te leiden, moeten toezien op de strikte toepassing van het spelreglement en de administratieve regelingen die het completeren. Zij kunnen spelers of ploegen diskwalificeren die weigeren zich bij hun beslissingen neer te leggen.

De scheidsrechter rapporteert toeschouwers die een licentie bezitten of door de bond geschorst zijn, en die door hun gedrag incidenten op het terrein veroorzaken, aan de bond. Deze maakt een tuchtzaak tegen betrokkenen aanhangig bij de commissie tuchtrechtspraak, die over de schuldvraag beslist en op te leggen straffen vaststelt.

     Jury.

Gevallen waarin dit reglement niet voorziet, worden voorgelegd aan de scheidsrechter die ze kan doorverwijzen naar de jury van het toernooi. Tegen deze beslissingen van de jury is geen beroep mogelijk. Een jury bestaat uit ten minste drie en ten hoogste vijf leden. Als de stemmen staken, is de stem van de voorzitter van de jury doorslaggevend.

Spelers dienen correct gekleed te zijn (een ontbloot bovenlichaam of blote voeten zijn niet toegestaan). Spelers die zich niet houden aan deze regel kunnen, na een waarschuwing van de scheidsrechter, worden gediskwalificeerd.

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (8 Stemmen)
>> Reageer (0)
06-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1
Klik op de afbeelding om de link te volgen Petanque
Hoegaarden
Binnenbaan  nr.1
0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (9 Stemmen)
>> Reageer (0)
05-08-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2
Klik op de afbeelding om de link te volgen Petanque
Hoegaarden
Binnenbaan  nr.2
0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (4 Stemmen)
>> Reageer (0)
04-08-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Petanque
Hoegaarden
Binnenbaan  nr.3

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
>> Reageer (0)
03-08-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1en 2
Klik op de afbeelding om de link te volgen Petanque
Hoegaarden
Buitenbanen nr. 1 en 2
0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
>> Reageer (0)
02-08-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 en 4
Klik op de afbeelding om de link te volgen Petanque
Hoegaarden
Buitenbanen nr. 3 en 4
0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (9 Stemmen)
>> Reageer (1)


T -->

Blog tegen de regels? Meld het ons!
Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!