Een echtpaar op weg naar het westen die hadden enkele conquesten* dat was heel extreem en dat was het probleem want waar konden ze dat eerst uittesten.
Een bruid op de dag van haar leven iets mooier kon men haar niet geven wat kreeg ze cadeau een reis naar een Chateau maar ‘t stond niet op haar lijstje geschreven.
Er zat eens een kikker in 't water die sloeg me daar toch wel een flater of was het een list of omdat hij ‘t niet wist en dat kwam vooral door zijn getater.
Een stralende zon schijnt op mijn bolleke en ik droeg een heel licht babydolletje de postbode floot zag het kind op mijn schoot die zong ‘t liedje van ollekebolleke.
Rob is een dichter uit beringen zijn letters op kapstokken hingen als hij het woord nam en er niet goed uitkwam wist hij niet goed hoe hij moest beginnen.
Zelfs Boonen was moe van het fietsen hij reed steeds vooraan in de spitsen aan de meet een krijs daarvoor kreeg hij een prijs maar daarom zou hij zeker niet bietsen *.
Een eerwaarde in Scherpenheuvel zocht al gans de tijd naar een deuvel er was er een stuk stond teveel onder druk maar dat deed hij zichzelf aan die euvel.
Een slim muisje met een stukje kaas zag zichzelf als een heel grote baas en onder 't gewelf was alles voor hemzelf en dat vonden zijn vriendjes iets te dwaas.
Er was eens een boer uit Lottenhulle die kon als de beste mee tulle* het was eender wat liefst waar alcohol in zat en dan was hij bekend als een gulle.
Buurman heeft pannenkoeken gegeten en daarvan begon hij te zweten hij legde het uit maar 't scheelde mij geen fluit want dat moest ik in feite niet weten.
Zijn we hier dan geen knappe koppen maar dat kan ons zeker niet stoppen 't is voor ons plezier schrijven doen we alhier dat is beter dan het op te kroppen.
Er was eens een aardig lief blondje de lach die weerklonk uit haar mondje dat vond ik wel raar neen je zag het niet maar op haar wang had zij daar een klein wondje.
Er was eens een bakker in Zandbergen moest veel van zijn beenspieren vergen want door die matten die ze steeds wilden jatten was hij 't moe dat z' hem daarvoor steeds tergden.
Een pintelier uit Putkapelle als hij dronk schreef hij nog een novelle hij dacht aan de sagen die voor hem al vastlagen ‘k ben verliefd op die mooie Rachelle.