"Bezit je niet wat je op prijs stelt,
stel dan op prijs wat je bezit."
15-10-2018
Limerick 0388.
Lied.
De nachtegaal zingt zijn mooiste lied in het struikgewas dicht bij een vliet zo onvolprezen een onzichtbaar wezen want je hoort hem wel maar je ziet hem niet.
Ik hoor graag de vogeltjes zingen daar moet men ze echt niet voor ringen ze fluiten hun lied maar hoort je hen niet wel ik heb ze nog nooit moeten dwingen.
Een vlinder fladdert van bloem naar bloem ieder bloem verliet hij met een zoen een vlinder erbij dat maakte hen blij en ze dronken de nectar ad fundum.
Voel je sterk in ’t olifantenvel dit was de titel van ons blijspel de stroom die viel uit de vloek klonk heel luid maar voor 't begin klonk er dan een fietsbel.
Een slaapwandelaar met een grote doos niemand die 't wist maar wat was er loos een doos in de hand dat is toch geen schand maar 't is 't wel als ze vol zit met Euro's.
Ik heb vannacht weer een spook gezien door het huis klonk er een evergreen 'k weet niet welk lied want de titel ken ik niet maar voel mij niet meer gerust sedertdien.
Deze week hebben we weer een feestdag niet te merken aan het loon bedrag men krijgt zo verlof om te werken in den hof wat 't ook zij ieder leeft dan met een lach.
Hier was 't zesentwintig graden heet zelfs bij niets doen was je toch bezweet een enkele wolk voor al dat schoon volk 't zijn die dagen die je niet vlug vergeet.
Wij wandelen langs Vlaamse wegen daar komt men al zijn vrienden tegen dan blijft men even staan om dan weer verder te gaan maar vandaag was het wel in de regen.
Benny was weer eens gebuisd voor Frans dat kwam door zijn omgang met Constans doch die zag liever Frans maar daar had ze geen sjans waarop Benny haar overtrof in 't Frans.
Een vlinder fladdert van bloem naar bloem naast hem vliegt een bij met haar gezoem doch niets onbekend maar wel heel frequent en werd reeds beschreven in de Targoem.
Een zanger uit 't noorden van 't land voor 't optreden zijn tong had verbrand aan een hete grog dat doen zangers, doch sommige vonden dat heel ambetant.
Op één mei, voel ‘k me bijzonder blij de winter is dan alweer voorbij dat ligt aan het weer want aan de rand van 't meer liggen we soms reeds in zomer kledij.