Tina’s roosjes zijn aan ‘t verwelken mag ik eerst eens kijken dewelke het zijn er zoveel de meeste zijn goudgeel dat was op verzoek van buurvrouw Elke.
Ik heb zin in frikadellen koek was het antwoord bij een onderzoek een ontdekkingstocht naar wat men graag mocht en 't recept staat in 't boerenbond boek.
Voor mij gaat het hier even te vlug ik vind 't eerste haast niet meer terug ik krijg 't niet gedaan kan dit tempo niet aan en het zweet druipt als straal over mijn rug.
In Roy’s vijver zit een zeemeermin ‘t is zo één als in dat magazine dat niemand niet leest zegt eenieder bedeesd maar dat het zo is zit er heel dik in.
Laten we samen een Duvel drinken er hoeft daarvan niets te bezinken uit een heel groot glas lijkt het een grote plas maar eerst en vooral moeten we klinken.
Mocht ik voor een dagje eens God zijn wees maar zeker dat vind ik dol fijn wat vind jij daarvan weet wel dat het niet kan want voor die post is mijn geest wat te klein.
Weet je ‘k ben de zoon van een bakker elke morgen ben ik vroeg wakker maar bij het opstaan wil het niet meer gaan en dan droom ik maar voort van Gods akker.
Sint Pieter liet zijn sleutels vallen dat het hemelgewelf deed schallen het stoorde hem niet en het daarbij niet liet maar veel meer mocht hij niet meer verknallen.
Ik wil dansen voor de hemelpoort op de tonen van het kwint akkoord die hoor ik zo graag er steeds terug om vraag in tijden van nood is 't mijn toevluchtsoord.