"Bezit je niet wat je op prijs stelt,
stel dan op prijs wat je bezit."
17-04-2021
Brugse Kant.
.
Brugse Kant.
Een Brugse die kant wou gaan klossen de klosjes die mocht zij niet lossen om dat te kunnen moest men haar tijd gunnen en mocht zij geen enkele les brossen.
Er was eens een kindje Aliske als kusje gaf ze steeds een likske dat deed ze zo graag heel goed sappig, maar traag maar nog liever deed z’ haar eigen ikske.
Ik heb een vriendin in Zandhoven je kan het misschien niet geloven maar toch is het waar al zie je ‘t niet aan haar doch ze is weer een jaar opgeschoven .
Schrijvers die weten soms alles, soms niets hadden ze kennis dan schreven ze iets kenden de woorden toch rijmend te vinden doch vroeger dan reden ook schrijvers per fiets.
Er was eens een gast met een ziekte dat ‘t leven al lang niet meer pikte hij werd het zo moe hopend, doch niet wist hoe maar wel daaglijks zijn pilletjes slikte.
Er was eens een mens met een ziekte die altijd op beterschap mikte hij hield zich gaaf recht al voelde hij zich slecht ’t was zijn lot waar hij zich ook in schikte.
Er was eens een man met een niersteen de echo die toonde er meer als één het deed toch zo ’n pijn links zijn zij, op een lijn en uit angst begon hij maar een noveen.
Er zat eens een klein nachtegaaltje te rusten op zo een kort paaltje hij was er zo bang dorst had hij al zo lang maar voor drinken moest hij naar het schaaltje.
Mijn straat is een lust om te wonen dat ze mooi is zal ik hier aantonen geen haat of geen nijd iedereen is bereid daarvoor moeten we z’ eerst niet opschonen.
Er was eens een hond die moest waken daarvoor had hij twee scherpe kaken lekker vond hij het been liep er zo maar heen ook al hoorde dat niet tot zijn taken
In Lint is het leuk om te wonen dat het mooi is zal ik hier aantonen geen haat of geen nijd iedereen is bereid daarvoor moeten we ‘t eerst niet opschonen.
Je kleinkind dat laatst is geboren het heeft zich al eens laten horen het keek je lief aan en je kon ‘t niet weerstaan want je hart heb j ‘er reeds aan verloren.
Er was eens een paard dat wou springen het sprong zelfs door brandende ringen als het mocht kiezen dan nam het de biezen maar die drang moest het altijd bedwingen .
Er was eens een bos vol met bomen hoe waren die daar toch gekomen de wind bracht het zaad maar dat kon echt geen kwaad want in ‘t bos kan j’ alleen darvan dromen.