Een zoekende gast naar gedichtjes die deed dat met fikkende lichtjes met brandende ogen die er niet om logen want de tekst werd als beender gewrichtjes.
Een dichter las voor op gedichten dag een tekst die zo niet voor de hand lag hij was oh zo moe en het boek deed hij toe omdat hij de letters zo goed niet meer zag.
Een wakker figuur in Wakkerzeel liep niet op een paal ‘t scheelde niet veel het kwam door die hond want er lag nog een stront en week hij uit en dat leek hem reëel.
Er was eens een beer uit het noorden hij hield niet van andere oorden artiest wou hij zijn want dat vond hij zo fijn daarom hij leerde lopen op koorden.
Er waren eens twee Zebra's aan ’t stoeien daar moet je, je niet mee bemoeien ze waren niet kwaad maar ze deden hun daad en dat deden ze zonder te knoeien.
Schrijvers die weten soms alles, soms niets hadden ze kennis dan schreven ze iets kenden de woorden toch rijmend te vinden doch vroeger dan reden ook schrijvers per fiets.
Er was eens een man met een niersteen de echo die toonde er meer als één het deed toch zo ’n pijn links zijn zij, op een lijn en uit angst begon hij een noveen.
Er zat eens een klein nachtegaaltje te rusten op zo een kort paaltje hij was er zo bang dorst had hij al zo lang maar voor drinken moest hij naar het schaaltje.
Mijn straat is een lust om te wonen dat ze mooi is zal ik hier aantonen geen haat of geen nijd iedereen is bereid daarvoor moeten we z’ eerst niet opschonen.
Er was eens een hond die moest waken daarvoor had hij twee scherpe kaken lekker vond hij het been liep er zo maar heen ook al hoorde dat niet tot zijn taken
In Lier is het leuk om te wonen dat het mooi is zal ik hier aantonen geen haat of geen nijd iedereen is bereid daarvoor moeten we ‘t eerst niet opschonen.
De kat van Koen is op stap geweest ze was er stil van onder gesjeesd met die leuke kater werd het heel wat later want ze hebben heel de nacht door gefeest.