HALLE IN DE LITERATUUR DOOR RIK WOUTERS
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • JAN VAN DEN WEGHE (dinsdag 17 mei)
  • PUBLICATIE VAN EEN DICHTBUNDEL
  • DICHTENDE HALLENAARS: DICHTBUNDELS EN POËTISCHE KRITIEKEN EN ONDERSCHEIDINGEN
  • DICHTBUNDELS VAN HALLENAARS IN DE HALSE BIBLIOTHEEK
  • LOUIS PAUL BOON, "HET GEUZENBOEK" EN HALLE
  • ODE AAN DE DICHTKUNST, NAAR AANLEIDING VAN DE VOORSTELLING VAN DE DICHTBUNDEL "CODE ONBEKEND" VAN PIETER DELEN" [een toespraak]
  • INTERVIEW MET GHISLAIN LAUREVS
  • OVER "DE DAGEN VAN DE WINTER" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [1] [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • HALSE DICHTERS AL DAN NIET IN DETAIL BESPROKEN DOOR (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN
  • OVER "JAGEN" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • KUNST DURVEN VELEN SLECHTS TE FLUISTEREN
  • LAUREYS, EEN NIET-CONFORME CONFORMIST? [een toespraak bij de voorstelling van een essay]
  • NICOLE VAN OVERSTRAETEN IN HAAR QUEESTE NAAR DE VROUW EN DE DICHTERES IN ZICHZELF [een interview]
  • DRANG NAAR EN DWANG DOOR HET WOORD [over het "Gedicht voor mezelf" van Rik Wouters]
  • (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN OVER HALSE DICHTERS
  • HALLENAARS EN HUN FUNCTIES BIJ LITERAIRE TIJDSCHRIFTEN
  • "ZIJ HOEVEN NIET TE WETEN HOE IK TREUR. / ALLEEN IN MIJN GEDICHTEN BLOEDT DE WONDE." [over de poëzie van Jan van den Weghe]
  • DIT HUIS HEEFT GELEEFD. DIT HUIS HEEFT DOEN LEVEN. [over het gedicht
  • BOGAARDEN WAAR METER DE VELDEN LIEFHAD [over het gedicht
  • WAT MIJ BEPAALT, ZIJN VINGERS. LETTERS. WAT MIJ BEPERKT, ZIJN LETTERS. VINGERS. [een ars poeticia]
  • HALLENAARS (EN STREEKGENOTEN) OVER BRUSSEL
  • KWETSBAAR EN VERSTOTEN TUSSEN BROKSTUKKEN [over de poëzie van Rik Wouters]
  • LOUIS PAUL BOON OP DOORTOCHT IN HALLE [over "Dorp in Vlaanderen"]
  • HALSE DICHTERS IN DICHTBUNDELS OVER HALLE
  • ONGHEVIIIEN* VERWOORDEN EEN OUDE STAD DIE BLIJFT LEVEN [gidsen in Halle aan de hand van poëzie]
  • BLOED DRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN [over mijn belangstelling voor poëzie]
  • WAT BEN IK / WAT DOE IK*
  • COPYRIGHT
  • EEN VERANTWOORDING, VOOR ZOVER DAT NOODZAKELIJK IS
    pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren
    “HALLE IN DE LITERATUUR” wil “pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren” ondernemen. Aandacht wordt besteed aan literatuur over en in Halle door Hallenaars en anderen in het Nederlands en andere talen. Onder literatuur wordt poëzie, proza, toneel en literaire kritiek verstaan, met een bijzondere aandacht voor poëzie, liefst niet verschenen in uitgaven in eigen beheer. Onder Halle wordt de stad van vóór de fusie verstaan. Dialect- en jeugdliteratuur komen niet in aanmerking. Thriller- en misdaadfictie wordt niet als literatuur beschouwd. De weblog staat voor iedereen open: verbeteren van foute informatie; vervolledigen van onvolledige informatie; signaleren van interessante items; leveren van eigen bijdragen voor zover ze in het kader van “Halle in de literatuur” passen; ... Medelingen zullen in deze tekst die steeds onder de titel van de weblog verschijnt, afgedrukt worden. Een initiatief van de literaire en kunstvereniging "Xarnego" uit Halle, waarvan letterkundige Rik Wouters voorzitter is.
    11-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BLOED DRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN [over mijn belangstelling voor poëzie]

         over mijn ‘obsessie’ voor poëzie door Hallenaars

    Meer dan eens heb ik via essays, interviews en kritische artikels aandacht gevraagd voor het literaire werk van Nederlandstalige, vooral Vlaamse, letterkundigen en letterkunde. Prozaschrijvers en dichters kwamen aan bod. Vooral het werk van dichters genoot mijn voorkeur. Wie meer wil weten over mijn kritische werk, kan er in de al dan niet nabije toekomst "In de ban van het woord" [1], een naslagwerk over mijn literaire publicaties, samengesteld door Andreas Wanders en mezelf, op naslaan.
    Dat mijn voorkeur naar dichters uitging en uitgaat, hoeft geen verwondering te wekken. Ik heb lang geleden niet alleen als dichter gedebuteerd, maar ben het ook in het innigste van mijn geest gebleven. Dat ik geregeld (een zelfs bijzondere) aandacht aan Halse dichters besteed heb, is niet meer dan normaal. Mijn banden met mijn geboortedorp [2] Halle zijn tot buiten haar grenzen gekend. Zelfs in Antwerpen heeft men erover geschreven: literair criticus Guy van Hoof had het over Halle, zijn stad, maar ook een locatie die aantrekt en afstoot. [3].

    Ik denk dat die Halse dichters niet ogen klagen over mijn aandacht. Ik heb bloemlezingen samengesteld uit het oeuvre van Ghislain Laureys [4] en met gedichten van Hans Claus, Pieter Delen, Etienne Devisch, Nicole Van Overstraeten, Andreas Wanders en mezelf [5]. Ik heb de poëzie van Laureys [6 en 7] en Jan van den Weghe [8] ontleed en werken over poëzie van Laureys [9] en Jef Algoet, Emiel Gouffaux, Laureys, Felix Leheuwe, Jan Vanbellinghen, van den Weghe en mezelf [10] mee samengesteld. Ik heb Laureys [11] en Van Overstraeten [12] geïnterviewd. Ik heb bundels van Van Overstraeten [13] en Delen [14] gerecenseerd en gedichten van Delen, Jan Vanhaelen en Van Overstraeten proberen te verklaren [15, 16, 17 en 19] en Halle op kunst- en vooral dichterlijk vlak [18 en 19] doorgelicht.

    Ik heb 2 bundels van Gerrie Dehaag, 2 bundels van Van Overstraeten en een compilatiebundel uit Laureys’ poëzie ingeleid en voorgesteld. Ik heb literaire wandelingen geleid. Ik heb gedichten van Claus, Dehaag, Delen, Devisch, Laureys, van den Weghe, Vanhaelen, Van Overstraeten, Wanders en mezelf voorgelezen. Ik heb dichters met elkaar in contact gebracht en heb Claus, Dehaag, Delen, Devisch, Vanhaelen en Van Overstraeten de kans gegeven om hun gedichten voor te lezen. Ik heb natuurlijk niet nagelaten om mezelf te ‘promoten’.
    Bloed loopt, druipt waar het niet gaan kan. Ik zit niet stil: ik werk aan essays over gedichten van Claus, Delen, Devisch, Van Overstraeten, Wanders en mezelf [20] en, samen met Wanders, aan een literaire wandeling door het Halle van vóór de fusie [21] met gedichten of fragmenten eruit van Claus, Dehaag, Delen, Devisch, Laureys, van den Weghe, Vanhaelen, Van Overstraeten, Wanders en mezelf.
    Ik zit niet stil. Ik ga op zoek naar bundels van Halse dichters: ik heb er 27 gevonden die samen 68 bundels lieten verschijnen. Ik zoek recensies over die werken op. Het uiteindelijke doel kan slechts het schrijven van een naslagwerk over Halse dichters zijn. Dat project houdt me reeds sinds 1997 toen ik schreef dat Halle nood heeft aan een literaire gids die ik (…) wel ooit wil proberen om (…) samen te stellen [18 en 19], in de ban.

    Meer dan eens heb ik via essays, interviews en kritische artikels aandacht gevraagd voor de poëzie van Halse dichters. Waarom heb ik geen aandacht aan mijn eigen poëzie besteed? Waarom heb ik te weinig aandacht aan mijn eigen poëzie besteed?
    Anderen hebben geprobeerd om mijn poëzie te ontleden. Ik heb het niet over recensenten die op (vaak te) beknopte wijze bundels gesignaleerd hebben. Ik denk eerder aan literatuurcritici die gepoogd hebben om mijn poëzie in uitgebreidere teksten te analyseren en te benoemen. Ze hebben het niet geprobeerd; ze zijn erin geslaagd. Ik denk aan Frits Crombez [22 en 23], Andries Dhoeve [24], van Hoof [3 en 25] en Wanders [26]. Wanneer ik van Hoof en Wanders vermeld mag ik van Hoofs inleidingsteksten van enkele van mijn bundels en Wanders 4 flapteksten van bundels [27, 28, 29 en 30] niet onvermeld laten.

    Kortom, ik heb veel over Halle en poëzie geschreven. Ik ben niet de enige. Halle is echter meer dan poëzie. Ook andere literatuurvormen zijn al behandeld door literaire critici.
    Ik heb geschreven dat ik dat ik een literaire gids over Halle wil samen(…)stellen [18 en 19]. Door al wat voorafgaat, staat vast dat ik er niet met lege handen aan zal beginnen. Er bestaat immers al een berg teksten waarop ik zal kunnen terugvallen.

    Voetnoten

    [1] WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik. In de ban van het woord. Onweerstaanbare dwang en onblusbare drang [naslagwerk over de literaire publicaties van Rik Wouters]. Te verschijnen bij Xarnego uit Halle in een nog niet vastgesteld jaar.
    [2] WOUTERS, Rik. Xarnego. Klaagliederen van een Catalaanse Brabander [dichtbundel]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek en Upsilon, Halle. 1999.
    [3] VAN HOOF, Guy. Recht van spreken. De poëzie van Rik Wouters. VKH, Torhout (in samenwerking met Modus Vivendi, literair café "Den Hopsack", Antwerpen en El Gato Negro, tapaskroeg, Torhout). 2002.
    [4] LAUREYS, Ghislain [samensteller: Rik Wouters]. De lokstem van het leven. Een bloemlezing [Uitgegeven als 1 boek, samen met: WOUTERS, Rik. De niet-conforme conformist. Een monografie over de Halse dichter Ghislain Laureys]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek en Upsilon, Halle. 1995. Ook gedeeltelijk [laatste 3 bladzijden] verschenen in: Argusogen of het geweten van Halle [e-mailtijdschrift], nr. 11, 25 oktober 2002 en op
    www.halle.nu en www.stadhalle.com.
    [5] CLAUS, Hans; DELEN, Pieter; DEVISCH, Etienne; VAN OVERSTRAETEN, Nicole; WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik [niet-vermelde samensteller: Rik Wouters]. Steenwegen. Cultureel Centrum ’t Vondel (in samenwerking met de literaire vereniging Xarnego), Halle. 2004.
    [6] WOUTERS, Rik. Een Hallenaar bezingt zijn stad en geboortestreek in lyrische bewoordingen of kennismaking met de dichtbundel "Het hart van mijn stad" door Ghislain Laureys. In: Hallensia [geschied- en oudheidkundig tijdschrift], 4, 4, oktober-december 1982, pag. 34-43.
    [7] WOUTERS, Rik. De niet-conforme conformist. Een monografie over de Halse dichter Ghislain Laureys]. [[Uitgegeven als 1 boek, samen met: LAUREYS, Ghislain [samensteller: Rik Wouters]. De lokstem van het leven. Een bloemlezing]]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek en Upsilon, Halle. 1995.
    [8] WOUTERS, Rik. "Zij hoeven niet te weten, hoe ik treur. / Alleen in mijn gedichten bloedt de wonde." Of Hoe Jan van den Weghe levensproblemen en ellende van zich afschrijft. In: Hallensia [geschied- en oudheidkundig tijdschrift], 6, 4, oktober-december 1984, pag. 19-26.
    [9] WOUTERS, Rik [niet-vermelde samensteller]. Ghislain Laureys 60 [met kritische bijdragen van Margreet Janssen Reinen, Ghislain Laureys, Ton Luiting, Jan van den Weghe en Rik Wouters en creatieve bijdragen van Raoul Maria de Puydt, Ghislain Laureys, Edith Oeyen, André Polfliet en Jan van den Weghe]. Kofschip-Kring, Zellik. 1984. Ook verschenen in: [Over Ghislain Laureys], ’t Kofschip [literair tijdschrift], 12, 5, november-december 1984, pag. 17-32.
    [10] WOUTERS, Rik [niet-vermelde medesamensteller]. [Over de Halse dichters Jef Algoet, Emiel Gouffaux, Ghislain Laureys, Felix Leheuwe, Jan Vanbellinghen, Jan Van den Weghe en Rik Wouters] [kritische bijdragen door Raymond Clement (x2), R. Cornelis (x 2), Frits Crombez, Herman De Spiegeleer, Andries Dhoeve, Ton Luiting, Luuk Rademakers en Rik Wouters en poëzie van Jef Algoet, Emiel Gouffaux, Ghislain Laureys, Felix Leheuwe, Jan Vanbellinghen, Jan Van den Weghe en Rik Wouters] In: Hallensia [geschied- en oudheidkundig literair tijdschrift], 6, 4, oktober-december 1984.
    [11] WOUTERS, Rik. Interview met Ghislain Laureys. In: WOUTERS, Rik [niet-vermelde samensteller]. Ghislain Laureys 60. Kofschip-Kring, Zellik. 1984. Ook verschenen in: ’t Kofschip [literair tijdschrift], 12, 5/1, november-december 1984, pag. 29-32.
    [12] WOUTERS, Rik. Nicole Van Overstraeten in haar queeste naar de vrouw en dichteres in zichzelf [interview]. In: Argusogen of het geweten van Halle [e-mailtijdschrift], nr. 4, 28 april 2001 en op
    www.halle.nu en www.stadhalle.com.
    [13] WOUTERS, Rik. schaamteloos en puur als ik ben [over de dichtbundel "Jagen" van Nicole Van Overstraeten]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1995.
    [14] WOUTERS, Rik. Ra ra wie ben ik? (over dichters en hun pseudoniemen) [o.a. over de dichtbundel "De dageraad achterna" van Pieter Delen]. Verschenen in: Kiezel [literair tijdschrift], 3, 10, juni 1993, pag. 28-30.
    [15] WOUTERS, Rik. Dit huis heeft geleefd, dit huis heeft doen leven. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977) [over het gedicht "Banket" van Pieter Delen]. In: WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [16] WOUTERS, Rik. Bogaarden waar meter de velden liefhad. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977) [over het gedicht "Maart" van Jan Vanhaelen]. In: WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [17] WOUTERS, Rik. Op een wiebelende evenwichtskabel. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977) [over het gedicht "Aan César Vallejo" van Nicole Van Overstraeten]. In: WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [18] WOUTERS, Rik. Obsessionele dorst naar woorden en openbare dronkenschap [over Halle, kunst en poëzie]. In: WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977). Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [19] WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977) [o.a. over gedichten van Pieter Delen, Jan Vanhaelen en Nicole Van Overstraeten]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [20] Werktitel: de doorlichter van woorden die plaatsen bestaansrecht geven. Werkondertitel: steenwegen tonen de weg. Een uitloper van het uitgebreide poëtische "steenwegenproject" die in Halle liep van 18 april tot 30 mei 2004.
    [21] Werktitel: OngheVIIIen verwoorden een oude stad. Werkondertitel: dichterlijke wandelgids over het Halle van vóór de fusie.
    [22] CROMBEZ, F[rits]. Rik Wouters, ik-dichter van de werkelijkheid. In: Initiatief [literair tijdschrift], 3de jg., nr. 18, mei 1984. pag. 46-49.
    [23] CROMBEZ, Frits. Rik Wouters in zijn poëtische eigen tijd. In: Hallensia [geschied- en oudheidkundig tijdschrift], 6, 4, oktober-december 1984, pag. 31-33.
    [24] DHOEVE, Andreas. Rik Wouters: een veelbelovende jonge dichter uit Halle. In: Hallensia [geschied- en oudheidkundig tijdschrift], 6, 4, oktober-december 1984, pag. 27-30.
    [25] VAN HOOF, Guy. Het woord en de stilte [over de dichtbundels "Het woord hertalen en Wat stilte genoemd wordt" en "Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd"]. De poëzie van Rik Wouters. In: De houten gong [literair tijdschrift], 1, 4, november 1999, pag. 4-6.
    [26] WANDERS, Andreas. Kwetsbaar en verstoten tussen brokstukken. Het ontnomen woord en de doorgelichte dichter. In: WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik. Het verboden evangelie van de dichter. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1999.
    [27] WANDERS, Andreas. In zijn poëzie probeert Rik Wouters … Flaptekst van de dichtbundel "Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd" van Rik Wouters. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1998.
    [28] WANDERS, Andreas. Met "gebruik maken van woorden en ongedateerde brieven" is Wouters … Flaptekst van de dichtbundel "Gebruik maken van woorden en ongedateerde brieven" van Rik Wouters. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 2000.
    [29] WANDERS, Andreas. 1979. Wouters debuteert als dichter. … Flaptekst van de dichtbundel "Xarnego" van Rik Wouters. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek en Upsilon, Halle. 1999.
    [30] WANDERS, Andreas. "Zeg niet" bevat poëzieproza en prozapoëzie. … Flaptekst van de dichtbundel "Zeg niet" van Rik Wouters. Xarnego, Halle. 2003.

    Rik WOUTERS

    11-05-2006, 00:00 Geschreven door Rik Wouters
    Reageren (0)


    10-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WAT BEN IK / WAT DOE IK*

    Ik heb er lang over nagedacht of ik me als initiatiefnemer van dit blog moet voorstellen. Weken zijn er overheen gegaan. Daarom is deze ‘onthullende’ tekst later dan het begin aan dit blog toegevoegd. Ik heb ‘onthullende’ geschreven omdat ik denk dat na het lezen van WAT BEN IK / WAT DOE IK meer vragen dan antwoorden zullen overblijven.
    Laat me toe om me geografisch te situeren. Ooit heb ik in een roman in voorbereiding geschreven: België. Hoewel mijn identiteitskaart carte d'identité personalausweis identity card vermeldt dat ik onder andere uit België kom(...) (Maar ook uit Belgique, Belgien, Belgium.), ben ik geen Belg. Nu zou ik schrijven: wat een Belg genoemd wordt. Een kunstmatig gecreëerd product weiger(...) ik te zijn. Vlaming ben ik ook al niet. Dat volk van duivenmelkers en namaakgeuze dat noordzeegarnalen veel te duur verkoopt -Het woekeren is sinds W.O.II één van hun specialiteiten.- en dat ten westen van Brussel woont, lukt er maar niet in Nederlands te spreken: ze wauwelen. Ben ik Brabander? H. is gedurende eeuwen deel van Henegouwen geweest. Henegouwer dan? Met geen heb ik affiniteiten. Een inwoner van H. -Twijfel er niet aan dat H. voor Halle staat.- misschien, naar mijn geboorteplaats. Misschien, maar toch: het zou een te groot compliment zijn voor veel inwoners van dat Zennestadje. [1].
    Waarom zou Hallenaar een te groot compliment voor veel van haar inwoners zijn? Zonder volledig te zijn kan ik zonder moeite 2 redenen aanhalen. Hoewel ik al zo vaak geschreven heb dat Halle de meest-zuidelijke stad van de vroegere Nederlanden waar nog Nederlands gesproken wordt, zou ik er beter aan doen om te nuanceren: Halle, de meest-zuidelijke stad van de vroegere Nederlanden waar nog door een aantal mensen nog Nederlands gesproken wordt. Loop maar eens door de winkelwandelstraten: tal van winkels die een Engelse of Franse naam hebben, gebruiken naast het Nederlands Frans in hun aanduidingen naar mogelijke klanten. Sta maar eens aan de schoolpoorten net vóór of na de school: Een vierde tot een derde van de leerlingen spreekt Frans of een andere taal dan het Nederlands onder elkaar. Kijk maar eens naar opschriften op officiële gebouwen of monumenten en je merkt Frans op. Mijn geboortestad -In een gedicht heb ik het over geboortedorp [2]. Dit is me ingegeven door mijn vriend Andreas Wanders. Hij moet niet bang zijn: ik neem de verantwoordelijkheid om de pijnlijke, maar terechte kleinering van Halle volledig op mij.- besteedt veel te veel aandacht aan cultuur en uitvoerders van kunst en te weinig, veel te weinig aan kunst en kunstenaars.
    Waar hoor ik thuis? Hoor ik ergens thuis? Het lijkt er inderdaad op dat deze tekst meer vragen zal stellen dan antwoorden te geven. Beantwoordt vriend Andreas wanneer hij schrijft: Wouters is Hallenaar, of juister gezegd, Vlaams Hallenaar -Of is hij een Catalaanse Brabander? Hij is immers van oordeel dat te veel van die Halse handelaars en politici geen Vlaamse reflex hebben. Het doet hem pijn. Het zal hem altijd pijn blijven doen. Ik weet dat het aan hem knaagt. [3]. Wie zal het zeggen?! O nee, geloof maar niet dat ik me hier volledig prijs zal geven. Ik lees over Brabander, Catalaan, Hallenaar en Vlaming. Ben ik één van hen? Ben ik een geheel van dat alles? Opnieuw, wie zal het zeggen? Ben ik meer dan Brabander, Catalaan, Hallenaar en Vlaming? Of ben ik gewoon maar ik? Ik en niemand anders?
    In voorgaande alinea heeft Andreas veel over mij gezegd. Hij heeft goed naar mijn adreskaartje gekeken. Daarop staat dat ik flamingant ben. Dat ik flamingant ben, heb ik reeds verwoord. Ik ben echter geen flamingant zoals er tevelen zijn: flamingant omdat men geen Frans kent. Mijn kennis van niet alleen het Frans, maar ook het Engels en de Castiliaans is meer dan behoorlijk. Flamingantisme wordt door vele Hallenaars als een pest, dé pest beschouwd. Een Hals politicus met nogal van bevoegdheden -Zijn naam doet hier niet terzake.- heeft me ooit verweten dat ik met het uitkomen voor mijn Vlaamsgezindheid in de kaarten van het Vlaams Blok speel. Toen was het nog het Blok. Het Vlaams Belang van nu is niet, helemaal niet het belang van Vlaanderen.
    Door zijn boude en provocerende uitspraak heeft dat politicusje me beschuldigt van sympathie voor een extreem-rechtse partij. Hij heeft me daarmee meer dan gekwetst. Hij wist echter niet waarover hij het had. Aan dat euvel bezondigen de meeste politici zich al te vaak. Op mijn adreskaartje staat immers ook dat ik catalanist ben. Een catalanista, zoals men het in het Catalaans zegt, verhoudt zich tot flamingant zoals Vlaming zich tot Catalaan verhoudt. Ik ken de geschiedenis van Catalunya, Catalonië, beter dan de Vlaamse. Ik ken de geschiedenis van de Guerra Civil, de Spaanse Burgeroorlog van 1936 tot 1939, gedetailleerd. Ik weet dat de Catalanen onder de franquisten geleden hebben. Ik ken de zwarte geschiedenis door Franco en zijn franquisten -Lees maar fascisten.- van 1939 tot 1975 toen Franco stierf, geschreven, zeer goed. Ik weet dat Franco ooit gezegd heeft dat het Catalaans in het begin van de 21ste eeuw niet meer zou gesproken worden in Spanje. Ik weet dat de Catalanen ook na de Burgeroorlog onder de franquisten geleden hebben. Ik ken de geschiedenis van de Partido Popular en José Maria Aznar, erfgenamen van Franco en het fascistische Spanje, die van 1996 tot 2004 toen ze aan de macht waren, de onderdrukking van Catalunya opnieuw in gang gestoken hebben. Ik weet dat de Catalanen ook onder de neo-franquisten geleden hebben. Ik kan niet anders dan extreem-rechts en fascisme haten. De senyera, de Catalaanse vlag met 4 verticale, rode palen op een gele achtergrond, die in mijn linkerbovenarm getatoeëerd is, heb ik zelfs niet nodig om niet te vergeten.
    O ja, op mijn adreskaartje staat dat ik in Halle geboren ben. Nergens echter lees ik dat ik Hallenaar ben. Vergetelheid? Toeval? Bewustheid?
    Laat ik maar verder doen met mijn adreskaartje. Ik lees erop dat ik ook artiest en dichter ben. Dat ik dichter ben, kan ik niet ontkennen. Ik heb 9 dichtbundels, 2 boeken met poëzie en proza en 4 boeken met literaire kritieken laten verschijnen. Ik ben met 5 poëtische, waaronder 2 eerste prijzen, onderscheidingen bedacht. Dat ik artiest ben, ligt minder voor de hand. Sinds enkele jaren schilder ik en maak driedimentionele ‘dingen’ waarmee ik echter nog niet naar buiten gekomen ben. Toch zal het er ooit van (moeten) komen. Ooit heb ik een GEDICHT VOOR MEZELF geschreven. Zou het kunnen dat het me niet scheelt of ik gelezen word. Ik schrijf immers gedichten VOOR MEZELF. Ik heb alleszins dat gedicht VOOR MEZELF geschreven. Kan dat? Kan er in dat geval van poëzie sprake zijn? Ik heb de veronderstelling dat het me niet scheelt of ik gelezen word, jaren geleden al ontkend toen ik stelde dat De dichter, en dus ook ik, niet schrijft (…) voor zichzelf. Niet voor zichzelf alleen, natuurlijk, bedoel ik. Beschouw 12 dan maar als een boutade. Het feit alleen al dat ik mijn gedichten uitgeef, dat iemand zijn gedichten uitgeeft, bewijst dat er niet voor zichzelf geschreven wordt.
    [3].
    Ik moet nog eens op mijn adreskaartje terugkomen. Er staat ook op dat ik anarchist ben. Ik zie velen de wenkbrauwen fronsen: Wouters is tegen gezag. Ze hebben het verkeerd voor. Mijn anarchie is de ideale vorm van democratie waarbij het volk zelf op het laagste niveau beslissingen die ze zelf uitvoert, neemt. Toch kan ik begrijpen dat velen denken dat ik tegen democratie is. Indien ze denken dat het politieke bestel van wat België genoemd wordt en waar politici beslissingen nemen die tegen de meerderheid ingaan, dat de monarchie van wat België genoemd wordt en die meent het recht te hebben om iemand uit het kleine groepje koning te maken omdat hij ‘blauw’ bloed zou hebben -Een waar curiosum. Indien ik een Saksen-Coburg-Gotha was, zou ik met dat verderfelijke bloed een kermisattractie opstarten.- en dat de kerk die gelijkheid predikt, maar een hiërarchie waaraan tal van privileges verbonden zijn, heeft, democratie is, hebben ze het juist voor. Dat soort volksverlakkerij, is niet aan mij besteed. Dat is antidemocratie.
    Lang geleden heb ik geschreven: een tweekoppig wezen ben ik. [4]. Wat bedoelde ik ermee? Een zekere dualiteit die in me aanwezig is? Het bestaan van een ik-dichter en ik-sterveling -Dichters, vooral dan diegenen die aan een oeuvre werken, sterven nooit.-? Ik weet het niet. Ik heb immers geschreven: Een tweekoppig wezen wenste ik nooit te worden. [4]. Ben ik wel een tweekoppig wezen?
    Wanders lijkt deze vraag negatief te beantwoorden: Is Wouters niet een 'veelkoppig' wezen? Hij beantwoordt zijn vraag zelf: hij is (…) geen 'vierkoppig' wezen zoals ik ten onrechte veronderstelde. Wouters is een 'veelkoppig' wezen. Een complex wezen dat steeds en rechtuit en onverbloemd zijn mening verkondigd heeft en verkondigen zal. Mijn adreskaartje dat vermeldt dat ik anarchist / artiest, dichter / catalanist en flamingant. Is de volgorde belangrijk of gewoon maar alfabetisch? Ik zou het bij-wie-dan-ook niet weten. Laat me de uitspraak van Wanders vervolledigen: Wouters maakt het zijn omgeving niet moeilijk. Het is wel zo dat wie niet voor hem is, slechts tegen hem kan zijn. Om voor hem te zijn, moet men alleen maar zeggen wat men meent, niet meeheulen met de zwijgende meerderheid en zich niet, nooit bezondigen aan achterklap.[5].
    Lang geleden heb ik geschreven: er was vroeger / er is nu [6]. Over de toekomst heb ik toen niet gerept. Waarom ik het niet deed, weet ik niet. Ook nu wil ik er niet over reppen. Veranderen zit er voor mij immers niet in.

    -o-o-o-

    Als ‘bisnummers’ volgen 4 gedichten uit "Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd", mijn bundel uit 1998, die ik als onderwerp hebben. Of ze verduidelijken, moet je zelf maar uitmaken. Ikzelf doe het alleszins niet: het is immers niet aan de kunstenaar om zichzelf te verklaren. Kunst is een dialoog tussen kunstenaars en kunstliefhebbers. Hieronder geef ik je de kans om in daden om te zetten.

    EEN ZELFPORTRET [1]

         (..................) maar hoed je
         voor bedrukt papier. Vergeet
         nooit: ik lieg, de dichter
         liegt bij elke pennetrek.

         Rik Wouters (Wat stilte genoemd wordt)

    Donkerder dan blauw en veelvingerig vlugger ben
    ik. Verkies ik de vriendelijke vertes van dromen
    die verloren zijn? Verlang ik naar een verlatenheid
    van vergeten terrasjes die troosteloos woorden

    verbannen? In de stiltes van elke steen vind ik
    bouwsels. In de herschikking van mijn hoogmoed
    leg ik een hovaardigheid die anderen kil en koud
    koesteren. Kortstondig slechts keel ik klanken

    die begenadigd beeld worden. Weerloos horen ze
    des dichters wispelturigheid te ondergaan. Waarom
    ze hun eigen leven leiden blijven, weet ook ik niet.
    Na eendere leugen volgt slechts andere waarheid.



    EEN ZELFPORTRET [2]

         Ik heb gelogen, Sarah, ik
         lieg niet: ik verwoord
         slechts andere waarheden.

         Rik Wouters (Wat stilte genoemd wordt)

    Overjaarse oorlogen en onbeduidend gedonder
    overleef ik onrustig. Vertikaler nog dan nooit
    overleg ik een horizon. Nergens laat ik sporen
    van spanning na. Vertederend vertoon ik tekens

    van een vreemde willoosheid wanneer de val
    nader dan neiging is. Niets kan de lijdloosheid
    boven de illusie verbannen. Buigzaamheid is
    breekbaar geworden en grotesker. Grimmig

    begin ik te schrijven en stamelend bijna weersta
    ik nog aan de wetteloosheid van mijn bestaan,
    de wisselvalligheid van andere geschiedenissen,
    de weerloosheden van wil geworden woorden.



    EEN ZELF(moord)PORTRET [3]

         Poëzie: een nuttelozer poging nog
         tot verzet: dood al té dichtbij.

         Rik Wouters (Het woord hertalen)

    Onbewust word ik overvallen door warrige winden. Ver-
    bannen wordt vrolijkheid en slaap. Steels neemt men
    poëzie af. Predikheren zijn gods passieve honden. Ik
    wens door folterende hoogmoed hortend en huilend

    niet te gaan. Grinnikend klinkt het lied van de aaseter.
    Zelfs liederen kunnen kras en kelend zijn. Ik zoek kaal
    en kil een samensmelting tussen leven en dood. Dood!
    Dik en doffer nog wordt mijn tong. Tergend en tomeloos

    tafelt ze niet meer. Hongeriger hoor ik geronnen bloed
    moeizaam nog de grond kleuren. Verweesd (ver)wijs
    ik nergens naar en nooit nog. Vlijmscherp blijft het mes.
    Wind waait woorden en braakt



    EEN ZELF(moord)PORTRET [4]

         Zomer echter: elk horloge een ruimte
         waarin gehaat wordt. Woord na woord
         wordt het leven gevoelloos ontmanteld. 
         Hoop is ondraaglijk. Zelfs 

         Rik Wouters (Het woord hertalen)

    Woedende wind waait moordende woorden en braakt
    woordenloos geen oordeel over woedende boeken. Ik
    kan niet meer lezen. Alleen nauwelijks nagenieten nog
    van een laatste en onvoltooid vers rest. Vertikaal verlegt

    de laatste letter mijn loomheid. Heidens geworden is
    heimwee en ontgoochelend. Overhaast schrijf ik niet
    op en over. Onversaagd blijft mijn doemdenken dichter
    bij niets dan dood nog misschien. Fluisterend verspillen

    leugens de leegtes van rommelige rust. Rigide word ik.
    Ontmaken moet ik mijn woestheid van wisselvalligheid
    en weerzin. Trager wordt verzet en taaier. Toch sluipt
    dood nog rond en minder nietig dan gedacht verstaat

    ze ternauwernoodse tijd. Stille troost wordt overbodig
    en bladvulsel vol

    Voetnoten:
    *WOUTERS, Rik. Ik zeg tot je. Panther Paperback, Dilbeek. 1979.
    [1] WOUTERS, Rik. Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1998.
    [2] WOUTERS, Rik. Xarnego. Klaagliederen van een Catalaanse Brabander. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek en Upsilon, Halle. 1999.
    [3] WOUTERS, Rik. Wat mij bepaalt, zijn vingers. Letters. Wat mij beperkt, zijn letters. Vingers. In: WOUTERS, Rik. De doorlichter van woorden die anders betekenen. Bedenkingen bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1962-1977). Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1997.
    [4] WANDERS, Andreas. Kwetsbaar en verstoten tussen brokstukken. In: WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik. Het verboden evangelie van de dichter. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1999.
    [5] WOUTERS, Rik. Een tweekoppig wezen ben ik. Een anarchistisch gedicht over overleven, woordenmacht en permanente schending. In: WANDERS, Andreas en WOUTERS, Rik. Het verboden evangelie van de dichter. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1999.
    [6] WOUTERS, Rik. Ik zeg tot je. Panther Paperback, Dilbeek. 1979.
    [7] WOUTERS, Rik. Elke klank heeft zich tot een drein verlangzaamd. Herinneringen aan ooit en nog. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1998.

    Rik WOUTERS

    10-05-2006, 00:00 Geschreven door Rik Wouters
    Reageren (0)


    09-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.COPYRIGHT

    © Bij de auteurs.

    Alles uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden, op voorwaarde van voorafgaande, schriftelijke toestemming van de auteur.

    09-05-2006, 00:00 Geschreven door Rik Wouters
    Reageren (0)


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EEN VERANTWOORDING, VOOR ZOVER DAT NOODZAKELIJK IS

         beschouw het maar als een oproep tot medewerking

    Wat ik met "Halle in de literatuur" voor ogen heb, is misschien het best samengevat in volgende 2 zinnen: Over en in Halle, de meest-zuidelijke stad van de vroegere Nederlanden waar nog Nederlands gesproken wordt, is literatuur (poëzie, proza, toneel en literaire kritiek) door Hallenaars en anderen in het Nederlands en andere talen geschreven. "Halle in de literatuur" wil proberen om te archiveren, verklaren en interpreteren.

    Laat me toe om een aantal delen van voorgaande ‘verantwoording’ te omschrijven:
    1. "over en in Halle":
    1. 1. "Halle": Een geografische afbakening. Wanneer ik het over Halle heb, bedoel ik altijd weer het Halle van vóór de fusie. Waarom wil ik me beperken? Persoonlijk en dus emotioneel omdat ik in wat ‘tstat’ genoemd wordt, geboren ben, er lang gewoond heb en gewoonweg weinig of geen affiniteiten met Buizingen en Lembeek die pas zeer recent en om pure politieke redenen bij Halle zijn gevoegd, heb. Literair, maar ook praktisch omdat de meeste gedichten over het ‘oude’ Halle handelen en omdat over Buizingen en Lembeek, de deelgemeentes, amper teksten in literaire publicaties geschreven zijn;
    1. 2. "over (…) Halle": tal van literatuur heeft Halle in de breedste zin van het woord als onderwerp;
    1. 3. "in Halle": in de stad is ook literatuur die niet over Halle handelt, geschreven;
    2. "literatuur (poëzie, proza, toneel en literaire kritiek)":
    2. 1. "poëzie, proza": wat in literaire publicaties verschenen is. Teksten geschreven naar aanleiding van verjaardagen, huwelijken, activiteiten van verenigingen, … die zo vaak onder de term gelegenheidswerk geklasseerd worden, laat ik dan ook buiten beschouwing. Dit betekent niet dat ik me niet zou storen aan die term die te vaak denigrerend gebruikt wordt, meestal met als enige bedoeling om het etiket van zondagsschrijver op te plakken. Is het immers niet zo dat elke tekst naar aanleiding of ter gelegenheid van iemand of iets geschreven is?! Toch komen teksten geschreven voor de door mij aangehaalde gelegenheden niet voor deze blog in aanmerking. Ze zijn immers vóór de activiteit geschreven en missen dan ook de traditionele, natuurlijke en noodzakelijke inspiratie;
    2. 2. "toneel": wat opgevoerd is of wat in literaire publicaties verschenen is;
    2. 3. "literaire kritiek": wat in literaire en niet-literaire publicaties verschenen is en teksten uitgesproken bij de voorstelling van literair werk en alleen al daarom meestal niet gepubliceerd is;
    3. "door Hallenaars en anderen" die over en in Halle geschreven hebben. Onder Hallenaar versta ik diegene die in Halle gedomcilieerd (geweest) is. In Halle geboren zijn volstaat niet om Hallenaar te zijn;
    4. "in het Nederlands en andere talen": Halle ligt tegen de taalgrens aangeplakt en is "de meest-zuidelijke stad van de vroegere Nederlanden waar nog Nederlands gesproken wordt". Wie Halle echter bezoekt, kan door allerhande opschriften, zelfs op officiële gebouwen en monumenten, en door de taal die op straat er gesproken wordt, denken dat hij zich aan de verkeerde -Lees: zuidelijke.- kant van die grens bevindt. Vooral Frans wordt veel en niet alleen op marktdagen gehoord en gezien. Nooit is het anders geweest. Het spreekt dan ook voor zich dat er Hallenaars waren en zijn die Frans gesproken hebben of spreken en dat literatuur in het Frans en andere talen aan bod zal komen. Over dialectliteratuur zal echter met geen woord gerept worden;
    5. "proberen om te archiveren, verklaren en interpreteren":
    5. 1. "archiveren": achterhalen wat gepubliceerd is, en er melding van maken. Dit betekent niet dat u op deze blog moet zijn om creatief werk dat geen deel van een kritische tekst uitmaakt, te lezen. Het opnemen ervan zou van deze blog een mastodont van teksten maken. Het opnemen ervan zou ook afhangen van de toestemming van de auteur en/of het betalen van auteursrechten;
    5. 2. "verklaren en interpreteren" hangen nauw met elkaar samen moeten tot inzicht moeten bijdragen;
    5. 3. "proberen" wijst erop dat er een poging ondernomen wordt en dat de kans niet denkbeeldig, maar reëel is dat alle reeds over en/of in Halle geschreven literatuur, niet aan bod zal komen.

    "Halle in de literatuur" staat voor iedereen open. Het hoeft niet bij lezen te blijven. Eigen bijdragen -Ik denk vooral, maar niet alleen aan auteurs en literaire critici.- kunnen steeds ingezonden worden en zullen in de mate van het mogelijke opgenomen worden; daarom ook wordt onder elke bijdrage de naam van de auteur vermeld. Het spreekt voor zich dat aanvullingen, aanpassingen, wetenswaardigheden allerhande en ontbrekende gegevens meer dan welkom zijn. 

    Rik WOUTERS

    09-05-2006, 00:00 Geschreven door Rik Wouters
    Reageren (1)


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Archief per maand
  • 03-2008
  • 12-2006
  • 09-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!