Het ommuurde beluik met de witte abdijgebouwen en de weelderige tuin, op de plaats waar Godelieve leefde en werd vermoord, vormt een oase van rust aan de rand van de polder. De stichtingsdatum van de Benedictinessenabdij staat historisch niet vast, maar moet liggen tussen 1137 en 1171. De oudste historische gegevens dateren van het einde van de 12de eeuw: enkele Latijnse en Middelnederlandse levensbeschrijvingen van Godelieve verwijzen naar Edith, dochter van Bertolf uit zijn tweede huwelijk, als stichteres en eerste abdis. Zij werd van haar blindheid genezen door de ogen te wassen met water uit de poel waarin het lijk van de gewurgde Godelieve was geworpen.
Tijdens de godsdienstoorlogen werd op 12 oktober 1578 de abdij door de bosgeuzen aangevallen. De zusters verlieten de verwoeste abdij en vestigden zich uiteindelijk te Brugge, waar ze in 1623 in de Boeveriestraat een nieuwe abdij oprichten. Van de oude abdijgebouwen in Gistel bleef alleen de toren (14de eeuw) bewaard.
|